direct naar inhoud van Toelichting
Plan: Parapluherziening Uitsluiten woningbouw bestemmingen Centrum en Gemengd - 2018
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0222.R70B014A-0001

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Aanleiding en doel

De gemeenteraad van Doetinchem heeft op 5 november 2015 de 'herziening woningbouwstrategie 2015' (verder: HWS) vastgesteld. Naar aanleiding van dit besluit is het nodig om de nu nog aanwezige onbenutte directe bouwmogelijkheden voor nieuwe woningen uit te sluiten. De raad heeft hiervoor op 22 september 2016 een vervolgbesluit genomen, 'Uitvoering herziene woningbouwstrategie'. Het voorliggende bestemmingsplan is hier een uitwerking van.
Het raadsbesluit van 5 november 2015 is als bijlage 1 toegevoegd en het besluit van 22 september 2016 als bijlage 2.

In de bestemmingen 'Centrum' en 'Gemengd' moet deze directe bouwmogelijkheid geschrapt worden. Wel wordt er in deze bestemmingen een afwijkingsbevoegdheid voor het college van burgemeester en wethouder opgenomen voor het realiseren van nieuwe woningen. Op deze manier kan de gemeente in de toekomst het realiseren van nieuwe woningen binnen deze bestemmingen toch weer toe staan. Hiermee heeft de gemeente de regie over de bouw van nieuwe woningen, zoals dit beoogd is in de HWS.

Met het voorontwerp bestemmingsplan "Parapluherziening Uitsluiten woningbouw bestemmingen Centrum en Gemengd - 2017" is in het najaar van 2016 het concrete beleidsvoornemen kenbaar gemaakt om de ongebruikte - latente - woningbouwmogelijkheden in de bestemmingen 'Centrum' en 'Gemengd' in de diverse bestemmingsplannen binnen de gemeente Doetinchem te schrappen. In 2018 is het plan overeenkomstig de Wro in procedure gegaan als ontwerpbestemmingsplan en uiteindelijk vastgesteld door de gemeenteraad. Het jaartal in de naam van het bestemmingsplan is daarbij aangepast.

Voor Gaanderen is inmiddels een apart bestemmingsplan vastgesteld, waarin de HWS verwerkt is. Voor de andere bestemmingen waarin woningbouwmogelijkheden zijn opgenomen volgt ook nog een parapluherziening, vergelijkbaar met het voorliggende plan of wordt een actualisatieplan als voorontwerp in procedure gebracht. Zo wordt verder uitvoering gegeven aan de HWS.

1.2 Plangebied

De "Parapluherziening Uitsluiten woningbouw bestemmingen Centrum en Gemengd - 2018" heeft in principe betrekking op alle bestemmingen 'Centrum' en 'Gemengd' in de bestemmingsplannen die binnen de gemeente Doetinchem geldend zijn, met uitzondering van het plangebied van bestemmingsplan "Gaanderen - 2017". De onder deze parapluherziening vallende bestemmingsplannen zijn weergegeven in paragraaf 1.3. De in deze parapluherziening opgenomen bestemmingsregels gelden als wijziging en/of aanvulling op de bouw- en gebruiksregels voor de betreffende bestemmingen in de geldende bestemmingsplannen.
De plangebieden van de plannen die onder deze parapluherziening vallen, vormen tezamen dus het plangebied van het voorliggende plan.

afbeelding "i_NL.IMRO.0222.R70B014A-0001_0001.jpg"

  • Plangebied deel kern Doetinchem

afbeelding "i_NL.IMRO.0222.R70B014A-0001_0002.jpg"

  • Plangebied deel kernen Wehl en Nieuw Wehl

1.3 Geldende bestemmingsplannen

Binnen het plangebied gelden meerdere bestemmingsplannen. Hieronder zijn deze bestemmingsplannen opgenomen.

