direct naar inhoud van 4.9 Monumenten en archeologie
Plan: Haareweg Kruisbergseweg - 2010
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0222.R22B033A-0003

4.9 Monumenten en archeologie

4.9.1 Inleiding

Vanwege de verkeersveiligheid zijn er diverse verkeerskundige ingrepen gepland aan de Haareweg en Kruisbergseweg (Doetinchem noord). Voorafgaand aan het opstellen van de ontwerpen, is het van belang om na te gaan welke invloeden er kunnen zijn voor de aanwezige cultuurhistorie.

Indien er relaties zijn, dan kunnen de plannen mogelijk worden aangepast. Een andere consequentie kan zijn dat er maatregelen worden getroffen die de cultuurhistorie ten goede komen als compensatie (mitigerende maatregelen).

Tenslotte is het moment van verandering, een moment van kansen. Het onderzoek kan als verloren beschouwde cultuurhistorisch waardevolle relicten of structuren aan het daglicht brengen. Soms is slechts een kleine planaanpassing voldoende om de oude situatie te herstellen of in een nieuw jasje te steken.

Het middel Cultuurhistorische Effect Rapportage is heel geschikt om bovengenoemde informatie boven water te halen.

4.9.2 Archeologie

In bovengenoemde CHER komt met name het historisch stedenbouwkundig erfgoed aan de orde. De herinrichting speelt zich af in de stedelijke omgeving waardoor het historisch landschappelijk erfgoed niet relevant is.

Voor wat betreft het archeologisch erfgoed ligt dit anders. Voor een deel van het traject is al onderzoek gedaan. Voor de rest van het traject moet bekeken worden op welke plekken (en hoeveel) er gegraven wordt (en hoe diep). Ook moet worden geïnventariseerd waar naar verwachting al verstoringen zitten van de aanleg van kabels en leidingen, riolering en dergelijke.

Op basis van het definitief ontwerp is dit gedaan middels een archeologisch vooronderzoek (bureauonderzoek). Dit onderzoek is als bijlage bij het bestemmingsplan gevoegd. Op grond van de gegevens van het bureauonderzoek kan worden gesteld dat niet uitgesloten kan worden dat zich ter hoogte van het plangebied archeologische resten bevinden. Dit ondanks het feit dat zich in het plangebied een groot aantal kabels en leidingen bevinden.

De daadwerkelijke graafwerkzaamheden die in het kader van de herstructurering van de wegen uitgevoerd zullen worden, beperken zich tot de groenstroken van het plangebied. Aangezien er op grond van de gegevens uit het bureauonderzoek niet uitgesloten kan worden dat zich hier archeologische resten in de ondergrond bevinden en er in ieder geval ter hoogte van de groenstroken langs de randen van de wegen geen (diepere) bodemverstoringen bekend zijn wordt aanbevoelen om ter hoogte van deze groenstroken een karterend veldonderzoek te laten uitvoeren.

Ter hoogte van de toekomstige groenstroken in het midden van de Haareweg wordt geadviseerd om hier bij graafwerkzaamheden dieper dan 30 cm -Mv een archeologische begeleiding uit te laten voeren. Een booronderzoek zoals voorgesteld ter hoogte van de bestaande groenstroken is hier een minder geschikte onderzoeksmethode, aangezien de weg nu nog bedekt is met asfalt. Een archeologische begeleiding houdt in dat tijdens de grondwerkzaamheden archeologische waarnemingen worden verricht. Dit betekent dat eventuele archeologische sporen worden gedocumenteerd zonder dat de werkzaamheden worden vertraagd. Hiernaast zal er een besturdering van de profielen plaatsvinden. Een archeologische begeleiding behoort plaats te vinden op basis van een Programma van Eisen (PvE). Dit PvE dient voor aanvang van het onderzoek te worden opgesteld. In het PvE worden de preciese werkzaamheden beschreven.

De resultaten uit het onderzoek hebben ertoe geleid dat in het bestemmingsplan wordt gewerkt met de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie'. Hierdoor worden de mogelijk aanwezige archeologische resten beschermd.

