direct naar inhoud van 5.6 Natuur en landschap
Plan: Oostelijke Randweg 2009
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0222.R17B063A-0005

5.6 Natuur en landschap

In de gemeente Doetinchem is de Zumpe aangewezen als beschermd natuurgebied. Overige beschermde gebieden in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998, waarin de gebiedsbescherming vanuit de Habitatrichtlijn en Vogelrichtlijn is geïmplementeerd, zijn binnen de gemeente Doetinchem niet aanwezig.

Bij het verlenen van een vergunning op grond van het bestemmingsplan, dienen de verbodsbepalingen artikel 8 t/m 12 van de Flora- en faunawet in acht te worden genomen. Dat houdt in dat, voorafgaand aan de verlening van een vergunning, onderzoek dient te worden uitgevoerd naar het voorkomen van dier- en plantsoorten die op grond van de Flora- en faunawet bescherming genieten.

Ten behoeve van de realisatie van de Oostelijke Randweg is een ecologisch onderzoek uitgevoerd. Uit dit onderzoek blijkt dat een aantal maatregelen getroffen dienen te worden. Om de invloed op de natuur te beperken, waar nodig te compenseren en om nieuwe natuur te ontwikkelen is een natuurcompensatie- en inpassingsplan opgesteld. In deze paragraaf wordt hier nader op ingegaan.

5.6.1 Natuurcompensatie en landschapsontwikkeling

De aanleg van de Oostelijke Randweg kan op een negatieve manier van invloed zijn op de natuur. Ten behoeve van de realisatie van de Oostelijke Randweg wordt daarom sterk in gezet op landschapsontwikkeling en wordt natuurcompensatie uitgevoerd. De grond waar natuurcompensatie plaatsvindt is gelegen ten oosten van de Oostelijke Randweg. Deze grond is met de bestemming 'Natuur' aangegeven op de kaart behorende bij dit bestemmingsplan. In dit hoofdstuk wordt de natuurcompensatie (inpassingsplan) nader beschreven. Op de kaart in Bijlage 16 Kaart natuurcompensatie en landschapsontwikkeling (gemeente Doetinchem) is een nadere uitwerking van de natuurcompensatie weergegeven.

EHS verweving

Ter hoogte van de Varsseveldseweg doorkruist het tracé van de Oostelijke Randweg de EHS. Het betreft hier de EHS-verweving. De kernkwaliteiten die van toepassing zijn op dit gebied staan beschreven in de streekplanuitwerking "Kernkwaliteiten en omgevingscondities van de Gelderse ecologische hoofdstructuur".

Voor de beoordeling van ruimtelijke ontwikkelingen binnen de EHS geeft het streekplan het volgende aan:

"Binnen de Ecologische Hoofdstructuur geldt de “nee, tenzij”-benadering. Dit houdt in dat bestemmingsplanwijziging niet mogelijk is als daarmee de wezenlijke kenmerken of waarden van het gebied significant worden aangetast, tenzij er geen reële alternatieven zijn en er sprake is van redenen van groot openbaar belang.
Om te kunnen bepalen of de wezenlijke kenmerken en waarden van een gebied significant worden aangetast, moet het bevoegd gezag erop toezien dat hiernaar door de initiatiefnemer onderzoek wordt verricht. Om een zorgvuldige afweging te kunnen maken zal de provincie de te behouden wezenlijke kenmerken en waarden per gebied specificeren."

Ten behoeve van de realisatie van de Oostelijke Randweg is een Milieu-effect-rapportage opgesteld en is een ecologisch onderzoek uitgevoerd (zie Bijlage 4 Ecologisch onderzoek, natuur en stikstofdepositie (ARCADIS, MER Oostelijke Randweg, 26-05-09, B02022/CE9/068/300004/ws)). De Commissie m.e.r. heeft een positief oordeel afgegeven over het Milieueffectrapport. Het rapport bevat alle essentiële informatie zodat een goede en zorgvuldige besluitvorming over het voorkeurstracé heeft kunnen plaatsvinden. Er is gekozen voor het tracé Terborgseweg-Normandiëstraat omdat bij dit tracé een goede aansluiting op de Varsseveldseweg mogelijk is en omdat dan goede mitigerende en compenserende maatregelen voor natuur kunnen worden uitgevoerd. Deze maatregelen zijn nodig aanwezig de doorsnijding van de ecologische verbindingszone. Voor de realisatie van de Oostelijke Randweg zijn geen reële alternatieven beschikbaar. Daarnaast betreft het hier een ontwikkeling die op de langere termijn nog steeds aanwezig is en derhalve van groot openbaar belang is, wat wordt onderschreven door de provincie Gelderland.

Compensatie EHS

De aantasting van de EHS-verweving wordt zoveel mogelijk beperkt door mitigerende maatregelen, de overgebleven aantastingen worden gecompenseerd. De Oostelijke Randweg tast 1.519 m² EHS aan. De compensatiefactor hiervoor is 1,4 (ontwikkeltermijn van 100 jaar of meer, 100% + 40%). Er moet dus een terrein van 2.127 m², aansluitend aan de EHS die aangetast wordt, ingericht worden ter compensatie. Compensatie vindt plaats aan de oostzijde van de Oostelijke Randweg ter plaatse van de Slingebeek. Zie onderstaande afbeelding en de kaart behorende bij dit bestemmingsplan.

afbeelding "i_NL.IMRO.0222.R17B063A-0005_0011.png"

Locatie natuurcompensatie

De natuurcompensatie vindt plaats op basis van de uitgangspunten zoals de provincie Gelderland deze heeft geformuleerd in de streekplanherziening kernkwaliteiten. De uitgangspunten voor compensatie zijn:

  • de locatie ligt binnen of sluit aan op de EHS;
  • de locatie sluit aan op of ligt nabij het gebied waar de ingreep plaatsvindt.

