Direct naar hoofdmenu / zoekveld
Home / Raadsstukken 2010 en ouder / Notulen / 2001 / Raadsnotulen 18-09-2001

Raadsnotulen 18-09-2001


NOTULEN van de openbare vergadering van de gemeenteraad, gehouden op 18 september 2001 om 20.00 uur, als voortzetting van de vergadering van 17 september 2001, in het gemeentehuis van Zeist.


Aanwezig de leden: D. van Ballegooijen, mw. W.M. Barten, G. van Brenk (wethouder), A.J.M. van Buël, H.C.J. Claasen, G.B. van Delft, C.A. Doelwijt, drs. J.J. van Gemeren, W.J.M. den Heijer (wethouder), A. van Kuijk, J.J.N.C. de Ligt, mw. N. de Niet-Verwoerd, mw. E.G. Schenk-Klein Kranenbarg, E.S. Spaargaren, mw. C.M. Spruijt, L.J.J. Prikken, Th. Swart (wethouder), drs. F. Veenendaal, P. Vermeulen (wethouder), mw. drs. M.C. van der Waard en L. Westbroek.

Afwezig de leden: mw. M.J. van Baal-de Waal, R. van Benthem, mw. M. de Bruijn, dr. F.W.J. Huijgen, mw. J. de Jong, K.J.G. Kats, P.A. Otten, J.C. Schneider, W.A. Timmerman en J. van de Vijver.

Voorzitter: R.G. Boekhoven, burgemeester.

Secretaris: J.A.S. Boomgaardt, secretaris.


De vergadering wordt heropend


De voorzitter:

Zoals gisterenavond afgesproken starten we nu met punt 19 van de agenda.

De spreektijden: CDA heeft nog 7 minuten, PvdA nog 4 minuten, VVD nog 8 minuten, D66 nog 6 minuten, SGP/ChristenUnie nog 9 minuten, GroenLinks heeft nog 5 minuten, SP heeft de spreektijd verbruikt en de BIZ/GZB heeft nog ruim te over.


19. Faseringsplan projecten GVVP (rv 2001-105)


De heer De Ligt (VVD):

Zoals de VVD-woordvoerder de commissie Verkeer en Vervoer reeds heeft opgemerkt, het GVVP zoals goedgekeurd in deze raad heeft onze instemming niet kunnen verwerven en zo vergaat het dan dit faseringsplan dat in haar uitwerking een technisch verlengstuk is van dat GVVP.

Dat neemt niet weg dat in deze fase voorstellen onze burgers in de wijken zeer direct en veel herkenbaarder zullen raken. De VVD zou nu in haar volharding zonder meer in een negatief oordeel tekort schieten in haar belangbehartigende taak jegens de burger. De VVD had dan ook aangegeven dat we bij de voortgang voorstellen een grote waarde te hechten aan gerechtvaardige signaalvorming vanuit de burgerij. Dat past precies in de hernieuwde beleidsimpuls, luisteren naar de node van de burgers en daarop anticiperen.

Het college heeft getracht in het voorliggend voorstel een vijftal uitgangspunten te ontwikkelen als leidraad voor een rangorde in de aanpak van problemen. Over het aantal toegekende punten voor een wegingsfactor en onderbouwing van verklaring, daar zou men over kunnen gaan twisten. Daar heeft de VVD nu niet zoveel behoefte aan, want voor ons zijn relevant de argumenten van de vragende partij, onderzoek dat aantoont dat burgers terecht aandacht vragen voor een probleem ter plaatse, de tijdsduur die groepen reeds hebben aangedrongen op verbeteringen, de plaats-baarheid van een oplossing technisch en financieel in een groter verband en is de financierings-zekerheid voor een project realistisch. In dat raamwerk heeft de VVD-fractie de plannen 2002 beoordeeld. De waarde van het verhaal voor de volgende jaren heeft door onvoldoende inzicht in de financieringsmogelijkheden op dit moment nog uitsluitend inventarisatie en begrotingswaarde. Niets meer en niets minder. De VVD bevordert hiermede dat geschapen verwachtingspatronen met een jaarlijks investeringsniveau van ruim 10% van de totale begroting, in een overall plan voor 10 jaar en langer een realistisch en haalbaar gezicht houden.

De voorstellen voor 2002, waarvoor de financiering redelijk in beeld is, geven ons aanleiding om twee aanpassingen voor te stellen.


De wijk Wilhelminapark heeft voor haar verkeersproblemen nog geen twee jaar geleden volstrekt terecht een half miljoen toegewezen gekregen waarbij een grote maatschappelijke urgentie de hoofdrol heeft gespeeld.

De aangebrachte voorzieningen hebben in ieder geval geleid tot een aanzienlijke vermindering van de klachten.

In dat licht van meerdere dringende problemen elders in de gemeente waarin helemaal nog niets is gebeurd lijkt het ons niet juist dat nu reeds een evaluatie en afronding plaatsvindt. Doorschuiven naar 2003, 2004 is daar helemaal geen probleem en het geeft ons ten laste van de Voorjaarsnota fl 146.000,- netto speelruimte.

Dan het project Arnhemse Bovenweg. Ik citeer uw onderbouwing. “Een studie naar de functie van de Arnhemse Bovenweg en de gevolgen voor de toeleidende wegen zal als eerste worden aangepakt. Kosten fl 100.000,-, inclusief uren eigen dienst ten laste van de Voorjaarsnota 2001.”

Wij betoogden reeds eerder, dat kan echt niet. Deze raad heeft &Samhoudt ten koste van veel geld langdurig ingehuurd om juist die basiszaken te analyseren, in beeld te brengen en te voorzien van een advies.

De problemen, externe feiten en alle mogelijke opties voor een inrichting van de Arnhemse Bovenweg waren genoegzaam bekend en zijn ook verwoord in de rapporten om daarmee rekening te kunnen houden. Bovendien heeft de VVD, maar ook andere collegae, vanaf dag 1 van het GVVP-project bij herhaling betoogt, college, deskundigen maak bij de analyses en oplossingen op de Driebergseweg, Breullaan, Heideweg en Arnhemse Bovenweg, ook een inschatting van de verkeersontwikkeling in de regio Driebergen. Als &Samhoudt haar werk goed heeft gedaan, en wij gaan daar nog steeds vanuit, dan is er geen enkele reden om dit voorstel nu ineens zo pregnant naar voren te trekken en wederom te voorzien van een studie. Schiet het geaccordeerde GVVP hier tekort, dan dient het bureau simpel haar weg binnen de overeengekomen prestatieafspraken aan te vullen.

Was dat eigelijk wel de reden. Natuurlijk niet. Ik breng u in herinnering. Na een eerste ronde in de raad lagen de kaarten voor aanvaarding van het GVVP op zolder van het Slot, zeer kritisch. Dat had het college best door, en dus werd, waar de VVD op goede gronden niet van haar ankers kon worden gehaald, uitgeweken naar onze oppositiepartij GroenLinks.

Deze partij had een uiterst kritisch eerste termijn betoog en met het aangeven van onderdelen die sowieso anders zouden moeten in dat betoog was er nog een kleine opening overgebleven. Na intensief bilateraal overleg geschiedde er een wonder. Door een uiterst vage toezegging op één punt, kostprijs fl 100.000,- was deze partij bereid om mee te werken aan een krappe zege, 17-14.

Of de veel vergaande GroenLinks-bezwaren uit een eerste termijn in ruil voor zo’n vage toezegging begrepen zal worden door de kiezer, ach dat mag GroenLinks straks zelf ervaren. Dat is niet onze zorg.


De heer Claasen (GL):

Dat zal wellicht GroenLinks zelf ervaren, maar waar ik heel benieuwd naar ben is de consequente lijn die de heer De Ligt nu namens de VVD-fractie inzet.

Hij zegt: “het faseringsplan een direct uitvloeisel is van het GVVP. Wij als VVD waren tegen het GVVP, dus ook tegen het faseringsplan.”

Houdt dat nu in dat we in de toekomst bij alle gevolgen van het GVVP nu al op voorhand kunnen zeggen dat de VVD daar tegen zal zijn?


De heer De Ligt (VVD):

Als de voorzitter van GroenLinks goed heeft geluisterd naar mijn eerste zin, dan zeg ik daar heel nadrukkelijk dat wij dit faseringsplan ook in haar uitwerking een technisch verlangstuk van het GVVP verklaren en dat wij zoals dat niet goed kunnen en zullen keuren. Daarna vertel ik het verhaal hoe wij er verder mee om zullen gaan. Als u goed had geluisterd had u het antwoord kunnen weten.


De heer Claasen (GL):

Ik heb heel goed geluisterd. De vraag die ik net aan de heer De Ligt stelde kan ik dus eigenlijk beantwoorden met ja.


De heer De Ligt (VVD):

Ik denk dat wij duidelijk genoeg zijn geweest.

