Direct naar hoofdmenu / zoekveld
Home / Raadsstukken 2010 en ouder / Notulen / 2001 / Raadsnotulen 29-10-2001

Raadsnotulen 29-10-2001

NOTULEN


29 oktober 2001


Nr. 10


NOTULEN van de openbare vergadering van de gemeenteraad, gehouden op 29 oktober 2001 om 19.30 uur in het gemeentehuis van Zeist.


Aanwezig de leden: mw. M.J. van Baal-de Waal, D. van Ballegooijen, mw. W.M. Barten, R. van Benthem, G. van Brenk (wethouder), mw. M. de Bruijn, A.J.M. van Buël, H.C.J. Claasen, G.B. van Delft, drs. J.J. van Gemeren, W.J.M. den Heijer (wethouder), mw. J. de Jong, K.J.G. Kats, A. van Kuijk, J.J.N.C. de Ligt, mw. N. de Niet-Verwoerd, P.A. Otten, mw. E.G. Schenk-Klein Kranenbarg, J.C. Schneider, E.S. Spaargaren, mw. C.M. Spruijt, L.J.J. Prikken, Th. Swart (wethouder), drs. W.A. Timmerman, F. Veenendaal, P. Vermeulen (wethouder), J. van de Vijver en mw. drs. M.C. van der Waard.

Afwezig de leden: C.A. Doelwijt, dr. F.W.J. Huijgen, en L. Westbroek

Voorzitter: R.G. Boekhoven, burgemeester.

Secretaris: J.A.S. Boomgaardt, secretaris.


AGENDA:


A. Agendapunten ter bespreking:


  1. Vaststellen van de notulen van 7, 8 en 14 mei 2001 (nr. 5), 18 en 19 juni 2001 (nr. 6) en 9 en 10 juli 2001 (nr. 7)


  1. Mededeling van ingekomen stukken


  1. Beleidsbegroting 2002 en meerjarenbegroting 2003-2006 (rv 2001-111)

  1. Evaluatie ZeistPas (rv 2001-112)


B. Agendapunten waarover, n.a.v. de cie.vergadering, geen discussie plaats hoeft te vinden:


  1. Aanbieding exploitatie Fornheselaan, herziening 2001 (rv 2001-90)

  1. Vaststellen begrotingswijzigingen (rv 2001-113) #

  2. Verzoek Planschade ex artikel 49 WRO (rv 2001-115) #



De voorzitter opent de vergadering


Ik heb bericht van verhindering van de heer Huijgen, de heer Westbroek en de heer Doelwijt. Met de heer Huijgen gaat het nog steeds goed.

Ik wil de agenda met uw welnemen, als volgt behandelen.

Aan de orde te stellen de agendapunten A1, A2, A3 en A5. De fractie van de SP heeft gevraagd om dit punt op de A-agenda te plaatsen.

Met betrekking tot de B-agenda behoeft er geen discussie plaats te vinden over de punten 4, 6 en 7. Deze worden vastgesteld.

Het voorstemnummer is 12, mevrouw De Jong


  1. Vaststellen van de notulen van 7, 8 en 14 mei 2001 (nr. 5), 18 en 19 juni 2001 (nr. 6) en 9 en 10 juli 2001 (nr. 7)


Deze worden met inachtneming van de opmerkingen vastgesteld.


  1. Mededeling van ingekomen stukken


A - VOOR KENNISGEVING:


A.1 DATUM 11 september 2001 (ingekomen 12-09-01)

REG.NR. 17539

AFZENDER Raad van State

ONDERWERP Bestemmingsplan De Kroost


A.2 DATUM 18 september 2001 (ingekomen 19-09-01)

AFZENDER ROV

ONDERWERP Vergaderstukken van de bestuurscommissie ROV te Utrecht


A.3 DATUM 19 september 2001 (ingekomen 21-09-01)

REG.NR. 18202

AFZENDER Provincie Utrecht

ONDERWERP Nota Begrotingspositie 2001


A.4 DATUM 17 september 2001 (ingekomen 1-10-01)

AFZENDER Coördinatieoverleg Milieu, Toerisme en Recreatie

ONDERWERP Nieuwsbrief (jaargang 4, nr. 1)


A.5 DATUM 10 oktober 2001 (ingekomen 11-10-01)

REG.NR. 20104

AFZENDER Raad van State

ONDERWERP Bestemmingsplan De Kroost


A.6 DATUM oktober 2001

AFZENDER L.O.P.V.

ONDERWERP VP journaal, 12ejaargang No. 3



Aa- VOOR KENNISGEVING: AFDOENING GEDELEGEERD AAN B&W:


Aa.1 DATUM 24 september 2001 (ingekomen 27-09-01)

REG.NR. 18740

AFZENDER PUWC

ONDERWERP Uittreedbijdrage gemeente Utrecht t.b.v. voormalige gemeente Vleuten-De Meern


Aa.2 DATUM 28 september 2001 (ingekomen 02-10-01)

REG.NR. 19093

AFZENDER G.A. De Bruin-Mulder, Oranje Nassaulaan 49 te Zeist

ONDERWERP Verzoek plaatsing op Gemeentelijke Monumentenlijst


Aa.3 DATUM 2 oktober 2001 (ingekomen 03-10-01)

REG.NR. 19303

AFZENDER Woonwagenschap Regio Zeist

ONDERWERP Jaarplan 2002



Ab- VOOR KENNISGEVING: COLLEGEBESLUIT O.G.V. DELEGATIEBESLUIT:


Ab.1 DATUM 04-09-01

REG.NR. 17269

AFZENDER B&W dezer gemeente

ONDERWERP Aankoop grond Jufferstraat


Ab.2 DATUM 21-05-01

REG.NR. 10070

AFZENDER B&W dezer gemeente

ONDERWERP Wijziging gemeentelijke Arbeidsvoorwaardenregeling (0103)


Ab.3 DATUM 20-09-01

REG.NR. 14978

AFZENDER B&W dezer gemeente

ONDERWERP Verkoop meerdere percelen gemeentegrond, gelegen voor de

woonpercelen Nijenheim 60-04 t/m 60-12 te Zeist


Ab.4 DATUM 20-09-10

REG.NR. 18161

AFZENDER B&W dezer gemeente

ONDERWERP Verzoek om aankoop perceel gemeentegrond, gelegen voor het perceel Bergweg 19 te Zeist


Ab.5 DATUM 21-09-01

REG.NR. 18289

AFZENDER B&W dezer gemeente

ONDERWERP Verkoop meerdere percelen gemeentegrond, gelegen voor de woonpercelen Nijenheim 60-14 t/m 60-28 te Zeist


Ab.6 DATUM 28-09-01

REG.NR. 18883

AFZENDER B&W dezer gemeente

ONDERWERP Rechten van opstal riool(pers)leidingen buitengebied gemeente Zeist


Ab.7 DATUM 03-10-01

REG.NR. 19443

AFZENDER B&W dezer gemeente

ONDERWERP Wijziging gemeentelijke Arbeidsvoorwaardenregeling (0109)


Ab.8 DATUM 04-10-01

REG.NR. 19858

AFZENDER B&W dezer gemeente

ONDERWERP Wijziging gemeentelijke Arbeidsvoorwaardenregeling met betrekking tot de versobering van het buitengewoon verlof



C - OM ADVIES IN HANDEN VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS:


C.1 DATUM 24-09-01 (ingekomen 25-09-01)

REG.NR. 18517

AFZENDER mr. W.H.E. Parlevliet, Sanatoriumlaan 23 te Zeist

ONDERWERP Verzoek eventuele bouwplannen c.q. aanvragen van Sanato B.V. te

bevriezen


C.2 DATUM 9 oktober 2001 (ingekomen 10-10-01)

REG.NR. 19978

AFZENDER BRU

ONDERWERP Toezending concept 5ebegrotingswijziging 2001 en concept 1ebegrotings-

wijziging 2002 Bestuur Regio Utrecht



D - TER AFDOENING IN HANDEN VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS (AFSCHRIFT VAN HET ANTWOORD TER KENNISNAME AAN DE FUNCTIONELE COMMISSIE):


D.1 DATUM 10 oktober 2001 (ingekomen 11-10-01)

REG.NR. 30132

AFZENDER Dhr. J. Schieven, Dolderseweg 224A te Den Dolder

ONDERWERP Straatnamen gebied Den Dolder Noord


De stukken worden afgedaan conform het voorstel.


De voorzitter:

De eerste termijn vanuit uw raad. 10 minuten per fractie. We schatten in rond de klok van negen daarmee rond te zijn. Daarna punt 5 afhandelen. Dan een korte schorsing zodat het college zich kan voorbereiden voor de beantwoording in eerste termijn. Misschien lukt het om vanavond de eerste termijn af te handelen. Wij zijn in geweldige afwachting.


3. Beleidsbegroting 2002 en meerjarenbegroting 2003-2006 (rv 2001-111)

De heer Otten (VVD):

De wereld maakte een pas op de plaats op 11 september 2001. Mondiaal was er die dag sprake van een geweldige schokgolf voelbaar tot in de kleinste haarvaten van onze samenleving. Die gebeurtenissen nopen op bezinning op de relatie tussen vrijheid en democratie. Die relatie vormt immers het wezen van onze samenleving. Zonder vrijheid geen democratie, zonder democratie geen vrijheid. Het is ook aan ons, als raad, om die nieuwe werkelijkheid een plaats te geven. Als we dat niet doen zijn we hardleers. Wie zijn geschiedenis niet kent, moet die in de toekomst immers overdoen.

Wat betekent dat voor Zeist? Rekening houdend met de gebeurtenissen in de Verenigde Staten. Betekent dit een verdere beteugeling door toezicht en handhaving? Meer veiligheid en controle? Meer aandacht voor afwijkend gedrag? Is dat de toekomst van Zeist? Wat wordt dan de rol van de lokale politiek? De rol van politieagent? “Big Brother is watching you”.

De VVD is van mening, indien nodig, ja. Maar laat één ding helder zijn. Vanuit het liberalisme blijft de VVD geloven in het principe van vrijheid. Geen vrijheid blijheid, maar vrijheid in gebondenheid. Vrijheid in relatie tot respect voor de ander. Vrijheid in het maken van keuzen en bij het nemen van de eigen verantwoordelijkheid. Gebondenheid en verbondenheid door de zorg voor zwakkeren. Ook voor hen die van buiten Nederland komen.

Gelukkig heeft Zeist nog geen Big Brother nodig. Nog niet. Zeist kent uiteraard een goed hand-havingsbeleid. Het toezicht wordt binnenkort op enkele plaatsen ondersteund door camera-techniek en aangevuld met alertheid van burgers en wordt zo integraal gewerkt aan een stad waar men zich terecht veilig voelt.

De VVD vertrouwt dan ook op de inzet van uw college. Men wil toch graag de zaken klip en klaar stellen en waar nodig scherp koersen. We moeten ook als lokale overheid wellicht meer duidelijk maken dat er grenzen zijn en waar die grenzen liggen.

Dat is iets anders dan gedogen of het ter discussie willen stellen van grenzen die verbonden zijn aan onze normen en waarden. Duidelijkheid en weten wat je aan elkaar hebt. Dat leidt tot vertrouwen. Dat leidt tot respect en dat leidt tot begrip jegens elkaar. Op uw initiatief is er recent een stap gezet met het organiseren van een multiculturele bijeenkomst. Wij zien dit initiatief als een volgende stap om in Zeist met elkaar de grenzen van die vrijheid en die democratie te willen bewaken. Het is voor de VVD de vrijheid die daarbij dient als de bron van zingeving.

Vrijheid betekent ook keuzen maken. Door gewijzigde omstandigheden van financieel-economische aard, blijkt de komende jaren minder te kiezen dan door uw college en deze raad eerst werd aangenomen. Uw college is echter niet bij de pakken neer gaan zitten en dat siert u. Naar aanleiding van een motie van de VVD heeft uw college initiatieven getoond, uitmondend in een raadconferentie met als doel het ontwikkelen van een stadsvisie. Dank daarvoor. Het was een boeiend proces en ook hier is een belangrijke stap gezet. Een stap om de eigen positie te bepalen en de toekomst van Zeist vorm te geven en in te kleuren. Een stap om aan te geven welke voor-zieningen gewenst zijn en uiteraard de hamvraag: hoe gaan we dat betalen?

Het antwoord op de vele strategische vragen was voor de VVD overigens niet zo moeilijk. Voor ons was het eigenlijk een bevestiging hoe, vanuit overigens ambtelijk goed voorbereide dossiers, als vanzelf een rode draad werd gesponnen als strategisch richtsnoer voor de toekomst. Die rode draad, onze rode draad, wordt hier in het openbaar graag nog eens onder de aandacht gebracht, omdat er mee wordt verwoord in welke richting Zeist zich naar de mening van de VVD dient te ontwikkelen.

Voor de toekomst van Zeist kiest de VVD voor een evenwichtig en zorgvuldige groei in de richting van zo een 65.000 inwoners. Voor de toekomst van Zeist kiest de VVD voor het behoud van de diversiteit en voor de verdere verbetering van de kwaliteit van de algemene voorzieningen. Voor diezelfde toekomst van Zeist kiest de VVD voor behoud van de werkgelegenheid in de zakelijke dienstverlening en in de zorgfunctie. Ook kiest de VVD voor een gezond stadshart dat bruist en allure kent. Voor de toekomst van Zeist ten slotte, bekent de VVD voor één keer geen kleur.

Het gaat in onze visie niet langer aan om altijd te kiezen tussen rood of groen. De kracht van Zeist vormt zich, naar onze opvatting, door situationeel te denken en te doen. Door een rode draad te durven weven door het groen, als zilverdraden door het goud.

De toekomst van Zeist begint morgen. Een stadsvisie bepaalt ons handelen van vandaag. In dat opzicht is bijvoorbeeld de belangrijke besluitvorming op komst over de afrondingen van het strategisch gebiedsperspectief voor de Heuvelrug. We verzoeken u met klem om tijdig initiatieven te ontwikkelen om nog dit jaar met betrokken gemeenten tot afronding te komen.

Wat heden gedaan kan worden, duldt geen uitstel. Hierover sprekend moet ons, voor de korte termijn, de dag van morgen, toch iets van het hart.

Zeist wordt wel eens geassocieerd met de middenstip van Nederland. Als je het oor regelmatig te luisteren legt in Zeist, dreigt dit beeld langzaam af te glijden naar de middenmoot van Nederland. Om het een beetje robuust neer te zetten, de kwaliteit van onze leefomgeving haalt op vele momenten een te middelmatig niveau. Het onkruid staat hier en daar een meter hoog. Stoplichten zijn soms langdurig buiten werking. Het onderwijs roept om hulp en door de weinig zichtbare regie van het bestuur van de provincie dwalen we op het gebied van de regionale samenwerking al maanden door de stroop. Over dit laatste onderdeel kom ik nog afzonderlijk te spreken.

Hoe gaan we dat betalen, die stadsvisie en de elementen van die dag van morgen? De extra begrotingsruimte voor de komende jaren blijkt immers aanzienlijk minder te zijn dan aanvankelijk werd gedacht, en waarmee bovendien de financiële basis onder het sporenbeleid in principe is weggehaald. Het zijn de woorden van uw eigen college. In bewoordingen van de VVD zeggen wij, we staan weer met beide benen op de grond. Wat dat betreft is niets nieuws onder de zon, sinds onze bijdrage van vier maanden geleden bij de bespreking van de voorjaarsnota.

Iedereen in deze raad zou moeten weten dat de begrotingsruimte niet los kan worden gezien van andere financiële grootheden, zoals bijvoorbeeld het weerstandvermogen of de belastingcapaciteit. De begrotingsruimte bestaat dan ook niet. In een tweetal recente rapporten is hierover dan ook overigens interessant materiaal gepubliceerd. Het is verleidelijk om uit motieven van politiek gewin, bij het lezen van deze rapporten, de krenten uit de pap te halen. Toch doen we dat niet, ook niet met de verkiezingen in aantocht. Wij stellen dit met nadruk omdat het financieel beleid buitengewoon belangrijk ankerpunt is voor veel gemeentelijk handelen. Het is immers geen vlag die wappert op de politieke wind van alledag. Wat wij het college wel verzoeken, is om in het begin van volgend jaar een discussie voor te bereiden om de begrotingsruimte voor de nieuwe raadsperiode op evenwichtige wijze te verkennen, en zo nodig, opnieuw formuleren. Dat ons uitgangspunt ook dan zal zijn om de lastendruk voor de burgers in principe te beperken, zal overigens geen bevreemding oproepen. Graag wordt door uw college op dit verzoek voor deze studie een concrete toezegging gedaan. Als we die begrotingsruimte kennen, zal de nieuwe raad in zijn dualistische rol vervolgens een kader stellen voor de voorjaarsnota 2002. Wij blijven ons inzetten om de toegevoegde waarde van het dualisme expliciet zichtbaar te maken. Wij spreken steun uit voor dit proces onder aantekening dat de bewaking en de regie professioneel wordt aangevoerd. Dualisme vraagt aan uw college van de ambtelijke ondersteuning en van onze raad, de bereidheid tot buigzaamheid en de wil tot verandering. Burgers dienen echt te gaan merken, en onze besturing en bestuurlijke instrumenten en antennes, dienen op perfectmeting te worden ingericht en afgestemd. Is uw college hier al mee doende? Mogen we vernemen welke maatregelen u gaat nemen om de burgers te informeren over en te betrekken bij het dualisme?

U bent zojuist aangesproken op uw rol van vluchtleider van de gemeentelijke organisatie. Vanuit uw functioneren in die rol wordt graag een compliment gemaakt voor de wijze waarop het middelgrote stedenbeleid tot ontwikkeling komt. Laten we dat vasthouden en als organisatie als een spin in het web blijven zitten.

Anders is het gesteld met het BRU. We hebben de indruk dat we daar ook in een web zitten, maar dan meer de rol vervullen van één van de vele vliegen. De spin is in dit geval de minister van Binnenlandse Zaken.

Laten we bevorderen om de discussie omtrent de regionale samenwerking af te ronden, anders doen anderen dat wel voor ons. We stellen daarbij niet als oplossing voor om over te gaan tot herindeling, of opschaling, zoals de fractie van de PvdA dat blijkbaar voorstaat. Dat is ondoordacht en niet aan de orde.


De heer Van Kuijk (PvdA):

Misschien dat de heer Otten even kan aangeven waar deze stelling van de PvdA formeel staat, of heeft hij dit opgevangen in één van de wandelgangen? Ik kan geen plek bedenken waar dit met deze woorden is gezegd.


De heer Otten (VVD):

Ik heb u net al gezegd, dat de sessie die wij met elkaar hebben gehad, om te denken over de stads-visie, een buitengewoon boeiend proces was, en daar kunt u dit ondervangen. Ik weet niet of hier en nu en u mij de ruimte gunt om in het openbaar te melden wat uw fractie daar gemeld heeft. Ik heb net graag willen verwoorden want onze fractie daar gemeld heeft, maar als u mij die toe-stemming geeft dan wil ik u dat graag in herinnering brengen. Ik zou het ook fijn vinden als u mij toestemming geeft om mijn bijdrage even af te maken.

Herindeling of opschalen. Wij vinden het ondoordacht en wij vinden het ook niet aan de orde. Wat we wel voorstellen is dat Zeist zijn gewicht en positie in de regio gebruikt om het initiatief te nemen tot het houden van een bestuurlijke conferentie waarin met alle betrokkenen, inclusief de minister van Binnenlandse Zaken, een brede discussie wordt gevoerd, leidend tot oplossingen die kunnen rekenen op draagvlak. Zou het college zo een initiatief willen nemen, en op welke termijn kan een uitvoering tegemoet worden gezien?

Ook vragen wij u ons nog dit jaar een procedurevoorstel voor te leggen waaruit blijkt wanneer deze raad de komende tijd geacht wordt welke besluiten te nemen over het BRU.

We sluiten af. Dat willen we niet doen zonder met tevredenheid terug te blikken op deze raads-periode die langzaam aan ten einde loopt. We kunnen met uw college onze zegeningen tellen, en dat zijn er velen. We kunnen elkaar ook de maat nemen, maar dat is niet onze stijl. Laat ook hier een nadrukkelijk woord van waardering worden geuit voor de ondersteuning door het ambtelijk apparaat. We groeien met elkaar naar een steeds hoger werkniveau en dat is goed. Laten we in de mogelijke nieuwbouw van het gemeentehuis met elkaar een uitdaging zien om dat niveau vast te houden en verder uit te werken.

We hebben veel bereikt en dat nodigt uit tot doorgaan. Van ons zal het niet afhangen.


De heer Van Kuijk (PvdA):

Wij zijn, zoals zo velen, erg geschrokken van de ontwikkelingen in de wereld. Ontwikkelingen die van grote invloed zijn op onze samenleving. Het is daarom hartverwarmend en hoopgevend dat zoveel inwoners van Zeist, autochtoon en allochtoon, tijdens de bijeenkomst “samen leven” de verklaring gericht op vreedzaam samenleven hebben ondertekend. Tijdens het bezoek van de minister-president Kok en de staatssecretaris van Onderwijs Karel Adelmund aan Schoonoord, is wel gebleken dat er onder de jongeren binnen de scholen geen sprake is van discriminatie. De multiculturele samenleving van morgen is in de scholen al begonnen. De PvdA zal alles doen wat in haar vermogen ligt om bij te blijven dragen aan een vreedzame, veilige en rechtvaardige samenleving. Een samenleving waarin plaats, respect en eerbied is voor een multiculturele bevolking. De vergroting van de betrokkenheid van Zeist met andere landen zal dit doel ons inziens nog sneller worden bereikt. Dit brengt ons onmiddellijk op de vraag: hoe staat het met de nota internationaal beleid? Het moet toch mogelijk zijn geld te vinden om in ieder geval een platform internationale samenwerking op te richten. Dit is het moment.

