In het document met de strooiroutes staat beschreven welke straten hieronder vallen. De strooiroutes zijn zo gekozen dat iedereen op een redelijke korte afstand bij een hoofdroute kan komen waar gladheidsbestrijding plaats vindt. Voor particuliere wegen of terreinen is de eigenaar zelf verantwoordelijk voor de gladheidbestrijding.
Er wordt in eerste instantie niet gestrooid op de overige wegen, zoals in woonstraten. De route voor het openbaar vervoer gaat over het hoofdwegennet en heeft prioriteit. Bij de fietspaden heeft het strooien van de woon-school- en woon- werkroutes hoogste prioriteit. Recreatieve fietspaden worden in principe niet gestrooid, op enkele uitzonderingen na. Voor voetgangers wordt alleen - als nodig - op de looproutes van de winkelgebieden in de centra gestrooid. Met betrekking tot voetpaden en trottoirs zien wij met name een belangrijke rol voor bewoners en bedrijven.
Route 2 zijn de wegen buiten de bebouwde kom, de verhardingen rond begraafplaatsen en doorlopende wijk- en woonstraten, die niet zijn vermeld in route 1. Verder worden aanvullend met de hand de voetpaden bij bejaardenwoningen, bushaltes en vrij liggende trottoirs en dergelijke gestrooid. Deze route wordt alleen tijdens weekdagen gestrooid.
Route 3 gaat om de doodlopende stukjes woonerf en dergelijke. Ook worden als nodig de zandwegen gestrooid (met zand). Deze route wordt alleen tijdens werkdagen gestrooid.
In het document staat achter sommige straten 'blind'. Dit betekent dat de strooiwagen hier door heen rijdt, maar zonder te strooien.
