Als u wilt bouwen of verbouwen kan het zijn dat u rekening moet houden met bepaalde welstandseisen.
In de wet staat dat het uiterlijk en de plek van een gebouw niet in strijd mogen zijn met redelijke eisen van welstand. Welke eisen dit zijn, heeft de gemeente vastgesteld in de welstandsnota.
Voor vergunningsvrije bouwwerken hoeft u geen toestemming aan de gemeente te vragen. Daarvoor geldt dus ook geen welstandstoets.
Voor vergunningplichtige bouwwerken is de welstandstoets een onderdeel van de vergunningsprocedure. Daarbij is het doel u zoveel mogelijk vrijheid te geven uw bouwplannen uit te voeren en tegelijkertijd de omgeving haar eigen karakter te laten houden en, waar dat gewenst is, die te versterken. Het gaat dus om een goede balans tussen individueel en algemeen belang.
Om dat objectief te kunnen beoordelen is door de gemeente de welstandscommissie “Gelders Genootschap” ingeschakeld. Dit is een onafhankelijke deskundige commissie die de gemeente adviseert over omgevingsvergunningen en meldingen van zowel u, als particuliere bouwer, als een architect.
Wat moet ik meenemen naar de welstandscommissie?
In verband met de korte tijd is het gewenst dat u zoveel mogelijk materiaal meeneemt dat uw (bouw)plannen ondersteunt. Gedacht kan worden aan foto’s van de huidige situatie (ook van de omgeving), een tekening of schets van de gewenste situatie, voorbeelden van te gebruiken kleuren, enzovoort.
In gevallen waarin een beeldkwaliteitsplan een bepaalde kleur steen of dakpan voorschrijft, wordt vaak een monster gevraagd ter beoordeling.
Ook na indiening van het plan bij de gemeente, is het verstandig om uw bouwtekeningen mee te nemen.
Wat kost het mij?
Het beoordelen van een schetsplan door de welstandscommissie is gratis.
Wordt de commissie door de gemeente ingeschakeld bij de beoordeling van een plan, dan kost dit advies wel geld. Dit wordt via de leges voor de omgevingsvergunning doorberekend.
Waar kan ik terecht?
Voor het maken van een afspraak of voor een agendering van een plan kunt u contact opnemen met de afdeling Omgeving, tel. 0544 – 393535.
Als de welstandtoets in het kader van een aanvraag omgevingsvergunning wordt uitgevoerd dan hoeft u hiervoor niets te doen.
Wat moet ik nog meer weten?
De welstandsnota geldt voor een periode van maximaal tien jaar. Tussentijds kan de gemeenteraad de nota wijzigen of aanvullen. Het welstandsbeleid en de welstandsnota worden regelmatig geëvalueerd. Het college van burgemeester en wethouders is verantwoordelijk voor de uitvoering van het welstandsbeleid en weigert of verleent een omgevingsvergunning voor bouwen. Het college vraagt daarvoor altijd advies aan de welstandscommissie. Het besluit een omgevingsvergunning voor bouwen al dan niet te verlenen gaat altijd vergezeld met een afschrift van dit advies.
In uitzonderlijke gevallen kan het college om gewichtige reden van het advies van de welstandscommissie afwijken. De welstandscommissie kan het college voorstellen toch een omgevingsvergunning voor bouwen af te geven voor een plan dat strijdig is met het welstandsbeleid. De commissie doet dit alleen wanneer naar haar mening overtuigend is aangetoond dat het plan een positieve impuls geeft aan de kwaliteit van de dagelijkse leefomgeving.
De vergaderingen van de welstandscommissie zijn openbaar. De initiatiefnemers van een bouwplan hebben tijdens de vergaderingen spreekrecht. Bent u het niet eens met het advies van de welstandscommissie, dan kunt u bezwaar maken, nadat burgemeester en wethouders een besluit hebben genomen op de aanvraag van de omgevingsvergunning voor bouwen.
Welstandsvrij
Er kunnen specifieke projecten aangewezen worden als welstandsvrij, projecten als Flierbeek en De Woerd zijn een voorbeeld hiervan. Vooraf bepaalde kavels van deze projecten zijn aangewezen als welstandsvrij.
Dit betekent dat bij een aanvraag om omgevingsvergunning geen welstandsadvies gevraagd wordt aan de welstandscommissie, en dat u dus veel vrijer bent in uw keuzes. Uiteraard is een exces niet toegestaan.
Waaraan moet ik voldoen?
Waaraan uw bouwplan moet voldoen, is afhankelijk van het type bouwplan dat u van plan bent te bouwen. De welstandstoetsing van vergunningplichtige bouwwerken vindt altijd plaats aan de gebiedsgerichte criteria, gebiedsgerichte sneltoetscriteria en algemene sneltoetscriteria uit de welstandsnota.
Wat de vergunningplicht voor uw bouwplan is kunt vinden onder “Omgevingsvergunning bouwen”, of op de website van de Rijksoverheid onder Bouwregelgeving.
Welstandsnota
Hoe gaat het in zijn werk?