Rampen en geweld in een buitenlands land hebben de overheid op wrede wijze bewust gemaakt van haar verantwoordelijkheid voor de veiligheid van haar burgers. De toekomst kunnen we niet voorzien. Wel kunnen we de risico’s van rampen en geweldsmisdrijven verkleinen.

De PvdA staat dan ook volledig achter het begrotingsvoorstel om meer geld beschikbaar te stellen voor de verbetering van de veiligheid in Zeist. Het geld zal echter op doelmatige wijze moeten worden ingezet met doelgerichte middelen. Het heeft bijvoorbeeld weinig zin om regels te maken die niet kunnen worden gehandhaafd. Zelfs met een camera op iedere hoek van de straat lossen we het geweld niet op. We zullen vooral moeten blijven denken over de oorzaken en het wegnemen daarvan.

We zijn er met deze begroting nog lang niet wat onze veiligheid betreft. Veiligheid zal wat ons betreft een vast agendapunt moeten worden in de raadscommissie BER. Er is voldoende gesprekstof. Kunt u dit toezeggen?

Er zijn in deze raadsperiode aanzienlijke vorderingen gemaakt op gebieden die de PvdA in haar vorige verkiezingsprogramma een hoge prioriteit heeft gegeven. Ik noem enkele voorbeelden. Bestuurlijke vernieuwing is op gang gekomen, de verbetering van de communicatie met het publiek. Het wijkgericht werken heeft een goede start genomen, met wijkteams en actieprogramma’s. De brede school is gestart met een pilot in Den Dolder. De kadernota zorg is gereed gekomen. We hebben een verkeers- en vervoersplan waarin met name de bevordering van het fietsverkeer en het openbaar vervoer centraal staan. Er is een aanpak van de jeugdcriminaliteit. De brandweer is versterkt. Er is een cultureel platform, een multicultureel platform en een adviesraad voor sport, cultuur en recreatie. Ook belangrijk is dat we de huisvesting voor de bestuurlijke en ambtelijke organisatie hebben verbeterd. We hebben een publiekshal geopend. We hebben een burgerhandvest ingesteld en we hebben kortgeleden nog een horecaconvenant afgesloten.

Maar er zijn ook zaken minder soepel verlopen. Meander kreeg veel, terechte, aandacht. We kunnen gelukkig vaststellen dat Meander al weer een jaar met nieuw elan aan het werk is. Omnium wilde meer geld voor het belangrijke werk dat ze voor ouderen doet. Er is in korte tijd een nieuwe kadernota zorg opgesteld waaraan het werk van Omnium kon worden getoetst, met gevolg dat Omnium meer subsidie krijgt. Bij het openbaar onderwijs is weer een begin van vertrouwen in de toekomst al moet er nog veel gebeuren. Er zijn ook nog wensen. Het niet doorgaan van de pilot met de brede school in Zeist-west betreuren wij zeer. Dit uitstel mag niet tot afstel leiden. Wij verwachten op korte termijn een voorstel voor de start van deze pilot. Natuurlijk zal mijn fractie graag het Beauforthuis willen helpen, maar evenzeer de Klinker en de Peppel en iets willen doen aan de luchtverontreiniging langs de snelweg. Meer dan ooit moeten pijnlijke keuzes worden gemaakt.

Moet je nu vaststellen dat met het niet of slechts gedeeltelijk doorgaan van al die plannen, deze raadsperiode is mislukt? Als wij de balans opmaken komen we positieve en minder positieve zaken tegen. Het oordeel van de PvdA over de periode 1998-2002 is overwegend positief.

Kunt u onze beknopte beschrijving van deze raadsperiode onderschrijven? Bent u bereid op korte termijn een degelijke evaluatie met ons te maken van het totale beleidsprogramma?

Het beleidsprogramma is vrijwel geheel omgezet in beleid. Veel vastgesteld beleid wacht echter nog op uitvoering. Wat is daarvan de reden? Zijn onze ambities te hoog? Mijn fractie meent dat er weinig mis is met de inhoud van het door ons vastgestelde beleid. Als belangrijk voorbeeld noem ik het ibor, waarin het gewenste onderhoudsniveau van onze openbare ruimte in Zeist is vastgesteld. Belangrijk omdat het in hoge mate de kwaliteit van de leefomgeving van onze burgers bepaalt. Toch is er helaas onvoldoende geld beschikbaar voor de uitvoering. Waar denkt de raad van Zeist geld vandaan te halen om haar beleid in de komende periode in elk geval wel tot uitvoering te kunnen brengen. Wat willen we met Zeist? Welk ambitieniveau past bij Zeist? Welk voorzieningenniveau willen we? Wat kost het en welke offers durven wij de burgers daarvoor te vragen? Voor we deze vragen kunnen beantwoorden is een gedegen stadsvisie een voorwaarde, maar ook een middel. Tijdens de werkconferentie van 8 oktober in het KNVB-centrum, zijn feiten en dillema’s op tafel gelegd, inclusief de begrotingsscan. Er is wel gediscussieerd over het thema “groeien, krimpen of gelijk blijven”, maar niet over de politieke kernvraag: hoe scheppen we de financiële ruimte om in de komende jaren de vele goede plannen te kunnen realiseren? De begrotingsscan is eigenlijk niet eens bij de discussie betrokken. Bovendien is er wat ons betreft geen echte aanzet voor een nieuwe stadsvisie uit de discussie naar voren gekomen. De toezegging tijdens de behandeling van de voorjaarsnota over het houden van een conferentie was voor de PvdA een belangrijke reden, ondanks onze bedenkingen, in te stemmen met de voorjaarsnota. De PvdA is echter teleurgesteld over de uitkomst van de raadsconferentie. Daarom wenst mijn fractie dat een vervolg op de conferentie van 8 oktober wordt georganiseerd in nauw overleg met de raad, met als voornaamste doelen: zicht te krijgen op de financiële mogelijkheden en onmogelijkheden van de gemeente Zeist; vooral ook vaststellen welke offers wij als gemeente Zeist zouden durven vragen aan de burgers. Voorafgaand aan deze voorgestelde conferentie is een diepteanalyse van de begrotingsscan nodig en zal daar overeenstemming moeten zijn over de hoofdlijnen van een stadsvisie.

De nieuwe fracties die na 6 maart aantreden zullen met hun verkiezingsprogramma op tafel een beleidsprogramma voor de komende periode vaststellen. Een beleidsprogramma is geen ambtelijk stuk, dat slechts uitgaat van naakte feiten. Het is een politiek programma waarin visies over de ontwikkeling van Zeist op het gebied van stads- en wijkontwikkeling, maar ook over de sociale en bestuursstructuur zijn vastgelegd. De PvdA meent dat het beleidsprogramma deze keer een redelijke financiële onderbouwing dient te krijgen. Dat kan alleen als er duidelijk inzicht is in de financiële mogelijkheden en onmogelijkheden. Dit is een extra argument ter ondersteuning van ons pleidooi voor een snel vervolg op de raadsconferentie van 8 oktober.

Van droom tot daad, Zeist in uitvoering. Zo heet het nieuwe verkiezingsprogramma van de PvdA in Zeist. Als mens moet je kunnen dromen, als politieke partij moet je kunnen dagdromen. Dromen met je ogen open. Dromen die worden omgezet in daden. Ons programma bouwt voort op hetgeen in deze raadsperiode is bereikt. Het is vooral gericht op het tot uitvoering brengen van het vastgestelde en nog vast te stellen beleid.

Tot slot. Het duale systeem zal zich in de komende periode moeten bewijzen. Mijn fractie meent dat het grote mogelijkheden biedt om het vertrouwen van de burger in overheid en politiek verder te herstellen. Het vertrouwen in de Zeister overheid is in deze periode ons inziens allicht verbeterd. Onder andere door de invoering van wijkgericht werken, opening van de publiekshal, in praktijk brengen van de nota inspraak is samenspraak, het burgerhandvest, enz.

Het is de taak van de politiek om te zorgen dat in de komende periode al het vastgestelde beleid ook die kwaliteit krijgt die burgers mogen verwachten van haar overheid. Mijn fractie is van mening dat het geld dat vrij besteedbaar is op een verantwoorde wijze in de voorliggende begroting is ingezet. Bij de behandeling van de voorjaarsnota hebben we bepleit tot het verleggen van enkele accenten en die zijn door college en raad niet overgenomen.

Na de beantwoording door het college in eerste termijn, zullen we in tweede termijn een eindoordeel geven over raadsvoorstel 111.


Mevrouw De Niet (CDA):

De samenleving is veranderd sinds de schokkende gebeurtenissen op 11 september 2001. Terroristen die vreselijke plannen beraamden en uitvoerden proberen onze samenleving te ontwrichten. Voor een deel is dat helaas ook gelukt. Wij kunnen niet bevatten welk leed is aangericht bij de nabestaanden van de duizenden slachtoffers en wat de verdere gevolgen nog zullen zijn.

Zekerheden zijn niet vanzelfsprekend meer. Mensen zijn zich onveilig gaan voelen. Toch is het noodzakelijk te blijven werken aan een samenleving waar gerechtigheid, veiligheid en verdraagzaamheid de boventoon voeren. Dat is geen eenvoudige opgave. We hebben elkaar daarbij hard nodig. We zullen in gesprek moeten gaan. Elkaar vasthouden, respect tonen in verschillen van culturen en geloofsuitingen. Bijeenkomsten zoals vorige week in dit gemeentehuis gehouden kunnen daarbij helpen. Samen willen leven. Verantwoordelijkheid voor elkaar willen dragen. Solidair zijn voor en met elkaar. Voor zo een samenleving wil de CDA-fractie zich inzetten.

Ook in ons eigen land hebben de gebeurtenissen in Enschede en Volendam hun sporen nagelaten. De overheden zijn keihard met hun neus op de feiten gedrukt. Extra gelden zijn nodig om veiligheid, handhaving en controle op een noodzakelijk niveau te brengen. Bij de voorjaarsnota is hiervoor extra geld uitgetrokken. De veiligheid voor onze burgers moet voorop staan. De eigen verantwoordelijkheden van bedrijven, horeca en instellingen dienen benadrukt te worden. Deze noodzakelijke maatregelen hebben echter tot gevolg dat ander beleid en gemaakte plannen in uitvoering naar achteren moesten schuiven. De conclusies getrokken bij de vaststelling van de voorjaarsnota, staan echter nog steeds recht overeind en wel extra te verwachten en ontvangen middelen gedurende het lopende begrotingsjaar worden ingezet in spoor 2 en 3. Daar hebben we ons als raad aan te houden. Ook wij beseffen dat dit besluit niet makkelijk is. De neiging om extra te verwachte gelden nu reeds in te zetten voor de uitvoering van noodzakelijk beleid is ook bij de CDA-fractie aanwezig. Echter een integrale afweging van alle projecten verdient de voorkeur boven het ad hoc inzetten van middelen.

Hoe is de stand van zaken rond de 7 miljoen GZO-gelden, waarvoor door de raad vier projecten zijn vastgesteld? Het is sindsdien erg stil aan dit front. Er zijn toezeggingen gedaan door onder andere wethouder Van Brenk betreffende één van de vastgestelde projecten, namelijk de startershypotheken. U heeft toegezegd dat over de uitwerking van dit besluit, in het najaar een voorstel naar de raad zou komen. Wij wachten hier nog steeds met spanning op. Kunt u ons zeggen wanneer wij dit voorstel nu wel tegemoet kunnen zien?

Tijdens de behandeling van de voorjaarsnota hebben wij geconstateerd dat er veel plannen zijn ontwikkeld door het huidige college, op basis van het collegeprogram. Maar de ontwikkelingen die van buitenaf, of hogerhand, op ons afkomen doorkruizen vaak zo’n collegeprogram en beperken daardoor de werkelijke ruimte van gemeentelijk beleid. De komst van de hoge snelheidslijn is zo’n ontwikkeling die steeds veel tijd en energie kost. Ik kom daar straks nog op terug.

De bestuurlijke vernieuwing, ontwikkeling in woonwagenbeleid, discussies over het voortbestaan van het BRU, een investeringsplan stedelijke vernieuwing, allemaal extra zaken die tijd, kennis en financiën vragen, maar waarmee in het collegeprogram geen rekening was gehouden.

De CDA-fractie vindt dat wij ook lessen dienen te trekken uit de afgelopen periode. Plannen maken is goed, regeren is vooruitzien, maar bij dat alles is het nodig de realiteit in het oog te houden. Als je plannen maakt zal je vooraf redelijke financiële zekerheid dienen te hebben, zodat ze ook uitgevoerd kunnen worden. Zonder die zekerheid is het weinig zinvol om plannen te maken. Geen verwachtingen wekken naar de burgers toe, die we slechts gedeeltelijk of niet waar kunnen maken.

We hebben de eerste raadsconferentie over de toekomst van Zeist achter de rug. De CDA-fractie wil hierbij graag een compliment maken aan de ambtenaren die een goed doordachte en goed gepresenteerde bijdrage leverden. Het resultaat van de daaropvolgende discussie met de raad kwam echter, naar de mening van de CDA-fractie, niet voldoende uit de verf.

De rode draad voor de CDA-fractie is de verbetering van de kwaliteit van de samenleving in Zeist. Dat moet ons voornaamste doel zijn. Groei of krimpen van het aantal inwoners dient daarbij geen doel te zijn, maar eventueel een middel. Het lijkt ons zinvol een vervolgconferentie te houden met duidelijk omschreven doelen, gericht op het drie sporenbeleid waartoe bij de voorjaarsnota 2001 is besloten. Wij willen graag een reactie van het college hierop.

De voortgang van enkele projecten baart de CDA-fractie zorgen. De ontwikkelingen bij station Driebergen – Zeist vorderen gestaag. Veel hangt daarbij af van de besluitvorming van de rijksoverheid. Het gesprek met Driebergen verloopt in een prima sfeer, en dat is zeker winst. We maken ons zorgen over de nadere invulling van het stationsgebied. Hoeveel zeggenschap heeft Zeist straks nog over dit gebied? Worden er onderhandelingen gevoerd door projectontwikkelaars buiten de gemeente om. Doen we echt iets aan actief grondbeleid? Kortom welke maatregelen heeft het college hier inmiddels genomen?

Het is ook akelig stil momenteel rondom de ontwikkelingen in De Clomp. Zit er nog wel voortgang in dit project? Bij de winkeliers en de andere in dat gebied werkzame organisaties is de nood hoog gestegen. Verder uitstel is niet gewenst.

De voortgang in de ontwikkeling van de brede school dient met voortvarendheid ter hand te worden genomen. Tijdelijk uitstel hiervan in Zeist-west mag zeker niet leiden tot afstel.

In de uitplaatsing van milieuhinderlijke bedrijven uit het centrum van Zeist, zit ons inziens weinig voortgang. Wij vragen ons af waarom bijvoorbeeld het terrein aan de Johannes Postlaan, dat sinds 1993 in bezit is van de gemeente Zeist, nog steeds niet is verkocht terwijl er toch een groot tekort is aan bedrijfsterreinen in Zeist. Alleen al renteverlies nadert de anderhalf miljoen gulden. Eerder al werd op het risico van oplopende renteverliezen vanuit de CDA-fractie gewezen. Wat zijn uw duidelijke voorstellen om een eind te maken aan deze verliezen?

Met waardering heeft de CDA-fractie kennis genomen van een voorstel voor het ontwikkelen van een integraal en consistent lokaal welzijnsbeleid. Daar dienen we de burger het meest mee. Welzijn is veelomvattend. Het is veiligheid, goed wonen, een schone woonomgeving, voldoende voorzieningen, werk, onderwijs, educatie, sport en recreatie, zorg, mobiliteit, wijkgericht werken, cultuur, verenigingsleven en dan vergeet ik er ongetwijfeld nog een aantal. Samenhang en afstemming daarin is van wezenlijk belang. Wij zien de voortgang hierin met belangstelling tegemoet.

Het jaar 2001 is ook het jaar van de vrijwilligers. We hoeven hier niet uit te wijden over het onschatbare belang van deze mensen. Daar zijn wij het allen over eens. Het kabinet heeft in het kader hiervan een tijdelijke stimuleringsmaatregel vrijwilligerswerk ingesteld. Tot het jaar 2004 is hiervoor jaarlijks een bedrag van 25 miljoen beschikbaar. Welke projecten heeft u hiervoor voorgedragen?

De besluitvorming rond de kaderwetgebieden zal eind dit jaar door het kabinet plaatsvinden. Dan zal de positie van het BRU duidelijk worden. Voor het CDA is samenwerking op bepaalde terreinen, zoals mobiliteit, wonen, ruimtelijke ordening en dergelijke, met omringende gemeenten noodzakelijk. Ook samenwerking met de Heuvelruggemeenten is belangrijk. De groene kwaliteit van dit gebied zal waar mogelijk versterkt dan wel minimaal gehandhaafd dienen te blijven. Een en ander natuurlijk vanzelfsprekend in nauwe samenwerking met de provincie.

De bestuurlijke vernieuwing krijgt al vorm in Zeist. Van belang is dat we goed op een rij krijgen wat er allemaal gaat veranderen in de diverse rollen. Het meest noodzakelijke effect van alle veranderingen moet zijn dat de burger er beter van wordt. Meer naar buiten gekeerd werken. Openheid, samenspraak, inspraak, nog beter over het voetlicht krijgen. De samenleving dient onze oriëntatie te zijn en niet het gemeentehuis. Er zal dus nog heel wat moeten veranderen.

Het komende jaar zal een bijzonder jaar zijn. 6 maart is de datum waarop de burgers hun stem kunnen uitbrengen voor de verkiezing van de nieuwe raad. Dan zal ook blijken wat de burgers vinden van het gevoerde beleid. Veel plannen liggen klaar voor besluitvorming door de nieuwe raad. Wij zien die verkiezingen met vertrouwen tegemoet. Voor het komende begrotingsjaar wenst de CDA_fractie het college, het ambtelijk apparaat en de raad, in continuïteit gezien uiteraard, veel wijsheid, creativiteit en doorzettingsvermogen toe. We wensen u en ons daarbij van harte Gods zegen toe.


De heer Claasen (GroenLinks):

Begrotingsbehandeling 2002 is hier de officiële noemer waaronder wij vandaag hier bijeen zijn. De officiële noemer. Wel vaker komt het voor dat de vlag de lading niet meer dekt. Vandaag is dit laatste ook het geval. Het begrip begrotingsbehandeling moet wel heel erg aan inflatie onderhevig zijn willen we deze naam nog kunnen geven aan datgene wat zich vandaag hier afspeelt. Een begrotingsbehandeling bepaal je op basis van een politiek inhoudelijke discussie als raad de financiële ruimte voor diverse projecten, waar vervolgens het college dan mee aan de slag gaat. Wat we hier vandaag zien is dat de raad bij deze begrotingsbehandeling helemaal niets meer aan financiële ruimte wil bepalen. Een politiek inhoudelijke discussie, een debat op grond waarvan de ruimte bepaald wordt is al helemaal nergens te vinden.

In het voorjaar heeft de meerderheid van deze raad de financiële kaders bepaald en die meerderheid heeft vervolgens tegen zichzelf en tegen de rest van de raad gezegd: hier willen wij geen millimeter van afwijken, wat er ook gebeurt. De zaak is dichtgetimmerd. Het politiek debat zit bij voorbaat op slot. Een meerderheid van de raad heeft de raad volledig gemuilkorfd. Wat we als gevolg hiervan meemaken is een stukje quasi politieke folklore, die alleen opgevoerd wordt omdat we blijkbaar formeel de verplichting hebben hier in dit verband bij elkaar te komen.

Mijn fractie heeft overwogen om de bijdrage vandaag te laten bestaan uit de woorden: “Voorzitter, u heeft de zaak goed doorgerekend, de cijfers kloppen” einde verhaal.

Meer is er vandaag niet aan de orde. Meer ruimte is ons niet gegeven. Je vraagt je af wat we hier vandaag eigenlijk nog doen. Wat 31 raadsleden hier doen, en waarom u alle ambtelijke hoofden van dienst heeft opgetrommeld om hier aanwezig te zijn, want het kan vandaag over niets meer gaan.

Opmerkelijk is het ook dat de drie voorafgaande sprekers geen enkele motie, geen enkel amendement hebben ingediend, want dat hoeft niet meer. Men heeft zich op voorhand er al bij neergelegd dat er niks meer veranderd gaat worden. De uitslag van welk debat ook, al zou hier sprake van zijn, staat van tevoren al vast. De meerderheid van de raad heeft bepaald dat het over niets meer mag gaan. In die opstelling verschuilt de meerderheid zich achter het college en het college verwijst op zijn beurt naar de meerderheid in de raad. In de begrotingscommissievergaderingen hoor je dan raadsleden verzuchten, het college heeft niets anders voorgesteld dan nu voorligt, dus we kunnen niets anders. Het college zegt dat de raad heeft bepaald dat we niet met iets anders kunnen komen. Formeel valt het college in deze niets te verwijten. De raad wel. De raad is het die bepaald, de raad is het die de budgetten vaststelt waar het college zich vervolgens aan te houden heeft, maar het getuigt van onnozele miskenning van de eigen verantwoordelijkheid van de raad om naar het college te wijzen als het orgaan wat de speelruimte zou bepalen.

