Direct naar hoofdmenu / zoekveld
Home / Raadsstukken 2010 en ouder / Notulen / 2001 / Raadsnotulen 09-07-2001

Raadsnotulen 09-07-2001

NOTULEN


datum 9 juli 2001


Nr. 7


NOTULEN van de openbare vergadering van de gemeenteraad, gehouden op 9 juli 2001 om 19.30 uur in het Slot Zeist.


aanwezig de leden: mw. M.J. van Baal-de Waal, D. van Ballegooijen, mw. W.M. Barten, R. van Benthem, G. van Brenk (wethouder), mw. M. de Bruijn, A.J.M. van Buël, H.C.J. Claasen, G.B. van Delft, C.A. Doelwijt, drs. J.J. van Gemeren, W.J.M. den Heijer (wethouder), mw. J. de Jong, K.J.G. Kats, A. van Kuijk, J.J.N.C. de Ligt, mw. N. de Niet-Verwoerd, P.A. Otten, L.J.J. Prikken, mw. E.G. Schenk-Klein Kranenbarg, J.C. Schneider, E.S. Spaargaren, mw. C.M. Spruijt, Th. Swart (wethouder), drs. W.A. Timmerman, F. Veenendaal, P. Vermeulen (wethouder), J.W. van de Vijver, mw. drs. M.C. van der Waard en L. Westbroek.

afwezig de leden: dr. F.W.J. Huijgen

Voorzitter: R.G. Boekhoven, burgemeester.

Secretaris: J.A.S. Boomgaardt, secretaris.


AGENDA:


1a. Mededeling van ingekomen stukken


1b. Verzoek interpellatie D66 over het openbaar primair onderwijs in Zeist


1c. Beantwoording van mondelinge vragen PvdA over informatiepunt


1d. Beantwoording van mondelinge vragen PvdA over lozingscapaciteit in Zeist-West


1e. Beantwoording van mondelinge vragen SP inzake verbetering woonomgeving Den Dolder


  1. Structuurplan (rv 2001-42)

  2. Beleidsnotitie De Brede School in Zeist (rv 2001-63)

  3. Planschadevergoeding ex artikel 49 WRO dhr. Van Yperen, Crosestein 42-19 te Zeist
    (rv 2001-71) #

  4. Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR) regio Utrecht: ontwerp-gemeenschappelijke regeling, ontwerp-jaarrekening 2000 en ontwerp-begroting 2002
    (rv 2001-72)

  5. Centrale Post Ambulance Vervoer (CPA) regio Utrecht. Ontwerp-jaarrekening 2000 en ontwerp-begroting 2002 (rv 2001-73)

  6. verkoop panden Driebergseweg 2 en 2a en 2e Dorpsstraat 56 en 58 (rv 2001-74)

  7. Vaststelling Masterplan beelden kunst Zeist à la recherche du temps inconnu / besteding convenantgelden beelden kunst en vormgeving 2001 (rv 2001-76) #

  8. Vaststellen begrotingswijzigingen (rv 2001-77) #

  9. Planschadevergoeding ex artikel 49 WRO H.A. Norbruis en G.H.J. Heutink, Slotlaan 328 te Zeist (rv 2001-78) #

  10. Inzet middelen voor toezicht en handhaving 2001 en 2002 (rv 2001-79)

  11. Invulling project Duale Gemeenten (rv 2001-81)

  12. Verzoek om planschade uitbreiding Vredenoord (rv 2001-82) #

  13. Subsidiëring Stichting Omnium (rv 2001-83)

  14. Bezwaarschrift van TPG Real Development BV tegen het voorbereidingsbesluit d.d. 2 april 2001 voor het plangebied Het Rond (rv 2001-86)




De vergadering wordt geopend en iedereen wordt hartelijk welkom geheten.



Er is bericht van verhindering binnen gekomen van de heer Huijgen. Wij zullen ons omtrent zijn gezondheidstoestand op de hoogte laten stellen.


De voorzitter:

Ik maak u opmerkzaam op een aantal voorstellen die u op uw zetel vond. De aangepaste beantwoording van de mondelinge vragen over het informatiepunt. De laatste alinea is verwijderd. U vond daar papieren over op uw tafel toen u aankwam. Mondelinge vragen van de PvdA over lozingscapaciteit in Zeist-West. Beantwoording mondelinge vragen van de SP inzake woningverbetering in Den Dolder. De regeling schoolleiding openbaar primair onderwijs voor de periode 01-08-2001 tot 01-01-2002. Een gewijzigd raadsbesluit structuurplan. Er is een punt 5 aan het besluit toegevoegd. Dat heeft u mogelijkerwijs aangetroffen. Dan is er een aangepaste verordening op het burgerinitiatief, wijziging van artikel 2 en behorend bij raadsvoorstel 2001-81. Hopelijk hebben we allemaal dezelfde stukken voor ons.

Ik deel u verder mee dat van de fractie van D66 bij mij vanmiddag is binnen gekomen een melding dat de fractie gelet op de ontwikkelingen van de afgelopen dagen haar verzoek tot het houden van een interpellatie heeft ingetrokken. U heeft een besluit van het college uitgereikt gekregen en dat ligt denk ik ook ter tafel.


Ik wil graag met u door de agenda heen lopen. Er wordt kort gesproken bij 1a. Vanzelfsprekend 1c, 1d en 1e. Vervolgens wordt er gesproken over agendapunt 2, 3, 5, 6, 7, 8, 9, 11, 12, 13 en 14. Er wordt dus niet gesproken over 4, 10 en 15.

De raad kan zich hierin vinden, waarmede de niet te bespreken punten conform de voorstellen zijn afgehandeld.


De voorzitter:

Wij hadden een brief aan u doen toekomen over de kwestie van de spreektijd. Wij hadden gemeend een kwartier per fractie daarvoor te kunnen uittrekken. Er zijn echter wat gesprekspunten bij gekomen. We wilden om elf uur stoppen. Als we de elf overgebleven punten bespreken, kan dit met een kwartier per fractie, maar dan hebben we geen interrupties enz. enz.. Het lijkt mij goed dat we toch ernstig rekening moeten houden met een tweede avond. Ik kondig dat aan. Hopelijk dat u zich wel zou kunnen vinden in een hele korte behandeling van datgene wat aan de orde is. Misschien zijn we dan toch in staat om vanavond klaar te komen. Mocht dat niet zo zijn, vergaderen we morgenavond om acht uur verder.



Mevrouw De Jong: (SP)

De SP is nogal bezorgd over het democratisch proces. Wij vinden dat iedere volksvertegenwoordiger het recht moet hebben over ieder onderwerp zijn zegje te doen. Dat dit kort is vindt de SP juist prima. De vorige vergadering is het gebeurd dat voor een bepaalde fractie de spreektijd op was en niet meer het woord kon doen. Dat vindt de SP ondemocratisch. Ik pleit er voor dat wanneer een fractie nog echt belangrijke dingen heeft te zeggen dat toe te staan.


De heer Van Ballegooijen: (SGP/ChristenUnie)

We hebben het seniorenconvent gehad. Daar zijn de zaken besproken. We hebben op een democratische manier gekeken of we konden voldoen aan een of twee avonden. We hebben gekeken naar de mogelijkheden die er waren. U was er echter niet.


Mevrouw De Jong: (SP)

Het seniorenconvent heeft geen enkele status. De beslissingen worden daar niet genomen. Dit gebeurt in de raadsvergadering. Het is niet openbaar en het hoort dus ook niet bij de beraadslagingen.


De voorzitter:

Ik wil hier nog twee kanttekeningen bij maken. U laatste opmerking dat daar niet wordt besloten is juist in politiek-bestuurlijke zin. Wij hebben het daar niet over politiek mevrouw De Jong, maar we hebben het daar over de orde van de vergadering. Het seniorenconvent kan de richting van een avond aangeven en dan doen we dat gewoon en daar houden we ons elkaar aan.

Ik zou met betrekking tot uw andere opmerking willen zeggen dat we hier niet ondemocratisch bezig zijn en blijven. Laten we het vooral zo houden. Met betrekking tot degene die zich tekort gedaan voelde kan ik zeggen dat we niet meer tijd hadden. We hebben met elkaar een tijd afgesproken. Je kan je eigen klokje er op gelijk zetten. Als de tijd op is, is die op. Dan moet je hem beter verdelen. Dat heeft niets te maken met ondemocratisch handelen van wie dan ook.


Mevrouw De Jong: (SP)

We zijn hier bezig met beraadslagen. Dat betekent dat nieuwe argumenten van andere fracties bij een fractie kunnen komen. Om daarop te kunnen reageren en eventueel vragen stellen noemt de SP een democratisch proces. Dit kun je niet van te voren inschatten. Ik vraag u daar wat soepeler mee om te gaan dan de vorige keer.


De heer Timmerman: (VVD)

Ik vraag u eens naar het seniorenconvent te komen, welke status het ook moge hebben. U zou er echt goed aan doen. Dan zouden dit soort zaken niet opgemerkt behoeven te worden.

De voorzitter:

Mag ik u voorstellen om dit debatje over dit punt te staken? Wij zien elkaar na de vakantie terug. Voordat de raad bijeen komt is er weer een seniorenconvent. Mevrouw De Jong, u bent van harte uitgenodigd om over dit punt nog heel veel te zeggen.


Mevrouw De Jong: (SP)

Juist het feit dat het seniorenconvent geen status heeft en in beslotenheid vergadert, voelt de SP de noodzaak niet om daar het woord te voeren.


De voorzitter:

Wij vergaderen niet. Wij overleggen.


Het voorstemnummer is nr. 2 van de presentielijst en dat is de heer Prikken.





1a. Mededeling van ingekomen stukken


A - VOOR KENNISGEVING:


A.1 DATUM 22 mei 2001 (ingekomen 14-06-01)

REG.NR. 11656

AFZENDER De Nationale Ombudsman

ONDERWERP Factsheet m.b.t. instellen externe klachtvoorziening voor gemeenten


A.2 DATUM 20 juni 2001 (ingekomen 21-06-01)

REG.NR. 12133

AFZENDER Raad van State

ONDERWERP Bestemmingsplan De Kroost


A.3 DATUM juni 2001

REG.NR.

AFZENDER ROV Utrecht

ONDERWERP Nieuwsbrief nr. 34, juni 2001


A.5 DATUM juni 2001 (ingekomen 18-06-01)

REG.NR.

AFZENDER Ministerie van SZW

ONDERWERP Nieuwsbrief nr. 6, juni 2001



Aa- VOOR KENNISGEVING: AFDOENING GEDELEGEERD AAN B&W:


Aa.1 DATUM 15 juni 2001 (ingekomen 19-06-01)

REG.NR. 11912

AFZENDER Belangen Harmelense Inwoners te Harmelen

ONDERWERP Levering ‘Groene Energie’ door REMU



Ab- VOOR KENNISGEVING: COLLEGEBESLUIT O.G.V. DELEGATIEBESLUIT:


Ab.1 DATUM 28-06-01

REG.NR. 6650

AFZENDER B&W dezer gemeente

ONDERWERP Verkoop en juridische levering van het pand Voorheuvel 68A aan Peter’s

Pakhuis, gevestigd aan de Voorheuvel 66 en 68A te Zeist



BETREKKEN BIJ RAADSVOORSTEL:

2001-63: Beleidsnotitie De Brede School in Zeist


E.1 DATUM 15 juni 2001 (ingekomen 18-06-01)

REG.NR. 11835

AFZENDER Stichting Kinderopvang Zeist

ONDERWERP Brede School



1eVERVOLGLIJST INGEKOMEN STUKKEN



A - VOOR KENNISGEVING:


A.6 DATUM 26 juni 2001 (ingekomen 02-07-01)

REG.NR.

AFZENDER ROV Utrecht

ONDERWERP conceptverslag vergadering Bestuurscommissie ROV Utrecht d.d. 21-06-01


A.7 DATUM 26 juni 2001 (ingekomen 03-07-01)

REG.NR.

AFZENDER Provincie Utrecht

ONDERWERP Vastgesteld bestemmingsplan “Drukkerij Kerckebosch 1999”, Gemeente

Zeist


A.8 DATUM 4 juli 2001 (ingekomen 05-07-01)

REG.NR. 13170

AFZENDER BRU

ONDERWERP begroting 2002 en jaarrekening 2000



Ab- VOOR KENNISGEVING: COLLEGEBESLUIT O.G.V. DELEGATIEBESLUIT:


Ab.2 DATUM 03-07-01

REG.NR. 11972

AFZENDER B&W dezer gemeente

ONDERWERP Verzoek om aankoop van een perceel gemeentegrond nabij de woning

Reelaan 31 te Bosch en Duin



D - TER AFDOENING IN HANDEN VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS (AFSCHRIFT VAN HET ANTWOORD TER KENNISNAME AAN DE FUNCTIONELE COMMISSIE):


D.1 DATUM 26 juni 2001 (ingekomen 28-06-01)

REG.NR. 12596

AFZENDER H. Hendriks te Zeist

ONDERWERP Overlast in de wijk


D.2 DATUM 27 juni 2001 (ingekomen 29-06-01)

REG.NR. 12703

AFZENDER C.H. Hofstede

ONDERWERP Verbetering woonomgeving Den Dolder







BETREKKEN BIJ RAADSVOORSTEL:

2001-42: Structuurplan


E.2 DATUM 30 juni 2001 (ingekomen 02-07-01)

REG.NR. 12793

AFZENDER Werkgroep Natuurlijk Zeist-West

ONDERWERP Structuurplan cie. RKC d.d. 3 juli 2001,

brief B&W d.d. 21 juni 2000 nr. 12215


2eVERVOLGLIJST INGEKOMEN STUKKEN



A.9 DATUM 5 juli 2001

REG.NR. 13195

AFZENDER commissie voor de bezwaar- en beroepschriften

ONDERWERP retourzending brief m.b.t. herontwikkeling Het Rond




De heer Van Delft: (CDA)

Het stuk onder A.9 noemt u een brief van de commissie voor de bezwaar en beroepschriften. Retourzending brief met betrekking tot herontwikkeling het Rond. Het gaat in werkelijkheid om de brief van 14 mei 2001 van TPG Real Estate devellopment BV – voor de minder ingevoerden – de eigenaresse van het postkantoor. Die brief is tezamen met een bezwaarschrift – en dat is punt 15 van deze agenda – in handen gesteld van de commissie voor de bezwaar en beroepschriften. Naar onze mening ten onrechte. In de zitting van 4 juli is van de zijde van de afzender duidelijk geklaagd dat er nog geen enkele reactie vernomen was op deze brief van 14 mei. Dat ik er hier het woord over voer, is omdat er eigenlijk in de vorige raadsvergadering die ten onrechte onze kant opgestuurd is. Nu die bij u terugligt, verzoek ik u dringend uitvoering te geven aan een paar jaar geleden overgenomen motie van het CDA om te komen tot tijdige afhandeling van ingekomen post. Zeker ook gelet op het grote belang met betrekking tot dit onderwerp en ik denk dat ik dat nauwelijks hoef toe te lichten.


De voorzitter:

U mededeling is duidelijk mijnheer Van Delft.



1c. Beantwoording van mondelinge vragen PvdA over informatiepunt


Wethouder Swart: (CDA)

Er is een vijftal vragen gesteld over dit onderwerp.

1. Is het u bekend dat het pand het Puntje sinds 1997 leeg staat?

Ja, het is ons bekend dat deze locatie niet permanent wordt verhuurd. In de afgelopen periode is deze locatie sporadisch tijdelijk verhuurd geweest, met name voor het exposeren van schilderijen. Van permanente leegstand is dan ook geen sprake. Overigens wil ik daarbij opmerken dat het verhuren van het pand niet via de gemeente gaat, maar dat de belangen hieromtrent door een makelaar worden behartigd.

2. Bent u het met ons eens dat leegstand van een dergelijk pand een uiterst ongewenste situatie is?

Permanente leegstand is zowel voor het gebouw als voor de omgeving ongewenst.

3. Bent u bekend met het initiatief van Meander en de bibliotheek en het Gilde om een informatiepunt in het Puntje te vestigen?

