Plan: | Belderstraat 2010 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0222.R07B210A-0004 |
De regels geven inhoud aan de op de verbeelding aangegeven bestemmingen. Ze geven aan waarvoor de gronden en opstallen al dan niet gebruikt mogen worden en wat en hoe er gebouwd mag worden. Bij de opzet van de regels is getracht het aantal regels zo beperkt mogelijk te houden en slechts datgene te regelen, dat werkelijk noodzakelijk is.
Het kan in een concrete situatie voorkomen dat afwijking van de gestelde normen gewenst is. Hiertoe zijn in het bestemmingsplan flexibiliteitsregels opgenomen, te weten een ontheffingsbevoegdheid.
De bevoegdheid om ontheffing van bepaalde normen te verlenen is gebaseerd op artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening. De uitvoering ervan berust bij het college van burgemeester en wethouders van de gemeente. Deze flexibiliteitsbepaling maakt afwijkingen van geringe aard mogelijk, waarbij de aan de grond toegekende bestemming gehandhaafd blijft.
De regels zijn onderverdeeld in de volgende vier hoofdstukken:
In hoofdstuk 1 worden enkele in de regels gehanteerde begrippen nader verklaard, zodat interpretatieproblemen zoveel mogelijk worden voorkomen. Daarnaast wordt aangegeven op welke wijze bepaalde afmetingen dienen te worden gemeten.
Hoofdstuk 2 bevat de bestemming met een beschrijving van de toegestane gebruiksvormen en bebouwing.
Hoofdstuk 3 bevat de algemene regels. In dit hoofdstuk zijn achtereenvolgens opgenomen een antidubbeltelbepaling, algemene bouw- en gebruiksregels, algemene ontheffings- en wijzigingsregels en algemene procedureregels.
In hoofdstuk 4, ten slotte, zijn het overgangsrecht en een slotregel (citeertitel) opgenomen.
Onderhavig bestemmingsplan kent drie bestemmingen, te weten 'Groen', 'Sport' en 'Water'.
Bestemming 'Groen' (artikel 3)
Deze bestemming is toegekend aan het structurele groen in en om het plangebied. Binnen de bestemming zijn (afschermende) groenvoorzieningen en bomen mogelijk. De bestaande bomen en het bestaande groen vallen eveneens in deze bestemming. De bestemming is toegekend aan met name het groen dat essentieel is in verband met de landschappelijke inpassing en afscherming van het golfpark. Op het terrein zelf komt ook her en der groen voor, maar dat is niet specifiek bestemd. Dat zou de inrichtingsmogelijkheden op het terrein te veel inperken. Een deel van de Belderstraat zal worden uitgelegd en zal daarom zijn bestemming 'Verkeer' verliezen. De bestemming van dit stuk wordt in dit plan gewijzigd naar 'Groen'.
Uitsluitend ter hoogte van de aanduiding "pd" zal een ontsluiting voor langzaam verkeer (aan de Vogelstraat) worden aangelegd.
Binnen de groenbestemming zijn tevens water en waterhuishoudkundige voorzieningen mogelijk.
De aard van de bestemming brengt met zich mee dat de bouwmogelijkheden beperkt zijn, Alleen bouwwerken behorende bij de beplanting of water, geen gebouwen zijnde, zijn mogelijk.
Bestemming 'Sport' (artikel 4)
De belangrijkste bestemming van dit bestemmingsplan. Binnen deze bestemming is de uitoefening van intensieve dagrecreatie in de vorm van pitch&putt mogelijk. Van het begrip pitch&putt is in artikel 1 een omschrijving opgenomen. Dit mede om verwarring met een golfbaan te voorkomen. Ook is horeca mogelijk, maar dan ondergeschikt aan en ten dienste van de pitch&putt-activiteiten. Van ondergeschikt belang houdt in dat slechts een beperkt deel van de inkomsten uit de horeca mag komen, de hoofdinkomsten zullen komen uit de Pitch & Putt-activiteiten. Tevens moet de horeca ten dienste staan van de pitch&putt-activiteiten. Dit houdt in dat er geen zelfstandige horeca is toegestaan, zoals een partycentrum voor bruiloften en partijen.
Ter hoogte van de aanduiding "os" dient de (hoofd)ontsluiting van het terrein (aan de Broekhuizerstraat/Liemersweg) te worden aangelegd. Hier zullen de bezoekers die per auto komen het terrein oprijden.
In de bouwregels is bepaald, dat gebouwen dienen te worden gebouwd binnen het bouwvlak. Één van de bouwvlakken op de verbeelding heeft de aanduiding '(bw)' hetgeen staat voor: bedrijfswoning. Alleen daar is een bedrijfswoning mogelijk. Het andere bouwvlak is bedoeld voor de bouw van een clubruimte. Bij de bedrijfswoning zijn ook bijgebouwen mogelijk. De bijgebouwenregeling is afgestemd op de algemeen gemeentelijke bijgebouwenregeling.
De bouwhoogte van de gebouwen mag maximaal 9 meter bedragen. Voor de bedrijfswoning geldt daarnaast een goothoogte van maximaal 6 meter. De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, is maximaal 10 meter. De inhoud van de bedrijfswoning mag maximaal 750 m3 bedragen. Bij een vrijstelling van 10% van de inhoud wordt de inhoudsberekening bepaald op basis van aansluitend gemiddeld maaiveld niveau.
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van de regels om een andere vorm van sportactiviteiten dan pitch&putt toe te staan. Voorwaarde is wel, dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van in de omgeving aanwezige functies en waarden en er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de belangen van eigenaren en gebruikers van omliggende gronden.
Bestemming 'Water' (artikel 5)
De watergangen rondom het plangebied zijn zodanig bestemd. Het betreft hier met name de Wehlse beek. In het kader van de ontwikkeling van het golfpark is deze beek verlegd (zie paragraaf 4.4.4.