Als de raad zich hier beperkt voelt, en dat is bij begrotingscommissiebehandelingen herhaaldelijk gezegd, dan zou de raad bij zichzelf te rade moeten gaan. Ten onrechte heeft de raad die speelruimte beperkt.

Zo lang een raadsmeerderheid een dergelijke opstelling heeft kunnen we hier en ook in de voorafgaande commissies, van alles gaan doen, het zal uiteindelijk de uitkomst geen millimeter veranderen. Ik zeg dat badinerend maar we horen ons dat aan te trekken. Vandaag zitten we hier eigenlijk voor niets. Nou zou dat voor mij persoonlijk niet zo heel erg zijn, ik verdoe mijn tijd wel vaker met onzinnige dingen, maar het gaat hier om een bijeenkomst van lokale volksvertegenwoordigers. Een volksvertegenwoordiging wordt geacht vorm te geven aan democratische principes die aan onze maatschappij ten grondslag liggen.

Buiten de raadzaal in onze samenleving, gebeurt op dit moment heel veel dat terecht onze aandacht vraagt. Ook vanavond is gewag gemaakt van een problematiek die zich schijnbaar uitsluitend op mondiaal niveau schijnt af te spelen. Ook mijn fractie is getroffen door datgene wat zich rond aanslagen in Amerika en bombardementen op Afghanistan afspeelt. Voor ons zou het relevant moeten zijn om aan te geven wat nu de betekenis hiervan is voor onze Zeister samenleving. Grofweg zijn er dan twee opstellingen denkbaar. De eerste reactie is van degene die meent dat extremisme en terrorisme effectief te bestrijden zijn door het inperken van die vrijheden die we juist tegenover allerlei bedreigingen overeind zouden moeten houden. De vraag zou hier dan moeten zijn: wat ben je straks nog echt aan het verdedigen als er vanuit onze verdediging allerlei democratische verworvenheden hebben uitgehold? Zonder duidelijke aanwijzing aangehouden worden, gearresteerd worden, even meegenomen worden. Dat waren kenmerken van een totalitaire staat die wij terecht tot voor kort als ondemocratisch bestreden. De vraag is in hoeverre wij in onze Zeister samenleving daarin mee willen gaan met meer bewaking, meer toezicht, meer politiebevoegdheden, meer cameratoezicht. Dat is één reactie.

Een tweede reactie is die van degene die meent dat wij iets kunnen doen aan de voedingsbodem voor extremisme en terrorisme. U hoort mij hier nadrukkelijk niet zeggen dat wij begrip horen op te brengen voor terrorisme of dat wij mede verantwoordelijk zouden zijn voor terreurdaden. Voor terrorisme is geen rechtvaardiging, terrorisme is volstrekt onacceptabel, apert verwerpelijk.

Wij zijn wel mede verantwoordelijk voor de manier waarop wij onze maatschappij hebben ingericht. Tussen deze inrichting en bij sommige groepen voorkomende frustratie, daartussen is wel een verbinding. Als je deze relatie erkent, dan is dat geen vergoelijking van terreurdaden, maar erkenning van onze verantwoordelijkheid voor de manier waarop wij onze samenleving inrichten.

Als wij kijken naar het multiculturele karakter van onze samenleving, daar heeft de wereldproblematiek van alles mee te doen, dan mogen er best vraagtekens gezet worden bij de manier hoe wij daar mee omgaan.

Het multiculturele instituut in Utrecht heeft het beleid van de gemeente Zeist tegen het licht gehouden en komt in juni 2001 in een rapport tot een aantal conclusies, aanbevelingen, waarvan ik er een paar noem. Dan praten we over juni 2001.

“Het eigen personeelsbestand van de gemeente is nog lang geen afspiegeling van de bevolking. Voor de coördinatie van het multicultureel personeelsbeleid moeten, zoals in de nota multicultureel beleid van 1997 al werd voorgesteld, veel meer uren worden uitgetrokken. Allochtone bewoners in Zeist-noord worden niet betrokken bij de ontwikkelingen in hun wijk. In de evaluatie van wijkgericht werken komt de betrokkenheid van allochtone bewoners niet aan de orde. Er bestaan meer plannen dan medewerkers redelijkerwijs aandacht aan kan besteden. Er is te weinig samenhang en afstemming in het onderwijsachterstandbeleid, van de gemeente wordt meer coördinatie verwacht”.

Dit zijn problemen die niet door mijn fractie bedacht zijn, maar die verwoord zijn in het rapport van het multicultureel instituut.

Even terug naar de mogelijk reacties. Meer controle, meer repressie. Dit zal deze problemen niet oplossen.

Vanwege de door u voorgestelde, en door de meerderheid van de raad overgenomen systematiek van een vastleggende voorjaarsnota heeft u, maar ook de meerderheid van de raad, zich de mogelijkheid ontnomen om in een begroting te reageren op een rapport van juni 2001. Wat inhoudt dat we met het oplossen van de problemen nog maar een jaartje moeten wachten, niet als gevolg van een onvermijdelijke noodzakelijkheid, maar als vervolg van een keuze.

Bij een begroting horen keuzes te worden gemaakt. Ik probeer het nog maar een keer.

Ik kies drie punten uit waar de voorgestelde, vastgestelde, keuzes de onze niet zijn.

Allereerst is daar de keuze om aan het Beauforthuis niet meer geld uit te geven dan het weinige dat ooit vastgelegd is. Het Beauforthuis krijgt in vergelijking met Figi zo weinig gemeentelijke subsidie per bezoeker, dat hier duidelijk sprake is van scheefgroei. Scheefgroei die wat ons betreft rechtgetrokken moet worden en daarvoor dien ik een amendement in.


Motie 1


De raad op 29 en 31 oktober 2001 bijeen;


Overwegende dat:

  • Het Beauforthuis een belangrijke functie vervult voor de Zeister Kunst- en Cultuurbeleving;

  • Het verwerven van toegezegde middelen van derden ten behoeve van een grootschalige verbouwing van het Beauforthuis slechts mogelijk is nadat ook de gemeente Zeist met een beperkt bedrag over de brug komt;

  • De gemeente Zeist tot nu toe slechts een beperkte bijdrage levert aan de exploitatie van het Beauforthuis in vergelijking tot andere podia;

  • De gemeente Zeist per bezoeker van het Beauforthuis in vergelijking met bijvoorbeeld Figi een uiterst klein bedrag als subsidie beschikbaar stelt;

  • Het Beauforthuis bij een grote meerderheid van de gemeenteraad op veel sympathie kan rekenen;


Besluit om:

  • Het gevraagde bedrag ad ƒ 150.000,- nog binnen dit kalenderjaar aan het Beauforthuis te garanderen;

  • Hiervoor dekking te zoeken door verschuivingen binnen het beleidsproduct Kunst en Cultuur.


De motie is ondertekend door mevrouw Spruijt en de heren Claasen en Schneider.


Een tweede punt waar de keus wat GroenLinks betreft anders had moeten zijn is de reservering van middelen voor Het Rond. Gekozen wordt hier voor een prestigeproject. Het Rond moet als beeldbepalende locatie zo mooi overkomen dat we extra geld liever daaraan uitgeven dan aan andere noodzakelijke voorzieningen. Omdat de keuze volgens ons anders gemaakt moet worden dien ik hieromtrent ook een amendement in.

Een derde en laatste punt betreft het armoedebeleid. Hier stellen wij een andere regeling met betrekking tot de ZeistPas voor. Deze andere regeling leidt er ons inziens toe dat de ZeistPas daadwerkelijk een instrument wordt ter verbetering van de positie van de minima. Over dit onderwerp volgt ook een amendement.

Afrondend. Met het noemen van enkele punten, op grond waarvan de voorgestelde begroting veranderd zou moeten worden, lijk ik het eerste deel van mijn bijdrage zelf te ondergraven. Wat al vastligt zal immers niet veranderen. Dat ik namens mijn fractie toch voorstellen doe voor veranderingen komt doordat wij, wellicht erg naïef, weigeren ons neer te leggen bij een situatie dat een raad zich op voorhand langs de zijlijn parkeert.

Amendement 1


De gemeenteraad van Zeist in vergadering bijeen op 29 en 31 oktober 2001, aan de orde hebbend raadsvoorstel 2001 / 111;


Overwegende dat:

  • De middelen ter beschikking gesteld voor armoedebestrijding alleen maar terecht dienen te komen bij mensen die een minimaal inkomen hebben;

  • Bevordering van deelname aan culturele evenementen niet ten koste moet gaan van het minimabeleid;

  • Promotie van de duurdere detailhandel evenmin ten koste moet gaan van het minimabeleid;


Concluderende dat:

  • Van de ZeistPas zowel voor wat betreft het deelnemen aan culturele evenementen als het verwerven van goederen uit de duurdere detailhandel door de primaire doelgroep geen gebruik wordt gemaakt;

  • De totale kosten voor productie, publiciteit en uitvoering ƒ 166.404,- bedragen;

  • Er in 2000 slechts ƒ 155.000,- via GTR bonnen en maandacties is terechtgekomen bij de primaire doelgroep en dat dit in 2001 niet veel anders zal zijn;

  • Uitgaande van een aantal van 3500 passen in 2001 de kostprijs per pas ƒ 47,50 zal bedragen;


Verzoekt het college;

  • De prijs van de Kooppas te verhogen tot ƒ 47,50;

  • Het zodanig gegenereerde bedrag van ƒ 51,75 ten goede doen komen aan minimabeleid;

  • Als beleidsdoelstelling te formuleren dat de kooppas binnen drie jaar kostendekkend moet zijn voor de totale productie, promotie en uitvoering van de ZeistPas;


En gaat over tot de orde van de dag.


Het amendement is ondertekend door mevrouw Spruijt, en de heren Claasen en Schneider.


Amendement 2


De raad op 29 en 31 oktober 2001 bijeen;


Overwegende dat:

  • De gemeente Zeist voornemens is om in een nieuw bestemmingsplan voor Het Rond de bebouwingshoogte tussen het oude postkantoor en het Nassauhuis met twee bouwlagen te verminderen;

  • Dit voornemen ertoe leidt dat er een aanzienlijk bedrag in de begroting is uitgetrokken om een voorziene schadeclaim te kunnen betalen;

  • Er geen integrale afweging heeft plaatsgevonden tussen deze mogelijke schadeclaim en de reeds lang bestaande knelpunten in het vastgestelde gemeentebeleid;


Besluit dat:

  • Het aantal bouwlagen op genoemde plek niet terug te brengen tot vier bouwlagen;

  • Het voor de schadeclaim gereserveerde bedrag aan te wenden voor bestaande knelpunten in het vastgestelde beleid:

  • Projectnummer 47: Fonds Sociale Woningbouw

  • Projectnummer 75: Handhavingsbeleidsplan.


Het amendement is ondertekend door mevrouw Spruijt, en de heren Claasen en Schneider.


De heer Van Ballegooijen (SGP/ChristenUnie):

De begrotingsbehandeling 2002 en de meerjarenbegroting 2003-2006 is een bijzondere als ik let op wat er was en wat er komt. Het is de laatste begroting van deze raadsperiode. Het is ook de laatste monistische begroting, het is de eerste begroting in deze vernieuwde raadzaal. Het is ook de eerste begroting in euro’s. De laatste begroting van deze raad.

Dat betekent ook dat de nieuwe raad in aantocht is en ook de nieuwe samenstelling. Misschien biedt dat in de toekomst perspectief. Toch betekent het voor mijn fractie niet dat wij geen lijnen naar de toekomst kunnen uitzetten. Juist wel. Hoewel de begroting 2002 en de meerjarenbegroting 2003-2006 toekomstgericht is, zit in raadsvoorstel 111 veel verdisconteerd van het beleid waarvoor we gekozen en waarvoor we eerder besluiten genomen hebben. Ik denk dan aan de nota jeugdbeleid. Wie de jeugd heeft…… Of de kadernota zorg. De evaluatie WVG. De aanzet brede school. Verder uitwerken van het wijkgericht werken. Het structuurplan, de bestemmingsplannen, het GVVP, Volkshuisvestingsplan, afronding bedrijfsplan en last but not least de nota handhaving.

Het is al eerder voor het voetlicht gebracht. Als je de gedachte van de afgelopen raadsperiode nog eens nagaat dan is er toch veel werk gezet. Daarnaast speelde ook nog een periode van ombuigingen, van vernieuwingen, zowel materieel als immaterieel. Bedrijfsplan. Een periode van ingrijpende beslissingen, en ook een periode waarin ook successen zijn geboekt. Laat het wel zijn, niet alles wat besloten is, is zonder slag of stoot gegaan. Er lagen hier en daar nogal wat hobbels op de weg, letterlijk en figuurlijk. Dan denk ik ook wel aan het GVVP. Maar ook de problematiek van Omnium, Meander, het openbaar onderwijs, enz.

Regeren is vooruitzien. Zeist participeert op dit moment ook in het pilotproject van het dualistisch stelsel. De verordening van de commissievergaderingen en raadsvergaderingen zijn immers al geënt op de nieuwe toekomst. Er is dan ook ambtelijk en politiek veel geïnvesteerd in en rondom het HSL-gebeuren en de eerste resultaten zijn er dan ook naar. Verdere besluitvorming over de diepte, de hoogte, de verdubbeling van de sporen laat nog op zich wachten.

Dat geldt niet voor de bestuurlijke sporen van de gemeente Zeist. Vier sporen zijn voorzien van gemeentelijke treinen, waarin ook de benuttingvarianten zijn ingebouwd. De vertrekpunten van de gemeentelijke treinen op de sporen zijn wel gelijk, maar de snelheid van uitvoering verschilt nogal wat. Dat ligt niet aan de kwaliteit van hetgeen op die sporen is gezet, maar aan de budgettaire mogelijkheden en ook de personele capaciteit die soms een remmend effect hebben.

Op spoor 1 vinden we besluiten van de voorjaarsnota terug in deze begroting.

Op spoor 2 staat alles gereed, alleen er moet nog een zak geld bij en een nieuwe omranding voor de komende raad.

Op spoor 3 komen we de ontwikkeling van de strategische beleidsvisie tegen.

Spoor 4 is eigenlijk de gemeentelijke snelheidstrein die in beweging is gezet, wat kon door een gedeelte van de GZO-gelden. Laten we wel wezen, de GZO-gelden kwamen ons goed van pas. Eerst lag het in de bedoeling om de GZO-gelden in te zetten bij de discussie over integrale afweging van spoor 2 of 3, echter de knelpunten waren inhoudelijk en financieel zo zwaar dat die geen uitstel konden krijgen. Die knelpunten zijn dan ook gehonoreerd, zoals de opkomsttijden van de brandweer, het handhavingsbeleid, bedrijfsvoering sociale zaken, de herziening van de exploitatie van Het Rond. Mijn fractie heeft hiermee ingestemd omdat wij vinden dat de handhaving van de rechtsorde één van de belangrijkste kerntaken van de gemeente is. De bescherming van de burger moet voorop staan. De verdere uitbouw van het veiligheidsbeleid moet dan ook prioriteit krijgen. De gemeente moet een “veilige” gemeente zijn. We spreken nogal eens over keurmerken voor veilig wonen, voor duurzaam bouwen, maar een keurmerk voor een veilige gemeente is ook iets waar we naar hebben gestreefd.

Nationaal en internationaal heeft dat veiligheidsbeleid nog nooit zo voor het voetlicht gelegen als nu.

Bovengenoemde knelpunten hebben ook een keerzijde. Het is het gevolg dat de extra begrotingsruimte aanzienlijk minder zal zijn dan we aanvankelijk dachten. Daarmee is in principe voor een groot gedeelte de financiële basis voor het sporenbeleid weggehaald.

De komende jaren verandert er veel op bestuurlijk vlak. De discussie over de aflopende kaderwet in 2003 is in volle gang. Gaan de taken terug naar gemeente en provincie, of komt er toch nog een postkaderwet en welke gevolgen heeft dat dan voor Zeist. Met name op het gebied van ruimtelijke ordening, op het gebied van vervoer en verkeer, economisch beleid, grondbeleid? Blijft het bij het oude? Wat zijn de gevolgen van het nieuwe streekplan 2003 van de provincie voor onze gemeente? Wat mij de laatste tijd sterk opvalt is dat de provincie van een passieve organisatie plotseling een hele actieve opstelling aan de dag legt. Kijk naar het HSL-gebeuren Driebergen – Zeist. Kennelijk voelt men toch de hete adem van de nieuwe postkaderwet al in de nek. Als men zich zo royaal opstelt, ook op financieel gebied, dan lijkt de tijd rijp om zaken te doen. Voor enkele projecten die reeds in gang gezet zijn, zouden wij nogal wat geld kunnen gebruiken. Met name op het gebied van verkeer en vervoer, want de vraag is voor ons van belang wie in de toekomst de verkeers autoriteit krijgt, de provincie of zeg maar weer een BRU oude stijl.

Op zich is het volgens ons opmerkelijk dat de griffier van de provincie zich zo druk maakt voor uitbreiding van de provinciale taken, terwijl hij een paar jaar geleden juist zo nadrukkelijk pleitte voor de BRU. Het kan verkeren.

Mijn fractie zal het komend jaar en volgend met grote belangstelling volgen, de discussie rondom het Strategisch Gebieds Perspectief. Naar mijn overtuiging, met name vanwege de ligging, zal Zeist daarin een hele belangrijke rol gaan spelen. De gemeente Zeist komt dan ook de komende jaren voor ingrijpende beslissingen te staan zoals, wat gaan we doen met de transformatiegebieden, welke gevolgen heeft dat voor het groene gebied, welke gevolgen heeft dit voor Zeist en Driebergen, hoe krijgen we werk en woongelegenheid in balans en nog veel meer prangende vragen zijn daarover te stellen.

Als de eerste brochures van met name ING Vastgoed en Het Hart van de Heuvelrug van het Utrechts Landschap, bij ons al binnenvallen met de opmerkelijke titel “de ontknoping” dan denk ik of wij missen de nodige informatie of het is een wel heel vooruitstrevend gebeuren dat men al met dit soort termen komt. Missen wij informatie, dan zou ik dat graag van u willen weten.

Met belangstelling blijft mijn fractie de inspanningen met betrekking tot de middelgrote gemeenten volgen. Als wij daar meer voor het voetlicht kunnen krijgen bij het rijk wij dan eventueel ook daar financiële voordelen kunnen behalen.

Tot afronding nog enkele praktische zaken.

Het parkeerbeleid. Al enkele jaren geleden is door mijn fractie samen met de PvdA een amendement ingediend met betrekking tot de mogelijkheid om te kijken of vervoer vanaf het Zinzendorfterrein of het Handelsterrein enige soulaas zou kunnen bieden met betrekking tot de parkeerdruk van Zeist. Hebt u al actie ondernomen en zo ja, wat is daar dan de uitkomst van?

Waar mijn fractie steeds meer moeite mee krijgt zijn de huwelijksleges voor het trouwen in Het Slot. Die rijzen echt de pan uit. Vele jonge gezinnen moeten vanwege gebrek aan woonruimte Zeist al verlaten en wij zijn bang dat als deze trend zich voorzet dat ook geld voor de jonge huwelijken. Wilt u kijken of er niet een oplossing te vinden is, want niemand wil graag op maandagmorgen trouwen?

Het zwembad. Er is een onderzoek geweest naar alle plafonds. Dit heeft uitgewezen dat er gevaarlijke situaties kunnen ontstaan met name met betrekking tot de ophanging van de plafonds. Kan de wethouder zeggen hoe het met onze plafonds zit in het zwembad?

Tot slot het raadsvoorstel zelf. Er is veel van het eerder genoemde beleid terug te vinden in het raadsvoorstel 111. Helder en duidelijk staat daarin verwoord wat de mee- en tegenvallers waren en wat door de meerderheid van de raad eerder is besloten.

Wij kunnen dan ook instemmen met de beleidsbegroting 2002 en de meerjarenbegroting. De SGP/ChristenUnie-fractie wenst het college de resterende periode Gods zegen toe bij het uitwerken en uitvoeren van de begroting en de meerjarenbegroting.


De heer Van Gemeren (D66):

Mijn fractie is geïnspireerd door de raadsconferentie van 8 oktober over de stadsvisie Zeist.

Is Zeist een gekookt ei, een gebakken ei, of een roerei? In dit verband wil D66 haar bijdrage aan de begrotingsbehandeling vooraf laten gaan door het uitreiken van de volgende ingrediënten.

Wij willen graag aan de voorzitter van dit kippenhok een eierwekker overhandigen, met het verzoek de tijd op 10 minuten te zette, zodat ik weet wanneer ik mijn eigen leg moet hebben in het kader van de inmiddels beruchte spreektijdregeling. à propos, de eierwekker is ook nog te gebruiken door andere kippen die hun fractie-ei nog moeten leggen waarbij ik moet opmerken dat de enige kip hier gesproken, mevrouw De Niet, negen minuten heeft gebruikt, maar de andere hanen, meer minuten nodig hadden. Het zij zo.

We hebben ook twee dozen met scharreleieren voor de wethouders Den Heijer en Van Brenk, omdat wij in het Utrechts Nieuwsblad hebben gelezen dat zij moeten leren om op eieren te lopen, wat betreft de projecten De Clomp en het GVVP.

In dit verband een vraag aan wethouder Van Brenk. Hoe staat het met de publicatie van het door de raad op 17 september vastgestelde faseringsplan GVVP?

Het derde punt. We hebben één kippenveer voor wethouder Vermeulen kunnen vinden om in deze laatste 6 maanden van zijn raadsperiode die uit te delen aan de Zeister organisatie van Welzijn en Onderwijs. Een organisatie die naar zijn mening een pluim heeft verdiend. Dit in het kader van de positieve communicatie nadat hij mede door het toedoen van D66 negatief in het nieuws is geweest.