4.9.3 Historische context

De Kruisbergseweg en Haareweg zijn van een heel verschillend karakter. Dat is weinig verbazingwekkend gezien de uiteenlopende ontstaansgeschiedenis van deze wegen. De relatie tussen de twee wegen is pas laat in de geschiedenis ontstaan. De oudste verbinding tussen de twee is de Sionstraat. Een pad met hoge bomen dat nu als fietspad functioneert.

Pas ver na de Tweede Wereldoorlog is de Haareweg dusdanig verlengd en omgebogen dat hij aan de noordkant een aansluiting kreeg met de Kruisbergseweg.

In de bebouwde ruimte die zich tussen de twee wegen opstrekt, zijn van zuid naar noord drie (tijd)segmenten te onderscheiden. Te beginnen met Villa Ruimzicht en het Rietveld lyceum aan de zuidkant, in het midden het naoorlogse wijkje IJkenberg ('50-'60)en aan de noordkant jongere bebouwing ('70-'90). Bij beide wegen is de weerspiegeling van het tussengebied voelbaar.

De ontstaansgeschiedenis van beide wegen is ook voelbaar aan de “buitenzijde” van de straat. De Kruisbergseweg is het voorportaal voor de Kruisbergse bossen/ landgoed Hagen. De Haareweg heeft een veel steniger karakter dat gerelateerd is aan de ontwikkeling van de uitbreidingswijken aan de oostkant van de weg.

4.9.3.1 Kruisbergseweg, Ds van Dijkweg en Loolaan

Sinds het einde van de 18e eeuw voerde de Loolaan als rechtstreekse verbinding van de Keppelseweg naar de Kruisberg (2e deel Weg naar de Kruisberg). In oorsprong een geestelijk goed, gebouwd op de kloostergronden van klooster het Sion. Later een gevangenis voor jeugdige delinquenten. In die periode was er nauwelijks bebouwing in de directe omgeving, maar dat veranderde in de tweede helft van de 19e eeuw en het begin van de 20ste eeuw.

Het meest opvallende bouwwerk in de omgeving was in die tijd het pand wat we nu kennen als Villa Ruimzicht. Aan het begin van de 20ste eeuw kwam er ook steeds meer lintbebouwing. Niet alleen langs de Loolaan, maar ook langs de Ds van Dijkweg, toen nog Ruimzichtselaan genoemd en net ten zuiden van de Kruisberg, ter hoogte van de boerderij Sion. De ruimte tegenover Ruimzicht bleef vrij lang onbebouwd.

In de periode van de bouw van Ruimzicht, zal de Ruimzichtselaan ook zijn verbonden met de Loolaan. Op dat moment is de relatie tussen de Loolaan en de Kruisbergseweg sterk veranderd. De Loolaan kreeg een meer ondergeschikt karakter als verbinding. In plaats daarvan werd de Ruimzichtselaan het verbindingsstuk. Niet zozeer met de Keppelseweg, maar met de noordelijk gelegen toegangspoort van de stad Doetinchem (Hezepoort). Alhoewel de wegenstructuur dus steeds meer impact kreeg, bleef het gebied tussen de wegen (de Veentjes) tot na de Tweede Wereldoorlog spaarzaam bebouwd.

Loolaan, Ruimzichtselaan en Kruisbergseweg waren aan het begin van de 20ste eeuw nog zandwegen. Het profiel was smal en het verloop hier en daar grillig. Waarschijnlijk volgden de bochten het reliëf van de ondergrond. Tot na de Tweede Wereldoorlog werden ze gesierd door een stevige en ritmisch aangebrachte laanbeplanting.

4.9.3.2 Haareweg

Het begin van de Haareweg is op de historische kaart van 1905 zichtbaar als een onbeduidend weggetje dat de oostgrens vormt van het park rond Villa Ruimzicht. De weg vormt de westgrens van een stuifduin en is daarmee ook weer vanuit de ondergrond bepaald.

In het begin van de twintigste eeuw kronkelt de weg voorzichtig in noordelijke richting, maar het is geen uitvalsweg. Ook heeft hij slechts geringe betekenis als verbindingsweg.

Saillant detail is de aanwezigheid van de tramlijn Zutphen-Emmerik sinds 1906. Het smalspoor voerde via de Haareweg naar de Kruisbergse bossen.