Zover ons bekend is er noch formeel, noch informeel een verzoek in deze ontvangen, ook niet bij de makelaar. Indien hiervoor geen bouwkundige, financiële of andere beletsels aanwezig zijn, heeft de afdeling accommodaties geen probleem om bovengenoemde organisatie op deze locatie te huisvesten, mits aan een aantal voorwaarden wordt voldaan. Zo moet duidelijk zijn met welke partij de huurovereenkomst wordt afgesloten. Volgens interne informatie is er sprake van een functiewijziging in het gebruik en er zal dan een verzoek tot gebruikswijziging moeten worden ingesteld. Nogmaals, wil men huren, zal men zich in eerste instantie tot de makelaar moeten wenden.

4. Ziet u wat in ons voorstel om dit te combineren met een wijkwinkel voor het centrum in het kader van wijkgericht werken?

Vooralsnog willen we dit verzoek niet honoreren omdat op dit moment een aantal zaken onvoldoende duidelijk is. Eerst zal onderzoek en overleg moeten plaatsvinden of deze locatie geschikt is qua inrichting, qua budget en jaarlijkse lasten. Onderzocht zal verder moeten worden of de locatie geschikt is of te maken is en in hoeverre een verantwoorde exploitatie mogelijk is. Een en ander uiteraard in overleg met de andere partners in het wijkgericht werken.

5. Bent u bereid de huurprijs zodanig aan te passen dat dit gezamenlijk initiatief kans van slagen heeft?

De marktconforme huurprijs van f 30.000,- is de prijs van 1998 en die zou dit jaar ongeveer f 32.000,- zijn. De makelaar heeft ons geadviseerd niet naar aanleiding van deze vragen maar al eerder om de huurprijs bij te stellen tot f 25.000,- voor drie jaar vast. Met een optie van een jaarlijkse verlenging en een mogelijke herziening van de huurprijs na drie jaar. De mogelijke investeringen zijn voor rekening van de huurder.

De beantwoording vindt plaats op grond van de accommodaties. Het heeft geen verdere bredere aandacht gekregen binnen de eigen organisatie, behalve dan het punt omtrent de functiewijziging.


De heer Spaargaren: (PvdA)

Ik wil graag een korte reactie geven en vragen stellen. In ieder geval dank voor de beantwoording. Wij bespeuren daar een lichte sympathie in bij het college voor dit initiatief. Daarvoor dank. Dat zal ik aan betrokken organisaties voor zover dat niet gebeurd is doorgeven. Wij hebben afgelopen vrijdag een nota van B&W gehad. Daarin stond aan het eind een voorstel. Wat is de reden dat dit achterwege is gebleven bij de beantwoording. Daar zou je misschien nog meer sympathie voor dit idee kunnen destilleren, maar misschien zie ik het verkeerd. Kunt u er iets over zeggen?


De heer Van Gemeren: (D66)

Je kan een puntje zuigen aan de antwoorden van de wethouder naar onze mening. We hebben een aanvullende vraag naar aanleiding van 3. Wat ons bevreemdt is dat voorzover het college bekend is nog formeel, noch informeel een verzoek in deze is ontvangen. Wij willen graag wijzen op een brief van 23 maart van dit jaar waarin de fractie van D66 een tiental sprankelende ideeën heeft gelanceerd ten aanzien van de GZO-gelden. In punt 3 werd melding gemaakt van de initiatiefnemers om het Puntje een informatiefunctie te geven. Het kon zowel zijn voor cultuur, de jeugd als gezondheid. Wij zijn nu blij dat wij een medestander hebben gekregen in de vorm van de fractie van de PvdA om nu dit verzoek te ondersteunen, zij het wat laat. In de voorbereiding van het raadsvoorstel met betrekking tot de GZO-gelden stonden wij alleen met het idee om met het Puntje wat te doen. Dan wil ik ook wijzen op het amendement van de fractie van D66 bij de begroting 2001 om voor de wijkcentra en de wijkteams ook concrete locaties aan te wijzen. Onder andere hebben wij toen genoemd het Puntje aan het gebouw de Klinker. Het bevreemdt ons dat het college formeel, noch informeel dit verzoek bekend is, terwijl het bekend kon zijn.

In de tweede plaats vragen wij wat het college doet met het advies van de makelaar om de prijs naar beneden bij te stellen. Neemt u dit advies over?


Wethouder Swart: (CDA)

Ik heb zo juist geantwoord op de vragen van de PvdA of het bekend is dat het pandje leeg staat en wat er mee gaat gebeuren. Dat zijn antwoorden vanuit de accommodaties. Daar mag u verder geen sympathie of iets anders aan ontlenen ten aanzien van de mogelijke initiatiefnemers die iets zouden willen. Iedereen die dit pand zou willen huren, kan bij de makelaar terecht. De makelaar kent de condities en dan komt men wel of niet tot een akkoord inzake een huursituatie.

De tweede vraag van de heer Spaargaren sloeg op het voorstel. Een voorstel hoort niet bij de vragen.Het was er abusievelijk in terecht gekomen, maar wij hebben dat op een goede wijze gecorrigeerd. Mogelijk zou men kunnen denken dat over dit onderwerp breder binnen het college is gediscussieerd dan enkel over de vragen. Wij beperken ons echter tot deze vijf vragen.

In het kader van de GZO-gelden zijn er tal van initiatieven vanuit de raad geweest. Ik zal niet ontkennen dat er een puntje van de heer Van Gemeren bij was over dit onderwerp. Het is een suggestie geweest. Het is een mogelijkheid geweest. Dat is iets anders dan een concrete vraag over huur of iets dergelijks. Alle suggesties die in maart gedaan zijn beschouwen wij niet als een formeel verzoek. Ik denk dat men dit ook niet van ons kan vragen.


De heer Van Gemeren: (D66)

Ik zie dat er een toezegging ligt van het college dat bij de integrale afweging alle GZO-voorstellen aan de orde komen. De suggestie van een gezondheidsinformatiecentrum sluit aan bij de kadernota zorg. Zeist gaat begin 2001 een begin maken met een gezondheidsbeleid waarbij dit voorstel eventueel meegenomen kan worden.


Mevrouw De Niet: (CDA)

We hebben het toch niet over de kadernota zorg vanavond?


De voorzitter:

Aan de orde is nu de afhandeling van de vragen van de PvdA. U krijgt gelegenheid om aanvullende vragen te stellen met betrekking tot de beantwoording van dit punt. We gaan ons niet met andere dingen bezighouden. Dat lijkt mij niet juist op dit ogenblik. Ik zou de wethouder willen vragen zijn verhaal af te ronden en om dit punt nu verder voor kennisgeving aan te nemen.


Wethouder Swart: (CDA)

Of dit een mogelijkheid is in het kader van het wijkgericht werken is iets waarop ik nu niet kan ingaan. Ik kan niet verdergaan dan ik bij de beantwoording van vraag 4 gedaan heb. Wij moeten de locatie zoeken. Wat zijn geschikte locaties. Vervolgens moeten onze partners het er ook mee eens zijn. Vervolgens moeten we de mogelijkheden van een locatie qua prijs, doelmatigheid onderzoeken. In die zin zijn we dagelijks bezig met vele zaken. Concreter over dit onderwerp kan ik vandaag niet zijn. Er zal eerst formeel een initiatief en een vraag moeten liggen. Dan zullen we bekijken of het meegenomen kan worden en dan kunnen we een antwoord geven of het gebruikt kan worden binnen het wijkgericht werken. We zullen ons dan ook in contact met anderen moeten stellen en met de makelaar die dit voor ons behartigt.


De heer Van Gemeren: (D66)

Mag ik nog een concreet antwoord op mijn aanvullende vraag of het college bereid is het advies van de makelaar te volgen om de prijs benedenwaarts bij te stellen, ook in het kader van het zoeken naar geschikte huurders? Leegstand is zo zegt u zelf niet goed voor het gebouw en de omgeving.


Wethouder Swart: (CDA)

Ik heb in de beantwoording van de vragen al gesteld dat de prijs is bijgesteld naar f 25.000,-. Dit was niet naar aanleiding van deze vragen. We hadden al eerder contact met de makelaar.Die houdt de markt goed in de gaten. De markt is tussen drie jaar geleden en nu gewijzigd. Vandaar dat er ook een aanpassing heeft plaatsgevonden.



Hierna wordt het punt voor kennisgeving aangenomen.





1d. Beantwoording van mondelinge vragen PvdA over lozingscapaciteit in Zeist-West


Wethouder Swart: (CDA)

De eerste vraag luidt als volgt: Waarom krijgen burgers die met serieuze klachten de gemeente benaderen, zoals in brieven van 10 juli en 11 november slechts bericht van ontvangst, maar geen reactie op de inhoud van de brieven?

Voorop zij gesteld dat brieven van burgers aan de gemeente altijd dienen te worden beantwoord. Aangaande door u genoemde brieven inzake de Serpentinevijver CS is op 26 juli 2000 een brief en op 22 januari 2001 een brief aan betrokkenen gezonden. In de tussenliggende periode is een van de ondertekenaars regelmatig mondeling geïnformeerd.

2. Bewoners kunnen in de zomer weken en soms maanden lang wegens de stank niet in de tuin zitten en delen van hun huis niet gebruiken. Bent u het met ons eens dat dit voor de bewoners een onhoudbare situatie is?

Gezien de ernst van de situatie is door de gemeente in maart jl. het opgehoopte vuil uit de aansluitende duiker verwijderd. Het Hoogheemraadschap had toegezegd eveneens te zullen komen en tot het verwijderen van het slib uit de vijver te zullen overgaan. Door het ontbreken van opslagcapaciteit en de benodigde lange proceduretijd is hier nog niet van gekomen. Door de gemeente wordt op het Hoogheemraadschap druk uitgeoefend om de benodigde werkzaamheden zo spoedig mogelijk ter hand te nemen.

3. Bent u het met ons eens dat nu voor de bewoners de uiteindelijke oplossing te lang op zich laat wachten en er een tussenoplossing moet komen en dat die oplossing inhoudt dat in de betreffende sloten gebaggerd moet worden?

Wij zijn met u van mening dat het treffen van adequate maatregelen op korte termijn zeer wenselijk is. Daarom oefenen wij zo groot mogelijke druk uit op de verantwoordelijke partij, zijnde in dit geval het Hoogheemraadschap.

4. Kent u de onderzoeksresultaten van het rapport verkennend waterbodemonderzoek Zeist van het Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden van augustus 2000 waarin zowel de bagger van de Serpentinevijver als de sloot Griftlaan Noord is geclassificeerd als klasse 4, wat wil zeggen dat het een ernstig geval van bodemverontreiniging is?

De resultaten vormen een onderdeel van het gezamenlijk door het Hoogheemraadschap en de gemeente opgesteld rapport baggerplan gemeente Zeist van eind maart 2001. Het rapport van 2000 was een vooronderzoek. Deze resultaten zijn uiteraard bij ons bekend. Het rapport geeft aan dat een deel van het slib in Nijenheim is gekwalificeerd als klasse 4. Dat houdt in dat het slib niet toepasbaar is en moet worden gereinigd of gecontroleerd gestort. Tevens is er een meldingsplicht als er sprake is van een hoeveelheid van meer dan 25 m3. Er moet een saneringsplan worden opgesteld. De hierbij te doorlopen procedure vergt minimaal dertien weken.

5. De hoeveelheid bagger wordt geschat op 450 m3 voor de Nijenheimlocatie en 250 m3 voor de locatie Griftlaan Noord. Ook wanneer het in het algemeen niet eenvoudig is vervuild slib kwijt te raken, moet er voor deze verhoudingsgewijs kleine hoeveelheid een oplossing te vinden zijn. Kunt u toezeggen dat op zeer korte termijn, rekening houdend met een botulismebesmetting er bij het Hoogheemraadschap op wordt aangedrongen deze slib te baggeren?

Door de gemeente wordt reeds geruime tijd aandrang uitgeoefend op het Hoogheemraadschap om tot baggeren over te gaan. Hoewel u de hoeveelheid als relatief klein kwalificeert, is het toch dusdanig dat er een saneringsplan moet worden opgesteld dat de goedkeuring van de provincie nodig heeft.

6. Kan de gemeente waar het om een relatief kleine hoeveelheid gaat zelf een stortingslocatie aanwijzen?

Daar zijn eerdere voorbeelden van, bijvoorbeeld aan het eind van de Kromme Rijnlaan. Nee, dat kan niet omdat het hier goeddeels handelt om klasse 4. Deze mag alleen in het kader van een saneringsplan worden verwijderd en gereinigd of worden gebracht naar een gecontroleerde stort. De voorziening die is gebruikt aan het eind van de Kromme Rijnlaan was voor materiaal dat een geringere vervuilingsgraad bezat.

7. Bent u op de hoogte van het feit dat op donderdag 28 juni door mannen in beschermde pakken vier dode eenden uit de sloot zijn opgevist en dat de mogelijke doodsoorzaak botulisme is?

De gemeente Zeist heeft met de dierenambulance een overeenkomst waarin is vastgelegd dat de dierenambulance verantwoordelijk is voor het vervoer van zieke, gewonde of dode dieren, ook bij botulisme. Daarnaast gaan medewerkers van wijkbeheer om de dag de waters langs om te zien in hoeverre er sprake is van dode eenden en verwijderen deze als ze worden aangetroffen. Op 28 juni hebben de medewerkers van de dierenambulance dode eenden verwijderd uit de sloot bij de Griftlaan. De doodsoorzaak was voor zover ons bekend botulisme.

8. Is botulisme ook voor mensen gevaarlijk en zo ja, wat voor maatregelen gaat u nemen om de veiligheid te garanderen van vooral kinderen in de wijk die graag in en bij het water spelen en vaak eendjes voeren?Mensen kunnen inderdaad door botulisme besmet raken. Het betreft zelfs een risicoziekte die gemeld moet worden aan de GGD. De ziekte wordt niet overgedragen van mens tot mens, maar kan vat krijgen op mensen via de mond of wondjes. De ziekte ontstaat door het giftige eiwit dat bacteriën bij bepaalde temperaturen ontwikkelen. Direct contact met kadavers moet daarom worden vermeden. De waterkwaliteit van de watergangen is niet geschikt als zwemwater. Het is daarom sterk te ontraden om kinderen daarin te laten spelen. Dit geldt overigens voor al het buitenwater in Zeist. Het voeren van eendjes kan evenwel geen kwaad. Naast de eerder genoemde verwijdering van de besmettingsbronnen zullen wij over de gang van zaken en de gewenste wijze van handelen een publicatie in de plaatselijke media doen uitgaan.

Tenslotte vraag 9.Bent u met ons van mening dat indien er in geheel Zeist sprake is van een slechte onderhoudstoestand van watergangen en indien deze situatie mede oorzaak is van optredend botulisme er een onaanvaardbaar risico bestaat voor de volksgezondheid?

De onderhoudstoestand van de watergangen in Zeist is recent in kaart gebracht. Hierbij is gebleken dat er de nodige werken op het gebied van het baggeren moeten worden uitgevoerd. Globaal is de uitkomst dat voor de gemeente Zeist ca drie en een halve ton aan baggerwerk gedaan moet worden en door het Hoogheemraadschap voor een bedrag van ca f 7.000.000,-. Duidelijk is dat er onderhoudswerkzaamheden moeten worden verricht. De urgentie om te komen tot uitvoering is niet in alle watergangen gelijk. Wij onderschrijven de noodzaak om de werkzaamheden aan de serpentinevijver met spoed aan te pakken. Door de aanwezigheid van slib is er sprake van een geringe waterdiepte waardoor het water sneller kan opwarmen. Een gevolg van deze situatie is dat botulisme eerder zal kunnen optreden. Er moet niet de indruk bestaan dat met de watergangen zoals in Zeist waar voornamelijk sprake is van niet doorstromend water een situatie kan worden bereikt waar botulisme kan worden uitgebannen. Door de wijze van werken wordt de kans dat mensen in contact komen met de ziektebron beperkt. Tevens zullen we via de media aandacht besteden aan deze situatie, waardoor mensen bewust worden van eventuele risico’s.


Mevrouw Barten: (PvdA)

Dank voor uw beantwoording! Ik zou deze vragen natuurlijk in de commissie gesteld hebben, maar die is pas in september. Er was een wat acute situatie en vandaar dat ik de vragen in de raad gesteld heb.