Bestemmingsplan   Identificatienummer*   datum vaststelling   bestemming  
Binnenstad en De Veentjes - 2012   NL.IMRO.0222.R06B077A-   30 mei 2013   Centrum  
De Pas 2010   NL.IMRO.0222.R06B077A-   28 april 2011   Centrum
Gemengd  
Dichteren - 2012   NL.IMRO.0222.R39B077A-   6 december 2012   Gemengd - 1
Gemengd - 2  
Hamburgerbroek - Intermecoterrein 2010   NL.IMRO.0222.R35B031A-   26 mei 2011   Gemengd  
Het Loo 2007   R16B041A   19 maart 2009   Gemengd  
Nieuw Wehl 2008   R51B202A   11 juni 2009   Gemengd  
Oosseld en Wijnbergen - 2013   NL.IMRO.0222.R20B001A-   27 juni 2013   Centrum  
Saronixterrein e.o. - 2012   NL.IMRO.0222.R36B025A-   6 december 2012   Gemengd - 3  
Torenallee 2008   GDO201   1 oktober 2009   Gemengd - GDI -
Gemengd - GDII -
Gemengd - GDIII -  
Wehl 2008   R50B209A   4 februari 2010   Centrum  
Wehl 2008, 1e wijziging (Stationsstraat 30/30a)   R50W226A   17 maart 2015   Centrum  
  * als nummer begint met NL.IMRO is sprake van een digitaal bestemmingsplan, de andere plannen zijn analoge bestemmingsplannen.  

De aangehaalde regels van de hiervoor genoemde bestemmingen per bestemmingsplan zijn bij deze toelichting gevoegd:

Als het bestemmingsplan "Parapluherziening Uitsluiten woningbouw bestemmingen Centrum en Gemengd - 2018" in werking is getreden zullen de bovengenoemde bestemmingsplannen gewijzigd en/of aangevuld zijn met de regels in deze parapluherziening.

Plannen die geen deel uitmaken van de parapluherziening

Uit bovenstaande lijst blijkt dat niet alle bestemmingsplannen die in Doetinchem gelden, deel uitmaken van de voorliggende parapluherziening. Terwijl daar bij een aantal plannen wel de bestemming 'Centrum', 'Gemengd', of een vergelijkbare bestemming, in voorkomt. Dit is een bewuste keuze, want:

  • a. in de Herziene Woningbouwstrategie, raadsbesluiten van 5 november 2015 (bijlage 1) en 22 september 2016 (bijlage 2) zijn hiervoor afspraken gemaakt om te komen tot woningbouwontwikkeling, of dat deze locatie in de (pre)realisatiefase zitten. Het gaat concreet om de volgende bestemmingsplannen / bestemmingen:
      • Zaagmolenpad - 2013, NL.IMRO.0222.R36B027A-, bestemming 'Gemengd'
      • Saronixterrein e.o. 2012 - 1e herziening (Verbod dak- en thuislozenvoorziening), NL.IMRO.0222.R36B026A-, bestemmingen 'Gemengd 1' en 'Gemengd 2'.
  • b. het zijn bestemmingsplannen waar de bestemming 'Gemengd' voorkomt maar waar geen woningbouw mogelijk is. Deze maken ook geen onderdeel uit van deze parapluherziening. Dit zijn concreet de volgende plannen:
      • Bedrijventerrein Verheulsweide 2008;
      • Verheullsweide - Vredesteinterrein 2010.
  • c. de bestemming 'Gemengd' binnen het bestemmingsplan 'Binnenstad en De Veentjes - 2012' maakt geen woningbouw mogelijk . De in dat plan opgenomen bestemming 'Centrum' wel, zoals blijkt uit de voorgaande tabel .
  • d. bestemmingsplan Gaanderen maakt geen onderdeel uit van deze parapluherziening. Hiervoor is een afzonderlijk bestemmingsplan vastgesteld, 'Uitsluiten woningbouw Gaanderen - 2016', waar eveneens de latente woningbouwmogelijkheden zijn uitgesloten.

