Schoolgebouw, in 1931 ontworpen door de architecten C.D. en J. Reijendam uit Alkmaar, ten behoeve van het Openbaar Lager Onderwijs in Nieuwe Niedorp. De school werd geopend op 30 april 1932. Het gebouw is gesitueerd aan een plein aan de noordzijde van de Dorpsstraat. Het schoolplein is van de aan de Dorpsstraat parallel lopende vaarsloot afgescheiden door een bakstenen borstwering met verticale bakstenen pijlers, die onderling door ijzeren hekwerk verbonden zijn. Het schoolplein is vanaf de Dorpsstraat toegankelijk door middel van een brug uit gewapend beton en hout over de vaarsloot. De brug en ommuring van het schoolplein vallen mede onder de bescherming, evenals de woning van de hoofdonderwijzer, die in 1934 aan de westzijde van het schoolplein werd gebouwd.
In 1956 en 1966 is de school aan de achterzijde uitgebreid met respectievelijk een sportlokaal met kleed- en wasruimte en een kleuterschool.
Deze uitbreidingen hebben de monumentale waarde van het oorspronkelijke schoolgebouw niet geschaad. De school is gebouwd in traditionalistische stijl, dat wil zeggen een bouwwijze waarbij gebruik wordt gemaakt van traditionele vormen, materialen en constructies, geïnspireerd op inheemse bouwtradities. Detaillering, zoals het siermetselwerk en de roedeverdeling in de ramen is ontleend aan de Amsterdamse Schoolarchitectuur. In het Vakblad van de Bouwbedrijven van 25 juli 1932 vermeldt architect C.D van Reijendam over de betreffende school het volgende: "Het was voor ons een moeilijke, doch tevens een dankbare taak in deze omgeving een groot gebouw te ontwerpen, dat paste in de lokale sfeer, dat niet overheerste en dat toch de aandacht trok als openbaar gebouw.
Een kopie maken van een oud boerenhuis, dat mocht niet, dat zou in strijd zijn met alle opvattingen van architectuur, maar toch moest er iets inzitten van de gezellige gemoedelijkheid, die nu eenmaal bij een Noord-Hollands dorp past. Zoals een ieder weet, heeft de Noord-Hollandse boerderij een piramidevorm. Deze piramidevorm werd de kern van ons gebouw, het centrale punt. Op de afbeeldingen is het duidelijk zichtbaar. Het deel, dat door het torentje bekroond wordt. Om echter te laten zien, dat het gebouw geen boerderij is, werd dit hoge dak ingesloten door andere dakvlakken, waaruit het juist genoeg te voorschijn komt om even de herinnering aan een boerenhuis wakker te houden. Ook de constructie van de kap van dit gedeelte is in oorsprong gelijk aan de constructie van de boerderijkap met het zgn. vierkant. Een boerderij heeft gesloten dakvlakken zonder dakkapellen, dit principe hebben wij ook streng doorgevoerd. In de gehele kap komt niet een dakkapel voor. Het rieten dak van de oude boerderij durfden wij niet door te voeren. Een rieten dak op een gebouw, waar enige honderden kinderen hun dagen slijten, is te riskant. Wij kozen een dieproode Romaanse pan met schubvorsten op de nok." De citaten in het hierna volgende zijn eveneens aan het bovenvermelde artikel ontleend. De school is gebouwd op L-vormige plattegrond en bestaat uit één bouwlaag onder een samenstelsel van schild- en zadeldaken die de verschillende bouwonderdelen accentueren.