Ik heb nog een paar aanvullende vragen. Bent u bereid om bij het besmette water waarschuwingsborden te zetten zodat mensen in ieder geval weten waar zij aan toe zijn? Bent u bereid de scholen voor de vakantie in te lichten, zodat de kinderen via de scholen gewaarschuwd worden?

In uw beantwoording wordt een aantal keren gesproken over druk of aandrang dat uit wordt geoefend op het Hoogheemraadschap. Dat moet een hele ongrijpbare instantie zijn. Ik zou wel eens willen weten hoe concreet die druk is. Kunt u dit verduidelijken? Bij mijn contact deze week met het Hoogheemraadschap bleek mij dat het eigenlijk de provincie is die tegenwerkt. De provincie stelt geen grond ter beschikking waar het vervuilde slib gestort kan worden. Voor de locatie waar we het nu over hebben geldt het natuurlijk niet, maar voor andere locaties in Zeist wel. Kunt u bij de provincie ook wat druk gaan uitoefenen? Ik krijg zo langzamerhand de indruk dat alle instanties zoals het Hoogheemraadschap, de provincies en de gemeenten zich achter elkaar verschuilen. Men schuift verantwoordelijkheden door. Krijgt u die indruk ook en wat gaat u daaraan doen?

In Werk en Ontwikkeling van juni staat een artikel over het gemeentelijk rioleringsplan. Daarin staat heel trots vermeld dat de vijver op Pavia schoongemaakt gaat worden. De Paviavijver krijgt nu voorrang, want een stinkende vijver in ons mooie Zeist kan natuurlijk niet. Waarom heeft deze vijver prioriteit? De mensen in Nijenheim zitten nu in een hopeloze situatie door stank en onveiligheid en andere overlast. Waarom moeten zij wachten en wanneer krijgen hun klachten prioriteit?


De heer Claasen: (GroenLinks)

Ik heb maar een vraag. Ik begrijp uit uw beantwoording dat u de situatie ook uitermate ongewenst vindt en dat u zo groot mogelijke druk gaat uitoefenen op het Hoogheemraadschap. Hoort bij die zo groot mogelijke druk ook bestuursdwang?


De heer Van Gemeren: (D66)

Ik sluit me aan bij de vragen op welke manier de gemeente Zeist druk gaat uitoefenen op het Hoogheemraadschap, mede gezien de mooie advertentie in het UN van afgelopen zaterdag over de taken van het Hoogheemraadschap om de waternavel aan te pakken. Het gaat er om met elkaar naar locaties te zoeken om dit slib dat al lang een bekend probleem is aan te kunnen pakken.


De heer Van Delft: (CDA)

Een enkele vraag die ontstaat eigenlijk naar aanleiding van de vergelijking met de vijver van Pavia. Het is wellicht zinnig om de prioriteitstelling van wat het eerst aan de orde moet komen nog eens tegen het licht te houden. De stank daar is te wijten aan flinke regenval als dat zich eens voordoet.


Mevrouw De Jong: (SP)

Ter aanvulling op de vraag van GroenLinks. Hoe verhoudt zich dit probleem en het oplossen daarvan met het nationaal milieuplan van minister Pronk waarin duidelijk staat dat alle vervuilingen zo snel mogelijk opgelost moeten worden en aangepakt moeten worden? Misschien zit er toch wel iets in bestuursdwang.


Wethouder Swart: (CDA)

Mevrouw Barten heeft gevraagd of er waarschuwingsborden bij het water geplaatst kunnen worden en of de scholen voorgelicht worden. Ik zal die vraag meenemen. We zullen het een en ander in de media bekend maken zoals ik al gezegd heb. Los van de vragen die gesteld zijn, is het altijd al onwenselijk geweest en te ontraden om in open water in Zeist te zwemmen en te spelen en andere zaken te doen. Het blijft altijd water dat niet goed is om in te zwemmen. Het is niet gezond om daarin pootje te baden of andere dingen te doen. Voor zover het mogelijk is om de voorlichting te verbeteren en te verscherpen zullen we dat zeker doen.

Ten aanzien van het baggeren enz., er zijn altijd bagger- en onderhoudsplannen, zowel van de gemeente Zeist als van het Hoogheemraadschap. Deze plannen worden op elkaar afgestemd en worden in die zin uitgevoerd. Bepaalde zaken hebben meer urgentie dan andere. Vandaar dat we geantwoord hebben dat de Serpentinevijver een prioriteit is om daaraan te beginnen. Het is niet zo dat die jaren lang zwaar verwaarloosd is en er niets gebeurd is. Het is wel zo dat al enige tijd de gemeente Zeist en het Hoogheemraadschap bezig zijn om in de toekomst een plan te maken voor wat en wanneer we in het kader van het onderhoud gaan doen. Vandaar dat uit onderzoek enz. de gemeente drie en een halve ton en het Hoogheemraadschap een veel grotere verplichting heeft om in de toekomst te gaan baggeren.

Bij de provincie kunnen we ook druk uitoefenen. Er zijn regels omtrent baggerspeciecodes 1, 2, 3 en 4 en hoe daarmee om te gaan. Er zijn daarvoor procedures. Daar heb ik u in eerste termijn op geantwoord. We zullen natuurlijk wel de vinger aan de pols houden dat dingen niet onnodig lang gaan duren. In die zin kunt u op ons rekenen.

De heer Claasen vraagt of bij die grootst mogelijke druk ook bestuursdwang hoort. Daar kan ik zo een, twee, drie geen ja op zeggen. Wij zijn nog steeds in goed overleg met het Hoogheemraadschap over hoe we het baggeren en schoonhouden zullen regelen en op welke wijze wij dingen het ene jaar gaan doen en het andere jaar. Het is wel zo dat wij als goede gesprekspartners die druk wel hebben uitgeoefend. Wij hopen en rekenen er op dat het Hoogheemraadschap daar een luisterend oor naar heeft en ook zo snel mogelijk deze zaak zal aanpakken. Mocht het niet goedschiks gaan, zijn er altijd nog andere middelen te vinden om het op een andere wijze te doen. Voorshands heb ik geen enkele reden om daar op dit moment aan moeten denken.


De heer Claasen: (GroenLinks)

U geeft toe dat er sprake is van een ongewenste situatie. U gaat alle mogelijke druk uitoefenen. Tot die druk behoort ook de mogelijkheid van het uitoefenen van bestuursdwang. Dat is een van uw bestuurlijke middelen. Ik zie de voorzitter van deze raad niet voor niets instemmend knikken. Dus het antwoord op mijn vraag is uiteraard ja.


Wethouder Swart: (CDA)

Zonder dat ik het zeg heeft u al het antwoord ontvangen. Ik zeg alleen op welke wijze wij met de partijen aan het onderhandelen zijn en zaken doen. U heeft mij niet horen zeggen dat bestuursdwang niet een middel is.


De heer Claasen: (GroenLinks)

U zegt niet op welke wijze. U bent heel vaag. U zegt dat we ons best doen. Er is hoor en wederhoor. Er staan goede partijen tegenover elkaar. Het gaat er om of u in laatste instantie bereid bent bestuursdwang op te leggen ja of nee. Het is toch een middel dat u rechtens toekomt en dat u kunt gebruiken. De vraag is of u dit op een gegeven moment wilt gaan gebruiken als de nood aan de man komt, of wel aan de gemeente.


Wethouder Swart: (CDA)

U voegt nu toe, in uiterste instantie. Daar kan het toe leiden.

De heer Van Gemeren stelt nog welke locaties we in welke volgorde moeten gaan aanpakken. Ik denk dat ik daar al even op geantwoord heb. Het meest urgente moeten we het eerst aanpakken in volgorde van minder urgent waarbij doelmatigheid en efficiency ook een rol spelen.


Mevrouw Barten: (PvdA)

Ik heb gevraagd naar het verschil in prioriteit tussen de vijver op Pavia en de andere wateren. De vijvers in Nijenheim leveren nu zulke problemen op. Misschien kunt u daar een antwoord op geven.


Wethouder Swart: (CDA)

Daar kan ik op dit moment geen antwoord op geven.


Mevrouw Barten: (PvdA)

Het meest urgente moet het eerst uitgebaggerd worden, zegt u zelf. De heer Van Delft zei het ook al. De vijver in Pavia veroorzaakt maar een paar keer per jaar overlast.


Wethouder Swart: (CDA)
In de beantwoording heb ik iets gezegd over de urgentie. Als u vraagt wat meer urgent is, moet ik een totaal overzicht hebben. Ik heb die kennis op dit moment niet paraat. We hebben ons met name geconcentreerd op de vragen die u gesteld heeft. Daar is voldoende urgentie aanwezig om ons daarop voorlopig gefocust te blijven houden. Nadere informatie kan natuurlijk altijd. U noemde zelf al de commissie van september. Wij kunnen dan in een wat breder kader op dit onderwerp terugkomen.


Mevrouw Barten: (PvdA)

Krijgen wij dan op zo kort mogelijke termijn een urgentielijst van locaties die op dit moment problemen veroorzaken?


Wethouder Swart: (CDA)

Ik zal dat ambtelijk overleggen. Ik weet niet of het handig is u in deze context een lijstje te geven. In september kan het in volle omvang in de commissie terugkomen.


Mevrouw Barten: (PvdA)

Dan zitten die mensen weer de hele zomer in de ellende.


Wethouder Swart: (CDA)

Mensen schieten er ook niets mee op als u een urgentielijstje van bepaalde zaken heeft en er vervolgens nog niets gebeurt. Ik heb de ernst van de zaak onderschreven en de noodzaak om die aan te pakken. Primair gaat het er om dat wanneer dingen nodig zijn dit ook zo spoedig mogelijk wordt gedaan.


Hierna wordt dit punt voor kennisgeving aangenomen.



1e. Beantwoording van mondelinge vragen SP inzake verbetering woonomgeving Den Dolder


Wethouder Van Brenk: (SGP/ChristenUnie)

1. Waarom heeft het college gekozen voor de invulling van de gelden uit het stadsvernieuwingsfonds in het kader van het GVVP?

De middelen die beschikbaar zijn vanuit het stadsvernieuwingsfonds dienen in Den Dolder te worden besteed aan fysieke maatregelen die de leefbaarheid moeten verbeteren met het oog op de daar aanwezige woningen die gebouwd zijn in 1965 of eerder. De middelen worden slechts uitgekeerd als de gemeente heeft aangetoond dat dit feitelijk heeft plaatsgevonden. In het kader van het GVVP is bepaald dat nagenoeg geheel Den Dolder als verblijfsgebied moet worden aangemerkt. In de laatste stadspeiling richtte een groot deel van de opmerkingen die ons vanuit Den Dolder hebben bereikt zich op het verkeer. Maatregelen die worden getroffen om een verblijfsgebied in te richten worden door de provincie in ieder geval gehonoreerd als subsidiabel. Tevens is de subsidieregeling een aflopende zaak en dient uiterlijk 1 december dit jaar een plan aangaande de besteding bij de provincie te zijn ingediend en dienen de middelen uiterlijk in 2001 te zijn aangewend. Gezien deze randvoorwaarden is het zo dat de middelen voor het GVVP slechts een beperkt deel omvatten, is het nodig zoveel mogelijk geldstromen parallel te schakelen.

2. Heeft u de raad over bovenstaande beslissing geïnformeerd en advies gevraagd? Zo ja, wanneer dan en met welke uitkomst? Zo nee, waarom niet?

In de raadscommissie verkeer en vervoer en milieu van 23 mei jl. heeft de voorzitter van de commissie de leden in kennis gesteld van het voornemen de procedure van samenspraak en inspraak over de besteding van de gelden zoals is aangegeven te starten. De commissie heeft hiermee ingestemd. Voor de commissievergadering van 27 juni heeft een stuk ter inzage gelegen en is nogmaals de relatie met het GVVP gelegd.

3. Vindt u het juist om de samenspraak in een nauwer kader van het GVVP te plaatsen in plaats van stadsvernieuwing ter verbetering van de woonomgeving in Den Dolder?

Reeds eerder is aangegeven aan welke eisen de voorzieningen dienen te voldoen willen zij in aanmerking komen voor subsidiering door de provincie. De voorzieningen in het kader van het GVVP voldoen hier in ieder geval aan. Het is niet zo dat tijdens de bijeenkomst waarbij de knelpunten werden geïnventariseerd er alleen is gesproken over het oplossen van verkeers-technische zaken. Ook zaken als speelvoorzieningen, de kwaliteit van de bestrating en het wel of niet wenselijk zijn van een brievenbus zijn aan de orde gekomen en zullen bij de verdere uitwerking worden afgewogen.

4. Bent u het met de SP eens dat een vooraf geschetst kader van het GVVP de mensen over het algemeen op het verkeerde been zet en knelpunten op andere gebieden dan het verkeer nauwelijks aan de orde komen?

Bij de bijeenkomst is het kader geschetst waarbinnen we moeten handelen. Het eerste kader daarbij is de stadsvernieuwing. Het tweede het recent vastgestelde GVVP. Als lokaal kader en financieringsbron. Tenslotte is genoemd duurzaam veilig als landelijk kader. Dit strookt met hetgeen wat met de commissie is doorgesproken. De uit de stadsvernieuwing te bekostigen maatregelen moeten bestaan uit fysieke voorzieningen die de leefbaarheid vergroten. Dit heeft geleid tot de reacties die zich in hoofdzaak hebben gericht op het verkeer. Ook andere gebieden beslaan dit. Wij zijn niet van mening dat wij met de wijze van presenteren de bewoners op het verkeerde been hebben gezet.

5. Vindt u dat deze manier van samenspraak en inspraak aan een democratisch proces recht doet? Zo ja, betekent democratie voor u het opleggen van kaders?Zo nee, wat gaat u doen om het democratisch proces werkelijk inhoud te geven?Wij zijn van mening dat de wijze van uitvoeren recht doet aan de Nederlandse vorm van democratie. Hierbij wordt lokaal bestuurd door de gemeenteraad en wordt een keus voorbereid door inspraak en samenspraak. Het is hierbij wel relevant dat ook de personen die bij deze samenspraak worden betrokken recht gedaan wordt. Een stuk voorkennis en kaderstelling wordt dus meegegeven om geen onvervulbare verwachtingen op te roepen.

6. Wat gaat u doen om het democratisch tekort alsnog op te lossen?

Er is geen sprake van een democratisch tekort.


Mevrouw De Jong: (SP)

In uw eerste antwoord geeft u aan dat de provincie in ieder geval dit honoreert als subsidiabel. Ik heb de provincie gesproken en heb gevraagd hoe zij omgaat met dit soort dingen. Zij zegt dat het maar een plan is. Wij doen eigenlijk aan een hele soepele toetsing, als het maar om fysieke maatregelen gaat.

U heeft gezegd dat het met de commissie is opgenomen. Uit zeer betrouwbare bronnen heb ik vernomen dat de commissie gezegd heeft dat dit niet gekoppeld moet worden aan het GVVP, zoals u wel stelt in uw brief aan alle inwoners van Den Dolder. Dus dat is al iets waarvan ik denk, hoe kan dit. U zegt dat u dit in de commissie wel behandeld heeft en dat het duidelijk gekoppeld is aan het GVVP. Mijn bron zegt dat dit niet juist is.

Dan wil ik u nog eens vragen te kijken wat de provincie hiermee gaat doen. U zegt iedere keer dat we gekoppeld zijn aan de subsidie van de provincie. Nogmaals, de provincie toetst gewoon heel soepel en dus kunnen allerlei fysieke maatregelen worden besproken. Ik weet dat er gesproken werd over meerdere zaken, Ik was bij allebei de inspraakavonden aanwezig. Vandaar dat ik deze vragen stel. Het gaat mij er om dat het kader waarin het gesteld wordt nogal smal is. In uw brief zegt u dat het duidelijk gekoppeld moet worden aan het GVVP en dat gaat de fractie van de SP te ver.