Hoofdstuk 2 Planbeschrijving

Het voorliggende bestemmingsplan regelt dat in de bestemmingen 'Centrum' en 'Gemengd' de directe bouwmogelijkheid voor het realiseren van woningen niet meer mogelijk is. Daarbij wordt, om het plan wel flexibel te houden, een afwijkingsbevoegdheid opgenomen, zodat eventueel toch nog woningen kunnen worden gerealiseerd, als deze (in de toekomst) passen in het dan geldende gemeentelijke woningbouwprogramma.

Locaties van de bestemmingen

In de navolgende afbeeldingen zijn de locaties van de bestemmingen 'Centrum' en 'Gemengd' per plangebied weergegeven. De roze of lichtbruin gekleurde vlakken zijn de locaties waar de betreffende bestemming geldt en maken dus onderdeel uit van voorliggende bestemmingsplan.

Binnenstad en De Veentjes - 2012

afbeelding "i_NL.IMRO.0222.R70B014A-0001_0003.png"

  • Bestemming 'Centrum'

De Pas 2010

afbeelding "i_NL.IMRO.0222.R70B014A-0001_0004.png"

  • Bestemming 'Centrum'

De Pas 2010

afbeelding "i_NL.IMRO.0222.R70B014A-0001_0005.png"

  • Bestemming 'Gemengd'

Dichteren - 2012

afbeelding "i_NL.IMRO.0222.R70B014A-0001_0006.png"

  • Bestemming 'Gemengd 1' en 'Gemengd 2'

Hamburgerbroek - Intermecoterrein 2010

afbeelding "i_NL.IMRO.0222.R70B014A-0001_0007.png"

  • Bestemming 'Gemengd'

Het Loo 2007 en Torenallee 2008

afbeelding "i_NL.IMRO.0222.R70B014A-0001_0008.png"

  • Bestemming 'Gemengd', 'Gemengd I', 'Gemengd II' en 'Gemengd III'

Nieuw Wehl 2008

afbeelding "i_NL.IMRO.0222.R70B014A-0001_0009.png"

  • Bestemming 'Gemengd'

Oosseld en Wijnbergen - 2013

afbeelding "i_NL.IMRO.0222.R70B014A-0001_0010.png"

  • Bestemming 'Centrum'

Saronixterrein e.o. - 2012

afbeelding "i_NL.IMRO.0222.R70B014A-0001_0011.png"

  • Bestemming 'Gemengd 3'
    De twee vlakken zuidelijk gelegen maken onderdeel uit van Saronixterrein e.o. - 2012 1e herziening (Verbod dak- en thuislozenvoorziening) en maakt geen onderdeel meer uit van bestemmingsplan Saronixterrein e.o. - 2012. Zie paragraaf 1.3, bij 'Plannen die geen deel uitmaken van de parapluherziening'.

Wehl 2008

afbeelding "i_NL.IMRO.0222.R70B014A-0001_0012.png"

  • Bestemming 'Centrum'

Wehl 2008, 1e wijziging (Stationsstraat 30/30a)

afbeelding "i_NL.IMRO.0222.R70B014A-0001_0013.jpg"

  • Bestemming 'Centrum'

Hoofdstuk 3 Beleidskader

In dit hoofdstuk komt het overheidsbeleid aan de orde dat van invloed is op het voorliggende bestemmingsplan. In dit hoofdstuk zijn de beleidsstukken die van toepassing zijn toegelicht. Niet genoemde beleidsstukken zijn niet van invloed. Deze zijn voor de volledigheid genoemd in bijlage 14.

3.1 Provinciale omgevingsvisie en -verordening

3.1.1 Omgevingsvisie Gelderland (december 2015 incl. navolgende actualisaties)

In hoofdstuk 3, paragraaf 3.1 van de Omgevingsvisie Gelderland spreekt de provincie de ambitie uit zich in te zetten voor vitale steden en dorpen en voor een duurzame verstedelijking. Een van de handvatten hierbij is het bieden van een basis voor regionale afspraken over wonen en werken. Daarom wordt op provinciaal niveau woonprogrammering in het kader van de Regionale Woonagenda’s opgepakt, zie ook paragraaf 3.2. Daarbij gaat het over de vraag hoeveel woningen van welk type wanneer worden opgeknapt of bijgebouwd.