De VVD geeft namens de grootst mogelijk meerderheid van de fractie in samenwerking met D66, BIZ en GZB, in één motie een andere aansturing aan het project Wilhelminapark ten gunste van de verkeersproblematiek Huis ter Heide en Oranje Nassaulaan. In de tweede motie, in samenwerking met BIZ, GZB en D66, stellen wij dat door &Samhoudt de studie naar de functie van de Arnhemse Bovenweg dient te worden ingevuld waardoor het bedrag ook directer kan worden besteed voor andere verkeersnoden.


De moties luiden als volgt:


Motie 1:

De gemeenteraad van Zeist, in vergadering bijeen op 18 september 2001, kennisgenomen hebbende van ondermeer de volgende voorstellen voor 2002;


Constaterende dat het verblijfsgebied 30 km-zone Wilhelminapark (3.30) wordt uitgevoerd met een begrote investering van fl. 247.520,- inclusief 50% externe subsidie, waarvan fl. 146.531,- ten laste van de Voorjaarsnota 2001;


Overwegende dat het verblijfsgebied Wilhelminapark nog slechts korte tijd geleden terecht ruim een half miljoen gulden toegekend heeft gekregen met behulp waarvan maatregelen zijn gerealiseerd die aantoonbaar hebben geleid tot een verminderd klachtenpatroon.


Stelt vast dat:

  • het afrondingsproject Wilhelminapark wordt opgenomen in de periode 2003-2004 en dat stappen worden ondernomen om het ingecalculeerde subsidiebedrag alsnog ter beschikking te houden;

  • met de vrijvallende gelden voor 2002 in de aanloop naar afrondende maatregelen nog voor 1 december 2000 ten aanzien van de Huis ter Heide problematiek en de Oranje Nassaulaan, maatregelen worden gerealiseerd voor een versnelde aanpak om de verkeerssnelheid in deze beide wijken terug te dringen, respectievelijk de oversteek veiligheid voor schoolgaande jeugd en ouderen te verbeteren;

  • de uitvoering van de plannen voor 2002 aldus worden gewijzigd en uitgevoerd.


En gaat over tot de orde van de dag


De motie is ondertekend door de heren De Ligt, Van Benthem, Prikken, Veenendaal en Van Gemeren.


Motie 2

De gemeenteraad van Zeist in vergadering bijeen op 18 september 201, kennisgenomen hebbende van ondermeer de volgende voorstel voor 2002;


Constaterende dat voor een studie naar de functie van de Arnhemse Bovenweg en de gevolgen voor de toeleidende wegen beschikbaar wordt gesteld fl. 100.000,- inclusief uren eigen dienst;


Overwegende dat een studie naar het functioneren van de Arnhemse Bovenweg zoals bovenvermeld een deugdelijk onderdeel dient te zijn in de analyses en aanbevelingen van het adviesbureau &Samhoudt, dat de gemeente en raad hierin technisch heeft bijgestaan;


Stelt vast dat:

  • het project Arnhemse Bovenweg, zonodig, binnen het raamwerk van de &Samhoudt-analyses en oplossingen, ten spoedigst een aanvulling krijgt zonder terug te behoeven vallen op een aanvullend onderzoek investering;

  • de uitvoering van de plannen voor 2002 aldus worden gewijzigd en uitgevoerd;


En gaat over tot de orde van de dag.


De motie is ondertekend door de heren De Ligt, Van Benthem, Prikken, Veenendaal en Van Gemeren.


De heer Claasen (GL):

Met het vaststellen van het GVVP is daarmee een groot aantal projecten vastgelegd dat nu uitgevoerd moet gaan worden. Omdat we niet alle projecten tegelijk kunnen uitvoeren moet er een volgorde bepaald worden. Dat is niet eenvoudig, want elk project heeft natuurlijk haast. Dit raadsvoorstel is dan een poging om die volgorde zo zorgvuldig mogelijk te bepalen. Eerst worden de criteria ontworpen en vervolgens worden die toegepast.

Op zich is dit een juiste wijze ter voorkoming van willekeur, want elk project wordt onderworpen aan toetsing met dezelfde criteria. Dat is een belangrijk element van dit voorstel.

Mijn probleem met de gevolgde procedure is het ontbreken van inspraak. Dat is vreemd, want juist waar het ging bij de vaststelling van het GVVP om heel veel inspraak, blijkt nu die inspraak op dit punt volledig achterwege te blijven. Inspraak had hier niet volledig gericht moeten zijn op de uiteindelijke fasering, want iedere buurt zou ongetwijfeld gestreden hebben om voorrang van het eigen belang, maar inspraak had kunnen, en ik denk ook moeten, worden toegestaan bij het opstellen van de criteria. De zogenaamde indicatoren en de daaraan verbonden wegingsfactoren. Op die criteria en wegingsfactoren is nogal wat af te dingen.

Zo is het vierde criterium een samenraapsel van onder andere milieu en cultuurhistorie. Door die samen te nemen, en vervolgens dat geheel gezamenlijk wegingsfactor 1 mee te geven, daardoor krijgt het element milieu wel heel erg weinig gewicht. Dat is heel erg jammer, en juist de inspraak had u dat heel duidelijk kunnen maken.


De heer Prikken (BIZ/GZB):

Waardering voor uw poging de te nemen maatregelen in een volgorde te plaatsen die in 10 jaren moet leiden tot de door u gewenste hoofdstructuur. Op voor BIZ en GZB wezenlijke punten hebben wij deze structuur bij de uiteindelijke besluitvorming niet kunnen ondersteunen. We willen de samenhang en prioritering van de maatregelen bij de fasering juist goed kunnen beoordelen. Mede daarom vinden wij de criteria bij de wegingsfactoren afzonderlijk, zeker in hun samenhang, erg subjectief. Dat geldt voor de onderbouwing van het wegen van de maatschappelijke urgentie milieu en cultuurhistorie, maar zeker ook bij het criterium verkeersveiligheid. Onduidelijk is bijvoorbeeld hoe bij dit laatste criterium het vorige maand ter inzage gelegde verslag van het Regionaal Orgaan Verkeersveiligheid is betrokken. Immers hieruit bleek voor Zeist een meer dan gemiddelde onveiligheid van kinderen tot 11 jaar en ouderen boven de 65 jaar. Een afwijking van meer dan 30% ten opzichte van het gemiddelde in onze provincie. Kan de wethouder aangeven of en hoe zwaar dit gegeven bij de keuze van de prioriteitstelling heeft gewogen?

Wij hebben het door vergelijking van de faseringslijst met de black spotlijst in Zeist niet kunnen achterhalen.

Dat terwijl de wethouder in de commissievergadering aangaf dat bij het ter inzage gelegde verslag van het ROV een evaluatierapport de conclusies bij het uitvoeringsplan van het GVVP zullen betrekken.

Zeist is gediend met een verbetering van de maximale verkeersveiligheid en u als wethouder zult dat zeker met mij eens zijn. Om reden van zowel de objectieve en vooral de subjectieve verkeersveiligheid vinden wij daarom, maar ook vanwege de maatschappelijke urgentie, dat de prioriteit meer bij andere projecten dan de nu genoemde zou moeten liggen. Wij denken daarbij aan Huis ter Heide en de Oranje Nassaulaan. En iets minder aan het pas gereconstrueerde Wilhelminapark. Met de VVD en deels D66 hebben wij daartoe moties voorgelegd. Moties die moeten dienen om tot een enigszins evenwichtige verkeersveiligheid en verkeersleefbaarheid aanpak te komen.

Afhankelijk van uw reactie op onze voorstellen zullen wij ons definitief standpunt bepalen.

Ik merk voorts nog op dat uw opzet om voorwaar circa 10% van onze gemeentebegroting voor 10 jaar vast te leggen, ambitieus en politiek ons inziens weinig realistisch kan worden genoemd.

Horizon lijkt ons als onterechte publiekverwachting een blik te ver. 2002 gaat ons ver genoeg.


De heer Van Gemeren (D66):

U heeft in de meivergadering met een nipte meerderheid een Gemeentelijk Verkeers- en VervoersPlan vastgesteld. U heeft het college opgedragen om voor u als raad een faseringsplan op te stellen voor de projecten voor het GVVP. U heeft ingestemd met de kaders waarbinnen het college dat faseringsplan zou opstellen. Een van de kaders was dat het college een fasering zou opstellen binnen de beschikbare financiële middelen. Wie schetst onze verbazing, ook binnen de commissie Verkeer en Vervoer, dat we moeten constateren dat we alleen praten over beschikbare financiële middelen voor het jaar 2002. Want toen is geld beschikbaar gesteld in het kader van de Voorjaarsnota 2001. In die zin denk ik dat we heel snel het voorstel van de heer Kats kunnen volgen, namelijk toen hij dacht dat de behandeling van de voorstel een procedurevoorstel zou zijn. Ik wil hem graag daarbij helpen en het college en deze raad uitnodigen om niet in te stemmen met de door het college gegeven fasering na het jaar 2002. D66 moet constateren dat het geld wat het college denkt nodig te hebben er nu niet is, maar wel eigenlijk ook moet erkennen dat fasering in de tijd heel sterk afhangt van de middelen die je hebt. Die hebben we nog niet, we hebben afspraken gemaakt om in spoor 2 en 3 daar nog nader als raad over te gaan praten hoe we een aantal gemeentelijke plannen kunnen gaan financieren. Mijn voorstel is dan ook om nu geen beslissing te nemen over de fasering na 2003. Ik wil in een amendement de raad uitnodigen het college te vragen de tussentijd te gebruiken om nog eens in samenspraak en inspraak met de betrokken bewonersgroepen en –organisaties in Zeist te praten over de criteria en de keuzes die wij maken op grond waarvan een prioritering kan plaatsvinden in een volgorde, maar nog niet in de tijd omdat dat afhankelijk is van het geld wat komt.