In de beantwoording op de een na laatste vraag zegt u dat een en ander voldoet aan de Nederlandse democratie. Het lijkt mij dat we in Zeist altijd een Nederlandse vorm hanteren. Ik vraag me af waarom u dat neerzet. Het gaat erom dat u ook zegt dat een kader gesteld moet worden, zodat geen onvervulbare verwachtingen opgeroepen worden. Dat betekent nou net dat je alleen maar in het kader van het GVVP gaat praten en niet meer over de werkelijke dingen om de stadsvernieuwing op te lossen. Ik heb inderdaad gehoord dat het over speelplaatsen gaat, bestrating, stoepen, toegankelijkheid voor rolstoelen en noem maar op. Het gaat mij er om dat die dingen ook meegenomen worden. Bent u bereid om die voorstellen die geen betrekking hebben op het GVVP serieus te behandelen en daar middelen voor vrij te stellen? U zegt dat er geen sprake is van een democratisch tekort. De SP vindt van wel.


De heer Van Gemeren: (D66)

Vindt u niet dat u de raad op het verkeerde been zet met uw beantwoording? U zegt in uw beantwoording op vraag 2 dat voor de commissie van 27 juni het stuk ter inzage lag. Niettemin heeft de commissie een duidelijk advies meegegeven. Het opstarten van inspraak en samenspraak mag niet zonder meer leiden tot het beschikbaar stellen van gelden uit het GVVP naast stadsvernieuwingsgelden. De voorzitter heeft opgemerkt volgens het verslag dat door het opstarten van een inspraakproces verwachtingen worden gewekt die in de prioritering van het GVVP moeten worden meegenomen. Prima als de wethouder zegt dat in het kader van stadsvernieuwing gelden uit het GVVP aangewend worden. Al het meerdere is een aparte afweging. Wij wachten nog steeds op het voorstel van het college over de verdeling van de GVVP-gelden. Het kan niet zo zijn dat de wethouder zegt dat we misschien verwachtingen in Den Dolder wekken en dat de gelden die we voor stadsvernieuwing hebben een hoge prioriteit geven in het kader van het GVVP. Ik wens dat de raad daar niet aan gebonden wordt geacht.


Wethouder Van Brenk: (SGP/ChristenUnie)

De heer Van Gemeren zal zich ongetwijfeld herinneren dat ik in de commissie heb gezegd dat wanneer er niet aanvullend gelden uit het GVVP beschikbaar komen voor Den Dolder ik niet op stap zal gaan. U was als ik mij goed herinner de enige die dit bestreed. We zijn op stap gegaan met middelen voor het GVVP. We hadden toegezegd dat daaraan de hoogste prioriteit gegeven zou worden.

Ik ben blij met de check van mevrouw De Jong dat de provincie vooral soepel is. De provincie zal vooral uitgaan van fysieke maatregelen. Wij hebben ons gebaseerd op de stadspeiling. Dat is toch een representatieve steekproef binnen de gemeente Zeist. De nummers 55 en 56 gaan over veiligheid in Den Dolder en over verkeersoverlast, enz.. Als wij daarvoor middelen beschikbaar stellen doen wij daar recht aan. We hebben op die avond alle knelpunten netjes geïnventariseerd. We zullen hier in huis zorgvuldig de afweging maken of maatregelen in het kader van het GVVP of de stadsvernieuwing of anderszins gerealiseerd zullen worden. We proberen gewoon met de middelen die we hebben een optimaal rendement te krijgen in goed overleg en samenspraak met de burgers.


Mevrouw De Jong: (SP)

Dan nog een vraag die ik echt graag beantwoord wil zien. U moet dit de volgende keer niet meer in een brief koppelen aan moeten. Met dat moeten worden de mensen op het verkeerde been gezet. Het moet gekoppeld zijn aan het GVVP staat er letterlijk. Dat is een verkeerde voorstelling van zaken.


Wethouder Van Brenk: (SGP/ChristenUnie)

Dit kader is geschapen in Den Dolder. Ik ben niet bereid om verwarring te scheppen in Den Dolder als we nu een duidelijk kader hebben.


De voorzitter:

Ik wijs u er op dat voor de behandeling van mondelinge vragen maximaal een half uur wordt uitgetrokken. Zullen we daar nog eens in het seniorenconvent over praten? Dan moet u wel komen! Als er tien vragen komen en wij worden geacht tien duidelijke antwoorden te geven, kost dit wel wat tijd. Daarin zou men zich in kunnen beperken. Het is helemaal niet interessant op deze wijze voor mensen.


Hierna wordt dit punt voor kennisgeving aangenomen.



2. Structuurplan (rv 2001-42)

Mevrouw Spruijt: (GroenLinks)

Eerst even een paar opmerkingen over de inspraak. Aan de voorbereiding van dit structuurplan is heel lang gewerkt. Wellicht moeten we zeggen dat er te lang is gewerkt en dat er nieuwe inzichten over gewenste ruimtelijke ontwikkelingen telkens weer naar boven kwamen. Dan kan je wel bezig blijven. Niet alleen de raadscommissie, maar ook de insprekers zijn hiermee geconfronteerd. De raadscommissie mocht nog haar mening geven over het totale aangepaste plan. Dat lag anders voor de insprekers. Voor hen was dat een gepasseerd station. Naar de mening van mijn fractie verdient dit niet de schoonheidsprijs. Het moet mij wel van het hart dat ik van mening ben dat de kwaliteit van dit structuurplan als gevolg van de inspraak aanzienlijk verbeterd is. Ik ben daar heel blij mee.

Inspraakprocedures blijken nog steeds een punt van discussie te zijn. Als ik me goed herinner werd er 20 jaar geleden hier ook een structuurplan opgesteld in de gemeente Zeist. Ik herinner mij uit die tijd dat ik vanuit een andere functie een aanbod deed aan belangenorganisaties in Zeist om voorlichting te geven over hun inspraakrechten bij de totstandkoming van dit structuurplan. Op initiatief van de toenmalige burgemeestersvrouw werd dit een punt van discussie binnen het college. Slechts door ingrijpen van de liberaal denkende gemeentesecretaris de heer Schutten - ik neem aan dat dit moet zijn de loco-secretaris – kon deze voorlichting alsnog gewoon doorgang vinden. Het is nog veel erger geweest. We zijn in de afgelopen 20 jaar toch nog wat gevorderd.

Dan inhoudelijk. Het structuurplan heeft de functie om richtinggevend te zijn voor de ruimtelijke ontwikkeling van het grondgebied van de gemeente. Wat betekent dat nu? De bestemmingsplannen moeten daaraan getoetst worden, zo wordt gesteld. Ze zijn daarmee bindend voor het verdere beleid van de gemeente. Zelfbinding heet dat. Het structuurplan is niet bindend voor de burger, zo is de leden van de raadscommissie verzekerd. Dat is mooi, maar wat betekent deze zelfbinding wanneer er een ontwikkelaar in de lijn van het structuurplan een bouwplan indient waarbij niet het bestemmingsplan geldt als toetsingskader? Wanneer kan deze situatie zich voordoen? Dat gebeurt wanneer het bestemmingsplan ouder is dan tien jaar. Er wordt dan een artikel 19 procedure gevoerd, waarbij het structuurplan het kader voor de toetsing zal zijn. Uw toevoeging in het aangepaste raadsvoorstel, waarin u aangeeft dat uw visie uit het structuurplan bij de nadere uitwerking van het bestemmingsplan moet worden afgewogen, geeft naar de mening van GroenLinks onvoldoende zekerheid. Dat geldt ook voor de laatste wijziging die is aangebracht. Klopt het wanneer ik stel dat indien er geen bestemmingsplannen tijdig gereed zijn dit impliceert dat er nog steeds met een artikel 19 procedure gewerkt kan worden, waarvoor het structuurplan dan het toetsingskader vormt? Ik zou graag een heel expliciet antwoord krijgen op deze vraag, want dat is al dan niet bepalend voor het indienen van een amendement in tweede termijn.

Een belangrijk thema in dit structuurplan dat ook met het zojuist genoemde te maken heeft is het evenwicht tussen rood en groen. Ik constateer dat hierover verschillende zaken worden opgemerkt in het structuurplan. Er wordt verwezen naar een gewenste stabilisatie tussen rood en groen. Hoe wordt dit begrip nou verder uitgewerkt?

Een voorbeeld van de verdere status van het structuurplan. Het is vastgesteld beleid om milieuhinderlijke bedrijven binnen de bebouwde kom te verplaatsen naar bedrijfsterreinen. Ook zou er nog enige ruimte moeten zijn voor nieuwe behoefte aan ruimte van in Zeist gevestigde bedrijven en kantoren. Volgens eerdere berekeningen van het onderzoeksbureau Stovo is daarvoor vijf ha nodig. In het structuurplan staan locaties voor bedrijfsterreinen en kantoorruimte genoemd die de eerder genoemde omvang ver overtreffen. Ik noem u het Sigmaterrein, Oud Zandbergen, Dijnselburg, Wallenburg, Kamp Zeist, Stationslocatie, Kamp Nieuw Amsterdam en de werkmansschappen langs de Driebergseweg en de Amersfoortseweg. Mijn fractie realiseert zich dat van te voren niet vaststaat op welke terreinen een dergelijke ontwikkeling uiteindelijk zal lukken. Wij zien het niet zitten dat al deze terreinen afzonderlijk een bedrijfsfunctie kunnen krijgen. Wij vragen het totaal aan gewenste ruimte voor milieuhinderlijke bedrijven te beperken tot de omvang zoals die eerder is vastgesteld, te weten 5 ha. Om u te stimuleren in het geven van een door ons gewenst antwoord hebben wij alvast een amendement hierover opgesteld en dat zal ik u straks overhandigen.

Een ander voorbeeld. U constateert dat er een groot overschot aan arbeidsmigratie is. Dit levert problemen op. Op dit moment is dit mede de oorzaak van de in de spitsuren dichtslibbende wegen rondom en in Zeist. Dit is ook mede de oorzaak van de enorme druk op de woningmarkt. Vervolgens stelt u woonruimte te willen bieden voor de eigen behoefte zonder dat u aangeeft hoe u dat definieert. Wanneer we dat voor de 8000 huishoudens van diegenen die hier wel wonen maar niet hier werken, zal dit een enorme klem betekenen. U geeft geen helderheid in het structuurplan.

De aantrekkelijkheid van onze gemeente zit hem in de groene omgeving. Daar kunnen we sterk in zijn. Niet alleen voor de Zeister bevolking, maar we kunnen ook een belangrijke recreatieve betekenis hebben voor grote stedelijke gebieden in de nabije omgeving. We moeten ons realiseren dat deze functie ook schaduwzijden heeft. We kunnen daarom niet alles realiseren wat we misschien aan uitbreiding wenselijk zouden achten. We zijn nu eenmaal geen groeigemeente.

De stabilisatie die we voorstaan zal moeten gebeuren binnen de huidige ruimtelijke context. Dit betekent dat we uiterst zorgvuldig met de aanwezige ruimte moeten omgaan. Wanneer het bijvoorbeeld gaat om woningbouw moeten we ons houden aan de verdeling die bij het volkshuisvestingsplan is vastgesteld. 50% goedkope en 50% duurdere woningen. Deze woningbouw moet dan van betekenis zijn voor de huidige problemen die Zeist op dit terrein kent. We bouwen als voorgesteld op het Wallaard Sacrekamp en dat is een herhaling van wat in het Lyceumkwartier gebeurt. Daar hebben we naar mijn mening geen behoefte aan. Dat moeten we dan ook uitsluiten. Mijn fractie dient hierover eveneens een amendement in.

Over een aantal andere punten heb ik in de commissie vragen gesteld, waarop ik geen of geen duidelijk antwoord kreeg of waarop geantwoord werd dat hierover in de raad wel een amendement kon worden ingediend. Als u het op deze manier wilt, kunt u het van mij ook zo krijgen. Het gaat om de visie op de ontwikkeling van de Kerkweg. Mijn fractie vindt het geen goede zaak wanneer er gelegenheid geboden wordt om de woonruimte die daar is om te zetten in een winkelfunctie. Op de eerste plaats omdat het centrum van Zeist al meer dan genoeg oppervlakte kent met een winkelfunctie, dan wel een winkelbestemming. In de tweede plaats omdat een dergelijke winkelfunctie verkeersaantrekkend is en dat de omgeving van het park dit niet toelaat. Op de derde plaats omdat wij vinden dat langs het park de woonfunctie versterkt zou moeten worden.

Een ander en laatste punt dat ik hierbij wil aanhalen is uw visie met betrekking tot de Vogelwijk. Naar de mening van de fractie van GroenLinks is de huidige omschrijving, namelijk beleid gericht op het behoud en ontwikkeling van woningen te beperkend. Er is een studie in uitvoering en er is nog geen besluit genomen over wat de toekomst van dit gebied is. Te vroeg voor zo’n concrete uitspraak over de toekomst van deze woningen, vinden wij. Over de Vogelwijk dien ik ook een amendement in. Het amendement is ook ondertekend door de fractie van D66.


De voorzitter gaat over tot voorlezing der amendementen.



Amendement 1, m.b.t. raadsvoorstel: 2001-42 Structuurplan / bedrijfsterreinen



De Raad op 9 juli 2001 bijeen


Overwegende dat:

  • De gemeente Zeist een ruimtelijk beleid voert van stabilisatie

  • De gemeente Zeist de in de bebouwde kom gevestigde milieuhinderlijke bedrijven wenst te verplaatsen naar bedrijfsterreinen

  • Het beleid van de gemeente Zeist er niet op gericht is om nieuwe werkgelegenheid te creëren binnen haar grondgebied

  • Eerder onderzoek heeft aangetoond dat voor het verplaatsen van deze milieuhinderlijke bedrijven een oppervlakte nodig is van vijf hectare


Besluit:

  • De mogelijke locaties die in het structuurplan genoemd zijn voor het vestigen van bedrijven, in zijn totaliteit niet groter mogen zijn dan de benodigde 5 hectare

  • De afweging van welke terreinen daadwerkelijk voor bedrijfsbestemming in aanmerking komen, zal plaatsvinden middels een afweging waarbij actuele inzichten en bestaande relevante beleidsnota’s mede betrokken worden.


Het amendement is ondertekend door de heren Claasen, Schneider, Van Gemeren en mevrouw Spruijt.



Amendement 2, m.b.t. raadsvoorstel: 2001-42 Structuurplan / woningbouw W. Sacrékamp



De Raad op 9 juli 2001 bijeen


Overwegende dat:

  • De gemeente Zeist een gebied is waar een restrictief ruimtelijk beleid gevoerd wordt

  • De groene structuur zo veel mogelijk behouden dan wel verstrekt dient te worden

  • Een extensieve woningbebouwing niet een efficiënte manier is om te voldoen aan de bestaande behoefte aan woningen

  • Er in Zeist al voldoende woonwijken zijn die extensieve woningbouw kennen



Besluit:

  • De locatie Wallaert Sacré-kamp uit te sluiten van een mogelijke woningbouwontwikkeling.


Het amendement is ondertekend door de heren Claasen, Schneider, Van Gemeren en mevrouw Spruijt.



Amendement 3, m.b.t. raadsvoorstel: 2001-42 Structuurplan / Kerkweg



De Raad op 9 juli 2001 bijeen


Overwegende dat:

  • Het centrum van Zeist reeds een ruime overcapaciteit kent aan winkeloppervlakte

  • Verdere uitbreiding van het winkelareaal aan de Kerkweg het huidige karakter van de Kerkweg, o.a. door meer verkeer en meer parkeerdruk, zal aantasten

  • Aan de Kerkweg juist de woonfunctie versterkt zou moeten worden


Besluit:

  • De beleidsaanbeveling verwoord op pagina 147 in het structuurplan en die luidt “Langs de Kerkweg past een accent op kleine boetiekachtige winkels” geschrapt wordt.


Het amendement is ondertekend door de heren Claasen, Schneider, Van Gemeren en mevrouw Spruijt.



Amendement 4, m.b.t. raadsvoorstel: 2001-42 Structuurplan / Vogelwijk



De Raad op 9 juli 2001 bijeen


Overwegende dat:

  • De raad besloten heeft dat het Masterplan Vogelwijk vooralsnog niet uitgevoerd wordt

  • Er een nieuw, integraal plan voor de Vogelwijk in voorbereiding is

  • De uitkomst van deze planvorming niet van tevoren vast behoort te staan


Besluit:

  • De aanbeveling uit het structuurplan zoals verwoord op pagina 164 en die luidt: “Het beleid is gericht op behoud en verbetering vande woningn in de Vogelwijk” geschrapt wordt.


Het amendement is ondertekend door de heren Claasen, Schneider, Van Gemeren en mevrouw Spruijt.



