1.1 Aanleiding en doel
De gemeente Doetinchem is bezig met het actualiseren van de bestemmingsplannen binnen haar grondgebied. Het voorliggende bestemmingsplan "Happert en Kruisberg - 2012" maakt deel uit van deze actualiseringsslag. De herziening van de geldende bestemmingsplannen is om de volgende redenen noodzakelijk:
- Een actueel bestemmingsplan biedt een grotere rechtszekerheid aan burgers dan een verouderd plan. In een verouderd plan kunnen immers veel initiatieven slechts via afwijkingsprocedures worden gerealiseerd, waarbij opnieuw een ruimtelijke onderbouwing moet worden gegeven.
- Gewijzigd ruimtelijk overheidsbeleid (van verschillende niveaus) kan bij een actualisering worden vertaald. Op deze wijze blijft het bestemmingsplan, als het centrale plan in de ruimtelijke ordening, drager van het meest actuele ruimtelijke beleid.
- Een regelmatige actualisering biedt de mogelijkheid om het vigerende bestemmingsplan aan te passen aan de verschillende feitelijk gewijzigde situaties, voorzien door middel van een partiële herziening of afwijking, waardoor ook voor burgers een goed overzicht is gewaarborgd.
- Met deze herziening wordt tegemoet gekomen aan het gestelde in artikel 3.1 van de Wet ruimtelijke ordening. In dit artikel is de verplichting opgenomen om een bestemmingsplan ten minste eens in de 10 jaar te herzien.
Voor deze actualisatie gelden de volgende randvoorwaarden:
- de bestaande situatie, mits legaal, wordt ingepast;
- het geldende facetbeleid, voor zover ruimtelijk relevant, wordt verwerkt;
- zoveel mogelijk wordt rekening gehouden met de in de loop van de jaren gewijzigde inzichten ten aanzien van het wonen in het algemeen en de gewenste woonbehoefte in het bijzonder;
- uitgegaan wordt van een uniformering van de regels en de verbeelding;
- nieuwe ontwikkelingen op het gebied van bestemmingsplantechnieken worden toegepast.
Daarnaast voegt de gemeente bij het actualiseren van de bestemmingsplannen verschillende plangebieden samen. Daardoor verminderd het totaal aantal bestemmingsplannen in de gemeente Doetinchem. Hierdoor ontstaat een beter overzicht op de geldende ruimtelijke plannen binnen de gemeente.
Bij het actualiseren van een bestemmingsplan legt de gemeente het volgende in het bestemmingsplan vast:
- de bestaande situatie;
- ontwikkelingen die een aparte planologische procedure hebben doorlopen;
- nieuw geformuleerd beleid met ruimtelijke gevolgen;
- nieuwe ontwikkelingen met ruimtelijke gevolgen die:
-
1. ondergeschikt zijn waardoor geen aparte planologische procedure noodzakelijk is, en;
-
2. geen financiële gevolgen voor de gemeente hebben;
- nieuwe ontwikkelingen met ruimtelijke gevolgen die:
-
1. de gemeente de komende tien jaar verwacht;
-
2. een vastgesteld stedenbouwkundig plan hebben;
-
3. ruimtelijk en milieutechnisch haalbaar zijn;
-
4. geen financiële gevolgen voor de gemeente hebben.
Nieuwe 'grote' ontwikkelingen die alleen op hoofdlijnen bekend zijn neemt de gemeente niet op. Op deze wijze voorkomt de gemeente dat het actualiseren van bestemmingsplannen vertraging oploopt door nieuwe, alleen op hoofdlijnen bekende, ontwikkelingen.