Sorry, we konden maar één kippenveer vinden, de rest van de kippen in Zeist waren al kaalgeplukt.

De vierde plaats hebben wij voor de wethouder begrotingszaken, de heer Swart, een gouden ei, met de uitdaging om de kip met gouden eieren voor Zeist te vinden om daarmee de ƒ 60 miljoen te vinden die nodig is om alle Zeister plannen die deze raad in deze raadsperiode in meerderheid heeft vastgesteld, maar voor de nieuwe raad het geld nog moet vinden, om dat te kunnen uitvoeren.

In haar bijdrage zal D66 in dit verband alvast twee andere gouden eieren aanreiken.

Leden van de raad. Het dagelijks bestuur van deze gemeente pretendeert ons vandaag te behandelen de begroting 2002. De laatste van deze raadsperiode, alvorens er volgend jaar verkiezingen plaatsvinden. Dit schrijft het college zelf in haar openingszin van het raadsvoorstel 111. Op drie elementen van deze openingszin wil de fractie van D66 vandaag in haar bijdrage stilstaan.

In de eerste plaats de begroting 2002. In de tweede plaats de laatste begroting van deze raadsperiode. De derde, tot slot, de verkiezingen van volgend jaar.

Over de begroting 2002 zou ik kort kunnen zijn, want de beleidsrichting en invulling zijn al vastgelegd bij de behandeling van de voorjaarsnota. Terecht, stelt het college, dat een meerderheid van de raad hiermee kon instemmen. De fractie van D66 heeft toen tegen de voorjaarsnota gestemd omdat wij andere prioriteiten wilden stellen en andere keuzes wilden maken dan de meerderheid van deze raad. In dit verband verwijs ik naar de motie van D66, ondertekend door vijf van de negen in deze raad vertegenwoordigde politieke partijen, met de strekking dat als er nog wat geld over mocht blijven van het roemruchte bestemmingsplan Het Rond, om dan een aantal langer gewenste voorzieningen in de gemeentebegroting op te nemen. In dat verband zijn genoemd: subsidiëren van poppodium de Peppel, oplossing knelpunten gesubsidieerde instelling, klimaatbeheersing in de Klinker, onderwijsachterstandbeleid enz. Die motie is toen met andere meerderheid van 17 tegen 13 stemmen verworpen en zodoende vinden we de bovengenoemde voorzieningen niet terug in deze begroting. Dat spijt D66 zeer. We kunnen natuurlijk als raadsfractie gebruik maken van het budgetrecht van de raad om alsnog deze voorzieningen in de begroting 2002 op te nemen, maar elke dekking die D66 aangeeft zal wel weer niet deugdelijk zijn, niet kunnen (lees: we hebben het geld voor andere dingen nodig), dan wel we mogen nu nog niet aan het geld komen. Toch zullen we vanavond nog één keer proberen om met een creatief voorstel te komen.

Het betreft een zaak waar naar wij ook in de begrotingscommissie hebben gevraagd en wel het afschrijven op gemeentegrond. Met dank voor het gegeven antwoord concludeert D66 dat, niet meer afschrijven op de categorie overige gemeentegronden, een ruimte zou creëren van 45.000 euro’s. Een voordeel dat ten opzichte van de huidige meerjarenbegroting overigens geleidelijk afneemt.

Omdat naar de mening van D66 hier geen sprake is van een meevaller, maar meer van een omissie, ontdekt tijdens de begrotingsscan 2001, willen we de vrijheid nemen om in een motie het college te vragen om deze ruimte aan te wenden voor de volgende zaken.

  1. nogmaals de aanpak van de al jaren bestaande verkeersonveilige situatie in Huis ter Heide en aan de Oranje Nassaulaan.

  2. Investeringslasten inzake de klimaatbeheersing in het gebouw van bibliotheek en muziekschool De Klinker.

  3. Investeringslasten van een eenmalige bijdrage van 70.000 euro voor verbouwing Beauforthuis Austerlitz.

  4. Het structureel subsidiëren van poppodium De Peppel.

Wij willen het college vragen om de uitwerking van de motie mee te nemen in de tweede begrotingswijziging 2002.


Motie 3


De raad van Zeist in vergadering bijeen op 29 en 31 oktober 2001;


Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders met als onderwerp “Beleidsbegroting 2002 en meerjarenbegroting 2003-2006” (raadsvoorstel 2001-111);


Gelezen de uitkomsten van de begrotingsscan 2001 van juni 2001 en de daarin gedane aanbeveling “niet meer af te schrijven op (gemeente)grond;


Gelezen het antwoord van het college op de in de begrotingscommissie gestelde vraag dat in de gemeentebegroting 2002 een bedrag van rond 45.000 euro op de categorie “overige gemeentegronden” wordt afgeschreven;


Constaterende dat daarmee ten onrechte een beslag wordt gelegd op de algemene middelen;


Van mening dat niet meer de systematiek van afschrijven op (gemeente)gronden in de gemeentebegroting wordt toegepast;


Verzoekt het college in de 2ebegrotingswijziging voor het dienstjaar 2002 het niet meer afschrijven op de categorie overige gemeentegronden te verwerken en de daarmee vrijvallende middelen in 2002 en volgende jaren als volgt aan te wenden:

  1. De aanpak van de verkeersonveilige situaties in Huis ter Heide en aan de Oranje Nassaulaan;

  2. De investeringslasten inzake de klimaatbeheersing in het gebouw van de bibliotheek/muziekschool De Klinker en;

  3. De investeringslasten van een eenmalige bijdrage van 70.000 euro voor de verbouwing van het Beauforthuis te Austerlitz;

  4. Het structureel subsidiëren van het poppodium De Peppel;


En gaat over tot de orde van de dag.


De motie is ondertekend door de heer Van Gemeren en mevrouw De Bruijn


De laatste begroting van deze raadsperiode. Verandering in deze raadsperiode is dat de begroting 2002 nu in euro’s is. Wij moeten constateren dat de begroting 2002 nominaal en percentueel gestegen is ten opzichte van de begroting 1998. De reserves zijn met minstens ƒ 10 miljoen toegenomen. Voor het eerst is een begrotingsscan uitgevoerd en zo’n onbenutte OZB-capaciteit van ƒ 5 tot ƒ 17 miljoen en er is ƒ 14 miljoen geïnvesteerd in de gemeentelijke ambtelijke organisatie om structureel ƒ 26 miljoen te kunnen oogsten.

De laatste verandering is een stuwmeer aan knelpunten, plannen, wensen nieuw beleid, waarvoor geen geld geraamd is in de begroting of meerjarenbegroting, netto 30 miljoen.

Bij de laatste twee punten wil ik even kort stilstaan. Investeren om te kunnen oogsten. Het college zei bij monde van wethouder Van Brenk tijdens de behandeling van de begroting 2000, twee jaar geleden, er is ƒ 14 miljoen geïnvesteerd in de gemeentelijke ambtelijke organisatie om structureel

ƒ 26 miljoen te kunnen oogsten.

Vraag van D66 in dit verband is. Hoeveel van deze ƒ 26 miljoen heeft het college inmiddels tijdens deze raadsperiode geoogst en opgenomen in de gemeentebegroting 2002?

Het stuwmeer aan knelpunten, nieuwe plannen en wensen. Kernthema van het huidig collegeprogram waren: stabilisatie van door ombuigingen bereikt lagere voorzieningenniveau en ontwikkeling van nieuwe visies, plan en beheersprogramma’s.

Er zijn door collega Van Ballegooijen al een hele rits plannen opgenoemd, ik zal ze niet herhalen, leest u de notulen van de voorjaarsnota.

Stabilisatie door ombuigingen bereikt lager voorzieningenniveau. Wij hebben meermalen als D66 gewaarschuwd en onze zorg geuit over de kwaliteit van het voorzieningenniveau in deze gemeente. Een voorzieningenniveau dat nog niet op het peil is dat ook het college wenst, zoals blijkt uit de hoeveelheid van gemeentelijke ontwerpplannen. Achterstand in voorzieningen op het gebied van niet alleen brandweer, maar ook op het gebied van onderwijs, ouderen, jeugd en gehandicapten, milieu, verkeer en vervoer en het functioneren van bestuur. Wij hebben toen gezegd: broodnodige voorzieningen waarvan grote groepen burgers bestoken blijven. De bestaande knelpunten alleen al waren zo knellend geworden, dat het college naar eigen zeggen niets anders kon doen dan ook maar de restant middelen van de verkoop van het gemeentelijk gasbedrijf volwaardig in te zetten in de begroting 2002, omdat anders “de spanning tussen enerzijds dringend noodzakelijke knelpunten en beschikbare middelen onaanvaardbaar groot zou zijn geworden”. Dan hebben we het nog niet eens over het tweede punt, ontwikkeling van nieuwe visies, plannen, beheersprogramma’s. Bij de voorjaarsnota 2002 heeft D66 hardop de retorische vraag gesteld of dit college en een meerderheid van deze raad het stuwmeer aan knelpunten, nieuwe plannen en wensen niet zelf over zich heeft afgeroepen. De ene adviseur na de andere werd binnen de muren van het gemeentehuis gehaald om zijn adviezen voor duur geld op papier te zetten. Schetsen en plannen genoeg, maar de rekening was te hoog om alles te realiseren. Wij hebben daarbij toen de vergelijking gemaakt van de nieuwe kleren van de keizer. Het college antwoordde daarop, waar niet is verliest de keizer zijn rechten. Als D66 hebben wij daarop gereageerd dat de burger dan wel voor zijn recht op komt en wel door gebruik van zijn stemrecht bij de verkiezingen. Daarop kom ik bij het laatste punt van de D66 bijdrage op terug.

Niet alleen D66 maar ook andere fracties van deze raad hebben in juni hardop vraagtekens gezet bij het wel erg hoog en kostbare ambitieniveau van de producten van deze raadsperiode.

Zo waarschuwde de heer Otten van de VVD: “voor het foppen van het college zelf en willen wellicht ook de burgers door zo’n toen ƒ 36 miljoen (inmiddels ƒ 66 miljoen)ongedekte plannetjes in de binnenzak te hebben. Een dergelijke plannenmakerij herbergt bovendien het gevaar dat er valse verwachtingen worden gewekt bij de burgerij. Hierdoor ontstaat een verkeerd beeld over het uitvoeringstempo van belangrijke zaken, bijvoorbeeld op het gebied van verkeer”.

Het college nam ijlings een motie van de VVD en een amendement van de PvdA over met de toezegging dat de raad in een conferentie zich hierover zou buigen. Die conferentie hebben we drie weken geleden gehad. Ik heb begrepen dat de VVD de motie volledig heeft ingevuld alleen begrijp ik dan niet de vraag van de VVD van vandaag om het college volgend jaar aan te laten geven wat de begrotingsruimte is voor de nieuwe raad?

De vraag is of de 66 miljoen ongedekte plannetjes de negatieve erfenis is die het college de burgers van Zeist wil achterlaten.

Tenslotte, wij hebben u beloofd om twee gouden eieren aan te reiken.

Het eerste gouden ei wat we het college en de raad willen aanbieden is een voorstel omdat uit de begrotingsscan blijkt dat Zeist ruim ƒ 3,5 miljoen meer in het gemeentefonds voor wegen ontvangt dan het uitgeeft, of het niet de moeite waard is om er over na te denken of wij niet in Zeist een forensenbelasting kunnen invoeren voor woon-werkverkeer. Stel per dag 20.000 forensen, als we het midden- en kleinbedrijf niet meerekenen, à75 per jaar geeft een opbrengst van1,5 miljoen. Dat is bijna genoeg om de jaarlijkse investeringslasten van de uitvoering van het gemeentelijke verkeersfront te kunnen dekken. Wij nodigen het college uit in een motie, om deze mogelijkheid nader te onderzoeken.


Motie 2


De raad van Zeist in vergadering bijeen op 29 en 31 oktober 2001;


Behandelende het voorstel van het college van burgemeester en wethouders met als onderwerp “Beleidsbegroting 2002 en meerjarenbegroting 2003-2006” (raadsvoorstel 2001-111);



Gelezen de uitkomsten van de pendelscan van juni 2001 en de daarin gepubliceerde cijfers van 23000 niet-Zeisternaar forensen die elke dag naar Zeist komen om hier te werken;


Overwegende dat het forensenwoon- en werkverkeer een zware belasting legt op de wegeninfrastructuur van Zeist en overlast voor het woon- en leefklimaat in woonbuurten;


Gehoord de discussie in de raadsconferentie over de stadsvisie van Zeist;


Constaterende dat de middelen ter uitvoering van het faseringsplan GVVP met ingang van 2003 nog ontbreken;


Verzoekt het college de mogelijkheden van de invoering van een forensenbelasting op het woon-werkverkeer in de gemeente Zeist voor niet-ingezeten werkenden met ingang van 2003 te onderzoeken en de raad binnen 4 maanden over de uitkomsten van het onderzoek te informeren.;


En gaat over tot de orde van de dag.


De motie is ondertekend door de heer Van Gemeren en mevrouw De Bruijn.


Ten tweede het gouden ei, het OZB ei. Wij hebben hier vaker over in deze raad gesproken. Waarom komt D66 altijd weer met het idee. Wij zijn op het idee gebracht door een publicatie van de VVD in het landelijk verkiezingsprogramma met een pleidooi voor het afschaffen van de OZB. Gelijktijdig met een verhoging van de uitkering van het gemeentefonds. De vraag is nu, als we dat doen en de VVD krijgt in de regering haar zin, dan doen we als Zeist onszelf te kort door een te lage OZB opbrengst nu in de begroting te hebben, terwijl wij een hoge opbrengst zouden kunnen hebben van ƒ 5 tot ƒ 17 miljoen.

Dat zou zonde zijn, want dan worden we voor minder OZB gecompenseerd. Ik vraag nu aan het college om in haar antwoord op deze suggestie van D66 in te gaan en ik hoor graag ook de reacties van andere partijen of we hier iets mee kunnen doen.

Ten slotte, het college zegt wat het doet, maar doet het college ook wat het zegt! Wij moeten na 3,5 jaar de eindbalans opmaken, dat op de punten groen karakter en de mate waarin de stem door de burger van Zeist is gehoord en meegewogen, dat op die beide punten het college een dikke onvoldoende scoort.


Mevrouw De Jong (SP):

Alvorens ik begin met de begrotingsbehandeling, teken ik groot protest aan. Bij brief op 16 oktober van een ambtenaar kregen wij de vraag om onze bijdrage vooraf in te leveren bij een ambtenaar zodat hij in staat zou worden gesteld zijn werk goed te doen. Natuurlijk wil de SP daar aan voldoen, maar wat gebeurt er. Hij wordt al van tevoren gelezen terwijl duidelijk ook in de brief staat dat “pas dan als de tekst is uitgesproken de bijdrage ook vermenigvuldigd zou worden overhandigd”. U heeft hiermee mijn vertrouwen zeer beschaamd. Dat wil ik even opmerken.

Dan ga ik nu inhoudelijk door op de begroting. De begroting van Dagobert Duck in Duckstad Zeist. Dit is de laatste algemene politieke beschouwing voor de komende raadsverkiezingen in maart 2002. Reden voor de SP om af te rekenen met het beleid van dit college. Wat heeft het huidige college zoal gepresteerd.

Een aantal dingen op een rijtje: uitverkoop Gasbedrijf Zeist met alle democratische gevolgen van dien; het Lorentzziekenhuis wordt uitgekleed tot een veredelde EHBO en strookunit; vervoersregeling voor gehandicapten en ouderen is sterk verslechterd; het algemene vormings- en ontwikkelingswerk, uitgekleed; criminaliteitspreventie off all places, ƒ 40.000,- minder; het gemeentelijk onderwijs achterstandbeleid ƒ 160.000,- minder; algemeen sociaal cultureel werk, bijna ƒ 600.000,- gekort; minder geld voor volksfeesten; zelfs De Peppel krijgt ƒ 17.000,- minder ten opzichte van de rekening 2000; bijzondere bijstand, maar liefst ƒ 1.300.000,- minder ten opzichte van 2000; schuldregeling ruim ƒ 60.000,- minder, maar wel meer werk want u verwacht immers meer aanvragen. Waar wilt u het geld wel op inzetten?; extra verhoging raad en B&W van ruim

ƒ 300.000 en voor wethouders van buiten nog eens ƒ 220.000,-, samen goed voor ruim ƒ 500.000,-; de totale apparaatskosten zijn tot 2000 al gestegen met bijna 10 fulltime plaatsen, kosten

ƒ 2.200.000,-, en u wilt nog veel meer; veel dure externe bureaus zijn ingehuurd en staan reeds begroot voor de komende jaren; het prestigeproject Het Rond staat voor bijna ƒ 6.000.000,-; voor nieuwbouw raadhuis wilt u alvast in 2002 ruim ƒ 500.000,- uittrekken voor alleen nog maar het voorontwerp, het schetsje van de architect dus.

Miljoenen aan meevallers, waaronder opbrengsten GZO en aandelen bouwfonds Nederlandse Gemeenten zet u nu alvast in voor spoor 2 voor de jaren 2003-2008. Dagobert Duck krijgt eurotekens in de ogen. Waar blijft de keuze van de kiezer? Een referendum over de meevallers heeft de SP steeds gevraagd. Het grootste referendum blijft de aanstaande verkiezingen. Gaat u de kiezer uitleggen dat zijn stem in Zeist er niet meer toe doet omdat het geld al verdeeld is tot zelfs 2008. Dat zijn twee verkiezingsronden. De SP constateert dan ook dat de democratie in Zeist buiten spel wordt gezet. De burgers Kwik, Kwek en Kwak hebben het nakijken.

Ik kom dan terug op het creatief negatief boekhouden van Zeist. Daar bedoel ik mee de 50% blokkering van de accressen vanuit het Rijk. Denkt u zich eens in. Ik stel mijn familie voor om vanaf morgen alvast rekening te houden met een eventuele recessie van de economie. Dus stellen we de helft van onze salarissen maar beschikbaar voor onze totale uitgaven. Met recht zou dat smalend oppotten en angsthazerij genoemd worden. Het geldpakhuis in Duckstad Zeist puilt uit. Sparen doen wij ook binnen ons gezin, maar bij 10 of 20% kunnen wij aardig de tegenvallers opvangen. Ook dat is behoedzaam begroten. Waarom doen we dat niet in Zeist?

Het geld kunnen we investeren in een sociale samenleving. De SP heeft daar genoeg ideeën voor. Ik hoef maar te verwijzen naar ons wensenlijstje bij de GZO-gelden.

De SP wil ook inhoudelijk op een aantal onderwerpen ingaan. Weer kom ik terug op de vervoersregeling gehandicapten WVG. Staatssecretaris Vermeent wil een protocol voor deze WVG. In dat protocol wordt beschreven hoe de gemeenten zich moeten opstellen richting WVGers. Na veel klachten van de gehandicaptenorganisaties met de Tweede Kamer aan hun zijde, moest Vermeent wel boter bij de vis doen. Het protocol houdt in dat gehandicapten niet worden afgescheept met de goedkoopste oplossing voor hun probleem, maar met de juiste oplossing voor hun probleem, zodat zij langer in hun eigen huis kunnen blijven wonen en aangepast vervoer krijgen.

Het primaat van het collectief vervoer vond de Tweede Kamer zelfs ontoelaatbaar. Wat betekent die uitspraak voor het collectief vraagafhankelijk vervoer dat u in januari 2002 van start wil laten gaan?

Dan het minimabeleid. De bijzonder bijstand komt er bekaaid af metƒ 1.300.000,- minder dan in 2002. U zegt dat het komt doordat er veel mensen uit de bijstand zijn. Dat is natuurlijk heel mooi. Maar als u zo bang bent voor minder rijksbijdrage dan vindt de SP ook dat u geld moet reserveren voor mensen die door die vermindering in de problemen kunnen komen. Dat zou consequent begroten zijn. Daarom hebben we een motie hierover


Motie 4


De gemeenteraad van Zeist in vergadering bijeen op 29 en 31 oktober 2001, ter behandeling van de beleidsbegroting 2002 en meerjarenbegroting 2002-2006;


Overwegende dat:

  • Het aantal bijstandsgerechtigden weliswaar afgenomen is maar de economie niet stabiel is;

  • Bijstandsgerechtigden die de laatste twee jaar met een contract voor bepaalde tijd in het arbeidsproces zijn (her)ingetreden, de meeste kans hebben dat hun contract niet verlengd wordt bij economische recessie;

  • De klappen bij een afnemende economie meestal bij de zwakkeren in onze samenleving vallen;


Spreekt uit een bedrag van 300.000 euro (de helft van het minder begrote bedrag) voor twee jaar te reserveren voor bijzondere bijstand;


En gaat over tot de orde van de dag.


De motie is ondertekend door mevrouw De Jong.


U raamt een toename van de aanvragen voor schuldsanering. U zegt te willen voorkomen dat huishoudens ontruimt worden. Het staatje huisuitzettingen in 2000 en de verwachte huis-uitzettingen in 2002 ontbreken in de beleidsbegroting. Daarom vraag ik een overzichtje. Graag uw reactie.

Over de opslag van inboedel bij huisuitzetting in plaats van alle spullen in de kraakwagen vernietigen dien ik een motie in.