Het amendement luidt als volgt:


De raad van Zeist in vergadering bijeen op 17 september 2001;


Gelezen het voorstel van het college van B&W met als onderwerp “faseringsplan projecten GVVP” (raadsvoorstel 2001-105);


Gelezen het voornemen van het college in het door de raad van Zeist in mei 2001 vastgestelde eindrapport “Samen verkeren” GVVP dat:

  1. een faseringsplan wordt opgesteld, waarin ondermeer de volgorde van de voorbereiding en uitvoering vn projecten in het kader van het GVVP zal worden aangegeven;

  2. kaderstellend hierbij zullen zijn ondermeer de beschikbare financiële middelen;


Constaterende dat in het voorliggende Faseringsplan GVVP de fasering nà 2002 niet gebaseerd is op de beschikbare middelen;


Overwegende dat de fasering van de GVVP-projecten ten nauwste samenhangt met de beschikbaarheid over de benodigde financiële middelen;



Voorts overwegende dat over het Faseringsplan projecten GVVP geen samenspraak en inspraak heeft plaatsgevonden met betrokken bewonersgroepen en –organisaties;


Besluit het Faseringsplan projecten GVVP voor de perioden 2003-2006 en 2007-2010 nu niet vast te stellen en de besluitvorming over de ontbrekende middelen te betrekking in het kader van de procedures met betrekking tot spoor 2/3;


Verzoekt het college in de tussentijd alsnog samenspraak en inspraak over het Faseringsplan projecten GVVP te organiseren met betrokken bewonersgroepen en –organisaties en de raad over de uitkomsten daarvan te informeren.


En gaat over tot de orde van de dag.


Het amendement is ondertekend door de heer Van Gemeren en de dames De Bruijn en De Jong.


Waar we dan wel over kunnen praten is het jaar 2002. We hebben daar een verdelingsvoorstel over gekregen. We hebben daar in de commissie over gesproken en een aantal fracties hebben gevraagd om nog eens goed te kijken naar de prioritering waarom nog een keer Wilhelminapark en waarom niet Huis ter Heide en waarom ook niet Oranje Nassaulaan. Mevrouw Schenk heeft met name ook bepleit om de Oranje Nassaulaan eerder aan te pakken.


Mevrouw Schenk (PvdA):

Wij hebben alleen gevraagd om een onderzoek om te kijken of het nodig was. Dat is iets heel anders.


De heer Van Gemeren (D66):

Wij als D66 moeten constateren dat burgers elke dag geen onderzoek nodig hebben, maar aan den lijve ervaren wat het betekent om bepaalde wegen in Zeist over te moeten steken. Huis ter Heide pleit al jaren voor aanpak van de problemen. Meerdere malen hebben wij geprobeerd bij begrotingsbehandelingen daar geld voor te krijgen. We moesten steeds wachten op het GVVP. Nu is het er, nu ligt het er en nu is het aan de raad om te zeggen of we instemmen met deze prioritering of niet. Vandaar ook de motie waar de heer De Ligt dit verder heeft toegelicht.


Mevrouw Schenk (PvdA):

Op grond van een aantal wegingsfactoren is ons een voorstel gepresenteerd dat goed is afgewogen en duidelijkheid biedt om het GVVP in te gaan vullen. Alhoewel we de ecologie natuur, milieu en cultuurhistorie wel wat hoger in de rangorde hadden willen zien, zien we toch dat in de uitwerking het fietspadenplan wordt meegenomen en vragen wij uw inzet om het openbaar vervoer te blijven stimuleren om zijn rol binnen dit plan optimaal te spelen.

Toch zijn er haken en ogen. De uitvoering van alle plannen is gebaseerd op subsidies die ten dele nog in de lucht hangen. Daar hebben we zorgen over. Uw inzet zal ook daar zijn om binnen te halen wat mogelijk is.

De inspraak. Dit onderwerp leeft sterk bij alle bewoners van Zeist, en terecht. Daarom zijn wij er ook voor dat er veel meegedacht kan worden. In deze fasering vindt mijn fractie in meerderheid dat de gemeente het voortouw kan en moet nemen. Immers, het gaat om een afweging voor de hele gemeente die de wijkbelangen overstijgt. In een dergelijke beslissing moet de raad die beslissing durven nemen. Bij de uitwerking echter zal iedere bewoner van Zeist optimaal moeten kunnen meedenken. Wij gaan er vanuit dat u ons dat, voor de projecten bijvoorbeeld, wilt garanderen.

Voor twee punten nog wat bijzondere aandacht. Er zijn alarmerende geluiden gehoord vanuit de Oranje Nassaulaan en de situatie rond Christophorus. Wij vragen u die situaties te beoordelen en uw reacties daarop te mogen vernemen.


Mevrouw De Niet (CDA):

Na de uitvoerige discussie over de vaststelling van het GVVP ligt nu de fasering van de projecten voor ons. We kunnen wel stellen dat het een hele klus geweest is in de zomermaanden voor de organisatie. Ze hebben er wel een compliment voor verdiend.

Het vaststellen van de indicatoren is zoals u ook stelt in het voorstel, arbitrair. Desondanks kan de CDA-fractie zich in grote lijnen vinden in de volgorde. Het zijn goed werkbare uitgangspunten.

Over het faseringsplan is geen inspraak gevoerd, dat lijkt de CDA-fractie terecht. Het gemeentebestuur gaat over het vaststellen van prioriteiten. Bij de uitvoering van de projecten is de samenspraak en inspraak natuurlijk wel weer volledig aan bod. Op basis van het feit dat u wilt inspelen en meeliften met andere projecten, bent u tot een afweging gekomen over de volgorde van de projecten voor 2002. Van groot belang voor de slaagkans van het GVVP is de ontwikkeling van de Krakelingweg. Terecht neemt u daarvoor ter voorbereiding van het proces een bedrag op. Dit zal voortvarend ter hand moeten worden genomen.

U legt op pagina 5 een relatie met de doortrekking van de Lageweg naar de Driebergseweg en de realisering van de Krakelingweg. Gezien de discussie van gisterenavond is de CDA-fractie van mening dat wij hier moeten lezen, de eventuele doortrekking van de Lageweg. Ook in dit voorstel staat dat dus niet.

De herinrichting van het Wilhelminapark wordt momenteel geëvalueerd. Er is al verschillende malen over gesproken vanavond. Op basis van het feit dat bekend is dat destijds niet alle mogelijke maatregelen zijn getroffen, verwacht u een extra investering van zo’n fl. 247.000,-. De CDA-fractie heeft begrepen dat u dit bedrag voorlopig parkeert totdat de evaluatie bekend is, en duidelijk zal zijn hoeveel er werkelijk nodig is.

Wij willen graag weten wanneer die evaluatie bekend zal zijn? Wij gaan ervan uit dat die aan de commissie zal worden voorgelegd evenals de maatregelen die eventueel nog genomen moeten worden.

Mocht blijken dat er dan minder geld nodig is, of dat de realisatie hiervan niet in 2002 plaats zou kunnen vinden, dan verzoeken wij het college om dat geld dan in te zetten voor bekende knelpunten zoals bijvoorbeeld de herinrichting Huis ter Heide-west in 2002 in plaats van 2003, aanvullende maatregelen op de Oranje Nassaulaan in samenhang met de rotondeaanleg, of een oplossing voor Christophores, ook al eerder genoemd.

Wij willen graag uw antwoord hierop.

U stelt ook een fors aantal studies in het vooruitzicht in 2002 voor een totaalbedrag van fl. 485.000,-. We zijn met u van mening dat deze studies belangrijk zullen zijn voor de verdere ontwikkelingen. Wat wij ons echter afvragen is of u kunt waarmaken al deze studies ook daadwerkelijk in 2002 uit te voeren? We willen u vragen hier nog eens nadrukkelijk naar te kijken. Ook daar zal wellicht geld eerder ingezet kunnen worden op de voornoemde terreinen, waarbij natuurlijk wel het benodigd bedrag voor die studies in een volgende periode weer opgenomen moet worden.

Tot slot maakt de CDA-fractie zich zorgen over het vervolgtraject na 2002. Dan natuurlijk op het financiële vlak. Voor 2003 en volgende jaren staan er naar onze mening nog geen bedragen in de meerjarenbegroting voor de uitvoering van dit GVVP. Wij zijn heel benieuwd hoe u dat denkt te gaan oplossen.