Tot kort na de Tweede Wereldoorlog heeft de Haareweg slechts betekenis gehad tot aan de huidige J.G. Heuthorststraat. Daar hield hij op en daar eindigde ook de bebouwing. De tweedeling tussen het oude en nieuwe gedeelte van de weg is heel duidelijk zichtbaar, alhoewel er door de jaren heen wel een soort overgangsdeel is ontstaan.

4.9.4 Huidige situatie Kruisbergseweg

Groen

Alhoewel de Kruisbergseweg nog steeds een groen karakter heeft, zijn er veel laanbomen verdwenen. Dat geldt nog sterker voor de Ds van Dijkweg (voorheen Ruimzichtselaan). Belangrijk groenelement bij die weg is het arboretum dat Villa Ruimzicht toebehoort.

De groene uitstraling van de Kruisbergseweg ontstaat vooral door de aanwezigheid van redelijk grote voortuinen aan de westkant van de weg en de aanwezigheid van de Kruisbergse bossen op de achtergrond. Tussen de Berglaan en Kelderlaan staat relatief jonge beplanting (berk) die het straatbeeld heel vriendelijk maakt. Het trottoir is daar breed waardoor het aangenaam wandelen is. Voor het verder van de weg gelegen ziekenhuis Slingeland staat een rij hoge bomen die het gebouw passend camoufleren en als het ware een brug slaan naar het verder teruggelegen landgoed Hagen.

De oostkant van de Kruisbergseweg is spaarzamer beplant en de bebouwing staat dichter op de weg. Dit verschil maakt de weg juist aantrekkelijk. De wegkanten vertellen als het ware hun verhaal over dat wat er zich achter hen bevindt.

Bijzonder is tenslotte het meest noordelijk gelegen deel van de Kruisbergseweg. De weg gaat daar deels over in de Velswijkseweg en wordt aan de westkant begeleid door de enorme verschijningsvorm van een rivierduin. Op het talud staan grote bomen die een vervolg krijgen op de kruising. Samen maken ze onmiddellijk duidelijk dat dit de grens is van een bepaald gebied (landgoed Hagen).

Wegtracé en aantakkingen

Het traject Ds van Dijkweg/ Kruisbergseweg is in de loop van de jaren al een paar keer aangepast om een meer gestroomlijnde verbinding te krijgen. Als gevolg daarvan is de oorspronkelijke relatie met de Loolaan onherkenbaar geworden. Een ander gevolg is de breuk in de Ds van Dijkweg zelf, die aan de centrumkant haaks staat op het deel dat vóór Villa Ruimzicht langs loopt. Ook op dit punt is de ontstaansgeschiedenis onherkenbaar geworden.

Belangrijk zijn verder de diverse aansluitingen tussen Kruisbergseweg en aanliggende wegen. Karakteristiek en verwijzend naar een ver verleden, zijn de eerder genoemde Sionstraat, Loolaan en de Berglaan en afbuiging Kruisbergseweg naar het westen (kruising met Velswijkseweg) en de Kelderlaan en Groenestraat.

De Sionstraat heeft vooral een cultuurhistorische betekenis als verwijzing naar het klooster Sion. Van de Loolaan kan gesteld worden dat hij deels nog de allure heeft van de historische route met de daaraan gekoppelde eind 19e eeuwse bebouwing. Aan één kant van de straat staat ook nog waardevolle laanbeplanting. Voor zowel de Berglaan als de afbuiging van de Kruisbergseweg geldt dat ze een doorkijkje bieden naar een aantrekkelijk (groen) woongebied met monumentale villa's. De Kelderlaan en Groenestraat zijn de rechtstreeks verbindingen en zichtlijnen met en naar landgoed Hagen en in het geval van de Kelderlaan ook met kasteel De Kelder.

Bebouwing

De Kruisbergseweg kent ten zuiden van de Velswijkseweg geen monumenten, met uitzondering van het Rietveldlyceum. Dat wil niet zeggen dat er geen cultuurhistorisch waardevolle panden staan die eventueel voor een monumentenstatus in aanmerking zouden kunnen komen. Veel panden zijn aantrekkelijk dankzij hun detaillering en bijzondere elementen als erkers, balkonnetjes en dergelijke.