De heer Van Ballegooijen: (SGP/ChristenUnie)

Ik kan me voorstellen dat tijdens de beantwoording in de commissie ruimte de laatste keer na de zoveelste behandeling van het structuurplan een ambtenaar verzuchtte dat het einde van de vaststelling toch begon te naderen. Ik kan mij daar wel iets bij voorstellen. Mevrouw Spruijt heeft het al gezegd. Heel veel jaren heeft het in beslag genomen. Er is heel veel over gezegd. Zij ging wel 20 jaar terug. Ik ga maar twee raadsperioden terug, want zo’n tijd zijn we er mee bezig geweest. Als je zegt dat het lang geduurd heeft, denk ik ook dat je het andere moet zeggen. Dan haak ik even in op gebeurtenissen die er tussendoor kunnen komen en die op dat moment een hele hoge prioriteit krijgen. Als er ambtelijke capaciteit vrijgemaakt moet worden voor het structuurplan en tegelijk voor hoge prioriteiten die zich aandienen, zullen we keuzes moeten maken. De HSL is er door heen komen fietsen. Dat had een hoge prioriteit. Ik mag wel zeggen dat het resultaat er wel naar is. We hebben hoog ingezet bij de HSL . We hebben de wensen gekregen zoals we die zo graag zagen. Dit staat er voor de toekomst. Met het structuurplan is het iets anders. Dat staat niet voor de toekomst. Er is al veel over geschreven en veel over gezegd. We lezen dat 200 mensen hebben gereageerd. Het is de kracht van dit raadsvoorstel en de nota zienswijze dat er is aangepast waar dit mogelijk was. Natuurlijk is het niet mogelijk om alles aan te passen wat men graag aangepast wil zien. Ik denk dat de werkgroep natuur Zeist-West een hele goede bijdrage hierin heeft geleverd. Je kan ook een aantal punten terugvinden.

Met betrekking tot het geheel kan ik zeggen dat naar mijn overtuiging er goed geluisterd is en dat er het nodige is aangepast en afgevallen. Bij een structuurplan dat jaren in beslag neemt gebeuren er dingen die het plan doen bijstellen. We hebben het gehad over het ISV en het GVVP die er tussendoor zijn gekomen. Dat het plan dan bijgesteld moest worden, is een hele goede zaak. Van belang is en blijft dat het structuurplan een ruimtelijke visie is. In het aangepaste raadsvoorstel staat dat ook heel duidelijk verwoord. Het zit er in verweven. De commissie heeft er het een en ander over gezegd en wij zijn blij dat dit naar voren is gekomen.

In de commissie is herhaaldelijk aan de orde geweest dat bepaalde punten te gedetailleerd waren beschreven en andere niet. Wanneer je langdurig met het plan bezig bent, heb je het gevaar dat er iets doorschiet en iets anders weer niet. Dat is nu een maal het gevaar dat het ene overbelicht wordt en het andere onderbelicht. Mijn fractie ziet het structuurplan als een beginpunt om als eindpunt te dienen. Zo zal het structuurplan zo tegen het licht gehouden moeten worden. Komt het overeen als ijkpunt. Hiermee voorkom je dat je een beleid krijgt van de waan van de dag. Wat is de visie van nu en die van de toekomst. Mijn fractie ziet het structuurplan als een richtinggevend boekwerk. Het raadsvoorstel is duidelijk. Het is niet burgerbindend. Er kunnen ook geen besluiten opworden genomen als bedoeld in de Algemene Wet Bestuursrecht. In dit geval worden ook geen belanghebbenden gediend. Deze elementen komen wel om de hoek kijken als het gaat om een bestemmingsplan. Terecht, want dan wordt het juist menens. Dan gaan geldelijke wetten en regelingen een rol spelen.

Dat het structuurplan een indicatief richtinggevend karakter kent houdt natuurlijk ook in dat door nieuwe argumenten en voortschrijdend inzicht in de raad tot een bijstelling gekomen kan worden. Dat is juist de kracht van het structuurplan. Er is veel in beweging en er komt veel op ons af. Zeist aan zet is al genoemd, Zeist Simultaan. Waar staan we en waar willen we naartoe. Straks komt de stadsvisie er nog eens overheen. Wij zijn voor de toekomst voor een actieve balans. Mevrouw Spruijt heeft het daar al over gehad. Wij leggen ons op dit moment nergens op vast omdat we niet in de toekomst kunnen kijken. Er is een aantal amendementen ingediend. D66 zal er ook een aantal indienen. Ik loop daar nog niet op vooruit. Ik kom er in tweede termijn op terug. Die amendementen zullen wij niet steunen omdat we ons daarmee vastleggen en daar vinden wij het structuurplan niet voor. Dat kunnen we altijd in bestemmingsplannen regelen.

Met de mogelijkheden waar mogelijk kleinschalige industrie kan bestaan, kunnen wij ons vinden.

Wij kunnen ons vinden als er zorgvuldig met het gehele gebied wordt omgegaan, met het groen en met het stedelijk gebied. Ik denk dan aan ontwikkelingen bij de defensie. Het Wallaert Sacré-kamp is al genoemd. Ook zijn er de inrichtingen en zorgcentra waar steeds een veranderingsproces gaande is en waar eventueel een hoge bebouwing mogelijk is. Wij houden dit gewoon open voor de toekomst. Wij willen de afweging pas maken op het moment waarop zich dat voordoet. Dat wil niet zeggen dat wij willen tornen aan de vastgestelde ecologische hoofdstructuur. We l wat in het buitengebied al dan iet teruggegeven kan worden aan het Utrechts Landschap. Over alles wat inpasbaar blijkt en een duurzaam karakter heeft is iets waarover altijd met ons te praten is.

U heeft wel begrepen dat wij met dit structuurplan goed uit de voeten kunnen.


De heer Westbroek: (CDA)

Ik kan kort zijn. Ik zal geen commissievragen gaan stellen in deze raad. Toch neem ik even de vrijheid om terug te komen op de behandeling in de commissie. In de vergaderingen op 10 en 17 april is door alle fracties, waaronder ook de fractie van het CDA uitvoerig stilgestaan bij de detaillistische opzet van het structuurplan. Er is gesteld dat de planvorming het niveau van een bestemmingsplan heeft bereikt. Ik hoef hier niet alle voorbeelden te noemen. Ze zijn hier al regelmatig over tafel gegaan, maar ter opfrissing van het geheugen nog een enkel. Het Sanatoriumbos, de vliegbasis Soesterberg, het Saestumterrein en de uitbreiding winkelbestand Kerkweg. In de brief van 5 juni2001 doet het college een dringend beroep op de commissie en de raad en stelt, ondanks de wens naar een meer globale opzet van het plan, het voorliggende structuurplan met inachtneming van de voorgestelde wijzigingen door het college vast te stellen en het zo mede als basis te laten dienen voor de nog op te stellen stadsvisie. Mijn fractie had en heeft een positieve opstelling voor die oproep. In dit proces hebben wij met het college meegedacht hoe het toch duidelijk gemaakt kon worden dat de ontwikkelingsmogelijkheden nog nader afgewogen dienden te worden.

Ik kom dan terug op de commissie. Dan komt het hard aan als ik in het verslag van de commissie RKC van 3 juli het antwoord van de voorzitter moet lezen met de opmerking mijnerzijds. Ik vind het plan te detaillistisch. In zijn antwoord erkent de voorzitter dat. Hij merkt op dat de raad eerder de mogelijkheid heeft gehad om dit te wijzigen. Zo staat het in het verslag. Die avond is mij dat antwoord ontgaan, mogelijk door de hitte, de arbeidsomstandigheden, die waren toen niet optimaal te noemen. Wellicht kunt u nog even melden wanneer de raad die mogelijkheid gehad heeft.

Gelukkig heb ik nu kunnen constateren dat ook het college van mening is dat de status van het structuurplan verder verduidelijkt moet worden. U heeft dat gevonden in de toevoeging in een besluit van punt 5. Het structuurplan te beschouwen als een ruimtelijke visie op Zeist en uw visie op ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden die bij de besluitvorming over afzonderlijke bestemmingsplannen nog nader worden afgewogen. De tranen schoten mij in de ogen. Dit is uit het leven gegrepen. Kennelijk is dit ook ingegeven door het meedenken van de werkgroep natuurlijk Zeist-West. Het is hier al een keer aan de orde geweest. Ik vind dat dit best nog een keer genoemd mag worden.

Ik heb nog wel een verzoek aan het college. Een verzoek bij punt 5 waarbij u spreekt over afzonderlijke bestemmingsplannen. Ik zou u willen verzoeken dit aan te vullen met of projectprocedures. Ik verneem daarop graag uw antwoord.

Heeft u de tekst van punt 5 nog juridisch laten toetsen? De vraag van mijn fractie is of dit juridisch mogelijk is.

Ik wilde ook nog wat stellen over de interne bedrijfsvoering, maar door de tijd slik ik dat maar in.


Mevrouw De Jong: (SP)

In het structuurplan zegt u te streven naar behoud van het groen. Neemt u de ecologische hoofdstructuur en Zeist in het groen wel serieus? Dat betekent dat we alle vrijvallende gebieden als het kamp Zeist en de vliegbasis Soesterberg terug aan de natuur moeten geven. Dit doet u niet in dit plan. Streeft u naar een balans tussen rood en groen of kiest u eigenlijk voor rood? Volgens de SP is de balans doorgeschoten naar rood. Een klein voorbeeld. U gaat een stuk bos aanwijzen als nieuw bedrijventerrein, namelijk Oud Zandbergen op het gebied van de Zevende Dag Adventisten aan de Amersfoortseweg. De SP noemt dit een werkelijk doorslaan naar rood. Het staat daar vol met jonge bomen. Ik snap echt niet dat u die bomen daar gaat kappen terwijl in het structuurplan zegt naar het behoud van het groen te streven. Daarom steunt de SP het amendement van GroenLinks over de bedrijventerreinen.

Ook mist de SP een visie op hoe om te gaan met een inkrimping van een instelling zoals bijvoorbeeld Dennendal. Van de honderden patiënten blijven naar verluidt tachtig over. De meeste gebouwen gaan op de schop of staan straks leeg. De vraag is dus wat er met deze bestemming of een deel daarvan gaat gebeuren. Wij zouden graag een teruggaaf aan de natuur zien. Dat kan ik niet terugvinden in het structuurplan.

Dan heeft u het over de noodzaak van uitbreiden. Het zoveel mogelijk woningen bouwen op een beperkte ruimte. Hoe verhoudt zich dat met de pas gepresenteerde en aangenomen nota speelplaatsen, waarbij we streven naar de nuzo-norm van 300 m2 speelruimte per ha. Dat kan ik ook niet terugvinden in het structuurplan.

Dan over de status. Daarvan is al heel veel gezegd. De SP blijft van mening dat het noemen van getallen van woningen niet in dit plan thuishoort. Ook niet het aanduiden van specifieke gebieden. Als dit plan richtinggevend wil zijn, kunt u niet al een getal noemen, bijvoorbeeld 150 in het Kerckebosch of 150 of 180 op het kamp Wallaert Sacré. Ook hierin zal de SP het amendement van GroenLinks steunen. Richtinggevend is volgens de SP dat een bepaald gebied genoemd wordt als mogelijke locatie voor woningen. Of dat intensief met kleine kaveltjes dicht op elkaar of extensief met grote kavels ver uit elkaar hoort in dit plan niet thuis. Overigens wijst de SP op uw eigen collegeprogramma waarin u sociale woningbouw op 50% stelt. Dat halen we bij lange na niet in deze raadsperiode. Hoe verhoudt zich dat dan met de grote kavels?

Over Vollenhove schrijft u dat een grote reconstructie nodig is van hoog naar laagbouw. Dit dient in goede samenspraak te gaan met de woningcorporaties. Waarom schrijft u daar niet bij in goede samenspraak met de bewoners, zoals u heeft beloofd? Graag uw reactie in eerste termijn.


De heer Van Gemeren: (D66)

Tijdens de aubade bij Koninginnedag hebben we uit volle borst het Zeister volkslied gezongen. Ik citeer het laatste refrein. Als Zeist je groei en broeiplek is, dan kom je tot je recht. De rust en ruimte die Zeist biedt, ja die zijn echt. Aan dat refrein van het Zeister volkslied moest ik denken toen ik de fractiebijdrage van D66 voorbereidde aan het structuurplan. Het gaat immers in het structuurplan om de schaarse ruimte die Zeist nog heeft. U noemt het structuurplan een ruimtelijke visie op Zeist en een visie op de ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden die bij de besluitvorming over afzonderlijke bestemmingsplannen nog nader zullen worden afgewogen. Daarmee denkt u recht te doen aan een suggestie vanuit de werkgroep Natuurlijk Zeist-West. De heer Westbroek en mevrouw Spruit voor mij noemden dit al om in ieder geval niet alleen bij de bestemmingsplannen stil te staan, maar ook bij de projectprocedures. Is het college van mening dat we niet meer praten over het structuurplan in de zin van de wet ruimtelijke ordening? Mevrouw Spruijt heeft het uitvoerig betoogd. Ik heb het vandaag nog eens nagevraagd. Als de gemeente een structuurplan heeft vastgesteld, kan op grond van artikel 19 lid 1 van de gewijzigde WRO het structuurplan als een ruimtelijke onderbouwing beschouwd worden. Waar blijft dan die afzonderlijke mogelijkheid die de raad heeft om een aantal zaken nog nader af te wegen? Ik moet begrijpen dat sinds de commissiebehandeling vorige week en vanavond een aantal partijen, met name het CDA en de VVD en PvdA hiermee gerust zijn gesteld. Zij zeggen dat het op deze manier kan. Ik zou graag een duidelijk antwoord willen hebben op de door ons gestelde vraag. Met GroenLinks zijn wij van mening dat er nog wezenlijke gevaren in een aantal door ons ongewenste ontwikkelingen bij dit structuurplan liggen.


De heer Van Ballegooijen: (SGP/ChristenUnie)

Ik mag de heer Van Gemeren er aan herinneren dat al een groot aantal bestemmingsplannen in de maak is. Het structuurplan dient als kader. Er wordt op dit moment al gewerkt aan al die verouderde bestemmingsplannen om die te herzien. Dan is dat niet meer aan de orde.



Gemeren: (D66)

Dan heeft de heer Van Ballegooijen een punt. Dat zou inderdaad niet behoeven te zijn. Is het u bekend dat in het nieuwe bestemmingsplan Zeist-West dat de raad nog moet vaststellen dat het gebied aan de Noordweg waar nu de Saestumterreinen liggen is aangewezen als potentiële woninglocatie? Naar mijn mening zit dat nog niet in het nieuwe bestemmingsplan Zeist-West, maar het staan wel op pagina 82 van dit structuurplan. U heeft in de kabelkrant van Slotstad kunnen lezen dat D66 en andere fracties tegen een mogelijke ontwikkelingsrichting zijn om rond de sportvelden zo’n 600 grondgebonden woningen te bouwen.


De heer Van Ballegooijen: (SGP/ChristenUnie)

Ik denk dat dit gebied niet in het bestemmingsplan opgenomen kan worden omdat het hoort tot het randgebied De Bilt. Er zal eerst onderhandeld moeten worden met De Bilt. Op grond daarvan zal verder bekeken kunnen worden wat we kunnen gaan doen. Een eventuele grondruil met de Bilt zal mijn fractie niet tegenwerken.


De heer Van Gemeren: (D66)

Ook aan die vraag van de heer Van Ballegooijen heb ik gedacht. We hebben dat gehoord in de mondelinge beantwoording door de voorzitter tijdens de vergadering van de commissie RKC. Er heeft overleg plaatsgevonden met de gemeente De Bilt op grond van artikel 10 van de WRO. Wij hebben gehoord van de wethouder dat de gemeente De Bilt niet positief staat ten aanzien van een wijziging van de bestemming van die grond op voorstel van de gemeente Zeist. Als het anders is, had ik dat graag gehoord. Nog liever had ik gewild dat het college in de toelichting op het structuurplan ook schriftelijk verslag had gedaan van het beraad dat voorgeschreven is in artikel 10 van de WRO. Wij hebben het nu alleen maar mondeling gehoord.