De heer Van Ballegooijen (SGP/ChristenUnie):

Het raadsvoorstel is een uitvloeisel van 8 mei toen het GVVP werd vastgesteld. Er was een meerderheid voor.

Iedereen weet dat met name de Arnhemse Bovenweg daar een cruciale rol in speelde. Ik denk dat het terecht is dat dit nu ook weer het geval is. Een van de vervolgstappen is het opstellen van een faseringsplan plus de vaststelling van de volgorde van de maatregelen. Dat ligt nu voor ons. Met name voor 2002. Dan verschil ik van mening met de heer Van Gemeren die vindt dat we moeten wachten tot er genoeg geld is. Als we geld hebben op jaarbasis en we kunnen dat benutten voor allerlei mogelijkheden die zich aandienen, dan moeten we vastpakken wat we kunnen realiseren. Dan zijn we beter dan dat we moeten sparen totdat er iets is. Wij zeggen we gaan van jaar tot jaar uitvoeren wat tot de mogelijkheden behoort.


De heer Van Gemeren (D66):

Ik wil de heer Van Ballegooijen vragen of hij het er mee eens is dat we een plan hebben van fl. 60.000.000,-. Dat we een tekort hebben van fl. 35.000.000,-. Bent u het eens met deze constatering heer Van Ballegooijen.


De heer Van Ballegooijen (SGP/ChristenUnie):

Die constatering kan ik niet ontkennen. Alleen het is de uitvoering hoe we dat gaan realiseren de komende jaren. Natuurlijk hebben we daar geld voor nodig. We leven van jaar tot jaar en kijken op dat moment wat wij gefaseerd kunnen gaan uitvoeren. Wij zijn niet van plan eerst alles te overzien om dan nog eens te kijken wat we dan kunnen gaan doen. Dan zijn we jaren verder.

We willen nu daadkrachtig aanvangen met uitvoering van het GVVP. Dat kan op jaarbasis gebeuren met allerlei projecten. Er zijn lange tijd zaken blijven liggen. We moeten nu eindelijk van start gaan en nu niet weer alles over een aantal jaren gaan tillen. Nu hebben we gelden. Ik heb het over 2002 en over de plannen die gerealiseerd kunnen worden, die vermeld staan in dit raadsvoorstel.

Daar gaat het raadsvoorstel ook over. Ik denk dat we de wegingsfactoren die zijn gehanteerd om tot een prioritering te komen delen. Als ik lees in het raadsvoorstel dat het analoog is aan hetgeen de consumentenbond hanteert dan spreekt dat voor mij een vertrouwen uit.

Niet alleen de wegingsfactoren zijn belang voor de projecten in het kader van de prioritering, ook de beschikbare budgetten spelen daar een belangrijke rol bij. Dat daarnaast rekening wordt gehouden met geplande werkzaamheden zoals die ook in het raadsvoorstel worden vermeld, is natuurlijk ook een hele goede zaak.

Mijn fractie kan dan ook instemmen met het faseringsplan en de bijlage. Ook met alle plannen die extra kunnen meeliften in deze uitvoering.

Ik heb een klein puntje met betrekking tot de Krakelingweg. Dat staat ook in de toezeggingen onder punt 4. Daar gaat het over “de Krakelingweg wordt geen vierbaansweg”. Ik denk dat wordt bedoeld dat het twee banen is en vier rijstroken. Een baan heeft twee rijstroken en anders zouden we hier met acht rijstroken zitten en dat is wat teveel. Dat is een klein puntje.

Met betrekking tot de inspraak over de Oranje Nassaulaan, graag aandacht.

Ik sluit me aan bij het CDA wat gezegd is over het Wilhelminapark.

Over het geheel kunnen wij instemmen met het voorstel.


Wethouder Van Brenk (SGP/ChristenUnie):

Het faseringsplan van het GVVP. Een geheel eigen taak en verantwoordelijkheid voor de raad van Zeist. Daarmee geef ik direct aan dat als het gaat om de samenspraak en inspraakprocedure die we tot nu toe hebben gevolgd om te komen tot het GVVP nu de gemeenteraad aan het woord is om de besluitvorming te bekrachtigen met betrekking tot de uitvoering, de fasering waarin alle zaken in het GVVP genoemd, uitgevoerd gaan worden.

Daarvoor zijn een aantal indicatoren benoemd en hier, binnen deze organisatie, heel uitvoerig getest en met elkaar besproken.

Mevrouw De Niet vermoedde dat het in de zomerperiode een hele klus was geweest. Dat was het ook. We hebben we naar gestreefd om een stuk objectiviteit te krijgen met betrekking tot de waardering van de verschillende projecten. Als je het globaal beziet dan wil iedere wijk en ieder project voorrang. Dat heeft u natuurlijk ook gemerkt aan de post die u de afgelopen periode heeft gekregen. Er is geen straat in Zeist meer of hij is onveilig.

We hebben inderdaad even overwogen of de indicatoren mogelijk een element zouden kunnen zijn om nogmaals te consulteren. Inspraak. We hebben toch na rijp beraad gemeend dat hetgeen nu voorligt goed is voor besluitvorming binnen de gemeenteraad. Dat wij daar onze verantwoordelijkheid in nemen.

Dat houdt tegelijk ook in dat elke vervolgstap daaromtrent, de uitvoering van de projecten, allemaal weer van voren af aan met het samenspraak en inspraakproces onderhevig zullen zijn.

Als wij dan in de meivergadering het GVVP hebben vastgesteld, dan is dat gebeurd met 17 tegen 14. Er zijn hier wat voorstellen in deze raad van zo’n omvang die met een nog krappere meerderheid zijn vastgesteld. Ik bedenk met ineens dat ik met 17 tegen 14 deze plek heb gekregen bijvoorbeeld. Het zit goed. Het voelt goed. Ik ben blij dat ik met die stemverhouding dit werk heb kunnen en mogen doen.

Het Wilhelminapark is voor een belangrijk deel ingericht als 30 km gebied. We hebben als bestuur besloten dat er een evaluatie plaats zou vinden na 1 jaar. Dat mogelijke op basis daarvan nog maatregelen getroffen zouden worden en het laatste deel is ingericht als 30 km gebied.

Die fl. 247.000,-, daar heeft de commissie terecht van gezegd, moet je die nu al reserveren terwijl je de evaluatie nog niet kent. Er is natuurlijk wel een inschatting gemaakt.

Dat heeft het college ertoe gebracht om dit even te parkeren en straks ter beschikking te stellen bij de evaluatie die te verwachten is. Wij hopen dit jaar de evaluatie af te ronden. Wij streven er naar om in één van de eerste vergaderingen van het nieuwe jaar, die evaluatie met u te bespreken en de consequenties daarvan te bezien.

Als het gaat over de Arnhemse Bovenweg waarin wij de gemeenteraad van Zeist ter finale een besluit heeft genomen dat in plaats van een categorie 2 weg, zoals door &Samhoudt is voorgesteld en uitgewerkt, er een onderzoek zal komen naar de mogelijkheid om de Arnhemse Bovenweg een verblijfsfunctie te geven en eventueel als weg voor het openbaar vervoer.


De heer Claasen (GL):

Dit is wel een cruciaal punt in de discussie en in de besluitvorming geweest. Er is toen nadrukkelijk in de raad gevraag wat precies de status van het onderzoek zou zijn. De status van het onderzoek was niets. Of de Arnhemse Bovenweg die verblijfsfunctie kan krijgen, maar hoe de Arnhemse Bovenweg de verblijfsfunctie kan krijgen. Dat is toch wel een essentieel detail wat ik even naar voren wil brengen.


Wethouder Van Brenk (SGP/ChristenUnie):

Dat is correct. Er wordt in een van de moties naar &Samhoudt verwezen. Dat kunnen we en willen we niet voor rekening van &Samhoudt laten komen. Dan doen we onrecht aan werk wat daar is geleverd.

Er is een bedrag van fl. 100.000,- aan gekoppeld, maar als &Samhoudt dat nog zelf zou kunnen doen als vervolg daarop dan zou dat misschien geen fl. 100.000,- hoeven te kosten, maar dat kan ik u op dit moment nog niet garanderen. Wij zullen er naar zoeken om de opdracht te geven aan iemand waarvan wij achten dat deze deskundig is, en vervolgens tegen de laagst mogelijke prijs. Dat geldt in feite voor elk onderzoek.


De heer Van Gemeren (D66):

Is de wethouder bereidt om ook dat geld te parkeren?


Wethouder Van Brenk (SGP/ChristenUnie):

Nee! Dit is heel nadrukkelijk bedoeld voor 2002 als zijnde het onderzoek. Al het geld wat daarin bespaard wordt blijft ten gunste van het gehele GVVP, dus mocht daar blijken dat er een prijskaartje aanhangt wat gunstiger is dan kunnen we daar met elkaar bepalen of dat gebruikt kan gaan worden voor bijvoorbeeld knelpunten die je naar voren wilt halen. Dat kan dan op het moment als het onderzoek is afgerond en wat het prijskaartje is wat daar aanhangt.