De provincie neemt hierbij een regierol. Zij treedt op als de afspraken niet van de grond komen, of wanneer de afspraken niet worden nageleefd. Het voorliggende bestemmingsplan is in lijn met de Omgevingsvisie.

3.1.2 Omgevingsverordening Gelderland (december 2015 incl. navolgende actualisaties)

De afspraken over de groei van de woningvoorraad (hoeveel woningen komen er nog bij?) worden vastgelegd in de 'kwantitatieve opgave t/m 2024'. In de provinciale Omgevingsverordening Gelderland is de status van de kwantitatieve opgave vastgelegd (art. 2.2.1.1): "In een bestemmingsplan worden nieuwe woonlocaties en de daar te bouwen woningen slechts toegestaan wanneer dit past in het vigerende door Gedeputeerde Staten vastgestelde Kwalitatief Woonprogramma successievelijk de door Gedeputeerde Staten vastgestelde kwantitatieve opgave wonen voor de betreffende regio."

Voor Doetinchem is dit vastgelegd in de Regionale woonagenda Achterhoek, zie paragraaf 3.2.

3.2 Regionale woonagenda Achterhoek

Op 25 juni 2015 heeft de gemeenteraad van Doetinchem de Regionale woonagenda Achterhoek 2015-2025 vastgesteld als opvolger van de Regionale Woonvisie 2010-2020. De Regionale woonagenda schets de kaders en geeft ruimte om de inhoud mede door andere partijen te laten invullen. Daarmee verschuift de rol van de overheid van inhoudelijk bepalend naar procesbegeleidend. Kernbegrippen zijn kaders stellen, faciliteren en ruimte geven.

De kernboodschap voor de komende jaren luidt dan ook:

  • Er zijn (bijna) voldoende woningen (in aantallen) om te voorzien in de vraag. Het is noodzakelijk om de regionale ambitie (5.900 woningen toevoegen tussen 2010 en 2025) verder te verlagen met 10%. Het nieuwe regionale aantal is 3.145 woningen tussen 2015 en 2025.
  • Een integrale aanpak is nodig om de bestaande woningen toekomstbestendig te maken (kwalitatief), waarbij de eigenaar een persoonlijke mix kiest van onderhoud, isolatie, energieopwekking en levensloopbestendig maken. Sloop/nieuwbouw kan een optie zijn.
  • Voor leegstaand en leegkomend vastgoed is een gezamenlijke beeldvorming met een lokale aanpak nodig. Naast herbestemmen zal in toenemende mate ook sloop aan de orde zijn.
  • Wonen en zorg vormt een belangrijk aandachtspunt bij al deze genoemde ontwikkelingen.

De gemeenten uit de regio zijn na vaststelling van de Regionale woonagenda begonnen om deze lokaal uit te werken. Doetinchem heeft daartoe een herziene woningbouwstrategie opgesteld. Op 5 november 2015 is deze 'Herziene woningbouwstrategie 2015' door de raad van Doetinchem vastgesteld. Voor Doetinchem betekent dit dat de gemeenteraad onder andere heeft ingestemd met het aantal woningen, dat in Doetinchem mag worden toegevoegd tussen 1 januari 2015 en 1 januari 2025, te maximeren op 1.375. Meer hierover in paragraaf 3.3 Herziene woningbouwstrategie 2015.

3.3 Herziene woningbouwstrategie 2015

De gemeente Doetinchem heeft het kwantitatieve deel van de regionale woonagenda uitgewerkt in de 'Herziene woningbouwstrategie 2015' (verder: HWS). Deze is op 5 november 2015 door de gemeenteraad van Doetinchem vastgesteld (bijlage 1. In de HWS is vastgelegd, dat in Doetinchem tussen 1 januari 2015 en 1 januari 2025 maximaal 1.375 woningen mogen worden toegevoegd.