Wij trekken een groene grens. Een aantal ruimtelijke ontwikkelingen dat in dit structuurplan is beschreven is niet de richting die de fractie van D66 voorstaat. Wij hebben in die zin een drietal amendementen. Dit betreft de mogelijke woninglocatie aan de Noordweg op of rondom de terreinen van Saestum. We hebben het over de bebouwing van de zuidrand van het Sanatoriumbos. Het gaat om zogenaamde urban villa’s. Voor wie dan wel, vragen wij ons af. Daarnaast is er een andere zaak die ons van het hart moet. Dit betreft een stukje bebouwing in het bos aan de Irenelaan. We hebben een drietal concrete amendementen die door verschillende partijen worden gesteund. Bij het Sigmaterrein worden we gesteund door GroenLinks. Bij het terrein in het Kerckebosch krijgen we technische ondersteuning van de heer Van Buël. De bouwlocatie Sanatoriumbos wordt mede ondersteund door de SP. We hopen dat het niet nodig is om deze amendementen in stemming te brengen als u ons inderdaad toezegt dat het niet een structuurplan is in de zin van de WRO waar we het hier over hebben.

We kunnen nog meer stukjes groen proberen aan te wijzen. We zijn niet tegen woningbouw. Op locaties waar niet of geen schade wordt berokkend aan de natuur kan het best. Recent hadden we de Kroostweg, en de Borniolaan-Bergweg. D66 is wel tegen bebouwing van stukjes groen en inbreiding van bos in woonwijken. Wij staan gelukkig niet alleen, want natuur en milieugroepen hebben al eerder bezwaren naar voren gebracht. De provincie Utrecht heeft gelukkig ook bezwaren tegen wat Zeist wil als een en ander niet spoort met het huidige streekplan. In de commissie hebben we gehoord at ook andere raadsfracties onze zienswijzen kunnen delen. Wij hopen dat zij alsnog bij een stemming over de amendementen hun steun hieraan kunnen geven. Wij zullen er voor waken dat op plekken waar het niet hoort niet gebouwd mag worden. Het groen moet daar blijven. Er mag geen rode baksteen komen. Het rijk heeft grote woningbouwlocaties aangewezen zoals de Leidse Rijn bij Utrecht en Padhorst bij Amersfoort. Ons moet van het hart dat de middelgrote stedenbroek die Zeist aantrekt echt een maatje te groot is. Het is net als bij andere plannen die bij de voorjaarsnota aan de orde kwamen, de gemeente Zeist wil daarvoor geen geld uitgeven.



Amendement 5, Bouwlocatie Saestumterrein


De raad van Zeist in vergadering bijeen op 9 juli 2001


Behandelende het voorstel van het college van burgemeester en wethouders met als onderwerp “Vaststelling structuurplan” (raadsvoorstel 2001-42);


Gelezen het voornemen van het college van burgemeester en wethouders om de locatie Noordweg in Zeist West ter plaatse danwel rondom de sportvelden van Saestum aan te merken als een omvangrijke bouwlocatie voor circa 600 grondgebonden woningen (pag. 82);


Overwegende

dat deze locatie in belangrijke mate een aanslag zal betekenen op de landschappelijke waarden van dit gebied van Zeist;


Mede overwegende:

dat de gemeente De Bilt gehoord hebbende het zgn. art. 10 overleg op grond van de Wet Ruimtelijke Ordening niet positief staat ten opzichte van een dergelijke bestemmingswijziging;


Besluit:

De bedoelde locatie Noordweg in Zeist-West niet aan te merken als potentiële woningbouwlocatie;


En gaat over tot de orde van de dag


Het amendement is ondertekend door de heer Van Gemeren en de dames Spruijt en De Bruijn.



Amendement 6, Bouwlocatie Kerckebosch


De raad van Zeist in vergadering bijeen op 9 juli 2001


Behandelende het voorstel van het college van burgemeester en wethouders met als onderwerp “Vaststelling structuurplan” (raadsvoorstel 2001-42);


Gelezen het voornemen van het college van burgemeester en wethouders om 70 grondgebonden en 70 niet-grondgebonden woningen te bouwen in de wijk Kerckebosch naij het winkelcentrum en langs de Irenelaan (e6 pag. 79);


Constaterende

dat de raad van Zeist nog geen besluit heeft genomen inzake deze locatie;


Overwegende

dat uitbreiding van de bebouwing door de voorgestelde ‘inbreiding’ van de resterende boslocatie in Kerckebosch een negatief effect heeft op de ecologische verbinding tussen Heuvelrug en Kromme Rijngebied;


Besluit:

De locatie Kerckebosch niet aan te merken als potentiële woningbouwlocatie in welke zin dan ook;


En gaat over tot de orde van de dag


Het amendement is ondertekend door de heren Van Gemeren en Buël en mevrouw De Bruijn.



Amendement 7, Bouwlocatie Sanatoriumbos


De raad van Zeist in vergadering bijeen op 9 juli 2001


Behandelende het voorstel van het college van burgemeester en wethouders met als onderwerp “Vaststelling structuurplan” (raadsvoorstel 2001-42);


Gelezen het voornemen van het college van burgemeester en wethouders om aan de zuidrand van het Sanatoriumbos de bouw “urban-villa’s” toe te staan (C4 pag. 79);


Overwegende

dat deze locatie nog net groot genoeg is om als ecologische eenheid te functioneren;


Mede overwegende:

dat de noodzaak om een stedenbouwkundige vloeiende overgang tussen het (Sanatorium)bos en de omringende wijken te creëren niet dwingend aanwezig is;;;


Besluit:

Het Sanatoriumbos niet aan te merken als potentiële woningbouwlocatie


En gaat over tot de orde van de dag


Het amendement is ondertekend door de heer Van Gemeren en de dames De Bruijn en De Jong.



De heer Veenendaal: (VVD)

Het woord structuurplan zegt het al. Structuur brengen in je plannen, maar dan op grond van het bepaalde in artikel 8 van de WRO. Hoe is deze structuur nu tot stand gekomen? In eerste instantie hebben wij kennis kunnen nemen van het ontwerp structuurplan. Na behandeling in de commissie heeft u het plan met ingang van 1 december 1999 zes weken ter inzage gelegd. Dit was twee weken langer dan wettelijk is voorgeschreven. Er zijn 27 zienswijzen op het plan ingediend. Hoewel niet alle zienswijzen tijdig waren ingediend, heeft u ze allemaal toch ontvankelijk verklaard en in behandeling genomen. Op 6 april 2000 heeft u een ieder in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze kenbaar te maken en nader toe te lichten. Het resultaat van deze hoorzitting is meegenomen bij de beoordeling van de zienswijzen. Uiteindelijk ligt er nu een nota van zienswijzen en een nota van wijzigingen. Door onder andere adequaat in te spelen op de ontwikkeling van de HSL -oost is er meer dan een jaar verstreken na deze ter inzage legging. Besturen is onder andere het maken van keuzen. Helaas heeft de HSL -problematiek meer tijd in beslag genomen dan vooraf was te overzien. Naar het thans zich laat aanzien is deze inspanning niet voor niets geweest. Een aantal zienswijzen richt zich tegen het feit dat het plan niet voor de tweede keer in de inspraakprocedure is gelegd. Naar aanleiding van de inspraak is het structuurplan principieel gewijzigd. Wij kunnen ons vinden in uw standpunt, immers anders zou het plan telkens na een wijziging weer in de inspraak moeten. Naar de mening van de VVD-fractie heeft een ieder voldoende gelegenheid gehad om kennis te nemen van het plan en hun zienswijzen kenbaar te maken. Sterker nog, menige zienswijze heeft bijgedragen aan het thans voorliggende verbeterde resultaat.

Wat is nu het structuurplan? Er is vanavond al veel over gezegd. Naar de mening van de VVD-fractie laat het in algemene trekken zien welke ontwikkelingen er nog mogelijk zijn en welke structurele randvoorwaarden aan bestemmingsplannen, inrichtingsplannen en bouwplannen gesteld dienen te worden. Bij het maken van deze plannen bent u uitgegaan van het reeds eerder vastgesteld beleid. Ik denk hierbij onder andere aan Zeist aan zet en het daarop volgende Zeist simultaan. Door de vertraging heeft u ook nog de mogelijkheid gehad om middels een quick scan dit plan te toetsen of het conflicteerde met de vijfde nota ruimtelijke ordening. Met het vaststellen van het structuurplan komen de tot nu toe gehanteerde sigmakaarten te vervallen. De functie hiervan wordt overgenomen door deelstructuurkaarten met een daarbij behorende toelichting. Dat hebben we dan weer besloten bij de nota beheerste dynamiek. Het maken van plannen is en blijft een momentopname, zo ook het structuurplan. Wat is nu de status van dit structuurplan? Het structuurplan is niet burgerbindend en dat is vanavond al menige keer gezegd. Dat wordt het pas bij de op te stellen bestemmingsplanherzieningen en andere uitvoeringsbesluiten waarvoor naar de mening van de VVD-fractie ook nog inspraak en het aantekenen van bezwaar bestaan.

Ik sprak reeds eerder van een momentopname. De VVD-fractie behoudt zich dan ook het recht voor om bij het definitief vertalen van deze plannen van reeds eerder geformuleerde aantallen te bouwen woningen af te wijken. Dit uiteraard na een zorgvuldige afweging van door het college nog nader uit te brengen plannen.

Naar de mening van de VVD-fractie is het structuurplan zorgvuldig tot stand gekomen. Op sommige plaatsen is het iets te detaillistisch. Door de commissiebehandeling heeft u ons voldoende vertrouwen gegeven hoe u met deze gedetailleerde kennis denkt om te gaan. Vanaf deze plaats willen wij een ieder bedanken die aan het structuurplan heeft meegewerkt. Het moge duidelijk zijn dat de VVD-fractie kan instemmen met dit raadsvoorstel.


Mevrouw Barten: (PvdA)

Mijn fractie is tevreden dat vandaag de vaststelling van het structuurplan voorligt. Een ding is zeker. Het wordingsproces van dit plan heeft veel tijd en energie gekost. Dat kun je negatief bekijken, maar we moeten het maar positief zien. Zeist is een levende gemeente en geen ingedut dorp met vastgeroeste ideeën. Het structuurplan is mede door een steeds veranderende kijk op Zeist in de loop der jaren enkele keren herschreven. Het is gewijzigd. Het kreeg nieuwe kaarten. De vraag is of het allemaal wijzigingen ten goede zijn geweest. Het feit dat dit structuurplan op vele plaatsen tot in detail is uitgewerkt heeft in de commissie steeds tot grote verwarring en veel discussie geleid. Wij zijn nu min of meer tevreden dat u in het raadsbesluit expliciet heeft opgenomen dat dit structuurplan een visie is op Zeist. Een visie die de basis zal zijn voor een verdere uitwerking in concrete plannen die te zijner tijd nog nader zullen moeten worden afgewogen. Of dat voldoende is, is nog niet helemaal duidelijk. Daarom ben ik benieuwd naar de antwoorden op de vragen van mevrouw Spruijt en die van de heer Westbroek of het woord projectprocedures aan punt 5 van het raadsbesluit toegevoegd kan worden.

Op dit moment wil mijn fractie wel een compliment maken voor de verwerking van de inspraakreacties en de zienswijzen en zeker in de laatste fase. Er heeft samenspraak plaatsgevonden met een deel van de insprekers. Dat is een goede ontwikkeling. Kortom, het is goed dat er nu een structuurplan ligt en dat dit met het streekplan van de provincie een basis kunnen zijn voor de bespreking van de vijfde nota ruimtelijke ordening. Ik wacht de beantwoording van de vragen even af.


De vergadering wordt voor 15 minuten voor nader beraad geschorst.


De vergadering wordt heropend.


Wethouder Den Heijer: (VVD)

Ik constateer dat door sommige fracties vragen gesteld zijn die zich in de optiek van het college zich op commissieniveau bevinden. Ik wil vooral op de hoofdlijnen ingaan van het structuurplan en niet teveel en detail treden. Daarbij moet ik beginnen te zeggen dat in het raadsvoorstel zoals het voorligt de formulering van het besluit onder punt 5 tot misverstanden kan leiden. Die formulering is bij nadere beschouwing niet helemaal juist. Bij sommigen heeft dit vragen opgeroepen, onder andere bij de heer Westbroek en de heer Van Gemeren. Ik zou willen voorstellen punt 5 in het besluit als volgt te herzien: Het structuurplan te beschouwen als een ruimtelijke visie op Zeist en een visie op ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden die bij de uitwerking van afzonderlijke bestemmingsplannen zal worden betrokken. Dus de woorden besluitvorming over kunt u schrappen en vervangen in uitwerking van. De woorden nog nader kunnen geschrapt worden en afgewogen kan vervangen worden door betrokken.

Dan kom ik in principe bij de vraag die gesteld is over de projectprocedures. Die worden getoetst als er sprake is van bestemmingsplannen ouder dan tien jaar aan het structuurplan. Ik wijs er nadrukkelijk daarbij op dat projectprocedures in het kader van de WRO veelal een aparte ruimtelijke onderbouwing vragen die uiteraard getoetst zal worden aan datzelfde structuurplan dat daarvoor bouwstenen levert door andere deelstructuurkaarten.

Ik ga even terug naar de geschiedenis. Acht jaar geleden hebben we gezamenlijk voor een bepaalde insteek gekozen. Dit hield op een aantal fronten al een wat gedetailleerde benadering in. De heer Westbroek en anderen hebben hier maar ook in de commissie opmerkingen gemaakt over de detaillering op sommige onderdelen. Ik kan niet anders dan constateren dat het een insteek is die eigenlijk een aantal jaren geleden al gekozen is en die in de loop van dit traject in mijn beleving niet op wezenlijke discussie is gestuit. Ik verwijs daar overigens ook naar het uitermate positieve advies van de PPC waarin in dit dat kader geen opmerkingen worden gemaakt. Ik ben er zelfs van overtuigd dat wanneer die onderdelen die wellicht wat gedetailleerd overkomen zouden worden verwijderd er nadrukkelijk sprake zou moeten zijn van een volledig nieuw structuurplan. Dat zou betekenen dat we het huiswerk volledig over zouden kunnen doen en daar zou ik zeker niet voor willen pleiten. Ik denk dat de detaillering op de onderdelen waarin die is gegeven nodig is omdat er al sprake is van een verstedelijking van het landelijk gebied in onze gemeente en dat in combinatie met het groen binnen het stedelijk gebied. Er komt hier achteraan ook nog een stadsvisie die inmiddels in voorbereiding is. Die gaat vervolgens weer van een wat hoger abstractieniveau uit.

Er is veel over het structuurplan gesproken. Er is kennelijk veel onduidelijkheid over. Getracht is het op vele manieren uit te leggen. Ik denk dat er zo langzamerhand geen misverstand meer over bestaat. Het structuurplan is uitdrukkelijk zelfbindend voor de raad. Het heeft geen juridische status. Het is niet burgerbindend. Overigens is het zo dat in de nieuwe wet op de ruimtelijke ordening er sprake mag zijn van burgerbindende elementen in een structuurplan. Het college heeft er juist nadrukkelijk voor gekozen om daarvan af te zien om de belangenafweging bij iedere uitwerking niet bij voorbaat al met een hypotheek te belasten.

Er is nog een aantal vragen op detailniveau gesteld. Die komen meestal terug in de amendementen die zijn ingediend. Dus ik zou mij eigenlijk willen richten op de amendementen.

Dan begin ik met het eerste amendement, ingediend door de fractie van GroenLinks. Het college wijst dit amendement af om reden dat in de eerste plaats de vijf ha die in 1991 al aan de orde waren ging om extra ruimte voor bedrijfsterreinen. De insteek is steeds geweest dat bedrijven naar nieuwe locaties zouden verhuizen. De ruimte die ze zouden vrijmaken zou ook nog eens gecompenseerd worden. Er was sprake van een + + situatie. In 1991 was de situatie zo dat er behoefte was aan toevoeging van 5 ha. Inmiddels is er wel het een en ander in Zeist gebeurd.

Ook amendement 2 wijst het college nadrukkelijk af. Op het Wallaert Sacré-kamp is geen sprake van een ecologische hoofdstructuur. De invulling van dat terrein komt in een latere fase bij de invulling van het bestemmingsplan aan de orde. We willen de mogelijkheid van bebouwing daar zeker open houden. Daarom wijzen we dit amendement af.