Aan de westkant is de bebouwing over het algemeen wat ouder dan aan de oostkant en de tuinen zijn veelal dieper waardoor de afstand tot de straat groter is. Aan de oostkant van de weg bevinden zich hier en daar ook wat naoorlogse bebouwing. Veel huizen liggen wat hoger gelegen ten opzichte van de weg. Dat is overigens aan beide zijden het geval.

Terwijl het merendeel van de bebouwing uit ééngezinswoningen en villa's bestaat en de Kruisbergseweg daarmee echt een woonstraat is, vormen de gebouwen met maatschappelijke functies een belangrijke uitzondering. Het Rietveldlyceum (monument) is een opvallend gebouw aan het begin van de Kruisbergseweg. De bebouwing tegenover de school is veelal modern en in een enkel geval vergelijkbaar in stijl. Het Slingeland ziekenhuis is door de mooie inpassing niet heel erg dominant aanwezig in de straat. Het af- en aanrijden en de toegangswegen hebben uiteraard wel hun impact op de straat. Op kleinere schaal geldt dat overigens ook voor het Rietveldlyceum. Hier zijn het vooral fietsers die maken dat de weg ter hoogte van dit gebouw soms erg drukbezet is.

4.9.5 Huidige situatie Haareweg

Groen

Op de Haareweg is niet echt één doorlopende groenstructuur aanwezig, maar langs het oudste deel van de weg (centrumkant) zijn aan beide zijden bomenrijen aangeplant. De oorspronkelijke situatie aan de kant van Villa Ruimzicht is in de loop van de tijd verdwenen. Door de aanwezigheid van een boomgaard tussen de laan van Ruimzicht en de Haareweg, was de weg groen omkaderd. Er is op dit moment geen invulling van het terrein wat maakt dat de Haareweg nog breder lijkt dan hij al is. Aan de oostkant van de Haareweg liggen de huizen tamelijk ver terug waardoor er voor de tuinen nog een ruim trottoir kan liggen en waardoor grote bomen de ruimte hebben en in het gras kunnen staan. Op deze plek is de historische sfeer nog enigszins voelbaar. De bomenrij aan de overzijde staat in een strook onderbeplanting, maar is nauwelijks stevig genoeg om het lege gevoel van de brede weg op te vangen.

Het vervolgtraject van de weg is hier en daar beplant, maar er is geen sprake van laanbeplanting en geen historische context.

Wegtracé en aantakkingen

De Haareweg heeft een breed profiel en voelt door de afwezigheid van groen niet altijd overal even prettig. Daar komt nog bij dat er jarenlang een tram over de Haareweg heeft gereden. Die zal ongetwijfeld iets hebben bijgedragen aan de algehele sfeer, maar is er nu niet meer.

De beleving wordt daarnaast beïnvloed door de wijze waarop de bebouwing aan de weg ligt. Van redelijk veraf gelegen (oudste stuk), tot dicht op de weg (vanaf nummers 49 en 76) tot aan volledig van de weg afgekeerd (voorbij de Duval Slothouwerstraat).

Op de Haareweg komen verschillende wegen uit en het zou de cultuurhistorie recht doen om veel aandacht te besteden aan deze aansluitingen. Er kan onderscheid gemaakt worden tussen drie verschillende types zijstraten.

De Insulindeweg is de enige straat met een tracé wat verwijst naar de ondergrond. De weg slingert zich tussen de deels nog wat oudere bewoning naar de Borneostraat en het Javaplein waar vooroorlogse bebouwing ligt.

Dan zijn er de strakke buurtstraatjes die de Haareweg –soms via een lichte knik - verbinden met de typisch naoorlogse buurten (west Kruisberg, oost IJkenberg). Het gaat dan om de Surinamestraat/Leerinkstraat en de Seinhorststraat en Antillenstraat. Tenslotte zijn er de entrees vanuit de jongere woonbuurten. Die zijn over het algemeen ingepakt met plantsoen en daardoor minder formeel.

Bebouwing

De Haareweg telt een aantal monumenten die worden gekarakteriseerd onder de noemer overgangsarchitectuur (26,28,30). Het gaat om voormalige arbeiderswoningen met neo-renaissance elementen, daterend van het begin van de 20ste eeuw. De woningen liggen aan het begin van de Haareweg, het oudste deel en vormen een mooi ensemble met de bomen voor de deur. Aangezien er meer woningen van hetzelfde type langs de Haarweg liggen, is het wat vreemd dat er slechts drie zijn aangewezen als gemeentelijk monument. Dit zal in een andere context nader worden onderzocht.

