Welke verlichting moet en mag op motorvoertuigen?  

Antwoord:

In het algemeen geldt:

  • Alle naar voren gerichte lichten moeten geel of wit zijn.
  • Alle naar achter gerichte verlichting moet rood zijn, behalve het achteruitrijlicht. Dit mag geel of wit zijn.
  • Decoratieverlichting en verlichting onder uw auto is niet toegestaan.

Dimlicht

Dimlicht is overdag bij slecht zicht toegestaan en 's nachts verplicht. De dimlichten hoeven niet aan als de mistlichten branden. Branden de dimlichten en mistlichten aan de voorkant van de auto tegelijk? Dan bestaat de kans dat je wordt verblind door de reflectie van je eigen dimlicht.

Groot licht

's Nachts mag je groot licht gebruiken, tenzij je een tegenligger tegenkomt of op korte afstand een ander voertuig volgt. Onder deze voorwaarden mag groot licht binnen en buiten de bebouwde gebruikt worden.

Dagrijlichten

Sommige auto's hebben speciale dagrijlichten die bedoeld zijn om de auto overdag beter zichtbaar te maken. Je mag deze lichten overdag gebruiken. Het dagrijlicht

  • mag niet gevoerd worden tegelijk met enig ander licht aan de voorzijde;
  • is te herkennen aan de lettercode 'RL' op het lampglas

Mistlicht

Het mistlicht aan de voorkant mag alleen gebruikt worden bij mist, sneeuwval of regen als daardoor het zicht ernstig wordt belemmerd (minder dan 200 meter). Het mistachterlicht mag je alleen gebruiken bij mist of sneeuwval waardoor het zicht minder is dan vijftig meter. Bij zware regen mag je het mistachterlicht niet gebruiken. Als de mistlichten branden, hoeven de dimlichten niet aan.

Achterlichten

De achterlichten moeten altijd samen branden met groot licht, dimlicht, stadslicht of mistlicht. De verlichting die bij de achterkentekenplaat hoort moet altijd samen branden met groot licht, dimlicht, stadslicht of mistlicht. Als je buiten de bebouwde kom stilstaat op de rijbaan of op/langs autosnelwegen en autowegen gelegen parkeerstroken, parkeerhavens, vluchtstroken en vluchthavens, moet je overdag als het zicht ernstig wordt belemmerd en 's nachts stadslicht en achterlicht voeren.

Derde rood remlicht

Een derde rood remlicht is verplicht als je auto in gebruik is genomen na 30 september 2001.

Parkeerlichten

Het voeren van parkeerlichten is verplicht als:

  • het voertuig buiten de bebouwde kom geparkeerd wordt
  • 's nachts
  • bij slecht zicht overdag

Breed- en verstralers

Breed- en verstralers mogen formeel niet gevoerd worden (omdat er geen wettelijke bepalingen voor zijn). Breed- en verstralers worden soms als mistlichten beschouwd - in dat geval staat er een F of B in het glas van de lampen. Als er geen F of B in het glas van de lampen staat, worden breed- en verstralers als grootlicht beschouwd.

Xenonlampen

Xenonlampen mogen worden gevoerd op sommige nieuwe auto's die vanaf 1 januari 2007 op kenteken worden gezet. Deze lampen mogen onder strenge voorwaarden achteraf ingebouwd worden (alleen als ze aan bepaalde eisen voldoen, onder meer automatische niveauregeling en koplampreinigingsinstallatie).

Showlights en andere feestverlichting

Het is verboden auto's, scooters en dergelijke te 'versieren' met allerlei gekleurde verlichting. Deze verlichting zorgt voor ergernis: andere weggebruikers kunnen erdoor in verwarring worden gebracht. Met name Pacecarlights zorgen voor verwarring bij andere weggebruikers. Deze verlichting suggereert blauw flitslicht, die aan politie, brandweer of ambulance doet denken. Ook andere varianten van showlight zijn verboden, bijvoorbeeld powerleds of TL-verlichting op of onder auto's en scooters.  Alleen al het aanwezig en aangesloten hebben van showlights is verboden en zelfs strafbaar. De politie treedt hier tegen op door het uitschrijven van bekeuringen.

Boetetarief

Wie geen of de verkeerde verlichting voert op het motorvoertuig riskeert een boete. Deze boete is een standaardbedrag; er kunnen echter omstandigheden zijn waardoor dit bedrag hoger uitvalt.

Bronnen
Eigenaar: kluwer

Laatst gewijzigd

16-02-2015

Stuur door aan een vriend