Met betrekking tot het verkeersveiligheidaspect. Ik meen dat het hele faseringsplan als eerste en hoogstgewaardeerde de verkeersveiligheid is. Dat daarom juist de blackspot Woudenbergseweg/Krakelingweg als hoogst genoteerd staat op dat punt. In die zin komen dan de Oranje Nassaulaan en Huis ter Heide er heel anders uit.

Dat er voor 2002 gelden zijn gereserveerd en voor vervolgtrajecten niet. We hebben daar heel bewust voor gekozen om straks de nieuwe raad op basis van hetgeen nu voorligt eigen prioriteiten te stellen en een eigen ambitieniveau te kunnen vaststellen om de daarbij behorende middelen te zoeken. Dat doen we dan niet voor de komende 8 jaar maar iedere periode kan zijn eigen ambitieniveau vaststellen met de daarbij behorende middelen. Dat leek ons een geëigende manier om met elkaar te werken. Dat betekent niet dat dit werk opnieuw moet. Er ligt een goede basis. Op basis daarvan kan men nog aanvullingen doen of een hoger of lager ambitieniveau creëren. Het behoort allemaal tot de mogelijkheden.


De heer Van Gemeren (D66):

Wat betekent het voor bijvoorbeeld wijken Bosch en Duin, Hoge Dennen, Valckenbosch, Huis ter Heide, Brugakker, dat een reconstructie tot verblijfsgebied is opgenomen voor de jaren 2003 tot 2006?

Kunnen bewonersgroepen daar in die wijken geen verwachtingen krijgen dat in die jaren hun wijk wordt ingericht tot verblijfsgebied?


Wethouder Van Brenk (SGP/ChristenUnie):

Wij gaan toch altijd uit van de continuïteit van bestuur richting de burgers?


De heer Van Gemeren (D66):

U gaat dan ook uit van continuïteit van het bedrag, een verdubbeling van het bedrag. U kunt het alleen maar waarmaken in die periode als u 4/6 miljoen gulden per jaar hebt!


Wethouder Van Brenk (SGP/ChristenUnie):

U heeft hier een plan voorliggen waarin wij de fasering voor de verschillende wijken hebben aangegeven en het ambitieniveau wat u straks als nieuwe raad wenst, dan kunt u dit opnieuw vaststellen.


De heer Van Gemeren (D66):

Dus in feite zouden we jaartallen moeten schrappen om de burger niet op het verkeerde been te zetten.


Wethouder Van Brenk (SGP/ChristenUnie):

Ik vind dit een insinuerende opmerking die ik verre van mij werp. Wij zetten geen enkele burger op het verkeerde been. Wij nemen nu een besluit zoals wij nu de fasering voorstellen.


De voorzitter:

Mag ik de heer Van Gemeren er aan herinneren dat zijn tijd voorbij is.

Nog even een opmerking terzijde. U bent een gekozen vertegenwoordiger. U heeft een mandaat voor vier jaar meneer Van Gemeren. Als deze raad in alle volle beleidsvrijheid nu posities wenst in te nemen voor de periode daarna dan kan dat, maar u moet altijd zeggen dat de burger daar niets aan mag ontlenen. Na die volgende verkiezing kan er van alles en nog wat gebeuren hier en kan er een raadssamenstelling komen waarbij ik misschien wel allemaal nieuwe gezichten zie.


De heer Van Gemeren (D66):

Dat is precies de strekking van het amendement van D66. We moeten niet over ons graf regeren door jaartallen te verbinden aan de fasering. Hooguit de prioritering.


De voorzitter:

Dat doen we dus niet. Dat leggen we uit. Hoe vaak hebben we niet gezegd bij de behandeling van de Voorjaarsnota, dit is een richtingendebat. Bij de begrotingsbehandeling wordt het geld gelabeld en dan gaat het door en dan kan een burger ook zeggen dat er groen licht is gegeven, er is geld. C’est tout.

Maar u heeft uw spreektijd ruimschoots overtreden.


De heer Van Gemeren (D66): Ik dacht dat tijd van interruptie niet als zodanig werd afgetrokken.


De voorzitter:

Dat hebben we de vorige keer wel afgesproken anders kun je blijven interrumperen





De heer Van Gemeren (D66):

We hebben ook afgesproken dat we de spreektijd zouden verdelen over 1 avond. Dat was gisterenavond. Nu hebben we een tweede avond en ik denk dat we dat nog eens ter discussie moeten stellen.


De voorzitter:

Dat zullen we niet ter discussie stellen, want u doet onrecht aan de mensen die gisteren hun tijd vol hebben gesproken en vandaar uit vandaag zeggen niet te komen. Dat wil ik als uw voorzitter niet op mijn geweten hebben, dat we nu met vastgestelde reglementen gaan lichten. Dat kan dus niet.

Uw linker stoelgenoot is er vanavond niet omdat ze geen spreektijd meer heeft en dus niets meer te vertellen heeft. Dan gaan we nu dus even de orde van de vergadering in spreektijd wijzigen? Dat vind ik onrecht doen aan datgene wat je democratisch met elkaar hebt afgesproken.


Wethouder Van Brenk (SGP/ChristenUnie):

Ik kom tot een afronding. Dan wil ik benadrukken dat de fasering zodanig is dat voor de thans beschikbare subsidies, wij daar ook in de fasering, optimaal gebruik van zullen maken. Dat ook in de planning ook maximaal gebruik zal maken van andere werkzaamheden die gepland zijn in die periode om een win-winsituatie te krijgen met betrekking tot de middelen.

De Krakelingweg is een heel belangrijk element in het geheel. Daar vragen we om een studie met betrekking tot het meest gewenste tracé. Hoe kunnen we dat op een zo goed mogelijke wijze daar realiseren, met behoud en respect voor de omgeving.

Het zal geen vierbaansweg maar één weg met twee stroken worden.

Het doortrekken van de Krakelingweg, dar dient u dus inderdaad “eventueel” te lezen.

We hebben veel studies, met name voor 2002, op stapel staan. Ik heb mij laten verzekeren dat alles wat op 2002 staat, ook uitgevoerd kan worden, anders hadden wij dat daarin niet opgenomen.

Ik denk dat ik de hoofdlijn van de inbreng heb behandeld.

De moties en amendementen.

Motie 1 Wilhelminapark van VVD en D66. Wij willen die sterk afwijzen.

De betrouwbaarheid van het bestuur staat voor mij hoog in het vaandel. Als wij hebben afgesproken als gemeentebestuur, hier besloten, dat na de inrichting van het Wilhelminapark na 1 jaar het geld voor het Wilhelminapark wordt vrijgegeven voor voorzieningen. Dan kan je dat niet gaan besteden aan de Oranje Nassaulaan en Huis ter Heide. Dan denk ik dat dit met betrekking tot de betrouwbaarheid van het bestuur niet gewenst is.

U wilt dit geld dan besteden aan Huis ter Heide en Oranje Nassaulaan. Dan vraag ik mij in gemoede af of dat we dan wel de hoogste prioriteit geven aan de blackspots uit Zeist.

Ik denk dan dat er andere prioriteiten gesteld moeten worden. Huis ter Heide en Oranje Nassaulaan hebben wel en hoge prioriteit, maar dan een maatschappelijke. Ik wil graag dat onderscheid aangebracht zien.

Om die argumenten wordt de motie afgewezen.

Motie 2 de Arnhemse Bovenweg. Fl. 100.000,- voor studie.

Wij wijzen ook deze motie af, omdat &Samhoudt niet te verwijten is dat er nu een nadere studie plaats zal moeten vinden. Die studie is gebaseerd op besluitvorming op besluitvorming ter finale van het GVVP door deze raad. Daar is ten finale aan toegevoegd het HSL gebeuren met betrekking tot de Breullaan en de Odijkerweg. Dat was op dat moment ook net actueel bij Rijkswaterstaat.

Het amendement van D66, het faseringsplan waar geen inspraak op is geweest.

Ik denk dat ik duidelijk ben geweest, dat er wel even overwogen is, maar dat we duidelijk gezegd hebben dat dit een verantwoordelijkheid is van deze raad om het faseringsplan vast te stellen.

Voor het overige zal alles weer volgens samenspraak en inspraak gaan, maar dit is onze eigenstandige verantwoordelijkheid.


De heer Claasen (GL):

Het profiel van de Krakelingweg wordt dat vergelijkbaar met bijvoorbeeld het profiel van de Woudenbergseweg?


Mevrouw De Niet (CDA):

Nog even terugkomend op de discussie over het Wilhelminapark. Het is duidelijk dat wij er inderdaad toezeggingen over hebben gedaan, destijds bij de inrichting van het 30 km-gebied. We moeten inderdaad aan onze verplichtingen voldoen. Wat ik nog wel wil horen is het volgende. Mocht blijken dat er toch geld niet volledig nodig is, in dit geval, dat dit dan ingezet wordt voor gebieden die dringend aan renovatie toe zijn. Die toezegging heb ik nog niet van u gehoord.