Vanaf de nummers 49 en 76 staat de bebouwing dichter op de weg en is een mix te aanschouwen van typische jaren dertig woningen, een enkele woning van rond 1910 en daartussendoor meer recente bebouwing. De westkant telt meer oudere woningen dan de oostkant. De vooroorlogse bebouwing heeft hier en daar nog aardige detaillering in het baksteenwerk. Bij de naoorlogse woonbuurtjes vallen maken de koppen van het straatje soms een draai waardoor de aandacht naar binnen wordt getrokken.

Vanaf de Duval Slothouwer is er steeds minder zichtbaar van de bebouwing. De wijken langs de weg zijn gebouwd in de 70'er, 80'er en 90'er jaren. Voor een groot deel zijn ze uit het zich door een geluidsscherm langs de weg. Voor dit deel van de Haareweg kan op geen enkele manier meer over cultuurhistorische waarden worden gesproken.

4.9.6 Effecten geplande ingrepen

Een belangrijk onderdeel van de verkeerskundige ingrepen is het verbreden van de wegen cq, het scheiden van de rijgedeeltes voor auto's en fietsers. Daarnaast wordt de aansluiting op zijwegen op enkele plekken gewijzigd. De verbreding van de wegen kan gevolgen hebben voor de uitstraling van het gebied en daarmee op het historisch karakter. Dat gebeurt op het moment dat het bestaande bomenareaal geheel of gedeeltelijk wordt aangetast en er geen bomen voor terug komen. Bij het aanbrengen van wijzigingen op de aansluiting van zijwegen is het van belang dat de relatie tussen de twee (of meer) wegen inzichtelijk blijft.

Effecten Kruisbergseweg

Langs de Kruisbergseweg zijn geen bomen aangemerkt als bijzonder, wat wil zeggen dat de individuele bomen niet als erg waardevol zijn aangemerkt. De structuur van de beplanting is dat vanuit het oogpunt van cultuurhistorie wel, ook als is het oorspronkelijke laanelement hier en daar aangetast. Het contrast tussen de westzijde van de weg (veel bomen en groen karakter) en de oostkant, steniger, is ook van belang. Dat contrast komt ook tot uitdrukking in de verschillende afstanden van de bebouwing tot de weg.  Vanuit cultuurhistorie bezien is het wenselijk om de laanstructuur langs de Kruisbergseweg verder uit te breiden.

Effecten Haareweg

Voor de wijzigingen aan de Haareweg zullen de effecten minimaal zijn. Ten eerste omdat het profiel meer ruimte biedt en ten tweede omdat er minder bomen staan en dus ook minder bomen verwijderd zullen worden. Het karakter van de weg is nu al behoorlijk dominant ten opzichte van de bebouwing. Dat is in het nieuwste deel van de weg niet erg omdat de bebouwing zich daar toch al helemaal afkeert van de weg. Bij de entree zou naar meer beslotenheid en statigheid gezocht kunnen worden, eventueel met beplanting.

Kansen

De aanpassing aan de wegen biedt ook kansen. Dat is ten eerste het herstel van de laanbeplanting. Daarnaast biedt de wijziging de mogelijkheid om op de Haareweg aandacht te besteden aan de aantakking van de zijwegen. Het zou een aanvulling op de cultuurhistorische kwaliteiten zijn als het karakter van de entrees naar de verschillende achtergelegen buurtjes (nog) sterker geprofileerd zouden kunnen worden.

De doorvertaling

Gezien de mogelijke effecten voor de cultuurhistorie, maar ook de kansen die zich voordoen, is bij het opstellen van het definitief ontwerp een ontwerper betrokken.

Belangrijkste uitgangspunt is dat de nieuwe inrichting dient te passen binnen de principes van 'duurzaam veilig'. Dat belang heeft geprevaleerd boven andere belangen. In zijn algemeenheid kan worden aangegeven dat beoordeeld is op welke wijze de bermen van de wegen op een eenduidige en rustige manier ingericht kunnen worden. Daar waar mogelijk wordt in de aanplant van nieuwe bomen voorzien in een laanachtige structuur.