Het college wijst ook amendement 3 af omdat we de mogelijkheid van een winkelvoorziening willen open houden.

Het vierde amendement is eveneens ingediend door de fractie van GroenLinks. Dit handelt over de Vogelwijk. Ook dit wijst het college af, zij het dat wij zeggen dat de mogelijkheden die daar niet uitgesloten worden verder gaan dan behoud en verbetering van de woningen. Wij zouden de tekst willen handhaven zoals die in het structuurplan staat, maar wij willen er aan toevoegen het woord onder meerdere. Daarmee ondervangen we dat de mogelijkheid van sloop en nieuwbouw niet uitgesloten is.

In amendement 5 staat een duidelijke onjuistheid. In het kader van het overleg ex artikel 10 van de WRO heeft de gemeente De Bilt niet gereageerd. Ook hierbij bepleit het college de mogelijkheid van bebouwing. In het structuurplan is aangegeven de bouw van maximaal 600 woningen. Dit komt in een nadere uitwerking van het bestemmingsplan uiteraard terug. Het zou natuurlijk drastisch naar beneden kunnen. Dat hangt helemaal van de ontwikkelingen af. Wij willen het amendement echter afwijzen.


De heer Van Gemeren: (D66)

Voor de duidelijkheid, over welk bestemmingsplan heeft de wethouder het dan? Is dat het bestemmingsplan Zeist-West dat nu in ontwikkeling is of over een toekomstig bestemmingsplan voor Zeist-West?


Wethouder Den Heijer: (VVD)

Over het bestemmingsplan dat nu in ontwikkeling is. In mijn beleving is er een locatie aangewezen.


De heer Van Gemeren: (D66)

In mijn beleving niet, maar dat zoeken we nog wel even op.


Wethouder Den Heijer: (VVD)

Ik kom bij amendement 6. Voor de bouwlocatie Kerckebosch geldt dezelfde argumentatie. Uitdrukkelijk willen wij de mogelijkheden niet op voorhand afsnijden. We wijzen het amendement af.

Hetzelfde geldt ook voor amendement 7 voor de bouwlocatie Sanatoriumbos. Ook daar willen we niet uitsluiten dat op grond van de ontwikkelingen of de herstructurering van Vollenhove die mogelijkheid niet op voorhand wordt uitgesloten. Wij wijzen derhalve dit amendement af.


Mevrouw De Jong: (SP)

Ik heb nog even een vraag. Ik heb heel duidelijk gesteld hoe het structuurplan zich verhoudt met de nota speelplaatsen en de nuzo-norm die wij hanteren. Een groot deel van de gebieden zal een maatschappelijke bestemming moeten hebben. Anders kunnen er geen speelplaatsen worden neergezet.


Wethouder Den Heijer: (VVD)

Bij de uitwerking van bestemmingsplannen wordt rekening gehouden met speelvoorzieningen, het groen e.d. Dit is niet iets wat je op het niveau van een structuurplan behoort te regelen. In een structuurplan willen we slechts een aantal mogelijkheden open laten en daar komen we bij de uitwerking van bestemmingsplannen op terug. Daar bent u bij aanwezig.


Mevrouw Spruijt: (GroenLinks)

Het college heeft een half uur de tijd genomen om onze vragen te bestuderen. Wij moeten het met aanzienlijk minder tijd doen om nu te reageren. Ik doe mijn best.

De wethouder begon te zeggen dat we heel erg op detail niveau bezig waren, op commissieniveau. Ik vind dit eigenlijk wel heel erg schofferend. Ik heb zelf de indruk dat de belangrijke situaties uit dit dikke structuurplan met ongelofelijk veel dingen aan de orde zijn geweest. De raad heeft die er uit gehaald en hier ter discussie gesteld. Het gaat om wezenlijke dingen. Ik vind het eigenlijk schandalig dat de wethouder zo iets durft te zeggen.

Wat betreft de wijziging die opgenomen is in het besluit, ga ik er van uit dat het gemeentebindende bij dit structuurplan op twee manieren aan de orde is. Er komt een nadere uitwerking in bestemmingsplannen en die bindendheid is ook aan de orde wanneer derden een initiatief nemen en artikel 19 toegepast wordt. In punt 5 beschouwen we het structuurplan als een ruimtelijke visie op Zeist en een visie op de ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden die bij de uitwerking van bestemmingsplannen afzonderlijk nog nader zal worden betrokken. Volgens mij mis ik toch nog iets. Hier wordt niet gesproken over de projectprocedures. Volgens mij staat er alleen dat het structuurplan aan de orde is als ontwikkelingsmogelijkheid en als visie bij de afzonderlijke bestemmingsplannen. Volgens mij is die gemeentebindendheid ook aan de orde bij initiatieven van derden in die situaties waarin er geen actueel bestemmingsplan is.

U geeft aan dat er straks een stadsvisie gemaakt gaat worden. Die is van een hoger abstractieniveau. Is mijn conclusie juist dat die verder geen status zal hebben in de zin van de WRO en dat er geen bouwplannen of bestemmingsplannen aan getoetst kunnen worden?

Ik kom bij de amendementen. U geeft aan dat er in de afgelopen tien jaren het een en ander is gebeurd in Zeist wat betreft de bedrijvigheid. Dat klopt. We hebben inmiddels te maken met een heel groot migratieoverschot. Dat is nu juist ook de aanleiding dat we ons moeten beperken. We kunnen niet alles tegelijk. We kunnen niet Zeist stad in het groen laten zijn en ook nog eens Zeist als stad die overal wegen aanlegt en die voor iedereen werkgelegenheid heeft. Dat is dan ook de reden waarom wij zeggen dat je ergens paal en perk zal moeten stellen en vandaar dat amendement.

Bij a2 is het heel fijn dat het Wallaert Sacré-park niet onder een ecologische hoofdstructuur valt. Dat neemt niet weg dat we de schaarse ruimte willen gebruiken voor woningbouw binnen de bebouwde kom moeten zien te regelen. Vandaar dat wij het amendement handhaven.

Bij a3 zegt u dat het een complementaire winkelbehoefte is. Waarom kan die complementaire winkelbehoefte niet op de Steijnlaan of op de Voorheuvel of de Slotlaan? Daar is meer dan zat aan winkelbestemming zegt u zelf. Niet deze keer maar andere keren heeft u dat aan de orde gesteld. Ik denk niet dat er sprake van kan zijn dat er juist op de Kerkweg behoefte is aan complementaire winkels. Het amendement handhaven we dus.

U stelt bij 4 dat de opmerking die ik maakte terecht is dat er te strak geformuleerd is. Mijn conclusie is dat u de strekking van dit amendement heeft overgenomen. Kennelijk is dat echter teveel gevraagd om dat te zeggen, want u wil het woordje onder meer toevoegen. Wij accepteren dat.

Wij zitten met een dilemma om nu alvast een nieuw amendement indienen met betrekking tot de projectprocedures. Ik heb niet de gelegenheid gehad om dat zorgvuldig te formuleren. Ik zou u willen vragen om dit aan het eind van de tweede termijn van de raad te mogen indienen. Graag daar nu een reactie op.


De voorzitter:

Dat betekent dat u nu in feite naar een derde termijn koerst.


Mevrouw Spruijt: (GroenLinks)

Ik vraag u wat. Ik koers helemaal niet op een derde termijn. Ik stel alleen vast dat ik na de beantwoording van de wethouder in eerste termijn niet de gelegenheid heb gekregen om dat in te dienen. Ik had er natuurlijk ook voor kunnen kiezen om na uw eerste termijn een schorsing aan te vragen. Dat heb ik niet willen doen. Als u nu zo kinderachtig bent…


De voorzitter:

De raad bepaalt de orde. Zo doen we dat.


De heer Claasen: (GroenLinks)

U daagt nu mijn fractiegenote uit te vragen om een schorsing. Dit kan u als voorzitter van de raad bepalen. De volgorde is zodanig dat mevrouw Spruijt de minste gelegenheid van alle sprekers heeft gekregen om zich voor te bereiden na de beantwoording van het college. Zij vraagt niet om een derde termijn, maar zij vraagt gewoon of zij na afloop van de tweede termijn van de raad nog even het woord mag voeren om een amendement in te dienen. Als u zegt dat dit niet kan en dat u dit aan de raad moet vragen, vragen wij een schorsing aan.


De heer Van Delft: (CDA)

Als ik collega Claasen een handje mag helpen, waarom maakt hij van dat verzoek niet een ordevoorstel?


De voorzitter:

Als hij dat zou doen, zouden wij dat niet willen weigeren, maar het effect is hetzelfde. Ik zou willen voorstellen dat de termijnen nu worden afgelopen en dan wachten we even af. Het zou nog kunnen zijn dat u geen amendement indient.


De heer Van Ballegooijen: (SGP/ChristenUnie)

Ik heb eigenlijk niet veel meer toe te voegen. Het structuurplan heeft uitgebreid in de schijnwerpers gestaan in de commissievergadering die we er aan gewijd hebben. Vanavond gebeurt dit nog eens. Ik denk dat de wethouder kernachtig heeft geantwoord. Hij ging in waar het om draait en waarop het vastzit. De kern van het structuurplan is voor mij duidelijk. Het is voor mij een richtinggevend geheel zonder juridisch status daaraan. U heeft daar het een en ander over gezegd.

De bewoordingen van mevrouw Spruijt deel ik absoluut niet. Ik denk dat we dan op een wat andere golflengte zitten. Heel veel vragen die vanavond aan de orde zijn geweest heb ik al vele malen in de commissie gehoord, dus ik ga daar verder niet meer op in.

Het structuurplan zit eigenlijk ingeklemd tussen het streekplan van de provincie en de bestemmingsplannen van de gemeente zelf.

Kortheidshalve de amendementen. A1 wijs ik af omdat wij wel waarde hechten aan die balanssituatie.

Ik heb in eerste termijn al het nodige gezegd over het Wallaert Sacré-kamp. Waar reeds bebouwing is kan dit heel goed inpasbaar zijn. Eventueel kan daar passende woningbouw gerealiseerd worden. Wij sluiten niet uit dat dit in de toekomst ook op de W.A.-hoeve mogelijk is.

Met betrekking tot de Kerkweg zitten wij toch een beetje met een probleem in hoeverre er nog meer winkelbehoefte noodzakelijk is terwijl er her en der wat leegstand is. Wij hebben wat moeite met de zienswijze van het college. Wij zullen dit amendement wel steunen.

Inzake het plan voor de Vogelwijk steunen wij het college.

Bij het Saestumterrein heb ik een vraag over het ontwerpbestemmingsplan dat nu in de maak is. De heer Van Gemeren heeft er al naar gevraagd. Voor mijn gevoel is het grondgebied van De Bilt. De gemeente Zeist beheert het als het gaat om sportvelden en dat soort dingen. Heeft de gemeente ook het eigendom daar en moet de gemeente De Bilt toestemming geven om dit in zijn totaliteit te kunnen verwerven?

Wij hebben een motie ingediend om in het Kerckebosch wel te bouwen. Het zal duidelijk zijn dat we dat amendement ook niet kunnen steunen.

Wij staan niet te trappelen dat er op de locatie het Sanatoriumbos gebouwd gaat worden, maar wij willen de mogelijkheid open houden met het oog op de ontwikkelingen in Vollenhove. Er kan elders compensatie plaatsvinden. Wij willen ons hier aan niet binden.


De heer Westbroek: (CDA)

Ook ik zal kort zijn in tweede termijn. Mijn fractie is van mening dat de wethouder heel duidelijk en bondig geantwoord heeft op de vragen die van mijn fractie uit gesteld zijn. Wij zijn blij dat we daar een voldoende antwoord op gekregen hebben. We kunnen dan ook stellen dat we dit raadsvoorstel zullen ondersteunen.

Ten aanzien van de amendementen steunen wij de zienswijze van het college met uitzondering van a3 de Kerkweg. We hebben daarvoor dezelfde reden als reeds genoemd door de heer Van Ballegooijen.


Mevrouw De Jong: (SP)

Ik ben het eens met het verhaal van GroenLinks in alle facetten en ik sluit mij dus daarbij aan.

Dan nog even het structuurplan. Dit blijft in mijn ogen een structuurplan. Op deze wijze is het structuurplan bindend voor de bestemmingsplannen en de provincie zal dit ook zo zien. Straks is het waarschijnlijk niet eens mogelijk om bezwaar tegen een structuurplan te maken. Daarnaast heeft u ook nog het delegatiebesluit in het kader van de WRO omarmd. Dat betekent ook nog eens minder zeggenschap voor de inwoner van Zeist. Dat baart mij zorgen.

De SP constateert dat u meer kiest voor rood dan voor groen. Als u zegt dat het inbreiden samengaat met het structuurplan kan dit niet samengaan met de nuzo-norm voor wat de speelplaatsen betreft. Het is of het een of het ander. Daarom horen speelplaatsen wel hier in thuis, want anders kunt u niet zeggen dat inbreiden het uitgangspunt is. Anders hebben we de nota speelplaatsen wel aangenomen, maar is het gebakken lucht.

De SP constateert dat u uw eigen normen van 50% sociale woningbouw en het streven naar een groene gemeente in de prullenbak gooit. Wij zullen dan ook onze uiterste best doen als dit structuurplan zo wordt aangenomen de provincie er van te overtuigen niet met dit plan in te stemmen.

Wij zijn voor het amendement bedrijventerreinen. Ook zijn wij voor het Wallaert Sacré-park, de Kerkweg, vogelwijk, het Saestumterrein en het Sanatoriumbos. Wij zijn tegen de bouwlocatie Kerckebosch.


De heer Van Gemeren: (D66)

Wij zaten ook met kromme tenen toen de wethouder namens het college enige opmerkingen maakte over het niveau van deze raadsbehandeling. Ik sluit mij aan bij de woorden van mevrouw Spruijt en heb daar niets aan toe te voegen. Wel heb ik iets anders toe te voegen. Er is iets wat wij schandalig vinden wat ik in eerste termijn niet heb genoemd. De raad moet nog steeds werken met een zesde versie van het structuurplan, gedateerd december 1999. In twee jaar tijd zijn er heel veel wijzigingen op gekomen. De aan het structuurplan ten grondslag liggende plankaarten zijn ook helemaal gewijzigd. Als u mij vraagt wat we vandaag allemaal vaststellen, moet ik zeggen dat dit heel veel is. Alleen hebben we niet allemaal dit op een rijtje zodat we niet precies weten hoe of wat. Ik noem dit even omdat de wijze van behandeling en presentatie van dit plan in schrille tegenstelling staat tot het product dat door het college werd gemaakt in het kader van het GVVP. Daar hadden we goed kaartenmateriaal en dit was geactualiseerd. We hebben een goede verwerking van de inspraakreacties.

Wij willen ons in tweede termijn beperken tot de status van het structuurplan. U heeft gezegd dat het zelfbindend is voor de raad. We moeten van goede huize komen willen we de zaak nog een keer wijzigen. Mevrouw Spruijt heeft nogmaals de kernvraag gesteld of het bindend is voor derden bij artikel 19 procedures. Als we artikel 19 van de nieuwe wet op de ruimtelijke ordening nemen, zien we dat vrijstelling van een geldend bestemmingsplan verleend kan worden als er zich een project aandient mits dit project is voorzien van een goede ruimtelijke onderbouwing. Onder een goede ruimtelijke onderbouwing wordt bij voorkeur een gemeentelijk of intergemeentelijk structuurplan verstaan. Een derde als bijvoorbeeld een projectontwikkelaar zal altijd dit structuurplan bij de hand nemen en lezen wat er in staat. Hij zal kijken naar de kaarten die bij dit plan behoren. Daar ziet hij een aantal locaties waarvan GroenLinks en D66 zich afvragen of dit wel een gewenste ontwikkeling is. Heeft de raad nog wel de vrijheid van keuze bij de afweging in het kader van een bestemmingsplan, dan wel bij de ruimtelijke onderbouwing van een projectprocedure? Heeft een derde iets te maken met het besluit dat nu onder het gewijzigde punt 5 wordt aangegeven en dat een projectontwikkelaar het structuurplan moet beschouwen als een ruimtelijke visie op Zeist en een visie op de ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden die bij de uitwerking van bestemmingsplannen nog nader zal worden betrokken? Daar heeft een projectontwikkelaar helemaal geen boodschap aan. Hij baseert zich op het instrument van het structuurplan dat omschreven staat in de WRO. Is dat zo, willen wij alsnog die duidelijkheid hebben. Anders zullen we graag een door mevrouw Spruit op te stellen amendement ondertekenen om dan juist de status te kunnen zien.