Aan een flat moeten andere eisen van welstand gesteld worden dan aan een villa, aan een fabriek andere dan aan een kantoorpand, enzovoort. Daarom is Oost Gelre onderverdeeld in categorieën. Een categorie kan bestaan uit een wijk, maar ook uit een verzameling straten die niet aan elkaar grenzen. Waar het om gaat, is dat in een categorie de gebouwen samen een herkenbare eenheid vormen. Bijvoorbeeld omdat er hetzelfde type huizen uit dezelfde bouwperiode staat, of omdat het merendeel van de bebouwing bestaat uit bedrijfspanden. Elke categorie heeft dus specifieke kenmerken en een eigen identiteit.
In sommige categorieën is het belangrijk dat veranderingen aan gebouwen of nieuwbouw aansluiten bij de bestaande bouw, in andere is vrijheid om te bouwen eerder toepasselijk. Voor elke categorie is daarom apart beschreven wat het gewenste beleid is en hoe uw bouwplan daaraan kan bijdragen.
De Welstandsnota met bijbehorende kaarten kunt u vinden onder Bestuur en Organisatie bij Beleidsnota’s en -beleidsregels onder de kop "Volkshuisvesting en bouwzaken".
Monumenten
Monumenten zijn specifieke gebouwen (soms inclusief hun buitenruimte) die door het rijk, de provincie of gemeente als zodanig zijn aangewezen. Hiervoor gelden aparte regels. Deze regels staan in artikel 11 van de Monumentenwet 1988. Voor werkzaamheden aan monumenten en aan alle bouwwerken in beschermde stads- en dorpsgezichten, is altijd een omgevingsvergunning nodig. Alle bouwplannen worden door de welstandscommissie getoetst aan specifieke eisen en criteria. Meer informatie over monumenten vindt u bij “Monumenten en monumentenlijst”.
Excessen
De gemeente ziet erop toe dat het welstandsbeleid wordt gehandhaafd. Dat gebeurt zowel in de vorm van ‘toetsing achteraf’ als door middel van de excessenregeling.
De excessenregeling is van toepassing op bouwactiviteiten waarvoor geen vergunning nodig is, maar die toch ernstig in strijd zijn met de redelijke eisen van welstand. Dat is het geval als ook iemand die niet deskundig is kan zien, dat het uiterlijk of de plek van een bouwwerk buitensporig afwijkt en grote afbreuk doet aan de ruimtelijke eenheid, kwaliteit en eigenheid van een categorie. Denk bijvoorbeeld aan het visueel of fysiek afsluiten van een bouwwerk voor zijn omgeving, het ontkennen of vernietigen van architectonische bijzonderheden, armoedig materiaalgebruik, felle kleuren en te opdringerige reclames. De gemeente kan de eigenaar aanschrijven deze strijdigheid binnen een bepaalde termijn op te heffen.
Toetsing achteraf vindt plaats bij vergunningplichtige bouwwerken die zonder vergunning zijn uitgevoerd en bij bouwwerken die afwijken van de tekeningen waarop een vergunning is verleend. De eigenaar van het bouwwerk krijgt de gelegenheid om alsnog of opnieuw een omgevingsvergunning voor bouwen aan te vragen. Het kan zijn dat deze vergunning geweigerd wordt, bijvoorbeeld vanwege een negatief welstandsadvies. De gemeente kan de eigenaar dan aanschrijven deze strijdigheid binnen een bepaalde termijn op te heffen.
Welstandscommissie
Hoe gaat het in zijn werk?
De welstandscommissie bestaat uit vier leden, waaronder een voorzitter en de rayonarchitect die tevens secretaris van de commissie is. De commissie adviseert in eerste instantie de gemeente, maar ook architecten kunnen hun plannen al laten beoordelen door de commissie.
De commissie kijkt of een bouwwerk architectonisch goed in elkaar zit (klopt de schaal van het gebouw?, is de gevelindeling goed gekozen?, enzovoort). Verder of het bouwwerk stedenbouwkundig in zijn omgeving past en of bijvoorbeeld de gebruikte materialen en toe te passen kleuren in die omgeving aanvaardbaar zijn. Mooi of lelijk speelt daarbij eigenlijk geen rol. De welstandsnota is daarbij altijd een onderlegger waar in principe niet van afgeweken wordt.
Bij een negatief advies van de welstandscommissie kunt u proberen in overleg met de welstandscommissie, binnen de gestelde termijnen, tot een aanvaardbaar plan te komen.
Waarvoor kan ik er terecht?
Om te voorkomen dat u onverwacht met een negatief advies van de commissie wordt geconfronteerd, kunt u al vooraf aan de rayonarchitect een oordeel over uw (bouw)plannen vragen. U heeft dan waarschijnlijk nog geen kosten gemaakt, zodat een eventuele bijstelling van uw plannen nog goed mogelijk is.
Hier is een spreekuur voor. U kunt hiervoor contact opnemen met de eenheid Bouwen van de gemeente Oost Gelre, tel. 0544 393535. Voorwaarde voor behandeling in welstand is wel dat het bouwplan voldoet aan de voorschriften van het bestemmingsplan.
Verder kunt u altijd tijd besparen door al in een vroeg stadium met de rayonarchitect te overleggen. Dus bijvoorbeeld voordat u een aanvraag om vergunning bij de gemeente indient.
Wat doet de welstandscommissie niet?
De commissie of de rayonarchitect maakt voor u geen ontwerpen. Men kan u voorbeelden laten zien en mogelijk een schets maken van de gewenste situatie, maar het echte werk moet u zelf (laten) doen.