direct naar inhoud van Artikel 4 Bedrijventerrein
Plan: RBT 2009, gedeeltelijke herziening externe veiligheid
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0222.R52B003A-0003

Artikel 4 Bedrijventerrein

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijventerrein' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven, met uitzondering van zelfstandige kantoorfuncties, met dien verstande dat m.e.r.-plichtige bedrijven zijn uitgesloten:
    • 1. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 2' bedrijven met bijbehorende bedrijfsactiviteiten in de categorieën 1 en 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn toegestaan met uitzondering van grote lawaaimakers;
    • 2. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 3.1' bedrijven met bijbehorende bedrijfsactiviteiten in de categorieën 1 tot en met 3.1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn toegestaan met uitzondering van grote lawaaimakers;
    • 3. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 3.2' bedrijven met bijbehorende bedrijfsactiviteiten in de categorieën 1 tot en met 3.2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn toegestaan met uitzondering van grote lawaaimakers;
    • 4. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 4.1' bedrijven met bijbehorende bedrijfsactiviteiten in de categorieën 1 tot en met 4.1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn toegestaan met uitzondering van grote lawaaimakers;
    • 5. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 4.2' bedrijven met bijbehorende bedrijfsactiviteiten in de categorieën 1 tot en met 4.2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn toegestaan met uitzondering van grote lawaaimakers;
  • b. zelfstandige kantoorfuncties, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'kantoor';
  • c. verkooppunt van motorbrandstoffen met lpg uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg' met de bijbehorende ondergeschikte detailhandel en met dien verstande dat uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'vulpunt lpg' een vulpunt voor lpg van het bijbehorende verkooppunt voor motorbrandstoffen is toegestaan;
  • d. detailhandel in volumineuze goederen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - showroom';
  • e. horeca in de vorm van een hotel-congress centrum met de daaraan gerelateerde functies, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - hotel';
  • f. kantoor, uitsluitend ten dienste van en voor maximaal 50 % van de brutovloeroppervlakte van de onder a genoemde bestemming en met dien verstande dat minimaal 50 % van de brutovloeroppervlakte van de in sub a genoemde bestemming bestemd blijft voor bedrijven;
  • g. detailhandel in ter plaatse geproduceerde goederen, uitsluitend ten dienste van en voor maximaal 10 % van de brutovloeroppervlakte tot een maximum van 200 m2 van de onder a genoemde bestemming en met dien verstande dat minimaal 50 % van de brutovloeroppervlakte van de in sub a genoemde bestemming bestemd blijft voor bedrijven;
  • h. horeca, uitsluitend in de vorm van een bedrijfsrestaurant/kantine en ondergeschikt aan de onder a, b en c genoemde bestemming en met dien verstande dat minimaal 50% van de brutovloeroppervlakte van de onder a genoemde bestemming bestemd blijft voor bedrijven;
  • i. geluidruimte, met dien verstande dat:
    • 1. de geluidruimte maximaal 65 dB(A)/m² bedraagt;
    • 2. de bestemmingsgeluidruimte maximaal 62 dB(A)/m² bedraagt;
    • 3. de kavelgeluidruimte maximaal 60 dB(A)/m² bedraagt;
  • j. waterlopen, waterbergingen en waterinfiltratievoorzieningen;
  • k. verkeer, verblijf en mogelijkheden voor ontmoeting;
  • l. groen- en nutsvoorzieningen;

en daarbij behorende gebouwen, bouwwerken geen gebouwen zijnde en voorzieningen.

4.2 Bouwregels
4.2.1 Algemeen

Op de in 4.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde ten dienste van de bestemming 'Bedrijventerrein' worden gebouwd met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - bebouwing uitgesloten' geen gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.

4.2.2 Gebouwen en bijbehorende bouwwerken (overkappingen)

Voor het bouwen van gebouwen gelden de navolgende regels:

  • a. de bouw van een bedrijfswoning is niet toegestaan;
  • b. per bouwperceel is maximaal één gebouw toegelaten;
  • c. de afstand tot de voorste perceelsgrens moet minimaal 6 m bedragen;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m) en maximum bebouwingspercentage (%)' geldt de weergegeven maximale bouwhoogte en het weergegeven bebouwingspercentage;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'maximum hoogte (m)' geldt de weergegeven maximale hoogte in geval van een hoogteaccent;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' geldt de weergegeven maximale goot- en bouwhoogte;
  • g. ter plaatse van de aanduiding 'maximum oppervlakte (BVO) (m2)' geldt de weergegeven maximale bruto vloeroppervlakte;
  • h. ter plaatse van de aanduiding 'minimum afstand tot de perceelgrens (m)' geldt de weergegeven minimale afstand tot de zijdelingse perceelgrens;
  • i. in afwijking van het bepaalde in sub f moet de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens, indien de bouwperceelsgrens grenst aan gronden als bedoeld in 4.1 onder i, j en k 6 m bedragen.
4.2.3 Bouwwerken geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken geen gebouwen zijnde gelden de navolgende regels:

  • a. de bouw van een overkapping is niet toegestaan;
  • b. de bouwhoogte mag maximaal 4 m bedragen;
  • c. in afwijking van het bepaalde onder a, mag de bouwhoogte van:
    • 1. erfafscheidingen maximaal 2 m bedragen;
    • 2. verlichting en vlaggenmasten maximaal 10 m bedragen;
    • 3. antennes maximaal 15 m bedragen;
    • 4. reclamemasten en reclamezuilen achter (het verlengde van) de naar de weg gekeerde bouwgrens maximaal de toegestane bouwhoogte als bedoeld in 4.2.2onder d bedragen;
    • 5. silo's en schoorstenen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'silo', maximaal 40 m bedragen;
  • d. in afwijking van het bepaalde in 4.2.1 zijn ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - bebouwing uitgesloten' uitsluitend bouwwerken geen gebouwen zijnde toegelaten ten behoeve van reclame-uitingen, onder voorwaarden dat:
    • 1. per bedrijfsperceel maximaal 1 reclameuiting is toegestaan;
    • 2. de bouwhoogte maximaal 2 m mag bedragen;
    • 3. de diepte maximaal 2 m mag bedragen;
    • 4. de breedte maximaal 2 m mag bedragen.
4.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen, met inachtneming van het bepaalde in 4.2, nadere eisen stellen met betrekking tot:

  • a. dakvormen, dakhellingen en nokrichtingen van bouwwerken;
  • b. de bouw- en goothoogte van bouwwerken;
  • c. de afmetingen van bouwwerken;
  • d. het aantal en de situering van bouwwerken;
  • e. het aantal en de situering van parkeerplaatsen op eigen terrein;

onder voorwaarde dat de nadere eisen niet op onevenredige wijze aan een doelmatig gebruik van gronden en bouwwerken in de weg staan.

4.4 Afwijken van de bouwregels
4.4.1 Hoogteaccent

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.2.2 onder d voor de realisatie van een hoogteaccent tot maximaal 16 m, onder voorwaarden dat:

  • a. een hoogteaccent uitsluitend op een hoekperceel gerealiseerd mag worden;
  • b. de ruimtelijke uitwerking van de afwijking aanvaardbaar is.
4.5 Gebruiksregels
4.5.1 Algemeen

Onverminderd het bepaalde in Artikel 15 Algemene gebruiksregels, is het verboden de gronden te gebruiken in strijd met de bestemming. Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval verstaan het gebruik ten behoeve van:

  • a. verblijfsrecreatie;
  • b. bewoning;
  • c. staanplaats voor wagens en/of onderkomens;
  • d. het gebruik dat overschrijding van de kavelgeluidruimte tot gevolg heeft.
4.5.2 Parkeren

Per bouwperceel dient te worden voorzien in voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein met dien verstande dat:

  • a. het aantal parkeerplaatsen bij:
    • 1. kantoren zonder baliefunctie minimaal 1,7 en maximaal 2,5 parkeerplaatsen per 100 m2 bvo worden gerealiseerd;
    • 2. arbeidsextensieve en bezoekersextensieve bedrijven minimaal 0,8 en maximaal 0,9 parkeerplaatsen per 100 m2 bvo worden gerealiseerd;
    • 3. arbeidsintensieve en bezoekersextensieve bedrijven minimaal 2,5 en maximaal 2,8 parkeerplaatsen per 100 m2 bvo worden gerealiseerd;
    • 4. een bedrijfsverzamelgebouw minimaal 0,8 en maximaal 1,7 parkeerplaatsen per 100 m2 bvo worden gerealiseerd;
  • b. bij de bepaling van het feitelijk aantal parkeerplaatsen zoals genoemd onder a vooraf advies wordt ingewonnen bij de afdeling van de gemeente Doetinchem die verantwoordelijk is voor het ruimtelijk beleid, inclusief het parkeerbeleid.
4.5.3 Externe veiligheid
  • a. Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - leiding' is het niet toegestaan om (beperkt) kwetsbare objecten te realiseren,
4.5.4 Opslag

Opslag van goederen in de openlucht is uitsluitend toegestaan indien deze met wanden wordt omsloten.

4.6 Afwijken van de gebruiksregels
4.6.1 Bedrijfsactiviteiten

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.1 onder a voor het toestaan van een bedrijf en/of (met bijbehorende) bedrijfsactiviteiten in een hogere milieucategorie of voor het toestaan van een bedrijf met bijbehorende bedrijfsactiviteiten dat niet is vermeld in de Staat van Bedrijfsactiviteiten, onder voorwaarden dat:

  • a. de afwijking niet mag worden verleend voor grote lawaaimakers;
  • b. de maximaal toelaatbare categorie met maximaal 1 milieucategorie wordt overschreden;
  • c. het bedrijf met bijbehorende bedrijfsactiviteiten naar aard, omvang en hinder gelijk te stellen is met de op grond van de Staat van Bedrijfsactiviteiten toegelaten bedrijven en dat dit indien nodig middels een milieuhygiënisch onderzoek door de aanvrager is aangetoond;
  • d. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken niet onevenredig worden aangetast.
4.6.2 Geluid

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.1 onder h voor:

  • a. vergroting van de kavelgeluidruimte, onder voorwaarden dat:
    • 1. de vergroting uitsluitend ten nadele strekt van de algemene reserve;
    • 2. de grenswaarden voor het geluid niet worden overschreden;
  • b. verkleining van de kavelgeluidruimte, onder voorwaarden dat:
    • 1. de verkleining uitsluitend tot voordeel strekt van de algemene reserve;
    • 2. de verkleining niet tot gevolg mag hebben dat de kavelgeluidruimte minder dan 60 dB(A)/m² bedraagt;
    • 3. de kavelgeluidruimte gedurende 3 aaneengesloten jaren niet is gebruikt;
  • c. vergroting van de bestemmingsgeluidruimte, onder voorwaarden dat:
    • 1. de vergroting uitsluitend ten nadele strekt van de algemene reserve;
    • 2. de vergroting noodzakelijk is ter vergroting van de kavelgeluidruimte van nieuw gevestigde bedrijven;
    • 3. de grenswaarden voor het geluid niet worden overschreden.