Motie 5


De gemeenteraad van Zeist in vergadering bijeen op 29 en 31 oktober 2001, ter behandeling van de beleidsbegroting 2002 en meerjarenbegroting 2002-2006;


Overwegende dat:

  • De gemeente een zorgplicht heeft voor haar inwoners, ook bij herhuisvesting en herinrichting;

  • Tot nu toe alle spullen – ook foto’s en persoonlijk bezit – bij huisuitzetting de gemeentelijke kraakwagen in gaan ter vernietiging;

  • De inboedel – zowel materiële als immateriële spullen – kostbaar bezit zijn voor betrokkenen;

  • De kosten van herinrichting ook vaak hoog zijn;


Spreekt uit bij huisuitzetting de inboedel - materiële en immateriële spullen – opslaan in een gemeentelijke opslagruimte voor de duur van 3 maanden;


En gaat over tot de orde van de dag.


De motie is ondertekend door mevrouw De Jong


Het ambtenarenkorps is enorm gegroeid, maar het aantal mensen op de loonlijst in de onderste loonklasse vermindert gestaag, terwijl de mensen in de hogere loonklasse behoorlijk toenemen. Is er sprake van scheefgroei? Het hoofd wordt wel zo erg groot, maar het hoofd heeft wel handen en voeten nodig om te kunnen functioneren. Waarderen wij onze medewerkers in de onderste loonklasse wel genoeg? In hoeverre kunnen zij doorstromen naar een hogere functieschaal bij goed functioneren?

De veiligheid. Ik heb al gezegd dat voor criminaliteitspreventie ƒ 40.000,- wordt gekort, maar wat de SP absoluut afwijst is uw voornemen om politie samen te laten werken met private beveiligingsdiensten. Wat verwacht u van de publiek private samenwerking op politietaken? Is en blijft de overheid niet altijd verantwoordelijk voor die taken?

U bezuinigt op de professionele kunsten met ƒ 270.000,-. Het Beauforthuis vraagt eenmalig

ƒ 150.000,-. Als u deze bezuiniging nu schrapt, dan heeft u het broodnodige geld voor het Beauforthuis. Het amendement van GroenLinks zal de SP met liefde ondersteunen.

U houdt zelfs geld over om de Peppel extra geld te geven. Dan hoeven beide organisaties niet te wachten op de voorjaarsnota 2002, maar kunt u nu al uw betrokkenheid met kunst en cultuur inhoud geven. Graag een reactie.

Waarom bezuinigt u op het onderwijs in plaats van zoals het Rijk investeren. U verwacht veel minder gehandicapte sporters. Hoezo, krijgen we minder gehandicapte mensen in Zeist?

Kunt u mij tot slot zeggen, waarom de kinderen van bepaalde scholen geen schoolzwemmen meer krijgen terwijl er wel geld is begroot. Graag uw reactie over deze punten.

Kortom, waarom investeert u in prestigeprojecten en oppotten van geld, in plaats van een sociale wederopbouw van de samenleving zodat Oma Duck trots kan zijn op Zeist.


De heer Prikken (BIZ/GZB):

Als wij niet meer zeggen hoe het moet, wie dan wel? Als wij niet meer weten wat er toe doet, wie dan wel? Als wij er niet in slagen de ideeën aan te dragen voor een kans op betere dagen, wie dan wel? Aldus Paul van Vliet, aldus ook de leidraad van mijn betoog.

De laatste begroting van het college ligt voor. Het collegeprogramma lijkt ingevuld. Wellicht een moment van voldoening van uw kant, immers nagenoeg alle voorjaarsnotawenslijstjes zijn ingevuld, de beleidsruimte lijkt maximaal verkent. Als lokale partijen zullen BIZ en GZB bij de kiezersafrekening van dit collegeprogramma op 6 maart 2002 opgaan in Leefbaar Zeist. Daarom van mij, nu sprekend namens de beide lokale partijen met aangepast tijdsblok zoals afgesproken, de laatste begrotingsbeschouwing, maar wel met een blik op de toekomst. Dat vanuit het beeld dat wij, inwoners van Zeist, graag willen zien als deelnemers aan het gemeentelijke bestuur en niet zoals ons vaak blijkt als consumenten van gemeentelijke diensten. De bestuurlijke vernieuwing, door het invoeren van dualisme, moet ons inziens meer gestoeld worden op besturen in plaats van regeren, meer met de burger en minder ervoor. De oorspronkelijke en later weer bijgestelde aanpak van de publieksparticipatie bij de vaststelling van het GVVP en het vernieuwingsplan voor het winkelcentrum De Clomp, hebben genoeg leergeld opgeleverd. Bij de behandeling van de voorjaarsnota hebben wij onze teleurstelling uitgesproken over de vele papieren beleidsnota’s. Het bij herhaling ontbreken van de begroting van onderwijs baart ons ook nu weer zorgen. Bij deze begroting heeft u vooral de personele invulling ter hand genomen om tot uitvoering van het vastgestelde beleid te komen. Beleid dat ons inziens te vaak zonder meetbare doelstellingen is aangezet, hetgeen de controlerende taak van de raad bemoeilijkt. Wij vragen u daar voortaan meer aandacht aan te besteden.

We hopen met u van harte dat bij de huidige arbeidsmarkt de nodige gekwalificeerde ambtelijke medewerkers kunnen worden gevonden, want verwachtingen wekken in ambitieuze nota’s zonder tot inlossing te komen, daar zal de kiezer volgend jaar de weg mee weten.

Met voldoening stellen wij vast dat in het afgelopen jaar enkele, vooral door BIZ en GZB, geïnitieerde punten ook daadwerkelijk worden uitgevoerd. Het betreft het cameratoezicht op de Dorpsstraat. Je zou je af kunnen vragen waarom het eigenlijk nog zo lang duurt.

Voorts de vergoeding voor de fractieassistenten en de vorig jaar door ons bepleitte burgerhandvest. De afsprakenlijst met vaste levertijden van gemeentelijke service naar de burger.

De gepresenteerde begroting geeft ons alle reden tot ernstige zorg. Zorg doordat wij de jaar-rekening en de begroting met elkaar in verband brachten vanuit de aangegeven opbouw van financiële reserves. Wij stuiten op serieuze vraagtekens die ons er toe brachten om externe deskundigheid te raadplegen. Wij hebben ons gewend tot de landelijk werkzaam zijnde register-accountant, die al wel 80 andere gemeenten en ook bij de Provincie Utrecht vergelijkbare begrotingsanalyses bleek te hebben verricht. Bij brief van 24 oktober jl. zijn de resultaten van zijn bevindingen aan u bekend gemaakt. Wij gaan er vooralsnog vanuit, gelet op de deskundige onderbouwing, dat de aangegeven conclusies juist zijn. Wij hebben daarom de volgende vragen.

In de eerste plaats kent u deze brief? Zo ja, waarom is deze brief niet als ingekomen stuk bij deze vergadering geagendeerd? Zo nee, was u bekend dat betrokken accountant ook al in 1997 en 1998 een begrotingsanalyse heeft gemaakt? Zo nee, hoe kan het dat u dit niet weet? Zo ja, wat is er met zijn toenmalige bevindingen gedaan?

Geconstateerd wordt dat de jaarrekening en de begeleidende teksten een saldo van baten en lasten vermeld van ƒ 26.000.000,-. In werkelijkheid zou het saldo echter ƒ 55.000.000,- bedragen. Dat bedrag is berekend door het saldo van het eigen vermogen op 31 december 1999, volgens de jaarrekening ƒ 82.000.000,-, af te trekken van het saldo van het eigen vermogen op 31 december 2000, volgens de jaarrekening ƒ 137.000.000,-. Het verschil, de ƒ 55.000.000,-, is namelijk, hoe je het keert of went, per definitie gelijk aan het saldo van alle baten en lasten.

“Omdat”, ik citeer de brief van de deskundige van 24 oktober jl. “de jaarrekening belangrijke en wettelijk voorgeschreven toelichting op sommige reserves en sommige voorzieningen mist, alleen al om deze reden voldoet de jaarrekening niet aan de wettelijk voorschriften conform artikel 27 van de Comptabiliteitswet, en omdat de gegeven toelichting inzake sommige reserves en voorzieningen onduidelijk is, ontbreekt voldoende mogelijkheid nader te onderzoeken hoe hard het reservekarakter als reserve van de gepresenteerde bedragen en het voorzieningenkarakter is.”

Dat is een betreurenswaardige constatering. Door gesignaleerde tekortkomingen in de presentatie van vaste activa, verplichtingen en eigen vermogen, stelt de jaarrekening ook niet in staat door vermogensvergelijking het werkelijk saldo van de baten en lasten af te lezen. Kortom de jaarrekening is volgens de deskundige in gepresenteerde vorm ongeschikt als sturings en verantwoordingsinstrument. Dat betekent dat u bijvoorbeeld de geïnteresseerde burger, maar ook de raad, belangrijke informatie onthoudt waar de burger en wij wel degelijk recht op hebben. Dat temeer daar in het beleidsprogramma 1998-2002 ten aanzien van de gemeentelijke belastingen het volgende wordt vermeld: “Rekening houdend met de handhaving van het voorzieningenniveau streeft de gemeente er naar de verhoging van de gemeentelijke belasting tot maximaal het inflatiepercentage te beperken. Bezuinigingen in het voorzieningenpakket en lastenverzwaring voor de burgers moeten zo mogelijk voorkomen worden”.

Ondanks alle goede voornemens stelt het college nu voor om de OZB met 7% extra boven het inflatiepercentage te verhogen. Dit betekent in feite een verhoging van in feite circa 11%. Hoezo afspraken in het collegeprogramma? Hoezo meevallers door de verkoop van aandelen Bouwfonds Nederlandse Gemeenten, rechten gemeentelijk kabelnet aan Casema, Gasbedrijfverkoop en verkoop van de gebouwen aan de Driebergseweg zoals Kosmos en Beek en Royen? Hoezo extra tariefsverhoging als onduidelijk is wat onze reserves en hun bestemming zijn?

Een verkenning van de begroting van 2002 van de door ons geraadpleegde deskundige leverde op dat volgens de toelichtingen daarbij de reserves zullen dalen met 1.800.000,-. Ongeveer

ƒ 4.000.000,-. Dat wil zeggen dat de begroting weliswaar sluit met een saldo van 0 euro, maar dat er sprake is van baten en lasten die buiten de begroting zijn gelaten tot een bedrag van 1.800.000,-, waardoor er in werkelijkheid sprake is van een tekort van 1.800.000,-, dan wel de reserves of het eigen vermogen verminderen met dat bedrag. Kortom er is ons inziens alle reden bij de begroting 2002 die helderheid te verschaffen die onduidelijke interpretaties door belangstellende burgers en ons uitsluit. Wij leggen u daartoe een motie voor en in het verlengde daarvan leggen wij u de volgende vragen voor.


Motie 6


Overwegende dat:

  • De presentatie van de jaarrekening en de begroting hoort te voldoen aan de eisen, die daar aan conform artikel 27 van de Comptabiliteitswet wettelijk zijn vastgesteld. Hetgeen wil zeggen, dat op betrouwbare wijze inzicht wordt gegeven in de omvang van alle baten en lasten en het saldo daarvan, en in de huidige omvang en samenstelling van het vermogen en met name van de reserves;

  • Dat de huidige jaarrekening naar de mening van externe deskundigheid daaraan op de volgende hoofdpunten niet voldoet:

  • het saldo van de jaarrekening 2000 op basis van het te berekenen verschil tussen de stand op 1 januari 2000 en 31 december 2000, zijnde ƒ 55 miljoen verschilt van het bedrag genoemd in de jaarrekening zelf en in de begeleidende teksten, zijnde ƒ 26 miljoen. Er zijn dus miljoenen guldens aan baten en lasten buiten de rekening gelaten;

  • een (onbekend) bedrag van de vaste activa in plaats van aan de debetzijde van de balans te zijn opgenomen, op één van de posten aan de creditzijde van de balans, in dit geval het eigen vermogen is afgetrokken. Hierdoor worden de vaste activa en uiteraard ook het eigen vermogen, i.c. de reserves, voor een te laag en dus verkeerd bedrag weergegeven. Omdat op deze vast activa niet meer wordt afgeschreven, ontbreekt een (onbekend) bedrag aan afschrij-vingslasten in de rekening, waardoor de kosten van veel activiteiten te laag worden weergegeven;

  • de rentelasten met een bedrag van ƒ 1.3 miljoen te hoog zijn weergegeven, omdat er voor dit bedrag in de rekening fictieve rentelasten zijn opgenomen (en toegevoegd aan de reserve “Rente-egalisatiereserve”);

  • onder het eigen vermogen verschillende bedragen voorkomen die in het geheel geen reserves zijn, maar verplichtingen. Hierdoor wordt het eigen vermogen i.c. de reserves te hoog voorgesteld. Hierdoor worden ook de baten en lasten die met deze “reserves” samenhangen, geheel verkeerd in de rekening weergegeven. Tenminste geldt dit voor de nog niet bestede geoormerkte rijkssubsidies en de tariefsegalisatierekeningen;

  • dat volgens de toelichting op de begroting 2002 de reserves zullen dalen met ƒ 4 miljoen, dat wil zeggen, dat de begroting weliswaar sluit met een saldo van ƒ 0,00, maar dat er sprake is van baten en lasten die buiten de begroting zijn gelaten tot een bedrag van ƒ 4 miljoen, waardoor er in werkelijkheid sprake is van een tekort van ƒ 4 miljoen.

  • Dat op grond van deze conclusies de jaarrekening en de begroting niet in staat stellen om aan de hand daarvan een juist oordeel te geven over de gemeentelijke financiële positie en over de baten en de lasten en het saldo daarvan, met name de reserves en voorzieningen;


Besluit:

  • Dat de jaarrekening en de begroting behoren te voldoen aan wettelijke voorschriften (conform artikel 27 van de Comptabiliteitswet) en gebruikelijke eisen van inzichtelijkheid voor informatie en controle door belangstellende burgers;

  • De jaarrekening en de begroting daartoe aan te vullen met de gegevens van het werkelijk saldo van de baten en lasten van de gemeente over 2000, de werkelijke omvang van de reserves einde 2000 en het werkelijk begrote saldo van de baten en lasten over 2002.


De motie is ondertekend door de heren Prikken en Claasen en mevrouw Spruijt.


Wat is het werkelijk saldo van de baten en lasten van de gemeente over 2000?

Wat is de werkelijke omvang en beoogde bestemming van de reserves einde 2000?

Wat is het werkelijk begroot saldo van de baten en lasten over 2002?

Wij geven u in navolging van de door ons geraadpleegde deskundige in overweging het onderscheid tussen verschillende reserves te laten vervallen en alle reserves samen te laten vallen in één algemene reserve. Dat geeft duidelijkheid.


De heer Van Delft (CDA):

Ik ben het spoor bijster. Zijn wij hier bezig de rekening over 2000 vast te stellen of hebben we het over de begroting 2002 en de meerjarenbegroting voor de komende jaren?


De heer Prikken (BIZ/GZB): Ik vind dat wij ons huiswerk goed moeten doen.


De heer Van Delft (CDA):Dan bent u een half jaar te laat.


De heer Prikken (BIZ/GZB):

Beter ten halve gedwaald dan te hele gekeerd.

Al dat gescharrel met toevoegingen en onttrekkingen in de jaarrekening en begroting leidt alleen maar tot mist, grote onduidelijkheid en Babylonische spraakverwarring. Dat komt de duidelijkheid naar de burger niet ten goede. Graag uw reactie hierop.

Een voorzichtige conclusie leert dat wij blijkbaar in diverse potjes een mix van reserves opbouwen voor in de toekomst gewenste voorzieningen en projecten. Het college lijkt geld te verstoppen dat de raadsleden van de oppositie weer op moeten zoeken. Dat is niet de beleidshelderheid die wij als lokale partij voorstaan. Gekozenen horen zo niet met het mandaat van hun kiezers om te gaan. Wij zouden dan ook voorstander zijn om in het kader van de bestuurlijke vernieuwing en de controlerende, respectievelijk kaderstellende taak van de raad als onafhankelijk volksvertegenwoordiger ten opzichte van u, als collegebestuur, separaat een onderzoeksbudget te willen oormerken voor eigen onderzoek. In de gemeente Almere gebeurt dat. Wij constateren bijvoorbeeld dat een reserve van niet aangewende middelen bestaat die tenminste een bedrag van

ƒ 417.643,- omvat. Wij hebben voorts kennis genomen van de sympathieke houding van het merendeel van de raad om de vernieuwbouwsubsidie van het Beauforthuis bij de voorjaarsnota 2002 te betrekken. Wij doen een beroep op uw gevoel voor culturele Zeist-promotie en minder ver vooruit te besturen. Wij leggen u daarom een amendement voor om gelet op het unieke karakter van dit Zeister cultuurhuis en de uitstraling van het gebaar naar mogelijk andere subsidie-verstrekkers, de eerdergenoemde reserve eenmalig aan te spreken voor het gevraagde bedrag van

ƒ 150.000,-. Wij allen zijn dan verzekerd van een uniek gelegen rustige vergaderlocatie gedurende 75 dagen en dat voor slechte ƒ 2.000,- per vergadering. Een vergaderlocatie die ruimte laat ver bespreking en bezinning op onderwerpen die de inwoners van Zeist in de dagelijkse samenleving echt bezighouden.


Amendement 3


De gemeenteraad van Zeist in vergadering bijeen op 29 en 31 oktober 2001 ter bespreking van raadsvoorstel 2001, nr. 111 inzake vaststelling van de begroting 2002;


Overwegende dat:

  • Het Beauforthuis een renovatie nastreeft waarvoor een eenmalige gemeentelijke subsidie wordt gevraagd van ƒ 150.000,-;

  • Het Beauforthuis een unieke bijdrage levert aan de Zeist promotie op cultureel gebied;

  • Het Beauforthuis nog geen 10% van het budget podiumkunsten ontvangt, terwijl invulling wordt gegeven aan meer dan de helft van alle theatervoorstellingen;

  • Het Beauforthuis bij een grote meerderheid van de gemeenteraad van Zeist op veel sympathie kan rekenen;


Besluit een eenmalige subsidie te verlenen van ƒ 150.000,- ten laste van het budget “reserve van niet aangewende middelen voor nieuw beleid”, hetgeen tenminste voorziet in een bedrag van ƒ 417.643,-, onder gebruikmaking van het aanbod van het Beauforthuis om 75 vergaderdagen aan de gemeente ter beschikking te stellen.


Het amendement is ondertekend door de heren Prikken en Claasen en mevrouw Spruijt.


Ik wil u een aantal van die onderwerpen voorleggen die ons in de opmaat naar een leefbaar Zeist zijn voorgelegd. Over de aanpak en de stand van zaken daarvan willen wij graag uw mening horen. Het betreft de duiven- en hondenpoepbestrijding met name in Belcour; het mogelijk invoeren van een alcoholkaart voor jeugdige drinkers als uitvoeringsmaatregel bij het horecaconvenant; meer aandacht voor vluchtplannen en vluchtwegen in huizen en woongebouwen; een referendum onder de bevolking van Driebergen en Zeist over een intensieve opschaling van gezamenlijk gemeente-lijke belangen om stand te houden bij de Utrechtse grootstedelijke ruimteproblematiek, wellicht is zo’n gemeentelijk verbond later aan te vullen met Soest en / of Bunnik; de onzekerheid over de eventuele sloop van huizen in de wijk Brugakker; de kennelijk bij belanghebbende partijen bereikte overeenstemming over een kleinschalige renovatie De Clomp; wat is de stand van zaken? Is onderzoek wat de impact van de verdichting betekent voor de verkeersveiligheid in de wijk, bijvoorbeeld op de Weteringlaan en wat is de relatie van deze winkelcentrumopwaardering tot het GVVP? Er is veel discussie en zorg over veiligheid. Veiligheid in gebouwen en veiligheid op straat. Waar is in Zeist nog sprake van gedoogbeleid en wat voor risico’s zijn er nu eigenlijk voor de samenleving? Kunnen we echt wel rustig slapen.

Kortom, onderwerpen voldoende die de Zeister burger dicht bij het politieke bestuur kunnen brengen.

Reden genoeg waarom wij u voorleggen de Zeister sprekershoek weer tot leven te wekken in het Walkartpark. Kwamen daar indertijd geen duizend mensen per gebeurtenis op af? Is die sprekershoek niet opgeheven omdat de gemeenteraad van Zeist rust in het dorp wilde? Singapore, Londen en Haarlem gingen ons echter met succes al voor. Over samenleven van een multicultureel Zeist, van jongeren en senioren en tussen autochtonen en allochtonen, kunnen we ons dan echt uitspreken.

Om met Paul van Vliet af te ronden: “Als wij niet meer geloven dat het kan, wie dan wel? Als wij niet weer komen met een plan, wie dan wel? Als wij er niet voor zorgen dat de toekomst is geborgen voor de kinderen van morgen, wie dan wel? Als wij onszelf niet dwingen een gaat in de lucht te zingen waar zij in kunnen springen, wie dan wel?


De heer Van Buël:

We praten vandaag over de raadsvergadering van de 29e en in principe de 31eoktober met als onderwerp de begroting. Nog niet zo lang geleden spraken wij over de voorjaarsnota, te weten op 18 juni jl. Vandaag is het zover, de behandeling van de definitieve nota. Ook wil ik nu, op mijn manier, een kleine bijdrage leveren en wel op persoonlijke titel en niet zoals in het verslag van 18 juni staat dat ik deel zou uitmaken van de fractie van BIZ.

Van tussentijdse controle naar eindcontrole, vooral omdat deze begroting 2002 de laatste begroting van dit college is, want in maart 2002 zijn de gemeenteraadverkiezingen.