U zegt dat in amendement 5 een fout staat. U heeft gezegd dat de gemeente De Bilt niet positief staat. Sorry als dat fout is. Dan stellen wij nu ter plekke voor om deze overweging te schrappen. U zegt dat de gemeente niet gereageerd heeft. U heeft met elkaar overlegd. U praat over bepaalde zaken. Ik neem aan dat u ook gesproken heeft over de locatie aan de Noordweg. Waarom reageert het gemeentebestuur van De Bilt dan niet? Of moet het zo zijn dat niet Zeist met een bestemmingsplanontwikkeling voor dat terrein moet komen, maar juist de gemeente De Bilt omdat het op haar grondgebied ligt? Moeten we dan wachten tot dat De Bilt met een wijziging van het bestemmingsplan komt om woningbouw op die locatie mogelijk te maken? Graag horen wij in tweede termijn het antwoord van het college.

Wat betreft het Kerckebosch zegt u dat Wallaert Sacré geen ecologische zone is. Wij hebben als overweging aangevoerd dat het Kerckebosch juist wel een ecologisch element is als verbinding tussen de Heuvelrug en het Kromme Rijngebied beschouwd moet worden. Waarom dan daar nog inbreiden?

U wilt in het Sanatoriumbos nog de mogelijkheid hebben om daar iets te doen. Eerst zei u dat het ecologisch net groot genoeg was. Nu zegt u dat het ecologisch zo groot is dat de planten en dieren daar best wat urban villa’s kunnen hebben. Wij geloven daar niet in en in die zin handhaven wij ons amendement.


De heer Veenendaal: (VVD)

Ook ik zal proberen het zo kort mogelijk te houden in deze tweede termijn. Tijdens de commissiebehandeling zijn er denk ik drie knelpunten naar voren gekomen.Aller eerst de functie van het structuurplan. Wat is de status. Verder hebben we kunnen constateren de balans tussen rood en groen. In mijn bijdrage heb ik aangegeven dat het plan zorgvuldig tot stand is gekomen. De voors en tegens zijn afgewogen. Wij hebben ook heel duidelijk aangegeven dit in eerste termijn.U heeft in uw beantwoording bevestigd dat het een richtinggevend kader is en dat wij straks bij de bestemmingsplannen het een en ander nog zorgvuldig kunnen afwegen. Ook bij die zorgvuldige afweging heeft de VVD-fractie een voorbehoud gemaakt op dat moment. Als u de plannen nader uit gaat werken, zullen wij gebruik maken van alle deskundigheid die op dat moment aanwezig is en de inspraak van de burger om op dat moment zo zorgvuldig mogelijk te kunnen handelen.

Met betrekking tot de ingediende amendementen kan ik heel kort zijn. Wij kunnen ons vinden in de uitleg zoals die door het college is gegeven.

Bij amendement 2 zou ik nog iets willen toelichten. Daar waar anderen zeggen dat de Kerkweg niet hoeft, kan ik mij voorstellen dat je die optie open wilt houden. Als straks blijkt dat er een overschot aan bewinkeling is, hebben we dat zorgvuldig afgewogen. Ik zou me ook voor kunnen stellen dat winkelfuncties veranderen en dat het publiek binnen een bepaalde actieradius zijn boodschappen wil doen. Op grond van die plannen wil de VVD-fractie haar zienswijze dan kenbaar maken.

Ook nog een opmerking over het Sanatoriumbos. Bij een eerdere uitwerking van de vier grote projecten waarvan Vollenhove er een van was, zouden we gaan kijken wat er met die wijk gaat gebeuren. Moet er geamoveerd worden, of herplaatst. Uiteraard moet je ook de ruimte hebben om dat soort plannen te kunnen ontwikkelen. Als u met definitieve plannen komt zullen wij ook daar weer het een en het ander zorgvuldig afwegen.


Mevrouw Barten: (PvdA)

U heeft betoogd dat het structuurplan juridisch geen status heeft. Het is niet burgerbindend. Ik zal alle omstreden locaties op dit moment niet meer noemen. Dat heb ik al eerder gedaan en ook in de commissie. Ik stel vast dat de commissie en raad in de toekomst alle mogelijkheden hebben om allerlei elementen uit het structuurplan te wijzigen of af te wijzen. Als dat niet correct is, hoor ik dat nog van u. Ook derden kunnen geen rechten ontlenen aan dit structuurplan.

De amendementen wijzen we op dit moment formeel af omdat we de mogelijkheid hebben om naderhand deze locaties allemaal te wijzigen. We vinden de inhoud van de meeste amendementen sympathiek, maar op dit moment zullen we ze niet steunen.


Mevrouw Spruijt: (GroenLinks)

Graag zou ik mijn amendement voorlezen.



Amendement 8, m.b.t. raadsvoorstel: 2001-42 Structuurplan



De Raad op 9 juli 2001 bijeen


Overwegende dat:

  • De status van het structuurplan voor onduidelijkheid zorgt

  • Dit kan leiden tot ongewenste situaties indien het bestemmingsplan ouder is dan 10 jaar en een artikel 19 procedure gevolgd wordt


Besluit:

  • Het besluit onder punt 5 als volgt te wijzigen “Het structuurplan te beschouwen als ruimtelijke visie op Zeist en een visie op ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden die bij de uitwerking van afzonderlijke bestemmingsplannen danwel bij de beoordeling van projectprocedures nog nader zal worden betrokken.


Het amendement is ondertekend door mevrouw Spruijt en de heren Claasen en Schneider.



De vergadering wordt voor een korte tijd geschorst.


De vergadering wordt heropend.


Wethouder Den Heijer: (VVD)

Ik wou maar beginnen met het laatst ingediende amendement door de fractie van GroenLinks. De wet voorziet duidelijk dat elke projectprocedure getoetst wordt aan het structuurplan. Als een zelfstandige projectprocedure daarmee in strijd zou zijn, zou een actuele en nadere onderbouwing nodig zijn ten behoeve van een verklaring van geen bezwaar van de provincie. Dus een meer gedetailleerde visie op de ruimtelijke ontwikkeling in de context wanneer een en ander past binnen het structuurplan. Ik constateer dat de toevoeging van de indieners van het amendement zeker niet schaadt wat mij betreft. Sprekend namens het college kan dit amendement worden overgenomen met een toevoeging. Voor het woord projectprocedures zouden wij het woord zelfstandige willen toevoegen. Dat is de formele wettelijke benaming.

Ik wou niet teveel ingaan op de inleidende opmerkingen van mevrouw Spruit waarin zijn termen gebruikt als schofferend en schandalig. Het moge duidelijk zijn dat het nimmer de intentie is van het college om zich schofferend richting de raad op te stellen. Ik heb getracht mij constaterend op te stellen en heb gesproken namens het college in deze. Ik constateer niet anders dan dat een aantal fracties dezelfde perceptie bij de behandeling van dit raadsvoorstel hebben gehad tot nog toe als het college en de wethouder. Als er een verschil in perceptie is, constateren we dat en respecteren we dat.

Over de stadsvisie heeft mevrouw een opmerking gemaakt.De stadsvisie die in ontwikkeling genoen gaat worden is een uitdrukkelijk uitvloeisel van spoor 3, maar heeft geen status.

Mevrouw Spruijt heeft andermaal een opmerking over de bedrijfsterreinen. Het is niet per definitie de intentie om alle mogelijkheden die in het structuurplan als bedrijfsterrein zijn aangegeven straks ook als zodanig in te vullen. We willen voor elk van die locaties wel de mogelijkheid open houden.


Mevrouw Spruijt: (GroenLinks)

Dat heb ik ook niet bestreden. Dat ligt zelfs in het amendement besloten.


Wethouder Den Heijer: (VVD)

Dat is helder. Dat is een van de redenen waarom wij dat amendement afwijzen.

De heer Van Ballegooijen en de heer Westbroek hebben opmerkingen gemaakt over de Kerkweg. Mevrouw Spruijt vraagt waarom we dat niet aan de Steijnlaan of Slotlaan doen. Het moge duidelijk zijn dat deze lanen al een winkelbestemming hebben. We beogen hier nadrukkelijk om de mogelijkheid open te houden o winkels ten opzichte van het huidige bestand te hebben. Winkels die niet concurrerend zijn ten opzichte van al gevestigde winkels in Zeist. Het kunnen buurtwinkels zijn. Het college blijft toch van mening dit amendement af te moeten wijzen.

Ik had onjuiste informatie aan de heer Van Gemeren gegeven. Ik had al enig voorbehoud gemaakt over het voorontwerp bestemmingsplan Zeist-West. Het Saestumterrein is Bilts grondgebied. Dus het zou in een bestemmingsplan van de gemeente De Bilt geregeld moeten worden. Daar zullen we uiteraard met die gemeente over in conclaaf gaan.


De heer Van Gemeren: (D66)

Is dat de verklaring waarom de gemeente De Bilt niet heeft gereageerd op dit voornemen tijdens het overleg?


Wethouder Den Heijer: (VVD)

Ik zou haast zeggen dat u dit aan de gemeente De Bilt moet vragen. Zij heeft geen reden opgegeven waarom zij niet gereageerd heeft.

Nogmaals herhaal ik dat het structuurplan richtinggevend is, niet meer en niet minder. Het is bindend voor ons zelf in de sfeer zoals dit in het te nemen besluit staat. Het zal als toetsingskader gebruikt worden voor de invulling van bestemmingsplannen en voor zelfstandige projectprocedures.


Mevrouw De Jong: (SP)

Ik heb een antwoord op mijn vraag gemist op de nuzo-norm en het inbreiden. Misschien kunt u daar nog op reageren.


Wethouder Den Heijer: (VVD)

Op de speelterreinen heb ik in eerste termijn geantwoord. Bij de uitwerking van bestemmingsplannen als bebouwing aan de orde is, wordt er rekening gehouden ook met speelvoorzieningen.


Mevrouw De Jong: (SP)

In tweede termijn heb ik duidelijk gevraagd hoe zich dat verhoudt met het inbreiden. Het structuurplan gaat heel duidelijk uit van inbreiden. Dat kan niet samengaan met de nuzo-normen. Als je een ha neemt, moet je al 300 m2 voor speelvoorzieningen reserveren. Dan heb ik het alleen nog maar over voorzieningen voor kinderen tot tien jaar. Over de groteren heb ik het niet eens.Dat gaat op wijkniveau. Beide kun je niet doen. We hebben een speeltuinnota vastgesteld. We hebben een structuurplan dat we moeten gaan inbreiden. Dat verhoudt zich niet met elkaar en daar heb ik een reactie op gevraagd.

Wethouder Den Heijer: (VVD)

Die reactie heeft mevrouw De Jong gehad. Het een en ander wordt niet uitgesloten. We hebben een vastgestelde nota speelvoorzieningen en daar hebben we ons met elkaar aan te houden. We hebben vervolgens te maken met een structuurplan dat nader uitgewerkt dient te worden in bestemmingsplannen. Bij bestemmingsplannen zal natuurlijk rekening worden gehouden met het door deze raad vastgestelde beleid in casu ook met de speelvoorzieningennota.


De voorzitter:

Menigeen heeft in tweede termijn een reactie op de amendementen kenbaar gemaakt, maar nog niet een ieder. Ik zou willen voorstellen eerst de amendementen af te wikkelen.

Mevrouw Spruijt: (GroenLinks)

Met 1, 2 en 3 zullen wij voorstemmen. 4 beschouwen wij als overgenomen en trekken wij hem in.

Wij zullen tegen amendement 5 stemmen. Wij vinden dat de locatie Noordweg wel als bebouwingsmogelijkheid opgenomen kan worden, maar niet als bedoeld in de omschrijving van het college in het structuurplan. Volgens het college zouden er 600 grondgebonden woningen moeten komen. Daar kunnen wij op dit moment zeker nog niets over zeggen. Ook zullen wij tegen amendementen 6 en 7 stemmen.


De heer Van Gemeren: (D66)

Wij zullen voor amendementen 1, 2 en 3 stemmen.

Voor wat betreft de wijziging van de bouwlocatie Saestumterreinen heb ik al een mondeling een wijziging aangebracht. De grond is niet van ons en ik heb begrepen dat de gemeente De Bilt zelf met een bestemmingsplan moet komen. Ik denk niet dat het terecht is op een Zeister kaart iets in te kleuren wat eigenlijk behoort tot de ruimtelijke competentie van een andere gemeente. In die zin blijft het amendement gewijzigd overeind.


De heer Van Ballegooijen: (SGP/ChristenUnie)

Wij wijzen alle amendementen af met uitzondering van 3. De Kerkweg kunnen wij wel steunen.


Mevrouw Barten: (PvdA)

Ik heb net al gezegd dat wij een aantal van de amendementen sympathiek vinden. Gezien het feit dat er veel meer elementen in het structuurplan staan waar wij het niet mee eens zijn en die wij anders zouden willen zien, willen we deze amendementen op dit moment formeel niet steunen.


Amendement 1wordt bij handopsteken met 6 tegen 24 stemmen verworpen.

Amendement 2 wordt eveneens met 6 tegen 24 stemmen verworpen.

Amendement 3 wordt met 13 tegen 17 stemmen verworpen.

Amendement 4 is ingetrokken.


De heer Van Gemeren: (D66)

Zouden wij een hoofdelijke stemming mogen hebben?

Voor stemmen:

De Jong, Van Buël, Van Gemeren, De Bruin,

en tegen zijn:

Prikken, Spruijt, Schneider, De Licht, De Waard, Van Benthem, Otten, Den Heijer, Veenendaal, Van de Vijver, Van Baal, Westbroek, Van Delft, Swart, Van Brenk, Kats, Van Ballegooijen, Van Kuijk, Vermeulen, Barten, Claasen, Schenk, Spaargaren, Timmerman, Doelwijt en De Niet,

waardoor amendement 5 met 4 tegen 26 stemmen wordt verworpen.


Amendement 6 wordt met 4 tegen 26 stemmen verworpen.

Amendement 7 eveneens in dezelfde stemverhouding.


De voorzitter:

Het college stelt voor de tekst van amendement 8 over te nemen en de zin in het besluit onder de toevoeging van het woord zelfstandige. De tekst van het besluit onder punt 1 tot en met 4 blijft geheel in tact. En 5 luidt dan als volgt: Het structuurplan te beschouwen als een ruimtelijke visie op Zeist en een visie op de ruimtelijke ontwikkelingsmogelijkheden die bij de uitwerking van de afzonderlijke bestemmingsplannen, dan wel bij de beoordeling van zelfstandige projecprocedures nog nader zal worden betrokken. Wij stellen voor dit als eindtekst bij het voorstel op te nemen.

De raad kan zich hierin vinden.


Hierna wordt het structuurplan z.h.st. aangenomen onder verwijzing naar wat bij de afhandeling van de amendementen besloten is.


Mevrouw De Jong: (SP)

Ik wens bij het structuurplan echter nog een stemverklaring af te leggen. Ik vind dat het structuurplan veel teveel naar rood gaat en daarom zal de SP tegen stemmen.


De heer Van Gemeren: (D66)

Wij zijn tegen het structuurplan omdat het teveel bedreigingen betekent voor het groene landschappelijke karakter van Zeist. Dit hebben we in de amendementen aangegeven, maar die zijn verworpen.


Het structuurplan wordt aanvaard met de stemmen van de fracties van de SP en D66 tegen.



De voorzitter:

Ik zou u willen voorstellen om agendapunt 3 te verdagen naar morgenavond en aan de orde te stellen 5 dan wel punt 6 van de agenda op dit moment.


Vanuit de raad komt naar voren dat men geen behoefte meer heeft om op dit moment nog verder te vergaderen, zodat de vergadering wordt verdaagd naar morgenavond acht uur.






9 juli 2001

77



Uitgelicht

Gemeente Zeist


Zoeken