Verdere punten uit deze streekplanherziening die van belang zijn:

  • er treedt geen netto-waardenverlies op (areaal, kwaliteit, samenhang);
  • compensatie maakt deel uit van het bestemmingsplan.

Landschapsontwikkeling

Naast natuurcompensatie vindt ook landschapsontwikkeling plaats rond de Oostelijke Randweg. In de volgende paragrafen wordt beschreven hoe de landschappelijke inpassing plaatsvindt. Onderstaande afbeelding geeft de gedachte landschappelijke inpassing weer. Deze afbeelding is ook opgenomen in Bijlage 16 Kaart natuurcompensatie en landschapsontwikkeling (gemeente Doetinchem) van dit bestemmingsplan.

afbeelding "i_NL.IMRO.0222.R17B063A-0005_0012.png"

Landschappelijke inpassing Oostelijke Randweg

5.6.1.1 Verbetering de Zumpe

Het schone kwelwater in het natuurgebied de Zumpe wordt zo lang mogelijk vastgehouden.

In de Ruige Horst tussen de Vijverlaan en de Vossenstraat wordt de bodem gemiddeld 30 cm afgegraven met behoud van natuurlijk reliëf. In deze natuurlijke laagte kan het tijdelijke overtollige regenwater worden opvangen en bezinken.

Het grondlichaam van de Randweg (hoogte fietspad, oude spoorlijn) tussen de Vijverlaan en Vossenstraat zorgt voor het tegenhouden van het water.

Mocht tijdens overvloedige regenval de waterstand toch te hoog worden dan zorgt de duiker onder de Vossenstraat dat het teveel aan water via de nieuwe natuur (uitbreiding Ruige Horst) van de Vossenstraat naar de Slinge afgevoerd wordt.

Een extra voordeel voor de natuur is dat in de Ruige Horst het kwalitatief goede kwelwater wordt opgevangen en ook hier een bijzonder natuurgebied kan ontstaan.

5.6.1.2 Uitbreiding Ruige Horst

Tussen de Vossenstraat en de (nieuwe) Varsseveldseweg wordt de Ruige Horst met 10 hectare uitgebreid.

Dit nieuwe deel van Ruige Horst zorgt voor de overloop van het Zumpe-water van de Ruige Horst (tussen de Vijverlaan en de Vossenstraat) naar de Slinge in tijden (1 of 2 keer per jaar) van overvloed.

Verder zorgt dit nieuwe deel voor een recreatieve en natuurlijke verbinding van park Overstegen naar de Ruige Horst en de Zumpe.

5.6.1.3 Ecotunnel onder de Oostelijke Randweg

De recreatieve- en natuur verbinding tussen Park Overstegen en de Ruige Horst/de Zumpe wordt gerealiseerd door de aanleg van een tunnel onder de randweg.

Deze tunnel is geschikt voor mens, dier en plant.

De beduikering van de Slinge wordt op dit gedeelte hierdoor opgeheven.

5.6.1.4 Uitbreiding Park Overstegen

Door het verwijderen van een deel van de Zelhemseweg wordt Park Overstegen (deel Wiltinksbrug) met 2 ha vergroot.

5.6.1.5 Uitbreiding es Den Vinkenborg

De es Den Vinkenborg van 2,4 ha wordt weer cultuurhistorisch hersteld en zorgt voor een extra recreatieve verbinding tussen de Varsseveldseweg/Schimmelpennincklaan en de Ruige Horst.

5.6.1.6 Overig

Alle bovengenoemde maatregelen passen in het plan Robuust Groen, uitbreiding en versterking van de grote natuur en stadsparken van Doetinchem.

Alle uitbreidingen worden opengesteld voor publiek. Binnen het plangebied worden twee grote hondenlosloopterreinen gerealiseerd. Ook wordt voorzien in voldoende verbindingen tussen de stad en het buitengebied.

De natuurontwikkeling aan de westzijde van de Oostelijke Randweg en de EHS-natuurcompensatie ter hoogte van de Slingebeek (aan de oostzijde) zijn meegenomen in dit bestemmingsplan. De verwerking van deze ontwikkeling is deels direct geregeld in de bestemmingen en deels met wijzigingsbevoegdheden.

Aan de inrichting van het landschap aan de oostzijde van de weg wordt ook gewerkt. Voor zover nodig zal dit worden opgenomen bij de actualisatie van het bestemmingsplan Buitengebied, waarvoor in 2010 de actualisatie start en de procedure in 2011 zal lopen.. Voor het terrein van de Esbro wordt een plan ontwikkeld voor herinrichting. Op het inpassingsplan voor de Oostelijke Randweg is voor een deel al een mogelijkheid aangegeven voor de realisatie. Pas bij de uitwerking van de plannen voor herinrichting is voor deze grond meer duidelijk. Er is nu nog geen zekerheid over de wijze van herinrichting. Dit maakt ook geen onderdeel uit van het nu voorliggende bestemmingsplan.