De studies gaat u allemaal uitvoeren. Ik ben reuze benieuwd. Wij wachten dit met spanning af, want daarvoor geldt hetzelfde. Mocht u daar geld overhouden dan houden wij ons aanbevolen voor knelpunten.


Wethouder Van Brenk (SGP/ChristenUnie):

Of het profiel gelijk wordt aan de Woudenbergseweg weet ik niet. We gaan onderzoek doen naar het meest geschikte tracé met behoud van de natuurlijke omgeving. Het zal geen vierbaans weg worden.

De Krakelingweg wordt ongeveer net zo breed als de Woudenbergseweg .

Alle middelen die nu hier staan, die worden gefinancierd uit de 2,3 miljoen blijven allen beschikbaar voor het GVVP. Mochten we in de loop van het jaar zicht hebben op dan zouden we mogelijk iets op kunnen pakken.


De voorzitter:

We komen tot afronding van het voorstel. Voorliggen twee moties en een amendement.

Motie 1: bij handopsteken: 5 voor, de rest tegen, de motie is verworden

Motie 2: 5 voor de rest tegen motie verworpen

Amendement: 4 voor de rest tegen, motie verworpen.

Dan ligt voor de afhandeling van het raadsvoorstel.


De heer Veenendaal (VVD):

De grootst mogelijke meerderheid van de VVD wordt geacht tegen te stemmen.


De heer Van Gemeren (D66): Wij kunnen niet instemmen met dit faseringsplan.


De heer Van Delft (CDA):

Ik heb een vraag over de stemmen van de VVD. Er wordt gezegd het grootst mogelijke deel van de fractie, maar ik denk dat dit ten hoogste het grootst mogelijke deel van de aanwezigen kan zijn, want niet aanwezigen kunnen niet stemmen. Dat betekent 3 van de 4 en dat is slechts de helft van de fractie.


De voorzitter:

Ik interpreteer dat wat anders. Ik heb te maken met de vergadering nu en ik constateer dat deze fractie aanwezig is.


De heer Prikken (BIZ/GZB): Ook wij zullen tegen het voorstel stemmen.


De voorzitter:

Ik constateer dat u met het voorstel zoals het nu voorligt kunt instemmen met dien verstande dat de grootst mogelijke meerderheid van de aanwezige leden van de VVD, de fractie van D66 en de fractie van BIZ/GZB tegen het voorstel zijn.


22. Gebiedsgerichte aanpak corridor Utrecht-Amersfoort (rv 2001-108)


De heer Claasen (GL):

In mei 2002 hebben de heer Van Gemeren namens D66 en ik namens GroenLinks, een interpellatie mogen houden over de luchtverontreiniging nabij de A28. De directe aanleiding voor de interpellatie vormde een onderzoek van de universiteit Wageningen waarin werd geconstateerd dat de luchtverontreiniging veroorzaakt op de A28 aantoonbare negatieve gezondheidseffecten heeft op kinderen die in de nabijheid van deze weg op school zitten. Deze conclusie vonden wij zo alarmerend dat wij deze problematiek hier aan de orde stelden.

De behandeling in de raad en de opstelling van het college deden mij toen geloven dat op korte termijn daadwerkelijk maatregelen getroffen zouden worden om die gezondheidsrisico’s te verkleinen. Inmiddels zitten we nu half september 2001 en nu moeten we constateren dat er aan daadwerkelijke concrete maatregelen niets, maar dan ook helemaal niets, gedaan is. Dat terwijl de gezondheidseffecten dagelijks optreden.

We zijn nu ruim 16 maanden verder en er ligt nu een uiterst teleurstellend raadsvoorstel. In dit voorstel staat geen enkele concrete maatregel wat nu voorgesteld wordt is niets anders dan onderzoek en lobby. Onderzoek en lobby, daar had u in mei 2000 direct mee kunnen beginnen.

In de commissie heeft de wethouder gesteld dat Zeist alleen niets kan doen. Bij herhaling heb ik aangegeven dat Zeist zelfstandig ook het een en ander kan doen. Ik heb daar voorbeelden genoemd, maar die voorbeelden waren wat Zeist alleen kan doen zonder samenwerking met anderen voor elkaar had kunnen krijgen.

Ik rond af. Wat nu in het raadsvoorstel voorligt vindt mijn fractie op geen enkele manier tegemoet komen aan de ernst van de problematiek zoals wij die aan de orde hebben gesteld. Dat is dan ook de reden dat, ondanks dat wij de problematiek hier zelf hebben neergelegd, wij uiteindelijk tegen dit weinig voorstellende voorstel zullen stemmen.


Mevrouw Schenk (PvdA):

Er heeft een gebiedsgerichte verkenning plaatsgevonden naar mogelijke naar mogelijke en toekomstige problematiek op het terrein van bereikbaarheid in de corridor tussen Utrecht en Amersfoort waarop u plan van aanpak is ontworpen. Als het om resultaten gaat wordt regelmatig het jaar 2010 genoemd. Wij denken dat dit realistisch is. Het gaat om een moeilijke en taaie problematiek die samen met andere overheden moet worden aangepakt en dat zijn langdurige processen. Die tijd zullen we daar aan moeten spenderen. Met dat plan kunnen we instemmen met uitzondering van het fietspad Utrecht-Zeist, waar we op dit moment niet mee instemmen.

Wat op korte termijn een verbetering vraag is de luchtverontreinigingsituatie in Zeist-noord. Gebleken is uit onderzoek dat er bij basisschoolkinderen die langs de A28 wonen meer gezondheidsklachten optreden dan bij kinderen die elders in Zeist wonen. Dat komt als conclusie naar voren. Dan kun je toch geen jaren blijven wachten op verbetering van die situatie? Dan zul je, ook al zijn je instrumenten als gemeente gering, toch iets moeten doen. Het gaat om de gezondheid van burgers in de gemeente Zeist.

Het is evident dat snelheidsbeperking op de A28 ter hoogte van Zeist-noord direct tot verbetering zal leiden. Waarom dan zoveel aarzeling om de minister daarop te attenderen en om directe maatregelen te vragen. Ook om andere steden zijn snelheidsbeperkende maatregelen ingevoerd, waarom dan niet bij Zeist.

Wij vragen om een meer intensieve lobby richting Den Haag. In de voorstellen voor de lange termijn kunnen wij meegaan maar wij willen meer actie zien om Zeist gezond te houden. Daar hebben we in de commissie regelmatig op gehamerd en dat spreken we ook hier weer uit. Graag uw toezegging dat dit ook gaat gebeuren. Afhankelijk daarvan overwegen we een motie in te dienen.


Mevrouw De Niet (CDA):

Ik had niet de intentie om hier iets over te zeggen, maar als ik nu toch luister naar de bijdragen die hier over tafel komen. Ik heb ook in de commissie met nadruk gezegd dat wat hier voorligt is het maximale haalbare op dit moment. We doen aan studie. We doen het met gezamenlijke gemeenten en wij kunnen als gemeente Zeist nu eenmaal geen bord met 80 km neerzetten op een snelweg. Dat is onmogelijk. We dragen dit wel zeker aan bij Rijkswaterstaat. Maar u weet ook dat Rijkswaterstaat niet van de ene op de andere dag dingen kan of wil regelen voor Zeist. Ik begrijp echt niet waarom men denkt dat dit soort maatregelen zo simpel genomen kunnen worden. Ik steun van harte het plan wat hier voorligt, dat samen met andere gemeenten lobbyen gevoerd wordt richting Den Haag. We weten met zijn allen hoe moeilijk dat is, want dat maken we mee bij


de HSL, dat is niet eenvoudig. Dat kost heel veel energie en heel veel tijd en daar moeten we ons op storten. Ik wens u daar heel veel sterkte bij.


De heer Prikken (BIZ/GZB):

Waardering voor de brede aanpak van de studie. Dat kon ook omdat de te treffen maatregelen in relatie staan tot ver weg gelegen zaken. Wij zijn er van overtuigd dat in Zeist-noord voor de korte termijn maatregelen ter verbetering van de luchtkwaliteit noodzakelijk zijn. Al meer dan 20 jaar wordt in Zeist-noord gestreden voor de steeds maar afnemende luchtkwaliteit. De huidige corridorstudie voorziet de komende 10 jaar nauwelijks verbetering. Uw welwillende ambitie en lobby ten spijt. Het is jammer te moeten vaststellen dat Zeist op zichzelf niet tot verbeteringsmaatregelen kan besluiten vanwege ontbrekende wettelijke middelen. Uit de resultaten van de studie blijkt ook dat vanuit een betere benutting nauwelijks over korte termijn maatregelen binnen de huidige infrastructuur is nagedacht. Ook informatief vooroverleg met betrokken maatschappelijk belangenorganisaties heeft op dit punt, naar het lijkt, ontbroken. Vraag voor ons is welke initiatieven van de wethouder zelfstandig als gemeente Zeist nog kunnen verwachten. Wij stellen vast dat de corridorstudie als een gedegen basis gewaardeerd moet worden voor de brede aanpak op de lange termijn en betreuren het ontbreken van de maatregelen op de korte termijn die de verkeersleefbaarheid in Zeist-noord zouden kunnen verbeteren. Wij wachten uw zienswijze op onze beeldschets af.