Dit betekent dat sindsdien alleen nieuwe woningen gebouwd mogen worden die passen in de HWS. Alle overige woningen, ook dienstwoningen, die niet in de HWS passen die worden uitgesloten. Dit betekent dat de mogelijkheid van het bouwen van nieuwe woningen in geldende plannen geschrapt moet worden. Daarom is het voorliggende bestemmingsplan (parapluherziening) voor de bestemmingen 'Centrum' en 'Gemengd' opgesteld. Dit bestemmingsplan geeft het concrete beleidsvoornemen weer om de ongebruikte - latente - woningbouwmogelijkheden in deze bestemmingen (met uitzondering van Gaanderen) te schrappen.

Het schrappen van de ongebruikte woningbouwmogelijkheden in deze bestemmingen, draagt eraan bij dat de gemeente zelf kan bepalen waar, welke type woningen en wanneer de 1.375 nieuwe woningen gebouwd gaan worden. Het voorliggende bestemmingsplan is een uitwerking van de HWS. Over de uitvoering van de herziene woningbouwstrategie heeft de raad op 22 september 2016 een besluit genomen, bjilage 2, en is het voorliggende bestemmingsplan een uitwerking.

3.4 Ladder voor duurzame verstedelijking

Het voorliggende plan maakt geen stedelijke ontwikkeling mogelijk, het beperkt zelfs de bestaande mogelijkheden voor stedelijke ontwikkelingen. Om die reden is toetsing aan de Ladder voor duurzame verstedelijking, zoals opgenomen in artikel 3.1.6 lid 2 van het Bro, niet nodig. Er is immers geen sprake van een stedelijke ontwikkeling in het voorliggende bestemmingsplan.

Hoofdstuk 4 Haalbaarheid

In het kader van de "Parapluherziening Uitsluiten woningbouw bestemmingen Centrum en Gemengd - 2018" is geen onderzoek uitgevoerd naar de diverse milieuaspecten en andere aspecten zoals water, archeologie en flora & fauna. De parapluherziening introduceert geen nieuwe gebruiksmogelijkheden. Het beperkt alleen de mogelijkheid voor het realiseren van nieuwe woningen binnen twee bestemmingen. Om die reden is nader onderzoek hiernaar niet nodig.

Hoofdstuk 5 Wijze van bestemmen

5.1 Algemeen

In dit hoofdstuk wordt toegelicht hoe het raadsbesluit van 22 september 2016 is doorvertaald naar de bestemmingen en regels. De bestemmingen en regels vormen het juridische deel van het bestemmingsplan, dat bindend is voor de burger en de overheid.

5.2 Toelichting op de regels

De regels bestaan uit de volgende onderdelen:

  • hoofdstuk 1: Inleidende regels;
  • hoofdstuk 2: Bestemmingsregels;
  • hoofdstuk 3: Overgangs- en slotregels.
5.2.1 Inleidende regels

In hoofdstuk 1 Inleidende regels worden de voor dit bestemmingsplan van belang zijnde begrippen verklaard die in dit bestemmingsplan gebruikt worden.

5.2.2 Bestemmingsregels

Alle bestemmingsplannen met uitzondering van Saronixterrein e.o. - 2012
Daar waar in de geldende bestemmingsplannen, zoals genoemd in paragraaf 1.3, bij recht één of meer nieuwe woningen zijn toegestaan bij de bestemming 'Centrum' en/of 'Gemengd' vervalt deze mogelijkheid. Daarvoor in de plaats worden alleen bestaande woningen toegestaan.

Hiervoor wordt het begrip 'bestaand / bestaande' toegevoegd aan de bestemmingsomschrijving / doeleindenomschrijving. Als het geldende bestemmingsplan al een definitie kent voor 'bestaand', dan wordt deze als gevolg van het voorliggende plan vervangen.

Ook is het begrip 'woning' in de regels opgenomen. Dit omdat de wijze van omschrijven in de geldende plannen niet volledig identiek was en gelijkheid in deze wel gewenst is.