Terugblik naar het beleidsprogramma 1998-2002 en zoals u toen zelf reeds aangaf in de algemene beschouwing, dat aangeeft de invulling met inachtneming van de financiële mogelijkheden en onmogelijkheden alsmede de financiële kaders. Terugkijkend over de gehele periode is het behaalde resultaat nog niet eens zo slecht geweest. Vooral in het begin van deze periode hebben we nog te maken gehad met opgelegde bezuinigingen. Het streven was en is nog steeds voor de burger in onze gemeente, wij een bestendig beleid zouden voeren. De leges en tarieven alleen verhogen met het inflatiepercentage en als uitzondering met de gemaakte kosten bij heffingen. Er is ook gekozen voor een sluitende begroting 2002 en meerjarenbegroting 2003-2006. Tijdens de voorjaarsnota deelde ik reeds mede dat nu reeds extra gelden van GZO een negatief punt was, maar aangezien het groot aantal te honoreren knelpunten en beleidsinitiatieven en restant bestandsdeel van het verkregen geld reeds ingezet is. Deze gelden zijn ingezet voor handhavingsbeleid, bedrijfsvoering en achterstallig onderhoud. Het OZB-tarief wordt verhoogd met 4% en zelfs iets meer, om gelijke trend te houden met de inflatie. Voor mij was 2,5% het maximale, maar ik zal het standpunt van het college volgen.

Nu heel iets anders. Voor de fracties en voor mij is het tevens de laatste begroting voor de gemeenteraadverkiezingen 2002. Het verschil tussen de fracties en mijzelf is dat zij nu druk bezig zijn, of zijn geweest, met het verkiezingsprogramma en ik niet. Daar ik nu niet meer onder deze druk sta heb ik de mogelijkheid om even terug te kijken, na bijna 8 jaar raadslid te zijn geweest in deze gemeente. Lid te zijn geweest van een lokale partij tot 4 april jl. Daarna een zittingsperiode op persoonlijke titel tot en met aanstaande verkiezingen. Dit als protest en geen vertrouwen meer kunnen opbrengen betreffende een deel van het bestuur tijdens de overgang naar Leefbaar Zeist. Toch deze periode als praktisch en neutrale instelling gezien. Ik hoop bij het schrijven van de verkiezingsprogramma’s dat onderwijs, gezondheidszorg en veiligheid extra aandacht zal krijgen. Er is extra aandacht gevraagd door het NOC en het NSF. Als onderwerp “bouwsteen voor sport”, vooral sport op latere leeftijd. Wij kregen als ouderen boven de 55 allemaal een aanmeldings-formulier voor het GALM-project. Dit is uitgesteld. Jammer, ik had eigenlijk geen uitstel verwacht.

Ik vergeleek tijdens de voorjaarsnota het collegeprogramma met een schip dat was volgeladen met containers, maar de inhoud van deze containers was niet altijd duidelijk. Nu met deze begroting is de inhoud bekend. Het schip is stabiel. De koers is gericht op maart 2002. Het schip kan uitvaren, maar hoe staat het met de bemanning? Toch wens ik u allen een behouden vaart toe.


De beraadslagingen worden geschorst en overgegaan wordt tot de behandeling van punt 5 van de agenda.


  1. Evaluatie ZeistPas (rv 2001-112)


Mevrouw De Jong (SP):

De politiek luistert niet naar de mensen is een veelgehoorde klacht. Iedereen die dat beweerd heeft in ieder geval op dit onderwerp groot gelijk. Op mijn vraag in de commissie of men liever een geldbedrag ineens wilde voor de ZeistPas, niet in enquête was opgenomen, antwoordde de wethouder dat die vraag niet nodig was. Wij kenden immers allen het antwoord, natuurlijk willen mensen het geld zelf besteden, maar het college kiest daar nu eenmaal niet meer voor. De uitkomst van de enquête laat zien dat de mensen juist kiezen voor meer keuze. Dat kan door een bedrag ineens te geven. Zoals door velen gewenst en door de SP altijd bepleit. Ik vraag u dan ook om een heroverweging van de ZeistPas en de mensen een bedrag ineens uit te keren. Graag uw reactie.


De heer Schneider (GroenLinks):

Ik hou het bij een stemverklaring. Wij kunnen instemmen met het voorstel met uitzondering van de financiering van de kooppas. In dit voorstel wordt de kooppas impliciet gesubsidieerd. Daarover hebben wij een amendement in eerste termijn van de begroting ingediend en dat spreekt voor zich.

Dus met uitzondering van de financiering van de kooppas, die ƒ 45,- moet kosten, maar voor

ƒ 25,- wordt verkocht ten koste van het minimabeleid, stemmen wij in met het voorstel.


De voorzitter:

In verband met het ingediende amendement van GroenLinks wordt dit punt nu geschorst tot na de begrotingsbehandeling.


De vergadering wordt geschorst.


De vergadering wordt heropend.


WethouderVan Brenk (SGP/ChristenUnie):

Ik ben het met de VVD-fractie bij monde van de heer Otten van harte eens, als wij zeggen dat wij niet moeten afzakken van middenstip van Nederland naar een middenmaat. Dat is wel een gezamenlijke inspanning, waarbij wij ook graag willen aansluiten. Ik dank u ook voor de constatering dat het ambtelijk apparaat groeit naar een hoger werkniveau. Ik denk dat dit waar is en dat het een proces is wat ik graag ook verder wil stimuleren.

Mevrouw De Niet: de starterhypotheken zoals afgesproken op het moment dat daarover besluitvorming is geweest, zou dat in het najaar u worden aangeboden. Ik moet u mijn excuus maken, dat ik dat helaas niet kan waarmaken. Maar 19 dagen later hopen wij dat gerealiseerd te hebben. Dat betekent dat het in de commissievergadering van 9 januari 2002 u zal worden aangeboden en niet alleen de starterhypotheken, want we hebben afgesproken dat we alle mogelijkheden de revue zouden laten passeren om tot een zorgvuldige afweging te komen, welke het meeste effect zou kunnen hebben. Dus bij deze 9 januari bij leven en welzijn.

Meneer Claasen, het personeelsbestand is geen afspiegeling van de bewoners. Wij kunnen en mogen zeggen dat we in goed overleg zijn getreden met het Multiculturele Platform in de gemeente Zeist en dat wij nadere afspraken hebben gemaakt met betrekking tot om daartoe te geraken. En dat betreft het de allochtonen. Maar als je het hebt over een afspiegeling van de Zeister gemeente, dan denk ik ook dat je nog andere criteria kunt hanteren.

Meneer Ballegooijen, met betrekking tot het parkeerbeleid, zo heb ik het maar even in zijn algemeenheid genoemd, dat is ook dit najaar nog te verwachten, zodat we als raad daarover nader met elkaar van gedachten kunnen wisselen, waarbij dit element ook betrokken kan worden. Dus ik zeg maar even: het busje komt zo.

De heer Van Gemeren, met betrekking tot de publicatie over de fasering van het GVVP, dat is gepubliceerd op 4 september 2001 en vanaf 1 september tot heden integraal op de gemeentelijke website voor iedereen beschikbaar. Met betrekking tot de 14 miljoen investeren en 26 miljoen oogsten: wie haalt een dergelijk rendement, heb ik vanavond zitten denken. Maar meneer Van Gemeren, ik kan het mis hebben, maar was het niet het jaar 1997, dat u deel uitmaakte van dit college, waar toen is gepresenteerd en eigenlijk is geboekt de 26 miljoen vanaf dat moment. En met betrekking tot het gouden ei en de forensenbelasting daar zal collega Swart op antwoorden.

De bijdrage van mevrouw De Jong: met betrekking tot de WVG en het Collectief Vraagafhankelijk

Vervoer, inderdaad de heer Vermeend heeft een protocol het licht doen zien en een van de doelen van dat protocol, waaraan wij ook aandacht zullen besteden en uitvoering aan geven betekent dat de verschillen in den lande opgeheven of ieder geval verminderd worden.

In de gemeente Zeist was dat al praktijk en daarvoor hadden wij geen protocol nodig. Wanneer iemand CVV heeft aangeboden gekregen en het niet passend is voor zijn of haar situatie, dan kan iedereen een indicatie krijgen voor ander vervoer. En dat is op dit moment al realiteit.


MevrouwDe Jong (SP):

De Tweede Kamer heeft het ontoelaatbaar geacht dat het primaat van het CVV zal worden ingevoerd. Dat betekent dat zij zeggen: dat kan dus niet. De vraag was daarop gestoeld. Wat gaan we doen met het CVV, als de Kamer dit ontoelaatbaar acht als het primaat daar ligt, wat Zeist ook wel degelijk invoert per 1 januari 2002 als het aan u ligt.


WethouderVan Brenk (SGP/ChristenUnie):

Dat proces gaat inderdaad door. Daartoe hebben we met elkaar besloten en iedereen die meent dat CVV voor hem of haar een niet passende vervoersvoorziening is, die kan zich daarop beroepen en dan wordt een indicatie gesteld voor ander vervoer. Mevrouw De Jong dat is nu al uitgangspunt en dat wordt niets nieuws.


MevrouwDe Jong (SP):

Mag ik dan concluderen, dat Zeist niet het braafste jongetje van de klas is wat dit betreft, maar tegen de wens van de Kamer ingaat


WethouderVan Brenk (SGP/ChristenUnie):

Dat laat ik graag ter verantwoording van mevrouw De Jong.

Met betrekking tot het ambtenarenkorps, dat is inderdaad ten opzichte van de afgelopen jaren gegroeid, maar dat is niet zo eenzijdig gegroeid, als mevrouw De Jong probeert de suggereren.

Mevrouw De Jong, we zijn volop bezig met het functiewaarderingstraject, dus iedereen krijgt die honorering, doe past bij de functie (functiepakket), die wij binnen de gemeente hebben. Het functiebouwwerk staat er en dat wordt dus nu ingevuld door de verschillende mensen en in het kader van goed personeelsbeleid zijn wij volop bezig om de doorstroming royaal te bevorderen.

Maar dan moeten er wel mogelijkheden zijn natuurlijk.


MevrouwDe Jong (SP):

De cijfers heb ik van uw eigen ambtenaar de afgelopen twee weken gekregen. Als ik mij daarop al niet kan baseren, dat er een scheefgroei is, dan weet ik meer waar ik me wel op kan baseren. Misschien moet u dat in de ambtelijke organisatie even checken.


WethouderVan Brenk (SGP/ChristenUnie): Ik heb daar persoonlijk geen behoefte aan.


MevrouwDe Jong (SP):

Dat betekent dus dat de raad verkeerde informatie krijgt? Mag ik dat dan constateren?


WethouderVan Brenk (SGP/ChristenUnie):

Ik heb u gezegd dat het personeelsbestand is gestegen met 10%, we zijn van 520 naar 420 gegaan en op het ogenblik is het 462. We zijn dus gegroeid t.o.v. het getal in 1998.



MevrouwDe Jong (SP):

Dat was mijn vraag niet. Mijn vraag was is er een scheefgroei in de loonklassen, de onderste klasse en de bovenste klasse. Die vraag wil ik graag beantwoord.


WethouderVan Brenk (SGP/ChristenUnie):

Een belangrijke reden kan zijn dat het personeel van de reiniging is overgegaan naar de gemeente Soest.


De voorzitter:

We gaan er nu niet meer op in, in de tweede termijn kunt u elkaar nader informeren.


WethouderVan Brenk (SGP/ChristenUnie):

De heer Prikken vraagt of het proces voldoende leergeld heeft opgeleverd. Ik denk dat het nog dagelijks leergeld oplevert. Wat dat betreft is het een rendement dat niet stilstaat.

Met betrekking tot de Weteringlaan: als daar ontwikkeling komt rond de Clomp, dan zal daar als er een verdichting van de bebouwing komt in acht genomen moeten worden dat dit mogelijk consequenties heeft. Maar dat moet in zijn totaliteit meegenomen en meegewogen worden. En dat wil ik niet graag afzonderlijk bezien.

De heer Van Buël vroeg zich af: hoe is de bemanning. Ik denk dat we op koers liggen, maar ik wil graag nog gekwalificeerde mensen in de organisatie erbij hebben voor de vervulling van het aantal vacatures. Ik dank u wel.


WethouderVermeulen (PvdA):

Het bespreken van een begroting vind ik elke keer weer een moment van reflectie en zeker zo’n laatste begroting in zo’n collegeperiode is terecht een moment om achteruit te kijken maar vooral ook om vooruit te kijken. Een aantal fracties hebben dan ook aangegeven dat er heel veel ambitie ligt en voor dat deel binnen mijn portefeuille gesproken moet ik u eerlijk bekennen dat als je de lijst met zaken langs loopt mij absoluut regelmatig het gevoel bekruipt van waardering voor al die ambtenaren die al die drie en half, driekwart jaar aan al die zaken keihard hebben gewerkt en het ligt er dan toch maar en die ambitie willen we graag waarmaken. De PvdA en ook het CDA hebben gewezen op de projecten o.a. van de Brede School. Zoals u weet is het project De Brede School in Den Dolder van start gegaan, daar wordt op dit moment aan gewerkt en wat ik al eerder ook in commissieverband en ook in ander verband heb aangegeven, daar waar we mogelijkheden zien om zo’n pilot uit te breiden naar mogelijk Zeist-west of mogelijk andere wijken zullen we dat niet nalaten en we hopen dan ook dat zich in de komende maanden zo’n moment, maar ook de gelegenheid financieel voordoet om dat op te pakken en dat zullen we dan ook zeker doen. Het draagvlak is ervoor, de ambitie is ervoor nu wachten we nog op het juiste moment daaromtrent.

Het CDA heeft ook gevraagd naar die stimuleringsregeling vrijwilligerswerk, ik meen dat ik in de commissie daar ook al iets over heb gezegd maar ik kan het kort hier herhalen. We hebben die aanvraag inderdaad gedaan, als ik goed ben geïnformeerd hebben we voor het maximale bedrag van 1 ton ons aangemeld. Dat geld zal onder meer gebruikt worden mogelijk om een aantal projecten die in het kader van ouderen en ouderen welzijnszorg aan de orde zijn te stimuleren maar voor een deel ook, en daar is het ook voor bedoeld om in gesprek te komen met de instellingen die met vrijwilligers werken en te bezien waar de behoefte liggen en daar een inventarisatie van te maken. Er komen, want ik spreek natuurlijk heel veel mensen die ik wijs op deze regeling, en het is ook geen vetpot die reikt tot aan de hemel dat is ook duidelijk, maar ik vraag een ieder om projecten te melden en die komen ook al binnen en die zullen in het kader daarvan gewogen worden en uiteindelijk voorgedragen worden voor stimulering.

Dus dat is gaande. Een van die projecten waar we nu aan denken is projecten bij Omnium zoals u begrijpt, twee projecten eigenlijk

Dan GroenLinks. Meneer Claasen heeft namens zijn fractie een aantal zaken gezegd, behartenswaardige zaken met betrekking tot zaken die de afgelopen maanden aan ons geworden zijn. Rond het wereldgebeuren maar ook onze reflectie tot het Zeisterse en ik moet zeggen wat dat betreft raakt hij de gevoelige snaren. Het is belangrijk dat je bij jezelf te raden gaat wat voor voedingsbodem is hier aan de orde en wat kan ik daar zelf aan bijdragen. Wij als gem. Zeist hebben een bescheidde maar ook niet onbelangrijke bijdrage geleverd door de mensen naar ons toe te halen, de mensen uit te nodigen en met ze een uitspraak te doen van hoe wij hier daarmee om willen gaan. Maar dat is maar een piepklein begin zou ik haast zeggen, wij gaan door en wat dat betreft delen wij de visie van GroenLinks met ons multiculturele beleid, samen met iedereen hier in de samenleving en wij zullen die voedingsbodem, zo die hier al aanwezig zou zijn, zullen we aanpakken en wegnemen en wij zullen bijdragen aan een grond voor echt met elkaar samenleven in een multiculturele samenleving, daar zijn we al tijden mee bezig en daar gaan we ook mee door. In dat opzicht wordt ook het rapport van het MIU dankbaar aanvaard. Het MIU heeft met onze volledige medewerking een eigen scan gemaakt van een aantal zaken die hier in de Zeister samenleving spelen, heeft een aantal behartenswaardige dingen opgemerkt en voor een deel hebben we die al opgepakt, de heer Van Brenk heeft bijvoorbeeld al op het personeelsbeleid gewezen van de gemeente. En voor een aantal andere zaken zijn wij reeds doende om daar onze lering uit te trekkenen en daar mee verder te gaan. Overigens doen wij dat uiteraard, ook in samenspraak met het Multicultureel Platform, dat volledig met dit rapport op de hoogte is en daar ook op aangesloten is en 1 op 1 met ons daar omheen aan het werk gaat.

GroenLinks wees ook op het armoedebeleid en de ZeistPas, ik kom dadelijk over het amendement nog even te spreken. Maar zij merkte op dat de kooppassen, dat die niets mochten kosten, nu heb ik dit nog even nalaten gaan want ik heb dit al eerder gezegd in commissieverband, de kooppassen kost het minimabeleid niets, de inkomsten van de kooppassen die wordt gebruikt ten behoeven van het beleid wat aan de kooppas ten grondslag ligt, dat is geen minimabeleid maar dat is a-priori, participatiebeleid, dat is altijd ons uitgangspunt geweest, daar worden die inkomsten voor gebruikt. Je zou in de toekomst met elkaar wel kunnen nadenken is het denkbaar en wenselijk om de prijs van de kooppas te verhogen. Dat is nu nog niet aan de orde maar dat zou een denkbare gedachte kunnen zijn. Dan zouden we nog iets meer van dat geld kunnen gebruiken voor het beleid wat achter de ZeistPas bedoeld is.


De heerSchneider (GroenLinks):

De productie van een ZeistPas met alles erop en eraan komt op ƒ 47,50 ongeveer, uitgaande van de prognose vraag-koop zoals geprognosticeerd In feite als u dan een pas koopt, ik veronderstel dat u er een heeft, dan legt de gemeente daar ƒ 20,- bij , ƒ 22,50 om precies te zijn. Daarom heb ik ook niet zo’n pas gekocht.


WethouderVermeulen (PvdA):

Ik meld u de informatie die op dit moment mij ter beschikking staat dat is dat de ZeistPas, de opbrengsten van de ZeistPas, bijdragen aan het beleid van de ZeistPas namelijk participatie bevorderend, het geld wordt toegevoegd aan het budget wat ingezet wordt voor o.a. het minimabeleid dat binnen de ZeistPas is ondergebracht en ga je die kostprijs verhogen, wat theoretisch denkbaar is dan kun je dus meer geld inzetten, dat zou een discussie kunnen zijn.


De heerClaasen (GroenLinks):

De wethouder merkt op dat een eventuele verhoging van de kosten voor de kopers nu niet aan de orde is, wellicht kan hij aangeven waarom dat nu niet aan de orde is. Omdat het amendement, motie daar nadrukkelijk wel om vraagt en daarmee is natuurlijk de beantwoording van die vraag wel aan de orde.


WethouderVermeulen (PvdA):

Vanuit het voorstel rond de ZeistPas, het breekt zich even, het ingewikkelde dat het onderwerp van de ZeistPas nu rondom deze bespreking aan de orde is, is in de commissie behandeld, daar is dit punt weliswaar nu de fractie aangereikt maar door de commissie verder niet opgepakt, in die zin hebben wij dus het standpunt van de commissie begrepen dat het voorstel wat dat betreft gevolgd wordt. Ik zal dadelijk antwoord geven op de vraag over het amendement.




De heerClaasen (GroenLinks):

Ja voorzitter maar als een antwoord gegeven wordt met als argumentatie de meerderheid van de commissie wil het niet, dan is dat natuurlijk geen inhoudelijk argument want daarmee zou je elk verzoek uiteraard kunnen ontkrachten, dus zo gauw als op een gegeven moment de meerderheid het niet wil dan zeg je ja dat is nu niet aan de orde want de meerderheid wil dat niet. Maar een inhoudelijke discussie krijg je pas als je de argumentatie gaat noemen waarom een meerderheid het niet wil, want dan kun je met elkaar praten of het een redelijk argument of een onredelijk argument is.


WethouderVermeulen (PvdA):

Nee maar ik ga hier in op uw argumentatie die u legt in uw voorstel namelijk dat de kooppas ons geld kost, hij kost wel iets om aan te maken maar de opbrengst van de kooppas wordt volledig gebruikt om in te zetten in het kader van het minimabeleid en het participatiebeleid. En in dat opzicht kun je een voorstel doen om de koopprijs te verhogen naar 200 gulden, dat is theoretisch denkbaar, het is alleen de vraag of je hem dan nog verkoopt en die afweging die hebben we natuurlijk voortdurend gemaakt van waar ligt het break-evenpoint van zo’n kooppas, op welk moment kopen burgers van Zeist hem nu wel of niet. Dan kom ik nog even bij de opmerkingen van D66. En ik sta nog met een veertje in mijn handen, ik moet zeggen dat het betoog van D66 mij deed terugdenken aan een beroemd boek wat u misschien kent van Tom Woelf ik meen in de 70er jaren geschreven, dat heette de painted word, en in het betoog geeft de heer van Gemeren eigenlijk al aan dat D66 wat dat betreft ook een belangrijke rol heeft gespeeld in berichtgeving omtrent een aantal dingen en hij nodigt mij uit om die veer uit te delen , nou wil ik u zeggen dat zo’n kippen-veer, een bruine kippenveer vind ik absoluut onvoldoende om uit te gaan delen aan onze welzijns-instellingen en ander instellingen, die verdienen echt wat meer dan zo’n kippenveer maar in het kader van, ik zal maar zeggen the feathered word van D66 , kan ik echt niet nalaten om hem toch als eerste aan uw fractie uit te delen om uw bijdrage aan deze discussie, misschien kunt u hem doorgeven aan uw lieftallige fractiegenoot.