Wethouder Van Brenk (SGP/ChristenUnie):

Ik heb in de commissie tegen de heer Claasen gezegd, inderdaad 16 maanden, het is lang. Te veel misschien. Dat heeft tegelijk ook te maken met de hardheid van de materie. Ik zal niet herhalen wat ik in de commissie heb gezegd. Ik heb in de commissie proberen te schetsen waar het onder andere mee te maken heeft, dat ook middelen aan de neus van de A28 zijn voorbijgegaan. Dat heeft puur en alleen te maken met bestuurlijke gremia langs de A28. Ik ben juist heel blij dat wij met De Bilt en Soest op één lijn zijn gekomen.

In die zin zijn we als Zeist en Soest eensluidend als het gaat om het milieugebeuren boven en rond de A28. Dat heeft voor ons de hoogste insteek gehad. Wij menen dat zolang je met zijn drieën op kunt trekken, je sterker staat dan wanneer je dat als enkeling doet. Het gevaar van een eiland te worden binnen een zo complex gebeuren als de corridor en de A28 is levensgroot. Strategisch gezien heeft men daar best eens pogingen toe ondernomen, om een of andere poging om het driemanschap los te weken. Om daarmee het blok met betrekking tot verbetering van de luchtkwaliteit en de geluidsoverlast om dat maar naar achteren te schuiven.

Ik durf de stelling aan dat dankzij de combinatie De Bilt-Soest-Zeist het milieu er instaat zoals het er momenteel instaat. Ik heb de commissie meerdere keren verteld wat voor een gevecht dat heeft gekost om dit er op deze wijze in te krijgen. Nu hebben we het hier een keer zwart op wit. Dat is denk ik voor het eerst. In het kader van de benutting die voor 2010 gerealiseerd gaat worden, is voor ons (De Bilt-Soest-Zeist) de insteek om dat gecombineerd te laten worden met de verlaging van de snelheid, met name in de spitstijden, maar zo mogelijk gewoon de hele dag.

In die zin hopen we niet tot 2010 te hoeven wachten voordat er daadwerkelijk andere maatregelen getroffen worden. Nee, dat is voor ons de belangrijkste insteek.

Ik ben inderdaad beducht voor het eiland Zeist. Voor nu en in de toekomst. Dat geldt nu voor de A28 maar dat geldt ook voor meer terreinen.

Het is bekend dat het fietspad Utrecht-Zeist hier in de gemeente Zeist, wij hier niet op zitten te wachten. Er is momenteel een studie gaande hoe die het ecologisch meest inpasbaar zou zijn. Ik wacht eigenlijk met belangstelling af of dit tot de mogelijkheden gaat behoren.

Ik zou heel graag zelf het bord van 80 hier op de rijksweg willen hebben en zetten. Nee, er zijn al burgers die het recht in eigen hand nemen door bijvoorbeeld bepaalde verkeersvoorzieningen te treffen. Ik heb er met belangstelling kennis van genomen, maar eigenlijk zouden we dat niet mogen en niet moeten tolereren. Als gemeente Zeist en als wethouder van de gemeente Zeist mag je niet tot zulk soort maatregelen overgaan. Wij zullen daarvoor de geëigende wegen moeten gaan bewandelen. Die wegen worden optimaal benut, dat durf ik u te verzekeren.



Dat de maatschappelijke organisaties niet betrokken zijn geweest, zal ik nog eens navragen. Er zijn echt een groot aantal maatschappelijke organisaties betrokken geweest. Ik zal u in de commissie laten weten welke dat zijn geweest, tenminste dat is ons verzekerd. Dat is een separaat traject.


De heer Prikken (BIZ/GZB):

Ik ken er een aantal die graag betrokken hadden willen zijn, maar niet zijn uitgenodigd.


Wethouder Van Brenk (SGP/ChristenUnie):

Ik zeg een groot aantal, dus niet allemaal. Het kan nog zijn dat er een keuze gemaakt is, die niet de uwe zou zijn.


Mevrouw Schenk (PvdA):

Wij willen toch een motie indienen. U hebt twee argumenten genoemd om op de korte termijn voor Zeist niets te willen doen. Ten eerste het kostenaspect en ten tweede de blokvorming waar u niet uit wilt treden.

Het kostenaspect. Wij hebben gevraagd of u in Den Haag wilt gaan lobbyen, we denken dat een treinretourtje Den Haag echt nog wel uit de kas van de gemeente zal kunnen komen.

Voor wat betreft de blokvorming, zegt u zelf geen eiland te willen worden. Als Zeist blijkt een ongezond eiland te zijn dan moeten we wel degelijk in actie komen. Dat zijn de redenen om de motie in te dienen.


De voorzitter:

Formeel kan dit dus niet. De beraadslagingen zijn ten einde. We gaan dan over tot afhandeling van het voorstel.

Er kan dan alleen nog een stemverklaring worden gegeven.


Mevrouw Schenk (PvdA):

Ik heb in eerste termijn aangegeven dat wij eventueel een motie zouden indienen. Ik heb hem aangekondigd dat wanneer de wethouder in onze ogen niet voldoende op onze argumenten inging ik de motie in zou dienen.


De voorzitter:

In feite zegt u, doe nog eens uw best bij de minister van Verkeer en Waterstaat.

Ik neem aan dat het niet ook alleen de intentie is, maar dat het ook nog gaat gebeuren in het vervolgtraject.


Mevrouw Schenk (PvdA):

Dat hebben wij onvoldoende gehoord, vandaar dat wij deze motie indienen.


De voorzitter:

Ik kan u namens het college melden dat wij alles er aan zullen doen om de kwaliteit van lucht etc. zodanig te gaan verbeteren en dat elke maatregel daartoe geëigend is.


Mevrouw Schenk (PvdA):U neemt de motie dus over?


De voorzitter:

U heeft deze motie niet in kunnen dienen, alleen als stemverklaring.

Ik ga over tot de stemverklaringen.


De heer Claasen (GL):

Ik zou een stemverklaring willen geven en een persoonlijk feit willen melden.

Het persoonlijk feit behelst dat ik mij dermate aan het frustreren ben met de manier waarop men hier omgaat met de spreektijd, dat als ik het nog een keer mee moet maken ik er volgende keer niet zal zijn. Dit kan niet zoals het hier gaat.


De heer Van Kuijk (PvdA):

Daar heb ik in het seniorenconvent ook het nodige over gezegd. Wij zullen ons hier ook over moeten beraden, maar u ook. Het is voor ons allemaal een nieuwigheid en iedere keer als we denken dat het anders moet, dan moeten we dat kunnen bespreken en daar ben ik voor in.


De heer Claasen (GL):

De stemverklaring. Mijn fractie bestrijdt niet dat het zinvol is om samen te werken met anderen. Los van samenwerken kun je als Zeist ook alleen iets doen. In de commissie is door mijn fractie aangegeven met voorbeelden wat je als Zeist kan doen. Voorbeelden op het terrein van de voorlichting, voorbeelden op het terrein van de stadsontwikkeling waar je het een en ander plant. Dat kan allemaal als Zeist zelfstandig.

Tot mijn verbazing blijkt dit geluid elke keer niet over te komen. Deze overwegingen maken dat wij als fractie tegen dit voorstel zullen stemmen.


De heer Veenendaal (VVD):

Wij hebben eigenlijk dezelfde argumentatie. Je doet iets samen en je kan ook iets alleen doen. Wij zijn van mening dat wij nu voor stemmen. Wilt u onze argumenten weten dan verwijs ik u naar onze website waar wij uitvoering op dit onderwerp in zullen gaan.


De heer Van Gemeren (D66):

Niet tegenstaande het feit dat het college met een maximum aan inspanning in 16 maanden het meest minimale schijnt te hebben behaald, stemt D66 tegen het voorstel aanpak luchtverontreiniging omdat het niets aanpakt, zelfs geen lucht, en het college naar de mening van D66 nog steeds geen ernst maakt met de gevolgen van luchtverontreiniging in Zeist waaraan grote groepen burgers nog elke dat worden blootgesteld.


De heer Van Ballegooijen (SGP/ChristenUnie):

Ik denk dat het maximale gehaald is wat op dit moment te halen viel en ik denk dat dit ook in het raadsvoorstel naar voren is gekomen. Wij steunen het raadsvoorstel.


Mevrouw De Niet (CDA):

Wij zullen het raadsvoorstel steunen en wij wensen u hier heel veel sterkte mee.


De heer Prikken (BIZ/GZB):

Ook wij zullen het voorstel steunen. Simpel vanwege het feit dat het kennelijk het meest haalbare is geweest. Er moet nog veel gebeuren in onze optiek, maar dat kan ook allemaal nog. Wij zullen voor stemmen.