Onder 'bestaande woningen' vallen woningen die op het moment van inwerkingtreding van het bestemmingsplan legaal aanwezig zijn of op grond van een vergunning zijn toegestaan. Dit zijn:

  • woningen die als zodanig zijn vergund en (op het moment van) inwerkingtreding van het bestemmingsplan als woning in gebruik zijn;
  • woningen die als zodanig zijn vergund en (op het moment van) inwerkingtreding van het bestemmingsplan óf in aanbouw zijn óf nog gerealiseerd moeten worden; als de woning niet wordt gerealiseerd binnen de termijn gesteld in de vergunning en de vergunning ingetrokken is, dan is geen sprake meer van een 'bestaande woning' op de locatie;
  • woningen die als zodanig zijn vergund én gerealiseerd, maar (op het moment van) inwerkingtreding van het bestemmingsplan tijdelijk niet in gebruik zijn als woning, maar zonder vergunning weer als woning in gebruik genomen kunnen worden.

Voor nieuw te realiseren woningen wordt wel een afwijkingsbevoegdheid aan de gebruiksregels toegevoegd, die als volgt luidt:

Nieuwe woning
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid [planspecifieke verwijzing] voor het realiseren van een nieuwe woning, onder voorwaarden dat:
a. de nieuwe woning past in het gemeentelijk woningbouwprogramma;
b. de ruimtelijke uitwerking van de afwijking aanvaardbaar is;
c. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken niet onevenredig
worden aangetast;
d. de logistieke afwikkeling op eigen terrein blijft plaatsvinden;
e. de bouwregels in [planspecifieke verwijzing] gelden.  

Bij de toepassing van voorwaarde a moet uitgegaan worden van het dan geldende woningbouwprogramma. Het bevoegd gezag kan de afwijkingsbevoegdheid gebruiken voor bekende plannen en voor plannen waarvoor een reservering is opgenomen in het woningbouwprogramma. Dit betekent dat het bevoegd gezag de afwijkingsbevoegdheid niet kan toepassen als:

  • het plan die bij de besluitvorming door de gemeenteraad over het woningbouwprogramma nog niet bekend was, of
  • waarvoor nog geen reservering was opgenomen - en dat dus niet als 'bestaand plan' kan worden aangemerkt.

Dit kan het bevoegd gezag wel als de raad een nieuw besluit heeft genomen en het betreffende plan heeft toegevoegd aan het woningbouwprogramma.

Bestemmingsplan Saronixterrein e.o. - 2012
De locatie Saronix is momenteel nog in ontwikkeling. Net als gedaan is voor locaties in Gaanderen wordt de realisatie van woningbouw nu nog niet direct beperkt. Voor dit deel is ervoor gekozen om de woningbouwmogelijkheid op termijn te schrappen met een wijzigingsbevoegdheid. De termijn die gehanteerd wordt is de planhorizon van het bestemmingsplan 'Saronix e.o. - 2012'. Dit is 10 jaar na vaststelling en dit ligt dus in 2023. Dit is met een wijzigingsbevoegdheid in het voorliggende bestemmingsplan verwerkt.

5.2.3 Overgangs- en slotregels

De naam van het plan wordt in de slotregel aangehaald.

Hoofdstuk 6 Economische uitvoerbaarheid

Het voorliggende bestemmingsplan Parapluherziening Uitsluiten woningbouw bestemmingen Centrum en Gemengd - 2018 beperkt de mogelijkheden om nieuwe woningen binnen de bestemmingen 'Centrum' en 'Gemengd' te realiseren. De mogelijkheid wordt niet volledig uitgesloten, met een afwijking van het plan kan het bevoegd gezag besluiten mee te werken aan een bouwplan, als aan de opgenomen voorwaarden voldaan wordt.

Bij het opstellen van het bestemmingsplan is rekening gehouden met het voorkomen van planschade. Om die reden is de procedure gestart met het ter inzage leggen van het voorontwerpbestemmingsplan teneinde daarmee (passieve) voorzienbaarheid te creëren. Zie ook paragraaf 7.2 Inspraak.
Ruim één jaar later is de wettelijke procedure gestart met het ter inzage leggen van het ontwerpbestemmingsplan en de daarop volgende vaststelling. Meer hierover in hoofdstuk 7 Procedure.
De gemeente gaat ervan uit dat hierdoor geen risico op planschade meer bestaat.