De heerVan Gemeren (D66):

Het is altijd nog beter te geven dan te ontvangen geloof ik, de portee was niet om denigrerend te zijn over het karakter van de veer. Want we hebben gezegd, we hebben niets anders in Zeist kunnen vinden maar als de wethouder het als zodanig wil opvatten om op zoek te gaan naar een Zeister organisatie op het gebied van welzijn en onderwijs die een pluim verdient dan horen wij dat graag van het college.

WethouderVermeulen (PvdA):

Ik hoef niet op zoek te gaan want ik kan ze zo noemen, allemaal en u kunt ze ook allemaal noemen, ze doen fantastisch werk en soms hebben we een discussie met ze en dat is doodnormaal.

Afrondend even nog een opmerking over de vraag van mevrouw De Jong over die bijzondere bijstand, er is 1 misverstand wat ik weg moet nemen. De bijzondere bijstand, althans de bedragen die in de begroting staan, we hebben het ook uitgelegd in de commissie meen ik, die dalen vanaf 2000, visueel lijkt dat een achteruitgang dat heeft absoluut niets te maken met het feit dat wij 1,3 bezuinigen, dat heeft te maken met het feit dat wij in 2000 en ook een nasleep in 2001 de uit-betaling van de uitkering hebben verlaat naar een later datum in of na de maand eigenlijk daardoor is visueel het bedrag wat in de begroting staat in 2001 en dus ook in 2002 gedaald maar dat heeft niets te maken met ons beleid, dat staat en op basis van criteria wordt gehanteerd. Iemand die recht heeft op bijzondere bijstand krijgt hem ook, het is wat dat betreft in feite een open eind regeling en een betere regeling kun je eigenlijk daarvoor niet bedenken.


MevrouwDe Jong (SP):

Dat was mijn vraag niet, mijn vraag was als u zo bang bent voor recessie wilt u dan het bedrag wat minder begroot staat, de helft daarvan, zo begroten dat dit als mensen namelijk door die economische recessie in de problemen komen dat we dat dan kunnen aanwenden, dat was mijn vraag en niet wat u nu zegt.


WethouderVermeulen (PvdA):

Ja nee daar hebben we geen behoefte aan omdat onze saldireserve en andere reserves wat dat betreft een veel betere garantie zijn dan die luttele eurotonnen die u reserveert en wat dat betreft denk ik dat we beter maar even kunnen afwachten of die recessie echt toeslaat en dan bezien hoe dat uitpakt.


MevrouwDe Jong (SP):

Als u afwacht of de recessie toeslaat dan hoeft u niet 50% van de accressen vast te leggen.


Devoorzitter:

U heeft het antwoord namens het college gehoord daaromtrent, ik wil voorstellen hier verder geen debat over te voeren, dit komt in tweede termijn.


WethouderVermeulen (PvdA):

Ik kom bij de beantwoording, aanwijzing van motie en amendement


MevrouwDe Jong (SP):

Ik mis nog een heleboel antwoorden op mijn vragen en die wil ik graag nog even beantwoord zien. Gehandicapten sporters, onderwijs heb ik het over gehad.


Devoorzitter: Dat is de heer Swart die dit gaat doen, als u even wacht.


WethouderVermeulen (PvdA):

De motie van de SP, daarin wordt voorgesteld om, maar ik heb daar eigenlijk al antwoord op gegeven, om een bedrag van 300.000 euroton te reserveren. Ik heb eigenlijk al aangegeven een open eind regeling die we nu hebben is een veel betere en om die reden niet noodzakelijk. Van het amendement ZeistPas daar heb ik ook al antwoord op gegeven het gaat voor kostprijs en het geld wordt benut, het is niet nodig om om die reden de prijs van de kooppas te verhogen.


WethouderDen Heijer (VVD):

Ik beperk mij in mijn reactie in concreto tot een reactie op een aantal gemaakte opmerkingen en gestelde vragen en binnen mijn portefeuille vallende moties en of amendementen. Tweetal onderwerpen springen in het oog, als ik kijk naar mijn portefeuille. Met name door meerdere fracties aan de orde gesteld: De Clomp en het Beauforthuis.

Om met het eerste te beginnen en dan met name in de richting van mevrouw De Niet, voorzitter. Voortgang rond De Clomp waar mevrouw De Niet naar vraagt is een hele concrete. In die zin dat, zoals u weet, wij in september jl. een raadsbesluit hebben genomen omtrent de verdere aanpak rond De Clomp. Daarvoor ook een bedrag van Fl. 300.000 beschikbaar is gesteld. Er inmiddels een 3-tal bijeenkomsten geweest zijn van de initiatiefgroep en 1 bijeenkomst van de planbegeleidingscommissie. Ik kan u daarbij melden dat 1 van de leden van die initiatiefgroep, zijnde de eigenaar van het winkelcentrum, zich inmiddels heeft terug getrokken als lid van de initiatiefgroep en zich laat vertegenwoordigen daar, vanaf de eerst volgende bijeenkomst van de initiatiefgroep, door een projectontwikkelaar. Ook de heer Prikken heeft de nodige opmerkingen gemaakt over het gebied De Clomp en met name een vraag gesteld of het juist is dat er overeenstemming is over een kleinschaliger renovatie van De Clomp dan voorzien. Daar kan ik nog niets zinnigs over zeggen, de initiatiefgroep is nog volop in gesprek zoals u uit mijn woorden richting mevrouw De Niet heeft kunnen afleiden de planbegeleidingscommissie is 1 keer tot nu toe bijeengeweest, zou ook erg snel zijn we hebben net nauwelijks een maand geleden een raadsbesluit genomen dus van een kleinschaliger, grootschaliger of gelijke aanpak zoals voorzien is nog niets te melden. Uiteraard zult u daarover via de commissie op de hoogte gehouden worden als er concrete meldingen te doen zijn. Mevrouw De Niet heeft ook gevraagd naar de stand van zaken rond het terrein aan de Johannes Postlaan, waarbij ze constateerde daar al sprake is van rentekosten ten bedragen van ƒ 1.2 miljoen over een reeks van jaren, uit het hoofd gezegd, sinds 1993, constatering is juist tot 1998 uit algemene de algemene dienst en vanaf dat moment ten laste van de exploitatie van het betrokken terrein stand van zaken concreet is dat recent, enkele weken geleden, een 14-tal bedrijven van onze matrix, u niet onbekend, zijn benaderd met het verzoek op 8 november gehoor te geven aan de oproep om een presentatie aan te horen en vervolgens eventuele interesse naar aanleiding van die presentatie kenbaar te maken daar hebben een aantal bedrijven op gereageerd in de sfeer van, te kennen hebben gegeven, dat zij daar acte de présence zullen geven, uit het hoofd, de laatste stand die mij bekend is een 5-tal van de 14, de opdracht is vervolgens verstrekt om degene die nog niet gereageerd hebben middels follow up toch ook nog eens te interesseren om tenminste het verhaal aan te horen wat op 8 november daar aan presentatie gemeld kan worden en pas daarna eventueel te zeggen, Ja wij hebben toch bij nader inzien geen interesse. Voorzitter, de heer Van Kuijk heeft in concreto gevraagd naar de stand van zaken met betrekking tot de 4 projecten die bij behandeling van de voorjaarsnota door de raad waar middelen voor beschikbaar zijn gesteld en binnen mijn portefeuille betreft het dan met name de ontwikkeling van het kunstenhuis. Ik kan melden hier dat de voorbereidingen rond het kunstenhuis in volle gang zijn, Werkschuit heeft inmiddels van fase 1 het achterstallig onderhoud, de vervanging van de CV ketel en daarmee samenhangende werkzaamheden inmiddels uitgevoerd, de bouwaanvraag voor de uitbreiding van het gebouw en de nieuwbouw op de binnenplaats zijn inmiddels ingediend en op dit moment, maar neem dat niet al te letterlijk op, niet op dit moment, maar dezer dagen vind overleg met de stichting plaats over het verzoek van de stichting om gemeentegarantie te geven voor de door de stichting af te sluiten geldlening, u zult daar uiteraard ook nader over horen als het college daar een besluit over heeft genomen.


De heerVan Kuijk (PvdA):

Ik kan u bedanken voor het antwoord maar ik weet niet of ik degenen ben geweest die de vraag stelde, ik heb althans het Kunstenhuis niet in de mond genomen.


WethouderDen Heijer (VVD):

Nou, dan ben ik met de vraagsteller wellicht verkeerd, maar degene die het regardeert neemt kennis van mijn reactie ongetwijfeld. Voorzitter ik zou mijn betoog willen vervolgen. Als niemand het gevraagd heeft is het extra informatie die u krijgt. Service van het college. Ik ben ook bereid om het antwoord weer in te trekken hoor, als u dat liever hebt. Mevrouw De Jong heeft opmerkingen gemaakt, als zou er sprake zijn van een bezuiniging ten bedrage van Fl. 270.000 in de sfeer van de professionele kunsten. Mevrouw De Jong weet kennelijk meer dan ik, mij is niet bekend dat er sprake is van bezuiniging op de professionele kunsten, is ook niet aan de orde, maar wellicht dat mevrouw De Jong euro’s met guldens heeft verwisseld of ik weet het niet. In ieder geval niet aan de orde dat daar op bezuinigd is.


MevrouwDe Jong (SP):

In de beleidsbegroting staat heel duidelijk de rekening van 2000 en als ik ervan uitga dat er in 2000 zoveel nodig was voor de kunst, voor de professionele kunst, en dat wegbezuinigd is in 2002, namelijk de raming, dus wat we willen ermee, dan denk ik van daar zit dus inderdaad een hiaat en als wij in 2000 meer hebben uitgegeven dan we in 2002 gaan doen voor de professionele kunsten kan ik dat niet anders zien dan een bezuiniging.


WethouderDen Heijer (VVD):

Er is geen sprake van een bezuiniging bij mij weten, ik ben natuurlijk bereid om na de 1stetermijn daar nog eens even naar te kijken en daar in de 2determijn op terug te komen, maar nogmaals ik ben er bijna van overtuigd, tenminste voor 99%, dat er absoluut geen sprake is van bezuiniging op welke vorm van kunst dan ook, dus ook niet op de professionele kunst. Voorzitter, ik kom bij de heer Prikken die een vraag heeft gesteld met betrekking tot de stand van zaken over eventueel te slopen woningen aan de Brugakker. Daar is het college niet meer van bekend dan dat de eigenaar van de woningen, corporatie De Seyster Veste, aan het inventariseren is hoe in de toekomst om te gaan met de betrokken woningen en dat zou kunnen leiden uit exploitatie overwegingen, dat er op enig moment hier, ten gemeentehuizen, een verzoek tot sloop van een deel van de woningen binnen zou komen, dat sluit ik niet uit, maar formeel is dat nog niet aan de orde, er is ook nog geen sprake van, dus ook daar denk ik hiermee een stukje ongerustheid weg te nemen, als het zover komt is dat uiteraard primair aan het college en vervolgens aan de raad om daarover een besluit te nemen. Voorzitter, dan kom ik tenslotte bij moties en amendementen die binnen mijn portefeuille zijn ingediend. Eén motie en een 2 tal amendementen. Te beginnen met de motie, ingediend door GroenLinks. ƒ 150.000 gulden garanderen en dekking zoeken door verschuivingen binnen het beleidsproduct kunst en cultuur, portefeuillehouder en het college zijn van mening deze motie te moeten afwijzen. Het verzoek van het Beauforthuis is binnengekomen na behandeling van de voorjaarsnota, waarbij overigens de vraag is als die daarvoor zou zijn binnengekomen of hij wel gehonoreerd zou zijn. Maar dat is een vraag die minder relevant is want het feit is dat hij daarna is binnengekomen. Het college is niet bereid om middels al dan niet het gebruik van de kaasschaaf bij anderen zodanig middelen weg te halen dat Fl. 150.000 thans kan worden voorzien in de vraag van het Beauforthuis waarbij ik mij ervan bewust ben, en ik zeg dat uit de grond van mijn hart, het Beauforthuis is mij even als andere vormen van kunst in Zeist zeer en zeer dierbaar, maar ik weet ook dat het Beauforthuis daar op dit moment niets voor koopt. Ik wijs u erop, dat als op dit moment de afweging gemaakt zou moeten worden om die Fl. 150.000 beschikbaar te stellen voor het Beauforthuis er nog wel wat andere knelpunten liggen, ik wil er slechts 1 noemen, klimaatbeheersing muziekschool en bibliotheek. Een punt dat al meerdere jaren aan de orde is en wat we ook nog steeds op de knelpuntenlijst hebben staan, dus de motie word afgewezen door het college. Ik kom bij de amendementen. Amendement van GroenLinks, met betrekking tot bestem-mingsplan Het Rond het aantal bouwlagen niet terug te brengen tot 4 bouwlagen enzovoorts. Ik zou hier even willen verwijzen naar de aanleiding om de procedure tot een nieuw bestemmingsplan in gang te zetten, uitdrukkelijk is geweest de ontwikkeling rond het postkantoor en de mogelijk-heden die er toen op dat moment waren in het kader van het vigerende bestemmingsplan we hebben toen in april in mijn beleving een weloverwogen voorbereidingsbesluit genomen en tenslotte hebben we daarin bij de begrotingsbehandeling in juni jl. middelen voor beschikbaar gesteld om daar niet alleen een nieuw bestemmingsplan te ontwikkelen maar ook een kwaliteitsslag te maken van een aard die je ook in generaties na ons ook nog met trost in dat gebied zal doen vertoeven. Het gaat, wat het college betreft, niet aan dat collegebesluit terug te draaien. We staan nog steeds voor de kwaliteitsslag die daar kunnen maken en zijn de raad nog steeds erkentelijk voor het instemmen met het voorbereidingsbesluit wat in april jl. is genomen. Ook dit amendement is afgewezen. Voorzitter, tenslotte kom ik bij het amendement BIZ/GZB – GroenLinks, andermaal

ƒ 150.000 beschikbaar stellen voor het Beauforthuis, niet ten tweede malen maar diezelfde

ƒ 150.000. Met de argumentatie die ik net heb gegeven wordt ook dit amendement afgewezen waarbij ik er aan toevoeg dat de dekking een oneigenlijke is niet aangewende middelen stammen uit 2000 en worden in het jaar 2001 uitgegeven, zijn dus eenvoudigweg niet beschikbaar.

Tot zover mijn eerste termijn.


WethouderSwart (CDA):

De op- en aanmerkingen en vragen die zijn gesteld over het sporenbeleid en daarmee verband houden, daar komt straks de voorzitter uitgebreid op terug.

Het is al een aantal keren aan de orde geweest. We hebben de voorjaarsnota gehad, daar hebben we als raad zaken gedaan en wat ons betreft nemen die gedane zaken ook geen keer. Sinds we de voorjaarsnota hebben, voeren we een vrij zware discussie in het voorjaar en een wat beperktere discussie over lijnen, strategieën en toekomstperspectieven dan toen we de voorjaarsnota nog niet hadden. En over het algemeen vindt de raad zich daar wel bij, gezien ook het feit dat de raad met de voorjaarsnota akkoord is gegaan. D66 heeft een aantal opmerkingen en kanttekeningen gemaakt, heeft zelfs nog gerefereerd aan wat bij de voorjaarsnota gezegd is. Die kanttekeningen kan ik ook maken bij wat door het college bij de voorjaarsnota daar op geantwoord is, dat staat nog steeds en daar heb ik vandaag ook geen nieuwe opmerkingen aan toe te voegen. De SGP/ChristenUnie heeft twee concrete vragen gesteld over de huwelijksleges en over het zwembad. De legeskosten zijn verhoogd met ƒ 50.000. U vraagt wordt het duur, of wordt het niet erg duur. In vergelijking met andere plaatsen en entourages denken we dat we gemiddeld in de prijs zitten. In het kader van de discussie over de exploitatie van Slot Zeist is er een discussie gaande over prijsverhoging in relatie tot de exploitatie van het Slot Zeist met huwelijksvoltrekkingen. We zullen ook kijken naar andere mogelijkheden en plaatsen, zalen om huwelijken te voltrekken om op die wijze een diversiteit te houden van prijzen en exploitatie. Als we geen kostendekkende prijzen hanteren dan is er sprake van subsidie. Het is de vraag in hoeverre je dat wilt en kunt volhouden. Deze discussie voeren we in het kader van de exploitatie van Slot Zeist. Vanuit de raad zijn hier eerder vragen over gekomen, maar ik zou op dit moment ten aanzien van uw vraag willen zeggen: we zullen de leges naar de toekomst nog eens bekijken welke mogelijkheden er zijn, maar wij hebben geen signalen van trouwlustige paren dat vanwege de hoogte van de leges aan de trouwdeur van Zeist voorbij wordt gegaan. Wat ik wel met u eens ben, je moet altijd het redelijke en het billijke daarin in ogenschouw nemen en dat zullen we zeker doen. En daar waar er vraag is naar andere locaties heb ik u toegezegd dat we nog eens naar de mogelijkheden kijken dat je wat meer diversiteit in het prijsbeleid zou kunnen hebben.

De problemen met het zwembad zijn ons bekend. Er zijn een aantal plafonds die niet deugdelijk zijn en waar stukken van naar beneden komen. Toen we die berichten hoorden hebben we direct daarnaar onderzoek ingesteld. De uitslag daarvan is ons nog niet bekend, maar we zullen morgen contacten leggen, zodat we hopelijk woensdag iets te melden hebben. We zijn er direct druk mee aan de slag gegaan.

Ten aanzien van D66 heb ik al enkele opmerkingen gemaakt, ik kom straks op de moties terug. Ik heb niet helemaal begrepen of het een vraag aan het college was over de tijdelijke aanwending van de ƒ 17.000.000 OZB, maar over het algemeen gaan we geen beleid voeren in deze raad op basis van verkiezingsprogramma’s maar op basis van landelijk beleid, door het kabinet voorgesteld en door de kamer vastgesteld.


De heerVan Gemeren (D66):Regeren is toch ook vooruit zien en besturen toch ook?.


WethouderSwart (CDA):

Ik wil er nog één opmerking bij maken en dan sluit ik het af. Regeren is ook consequent zijn in datgene wat je zegt te willen gaan doen. En in dit collegeprogramma staat dat we de tarieven niet meer dan noodzakelijk zullen verhogen. En noodzakelijk is primair geweest het inflatiepercentage en ten aanzien van de bezuinigingsoperatie inflatie plus 2%. We zitten in het vierde jaar van dit raadsprogramma en op basis daarvan heeft het college ook niet de euvele moed gehad aan dat basispunt van het collegeprogramma te willen gaan tornen. Ik kom straks op de motie terug.

De SP ben ik een drietal antwoorden schuldig denk ik. U heeft het over de accressen van 2003 en 2004 en u trekt er een vergelijking bij van hoe u dat in de familie doet. Ik moet u één ding zeggen, die accressen hebben wij als gemeente niet. En de zachtheid daarvan is ongeveer 50%. En die 50% is meegenomen, zodat het alleen maar 50% kan tegenvallen of meevallen, zodat we er keurig tussenin zijn gaan zitten. U geeft zelf in uw beschouwing aan dat we misschien moeten rekenen op iets meer zwaar weer, en als we de volledige accressen inzetten en het valt tegen dan moeten we gaan bezuinigen. En dat vind ik slechter dan nu het voorzichtigheidsprincipe handhaven zodat je weet dat je dat minder makkelijk overkomt.


MevrouwDe Jong (SP):

Ik ken mijn salaris in februari volgend jaar ook nog niet, maar mijn uitgavenpatroon is daar natuurlijk wel op gebaseerd. Dat is bij iedereen het geval.


WethouderSwart (CDA):

U verwacht dat u volgend jaar ook weer salaris krijgt en die verwachting is ten aanzien van het accres minder hard, vandaar dat we het niet doen.


MevrouwDe Jong (SP):

Maar ik vraag ook niet het hele accres, ik vraag waarom doen we niet 10 of 20% in plaats van 50%, dat is de vraag en daar heb ik nog geen antwoord op gekregen. Dus graag uw beantwoording.


WethouderSwart (CDA):

Ik heb u gezegd omdat wij verwachten dat die 50% wel hard is en die andere niet. En de rest blijft altijd een beetje handjeklap, waar ik niet aan mee wil doen omdat ik geen enkele reden heb om aan te nemen dat 40% of 30% beter is dan de 50% waarmee we rekening houden. Anders waren we wel met dat andere percentage gekomen. U heeft een vraag gesteld over de gehandicaptensporters in Zeist. De afgelopen jaren, nog voor deze college- en raadsperiode, zijn er veel inspanningen gedaan t.b.v. de gehandicapte sporters. Dat is niet erg aangeslagen, omdat de vraag naar datgene wat er aangeboden werd niet groot was. We hebben dat vorig jaar weer opgepakt. We hebben gekeken welke sporten zijn er die we meer zouden kunnen promoten, waar vooral mensen met een handicap aan mee kunnen doen. Dat loopt. Het zit ook in het breedtesportbeleid en in die zin zullen we er ook mee doorgaan. En of er dan meer of minder gehandicapte sporters zijn daar kan ik geen antwoord op geven. Wel kan ik u zeggen dat we aandacht hebben voor de gehandicapte sporter en dat we in het sportbeleid van Zeist bekijken of we niet een bredere toegankelijkheid voor deze mensen in de sportactiviteiten kunnen realiseren.