Mevrouw Schenk (PvdA):Wij hebben behoefte aan een korte schorsing.


De voorzitter:

Met alle respect, we zijn in de afhandeling van een stuk. Dan moet er wel een heel erg feit aan de orde zijn wil je onderbreken.


De heer Van Kuijk (PvdA):

Wat er aan de orde is, is dat wij een motie hebben willen indienen en die is dus niet om eerder gemaakte afspraken aangenomen. Wij vinden dat toch te ver gaan en wij willen ons even beraden wat nu onze houding moet zijn ten opzichte van dit gehele raadsvoorstel.


De vergadering wordt geschorst.





De vergadering wordt heropend.

De heer Van Kuijk (PvdA):

Wij hebben schorsing gevraagd omdat wij met de gang van zaken niet kunnen instemmen. Mogelijk hebben we niet gehandeld zoals we hadden kunnen handelen. Wij hebben in eerste termijn een motie aangekondigd. We hebben aangegeven dat als het antwoord ons niet zou bevredigen wij deze motie zouden indienen. Ik zie niet in waarom in tweede termijn, ook al zou de spreektijd om zijn, het niet mogelijk zou kunnen zijn om een motie te overhandigen, zoals wij gedaan hebben. U heeft de motie ook overgenomen dus wij vragen nu als ordepunt om alsnog de motie in behandeling te nemen.


De voorzitter:

We halen de zaak wat door elkaar. Het reglement laat toe dat er een derde termijn zou kunnen komen. Daar beslist u als raad over.


De heer Van Kuijk (PvdA):

Eerste termijn, tweede termijn stemverklaringen, hebben wij verzuimd om die derde termijn aan te vragen?


De voorzitter:

Ja. Er zijn in het reglement van orde twee termijnen geregeld. Een eerste en een tweede termijn. Daarna zijn de debatten afgelopen daaromtrent. Daarna wordt het stuk afgehandeld.


Mevrouw Spruijt (GL):Er is helemaal geen tweede termijn geweest.


De heer Van Kuijk (PvdA):

Als we geen tijd meer hadden voor een tweede termijn, hadden we dat ook niet voor een derde termijn. Het enige wat wij wilden is na de eerste termijn een motie indienen.


Mevrouw Schenk (PvdA):Dat hebben we ook gedaan want er is geen tweede termijn geweest.


De voorzitter:Ik laat het aan u raad over of u vindt dat dit kan procedureel.


De heer Van Gemeren (D66):

Naar mijn mening kan het wel omdat het reglement van orde niets zegt over spreektijd. Alleen over eerste en tweede termijnen. We hebben in onderling overleg in het seniorenconvent afgesproken om de vergadering beheersbaar te maken de intentie uit te spreken om de spreektijd te verdelen over de verschillende fracties. Dat is niet geregeld in het reglement van orde. Als u nu op grond van een onderlinge wilsafspraak wil zeggen dat de termijn is afgesloten om de fractie geen tijd meer heeft, dan denk ik dat we op de verkeerde weg zijn. Dan moeten we of reglementair spreektijd opnemen in ons reglement van orde met alle ins en outs, of gewoon zeggen we beslissen zelf of we deze tijd verder overschrijden of niet. Daar is niets reglementairs aan.


De voorzitter:

Als u vindt dat deze motie nog kan worden ingediend dan hoor ik dat graag. We waren natuurlijk wel in een afronding met stemverklaringen.


De heer Van Kuijk (PvdA):

De verwarring is ontstaan doordat u aangaf dat wij geen tijd meer hadden voor een tweede termijn en dat wij alleen een stemverklaring mochten geven. Dat heeft de verwarring veroorzaakt. U had ook kunnen zeggen u mag de motie indienen in tweede termijn en dan de stemverklaring.


De heer Van Delft (CDA):

Misschien mag ik een reikende hand toesteken. De spreektijdregeling is nog niet in dit reglement van orde opgenomen. Daar is nu over een afspraak in het seniorenconvent gedoe ontstaan, maar we hebben nog een artikel 55 in het reglement van orde. Dat luidt “in alle gevallen waarin dit reglement niet voorziet beslist de raad”. Dat zou kunnen betekenen dat als de raad toestaat dat ondanks het feit dat we in de stemverklaringen zitten de beraadslagingen heropenen om een motie in te dienen, dat dit zou kunnen. Dan moet de PvdA wel door het stof en met een dergelijk voorstel komen.


De heer Van Kuijk (PvdA):

Ik stel voor dat de motie die de PvdA heeft ingediend in behandeling wordt genomen.


De heer Van Delft (CDA):

Omdat er een situatie is waarin het reglement van orde niet voorziet, namelijk een afspraak gemaakt in het seniorenconvent over spreektijden en u door de spreektijd heen was.


De heer Van Kuijk (PvdA): Ik sluit me geheel aan bij uw woorden.


De voorzitter:ik vraag graag uw standpunten daarover.


Mevrouw De Niet (CDA):wij zullen het honoreren.


De heer Veenendaal (VVD):wij zullen het uiteraard steunen.


De heer Prikken (BIZ/GZB):wij steunen dit zondermeer


De heer Ballegooijen (SGP/ChristenUnie):geldt ook voor mijn fractie.


De heer Van Gemeren (D66):akkoord


De heer Claasen (GL):akkoord.


Ingekomen de motie van de PvdA:


De raad van Zeist in vergadering bijeen op 17 september 2001 aan de orde hebbend raadsvoorstel 108;


Overwegende dat:

  • het op korte termijn gewenst is maatregelen te treffen om de luchtverontreiniging langs de A28 te verminderen;

  • deze maatregelen dienen te worden getroffen door de minister van Verkeer en Waterstaat;


Besluit het college op te dragen een brief te sturen naar de minister van Verkeer en Waterstaat, waarbij er wordt aangedrongen om op korte termijn snelheidsmaatregelen te nemen langs de A28 bij Zeist om zodoende de luchtverontreiniging te doen afnemen.


En gaat over tot de orde van de vergadering.


De motie is ondertekend door de heren Doelwijt, Van Kuijk en Van Gemeren en mevrouw Schenk.


De vergadering wordt geschorst.



De vergadering wordt heropend.

Wethouder Van Brenk (SGP/ChristenUnie):

Als de motie is zoals voorgelezen dat de gemeente Zeist wordt opgedragen separaat de minister van Verkeer en Waterstaat te schrijven over deze problematiek dan zal ik de motie ontraden.

Ik heb niet voor niets gezegd dat ik beducht ben voor het eilandgebeuren. Als ik hem in mag brengen in het overleg tussen De Bilt en Soest en het daar gemeenschappelijk over eens zijn dan sturen we met zijn drieën de brief. Mocht dit niet lukken dan kom ik terug naar de commissie. Het onderwerp is ons allen dierbaar.


De heer Van Kuijk (PvdA):

De heer Van Brenk geeft aan dat hij een brief wil sturen namens de drie gemeenten. Hij heeft duidelijk een aantal keer aangegeven dat hij binnen het blok wil blijven. Als wij die toezegging krijgen dat het ook inderdaad gebeurt en niet op al te lange termijn dan hoeft de motie niet in stemming gebracht te worden.

Ik wijs er overigens nog op dat in een van de brieven die we ontvangen hebben toch nog wordt gerept over onderzoek wat nodig zou zijn, maar wij zijn van mening dat snelheidsbeperkende maatregelen zonder meer een gunstig effect zullen hebben op de vermindering van de luchtverontreiniging. Vandaar dat u zo snel mogelijk die vraag nadrukkelijk bij het ministerie op het bureau willen zien.


Wethouder Van Brenk (SGP/ChristenUnie):

Het onderwerp is ons allen sympathiek. Alleen de weg waarlangs. Ik stel voor om hem met De Bilt en Soest te bespreken en mocht dat niet lukken dan komen we terug in de commissie.


De voorzitter:

Het voorstel wordt overgenomen met dien verstande de fracties van GroenLinks en D66 tegen zijn.


Ik ben het eens met de heer Claasen die meldt in het persoonlijk feit dat er toch nog even driftig moet worden gesproken over de ontwikkelingen die zich hebben voorgedaan in de afgelopen uren. Ik hoop wel van harte dat we in staat zijn om de spreektijd als zodanig ingesteld, zo kunnen houden, maar laten we het wel formaliseren, zoals we ook in het afgelopen seniorenconvent gezegd hebben. Het is op basis van het provinciaal voorstel wat er ligt. Ook daar ligt het vast in het reglement van orde. Dan zijn we daarmee klaar en dan moeten we alleen voor onszelf de discipline opbrengen om zodanig in de fractie de termijnen te bespreken dat we ook redelijk kunne voldoen aan de afgesproken tijd. Ik denk dat we niet moeten vervallen in een quiestiek waarin gewezen wordt naar iemand die een stopwatch bij zich heeft.


De vergadering is gesloten


Aldus vastgesteld in de openbare

vergadering van ……..


De raad voornoemd,



De secretaris, de voozitter,




18 september 2001

163



Uitgelicht

Gemeente Zeist


Zoeken