Hoofdstuk 7 Procedure

7.1 Algemeen

Dit bestemmingsplan doorloopt de procedure als bedoeld in afdeling 3.2 van de Wet ruimtelijke ordening. Afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht is van toepassing.

Als extra stap voorafgaande aan de wettelijke procedure is het voorontwerpbestemmingsplan in het kader van de gemeentelijke inspraakverordening ter inzage gelegd. Meer hierover in paragraaf 7.2.

Ook is het plan op grond van artikel 3.1.1. Besluit ruimtelijke ordening overlegd met een aantal instanties, zie paragraaf 7.3.
In dit hoofdstuk zal het resultaat van inspraak en vooroverleg worden behandeld.

De resultaten van de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan worden niet toegevoegd aan dit hoofdstuk. Dit maakt onderdeel uit van het raadsvoorstel en -besluit voor de vaststelling van het plan.

7.2 Inspraak

Het voorontwerpbestemmingsplan is op 12 oktober 2016 gepubliceerd:

  • in het digitale Gemeenteblad,
  • op de website van de gemeente Doetinchem,
  • op de gemeentepagina van huis-aan-huisblad Stad Doetinchem.nl.

Hierbij is bekend gemaakt dat vanaf 13 oktober 2016 het voorontwerpbestemmingsplan zes weken ter inzage lag op grond van de gemeentelijke inspraakverordening en dat op het plan gereageerd kon worden.

Resultaten inspraak

Tijdens deze terinzagelegging zijn vijf reacties ontvangen. Deze zijn samengevat en beantwoord in de Nota van Inspraak. De anonieme versie ervan is opgeomen in bijlage 15.

De inspraak heeft geleid tot enkele aanpassingen in de toelichting. In hoofdstuk 5 is verduidelijkt wat verstaan wordt onder 'bestaande woningen' en 'passen in het woningbouwprogramma'.

Inspraak vanwege uitzonderlijk geval

Het in procedure brengen van een voorontwerpplan is een afwijking van het raadsbesluit van 23 februari 2012. Toen is besloten, om de proceduretijd te versnellen, geen bestemmingsplannen meer als voorontwerp ter inzage te leggen. Bij dit besluit is ook aangeven dat van deze keuze afgeweken kan worden in uitzonderlijke gevallen. Vanwege de noodzaak om passieve voorzienbaarheid te creëren, is hier sprake van een uitzondering en is wel een voorontwerp voor inspraak vrijgegeven. Meer over deze passieve voorzienbaarheid in hoofdstuk 6 Economische uitvoerbaarheid.

7.3 Overleg

Het plan is op basis van artikel 3.1.1. Bro overlegd met de volgende instanties:

  • 1. provincie Gelderland;
  • 2. waterschap Rijn en IJssel;
  • 3. gemeenten Regio Achterhoek:
      • Bronckhorst;
      • Oost Gelre;
      • Berkelland;
      • Winterswijk;
      • Aalten;
      • Oude IJsselstreek.

Aangezien er geen belang is voor Tennet/Liander, Vitens en de Gasunie, is het plan niet voorgelegd aan deze instanties. Op basis van richtlijnen van de rijksoverheid is vooroverleg met deze instantie ook niet nodig. Er is geen rijksbelang die hiertoe aanleiding voor geeft.

Van de volgende instanties, die het plan ontvangen hebben, is de reactie ontvangen dat zij geen opmerkingen op het plan hebben:

  • provincie Gelderland;
  • waterschap Rijn en IJssel;
  • gemeente Bronckhorst
  • gemeente Berkelland;
  • gemeente Winterswijk;
  • gemeente Oude IJsselstreek;
  • gemeente Oost Gelre.

Van de gemeente Aalten is in de gestelde termijn van zes weken geen reactie ontvangen.