MevrouwDe Jong (SP):

U heeft kengetallen in 2000 staan en die gaan over het aantal sporters en die zijn vele malen hoger dan de verwachting van het aantal gehandicapte sporters die u in 2002 verwacht. En daar gaat het om. Hoezo zijn dat er minder. Het gaat me niet om het aantal sporters, het gaat om de kengetallen van het aantal gehandicapte sporters.


WethouderSwart (CDA):

Ik heb u gezegd wat ons beleid is en wat onze intentie is, welke aanzetten we nu moeten doen. En die andere vragen van u had ik graag van u in de commissie gehoord, dan hadden we er uitgebreid op in kunnen gaan. Nu dus helaas niet. Daartoe ben ik niet bij machte. U hebt nog een vraag gesteld over de huisuitzettingen. In plaats van de spullen in de kraakwagen te zetten, deze drie maanden op te slaan. Daar hebt u ook een motie over ingediend. Ik kan u zeggen, wat u vraagt doen we al bijna twee jaar. Wat dat betreft dank voor uw steun aan dit raadsbesluit en collegebeleid.


Mevrouw De Jong (SP)Daar wil ik toch even op ingaan.


De voorzitter:

Zou u dat in de tweede termijn willen doen mevrouw De Jong? De wethouder heeft klip en klaar gezegd wat zijn en ons beleid is en als u dat in twijfel trekt, dan horen we dat in de tweede termijn.


WethouderSwart (CDA):De kern van het betoog van de heer van Buël.


MevrouwDe Jong (SP):

Ik heb ook nog een vraag gesteld over het schoolzwemmen. Zou u die willen beantwoorden?


WethouderSwart(CDA): Neen, ik denk dat mijn collega Vermeulen over het schoolzwemmen gaat.


MevrouwDe Jong (SP):

Ik mocht dat net aan Vermeulen niet vragen. Ik heb zelfs een vraag over onderwijs gesteld die naar u door is gesluisd. Dus ik wil daar graag antwoord op.


De voorzitter:

U krijgt uw antwoord ook, maar het kan best zijn dat dat in de tweede termijn komt. U krijgt voordat deze hamer voor de laatste keer gevallen is bij de afhandeling uw antwoord hierop.


MevrouwDe Jong (SP):

Dat hoort niet in de tweede termijn. Als ik vragen stel in de eerste termijn dan behoren die in de eerste termijn beantwoord te worden volgens het reglement van orde. Leest u dat er nog een keer op na.



De voorzitter:

Daar staat niet letterlijk dat elke vraag van u moet worden beantwoord. Binnen welke termijn, er komt behandeling en er komt afhandeling van uw vragen. En misschien zijn het ook nog weer van die technische, theoretische, ambtelijke vragen die precies in de commissie hadden kunnen worden gesteld, zoals we dat met elkaar hebben afgesproken.


MevrouwDe Jong (SP):

Ik vind dat als kinderen niet meer naar schoolzwemmen kunnen, vind ik dat geen technische vraag. En dat is mij de afgelopen week ter ore gekomen, dus ik vind het met recht dat ik deze vraag hier stel.


De voorzitter:Prima, krijgt u ook antwoord op.


WethouderSwart (CDA):

De kern van de vragen van de fractie van BIZ/GZB wordt ingeleid met de vraag of wij de brief kennen van 24 oktober en de resultaten van een landelijk werkzaam zijnde registeraccountant, enzovoort. Die brief kennen wij. Die brief is aan de raad gericht en is eind vorige week binnengekomen. Binnenkort zal deze brief voor de raad geagendeerd worden. Nu heeft deze accountant reeds eerder zich tot de raad gewend, en ook vorig jaar en dat jaar daarvoor bij de ingekomen stukken heeft de raad daarvan kennis kunnen nemen en heeft de brief voor kennisgeving aangenomen. Onze jaarrekening, want daar gaat het over, is door de accountant goedgekeurd en is door de provincie in het kader van het repressief toezicht goedgekeurd. Helemaal niets mis mee. Toen zijn er geen opmerkingen over gemaakt in deze zin. Dit jaar niet, vorig jaar niet en dat jaar daarvoor ook niet. Het voldoet aan de comptabiliteitswet, dus in die zin zou je kunnen zeggen, wat is er aan de hand? Het enige wat er aan de hand is, is dat die accountant die u ten tonele voert qua systematiek verschilt van de accountant en de werkwijze waarop wij verslag leggen.


De heerPrikken (GZB/BIZ):

Mag ik de wethouder vragen waar het verschil zit en is het dan niet verstandig deze accountant een keer in de commissie uit te nodigen en hem zijn uitleg te laten geven?


WethouderSwart (CDA):

Nee, ik heb u gezegd het verschil zit in de systematiek. Meer kan ik er nu niet over zeggen, want dan moet ik een college van een uur geven. Het tweede is dat de inhoud van deze brief voor ons niet nieuw is en de raad heeft er meerdere keren kennis van genomen. En daarbij vervolgens de eigen jaarrekening goedgekeurd. En uiteraard wordt de brief volgende keer geagendeerd, omdat hij aan de raad gericht is. En als men daar dan discussie over wil hebben kan dat op dat moment. Maar op dit moment wil ik uw bijdragen die u naar aanleiding van deze brief levert naar een volgende discussie willen doorverwijzen.

Dan kom ik bij de moties. De forenzenbelasting voor niet ingezeten werkenden, motie van D66, die wijzen we af om vier redenen: De uitvoerbaarheid, de rechtvaardiging (kan dat, op arbeid belasting leggen), de perceptiekosten die er aan ten grondslag liggen, maar met name, naar ons idee heeft het geen wettelijke basis. Het is een zeer voorlopige toets, maar ik ga er vanuit dat de toets die we woensdag hebben deze voorlopigheid ook ondersteund. Want dit is een hele andere forensenbelasting, dan de forenzenbelasting op tweede woningen, waar wel een wettelijke basis voor is. De tweede motie van D66, betreffende het in 2002 niet meer afschrijven op gemeente-gronden, wijzen we af, tussen de voorjaarsnota en nu. Wijzigingen zou betekenen een vrij forse wijziging van de systematiek, dat moet je niet tussentijds doen en zullen we ook niet tussentijds doen, want dat hebben we eerder afgesproken. Het vergt ook nadere studie omtrent de effecten. En in die zin zou het veel meer passen in de discussie rondom het sporenbeleid voor de periode 2002-2006 dan nu tussentijds daar een element uithalen. Huisuitzettingen, de inboedel opslag gedurende drie maanden doen wij al geruime tijd. Daarom wijzen we die af, oftewel verklaren deze overbodig. En BIZ/GZB, de presentatie begroting en jaarrekening, daar heb ik net al uitvoerig bij stilgestaan, die wijzen we af vanwege het systematiekverschil. In het verhaal aan de heer Prikken heb ik de verdere argumentatie gegeven. Ik hoop dat ik hiermee de vragen die met name over mijn portefeuille financieel en inhoudelijk heb beantwoord. En daarmee ook iedere vragensteller tevreden heb gesteld. Nog een opmerking aan de heer Van Buël. Met hem betreuren wij dat wanneer er GALM-projecten kunnen zijn en die op enig moment niet doorgaan, wij dit ook liever zouden zien en daarvoor blijven wij ons inspannen.


De voorzitter:

In de diverse bijdragen is stilgestaan bij de schokkende gebeurtenissen op 11 september jl. en de ingrijpende consequenties die deze gebeurtenissen voor onze maatschappij hebben.

Met u ben ook ik mij ervan bewust dat deze ontwikkelingen ons dwingen tot waakzaamheid.

En dan gaat het niet alleen om onze traditionele rol als handhaver van de rechtsorde. Uiteraard zullen wij nog meer dan in het verleden al het geval is ons moeten kwijten van onze taak om de burgers de bescherming te bieden, waar zij recht op hebben. Dus oren open, ogen open, zodat wij wat wij in onze samenleving niet wenselijk achten, dat dit ook niet kan gebeuren.

Minstens zo belangrijk is echter de nieuwe rol, die wij in de huidige multiculturele samenleving moeten vervullen als samenbindende factor tussen de verschillende culturen, die in onze gemeente een plek hebben gevonden. In die zin kijk ik met veel genoegen terug op de inspirerende bijeenkomst Samen Leven, die op 18 oktober jl. in dit huis plaatsvond.

Die bijeenkomst heeft ons het vertrouwen gegeven, dat de gebeurtenissen van de 11eseptember jl. geen inbreuk hebben gepleegd op de toekomstvastheid van onze multiculturele samenleving.

Ik wil graag de onderwerpen die genoemd zijn door menigeen, niet persoonlijk beantwoorden, maar geclusterd en wel naar de onderwerpen.

Ik begin bij het Strategisch Gebieds Perspectief Heuvelrug

Een nadrukkelijke vraag in onze richting, wees op uw hoede, wees alert, probeer zo snel mogelijk met voorstellen te komen. Een belangrijk document, er moet worden afgerond.

Een dezer dagen heeft u een uitnodiging ontvangen voor een bijeenkomst op 7 november a.s., waarop u van gedachten kunt wisselen over het u voorgelegde document ‘Strategische doelen voor de Heuvelrug 2001-2025’. Ik heb gehoord dat daar niet door iedereen gebruik van kan worden gemaakt door andere activiteiten, helaas het is niet anders. Ik hoop dat u toch nog in staat bent iemand af te vaardigen.

Aansluitend aan deze bijeenkomst zal dit document in december a.s. aan de raden van de betrokken gemeenten ter vaststelling worden voorgelegd. Behandeling door uw raad is voorzien voor 17 december a.s. We zullen het nog voor het nieuwe jaar met u bediscussiëren.

Ook de heer Van Brenk is er al even op ingegaan. Ik zou toch van mijn kant een opmerking willen maken in de richting van de heer Otten met betrekking tot zijn opmerking middenstip/ middenmoot. Ik voel heel nadrukkelijk aan wat hij daarmee wil zeggen. Pas op, glijd niet af. Nieuwe dingen ontwikkelen kost capaciteit, maar wees zuinig met de dingen waar het werkelijk omgaat in de samenleving. Wij vinden ook wel dat we daar met elkaar min of meer debet aan zijn, we hebben natuurlijk een fikse saneringoperatie achter de rug, we hebben nogal wat geld moeten inleveren, hier en daar fors moeten snijden en dan zie je op termijn die effecten ontstaan. We hebben veel beleid in gang gezet, maar we moeten die effecten nog gaan zien.

Dat heeft weer personele consequenties. We hebben gezien dat ondanks het feit dat we die straffe sanering hebben doorgezet, toch weer personeel nodig hebben. Met sommige formatieplaatsen kunnen we het niet klaren. We moeten daarover toch discussiëren, hoe we daar handen en voeten aan gaan geven. We kunnen wel nota’s maken, maar handjes aan bed blijven nodig voor dit soort dingen.

Naar aanleiding van pleidooi voor vervolg stadsvisie.

Diverse sprekers hebben gepleit voor een vervolgconferentie over de stadsvisie.

Het is een waardevolle bijeenkomst geweest. Niet voor iedereen heeft het de effecten opgeleverd, die mochten worden verwacht, maar wij hopen van harte dat we in staat zullen zijn om een volgende stap te maken. Er is expliciet in onze richting gekeken, gaan jullie nu maar voorzetten doen, kom met een volgende conferentie, bereidt dat voor in overleg met ons. Maar dat is nu net wat wij als college gezegd hebben, nu niet. Laten we oppassen, ga niet over je graf heen regeren. En we hebben afgesproken we moeten evalueren, dat wil ik ook graag met u bespreken. Dan is dat het juiste moment om te kijken welke volgende stap we gaan maken.

Wij moeten naar aanleiding van de evaluatie van het beleidsprogram, van Kuijk heeft namens zijn fractie gemeld dat er nogal wat gebeurd is, maar dat er van zijn kant niet gesproken kan worden van een gedegen evaluatie. Ik zou hem daarbij kunne helpen voor een deel met betrekking tot een deel, een aantal dossiers. Ik noem maar even de dualisering, er moet nog zoveel in gang worden gezet. Ik had het net over handjes aan bed, dat wij niet kunnen garanderen dat wij een gedegen studie zouden kunnen gaan maken van de beleidsstudie, want dan zouden we eerst eens moeten praten, wat vraagt u dan van ons. Dan moeten we daar in een commissie eens aandacht aan besteden: wat betekent een gedegen studie met betrekking tot het beleidsprogram. Wij menen ook met u samen dat de opmerking die van vele fracties is gekomen over de uitvoering van het beleid van de afgelopen vier jaar, dat er nogal wat is gerealiseerd. Heel veel van het beleidsprogram is zichtbaar geworden in nota’s en het moet worden uitgewerkt in daden.


De heer Van Kuijk (PvdA):

Ik denk dat we heel goed voort kunnen borduren op de tussentijdse evaluatie, die al een keer gemaakt hebben in deze periode.


De voorzitter:

Over deze periode hebben we een half jaar geleden, ik ben even de schriftuur kwijt, de bevolking

huis aan huis laten verspreiden een uitgaven met wat we in de afgelopen vier jaar hebben ontwikkeld. Toen hebben we ook al laten zien wat er aan de hand was.

Het woord gedegen, wat moet ik daarbij denken, hoe diep wil je gaan, wat wil je ermee bereiken.

Met betrekking tot de stadsvisie dus graag de verdere dialoog, verder ook discussie de komende maanden, hoe gaan we ermee verder. Oppassen dat we niet over ons graf heen gaan regeren.

Als college vinden we dat u ermee aan de slag moet. U kan bij de verkiezingen uw voordeel ermee doen, met wat wij hebben kunnen aanreiken, zodat de inwoners straks naar de stembus gaan en bewust een keuze kunnen maken.

Naar aanleiding van regionale samenwerking.

Een punt van aanhoudende zorg. De heer Otten noemde stroperigheid. Dat lijkt zo, maar u had het ook over vliegen en sommige vliegen moet je met honing vangen. Wij denken dat het verstandig is om heel lang aan tafel te blijven zitten en je in elk geval niet van tafel te laten spelen om zo te bereiken datgene, wat je beoogt.

Die samenwerking waarbij gemeenten, in vrijheid voor die keuze gezet, niet vrijblijvend, dus verplichtend gaan samenwerken, waarbij we een partner hebben die provincie heet. In het spel van loven en bieden, dat in de afgelopen weken heel nadrukkelijk heeft plaatsgevonden, vanmorgen vroeg hebben we weer een sessie gehad, proberen we toch aan tafel te blijven zitten om als provincie en gemeenten te komen tot een Utrechts Model. Het laatste nieuws: de minister heeft aangekondigd dat het voorontwerp bij de Raad van State niet zodanige verandering teweeggebracht had, dat hij meent het niet aan het Kabinet te mogen aanbieden. Hij gaat het op 2 november het Kabinet aanbieden. Op basis daarvan zal het kabinet besluiten om het wetsontwerp openbaar te maken. Er is deze dagen een brief binnengekomen van de Minister met het verzoek aan alle gemeenten, behorende bij het Bestuur Regio Utrecht, maar ook als individuele gemeente en het provinciaal bestuur om de minister te informeren over de meest gewenste samenstelling van het nieuwe samenwerkingsverband wat verplichtend dient te worden. Daarover zijn we vanmorgen met de provincie in overleg geweest. De discussie lijkt misschien niet op te schieten, maar we kunnen misschien nog die eindstreep halen op het juiste moment.

U vraagt wanneer gaan wij daarover van gedachten wisselen, dat zal beslist voor het eind van het jaar moeten zijn, want niet alleen de brief van de Minister ligt er met de mededeling wilt u toetreden of wilt u niet toetreden. Als college hebben we de opvatting dat de grootschalige problematieken rond RO en verkeer en vervoer, EZ en Volkshuisvesting in het kader van grootstedelijk gebied met elkaar zult moeten bespreken en ook moeten aftimmeren, niet vrijblijvend en dat nadrukkelijk het groene element met de Heuvelrug samen moet worden afgerond.


Internationaal beleid: In zijn bijdrage heeft de heer Van Kuijk gevraagd hoe het staat met de nota Internationaal Beleid.

Ik kan u zeggen, dat inmiddels ambtelijk de laatste hand is gelegd aan een voorstel ter zake. Dit voorstel zal naar het zich laat aanzien in december a.s. ter behandeling aan de commissie BER kunnen worden voorgelegd.

Veiligheid: De fractie van de PVDA stelt voor om veiligheid een vast agendapunt te doen in de commissie BER. Dit voorstel verbaast mij enigszins, omdat ik van oordeel ben dat dit in de huidige praktijk al het geval is. Bijna iedere commissievergadering wordt op enigerlei wijze met de commissie van gedachten gewisseld over onderwerpen, die (raakvlakken met de) veiligheid in algemene zin betreffen. Periodiek krijgen we rapportages van de brandweer over datgene wat ze aantreffen in openbare gelegenheden enz. Eind van het jaar zal de politie met de milieudienst in de commissie rapporteren, dat is afgesproken.

Ontwikkelingen station Driebergen-Zeist

Er werd gewezen op de voortvarendheid waarmee we bezig zijn, op de problemen die er ook zijn.

Er werd gevraagd naar de onderhandelingen die plaatsvinden buiten ons gezichtsveld. Misschien zou ik willen zeggen in ons gezichtsveld, maar we kunnen er niet aankomen, omdat we verder geen actieve ontwikkelingen zelf daar hebben gepleegd. We horen wel eens dat ontwikkelaars daar doende zijn, maar of dat al tot bepaalde afspraken heeft geleid, dat kan ik u niet zeggen.

Dualisering: De fractie van de VVD vraagt professionele bewaking en regie van dualisme.

Ik wijs erop dat het duale gebeuren van de komende periode voor u als lid van de raad en als politieke vertegenwoordigers een heel belangrijk element gaat worden, want het gaat over cultuur. Wij denken dat u straks in staat moet zijn met datgene wat aangereikt is en met begeleiding van consulenten, het te implementeren en het met de bevolking tot een goed einde te brengen. Wij zullen van onze kant proberen om in januari/februari met een voorlichtingsset te komen, waarmee wij onze bevolking kunnen informeren.

U weet dat voor de burgemeester een bijzondere positie wordt verondersteld, een hele lastige wordt dat, hij kan spagaat komen te zitten, hij wordt niet alleen raadsvoorzitter, maar tegelijkertijd ook voorzitter van het college. In het duale stelsel kan dat discussie oproepen.

We hebben vandaag met de bijdrage van de heer Claasen er al iets van kunnen proeven.

De burgemeester heeft de taak om toe te zien op een aantal kwaliteiten, burgerparticipatie, dienstverlening en klachtenafhandeling en aan het eind van het jaar wordt hem/haar gevraagd om een jaarverslag omtrent deze punten in te dienen.

Ik hoef u niet meer te vertellen over de griffier die u ten dienste staat en de ambtelijke bijstand die u verder kunt afdwingen als raad. We hopen het verder te professionaliseren.

De heer Prikken heeft in mijn richting nog gesproken over een alcoholkaart. Allemaal suggesties, die wij in de nadere uitwerking van het gesloten convenant mee kunnen nemen.

Landelijk zie ik die dingen ook in ontwikkeling. Waarom zouden ze er hier ook niet aan kunnen gaan denken. Niet dat het gaat gebeuren, maar ik neem het graag mee in het overleg, want we hebben een handtekening gezet onder een convenant.

Ik zou omwille van de tijd niet uitvoerig willen ingaan op het door u ingestelde referendum onder de bevolking van Driebergen en Zeist.


De heer Van Kuijk (PvdA):

U heeft al iets over de vervolgconferentie gezegd, maar ik heb noch bij u noch bij de heer Swart iets gehoord over de begrotingsscan. Gaan we nu met elkaar de financiële mogelijkheden en onmogelijkheden bespreken.


De voorzitter:

Dit is onderdeel van de stadsvisie en zal verder moeten worden uitgewerkt. Via de evaluatie komen die dingen naar boven en proberen we in de commissie met voorstellen te komen.


MevrouwDe Jong (SP):

Ik heb nog een vraag gesteld over publiek private samenwerking in politietaken. En ik wil even dat u ingaat op mijn bezwaar tegen de verspreiding van mijn bijdrage in de algemene beschouwing.


Devoorzitter:

Eerst de politie. Die taken die van de politie zijn dienen expliciet door de politie worden uitgevoerd. Dat daarbij af en toe toezichthouders kunnen zijn of instellingen die zich ook met veiligheid bezig houden, bijv. bewaking op bedrijventerreinen, dat kan.

En met betrekking tot uw eerste opmerking. Wij hebben de fractievoorzitters gevraagd in de brief

of zij in staat zouden zijn om in de week van 20 oktober alvast de speeches aan te leveren. Dat geeft bij de beantwoording wat ruimte en mogelijkheden.


MevrouwDe Jong (SP):

Er werd gezegd dat de bijdrage pas na het uitspreken verspreid zou worden. Dat is wat ik bedoel. Het vertrouwen is beschaamd.


Devoorzitter:

Het spijt mij dan, maar het gaat om een betere beantwoording en voorbereiding voor deze raadsvergadering.

Het is verstandig om hoofdlijnen met elkaar even van tevoren te zien.

Ik kan mij geen andere werkwijze, ook niet in de Tweede Kamer, voorstellen.

Daar hebben ze vragenuurtje, het hele Kabinet komt daar zitten en volgens mij zijn alle vragen dan al van tevoren bekend.

Ik dank u zeer.


Mevrouw De Jong (SP):Dan moet u dat ook zeggen. Zeggen wat u doet en doen wat u zegt.


De vergadering wordt geschorst tot woensdagmiddag kwart over twee.




204

29 oktober 2001

Uitgelicht

Gemeente Zeist


Zoeken